B IJ VOEGSEL
Zierikzeeschen Nieuwsbode van Zaturdag 17 Februarij 1872.
NATIONALE MILITIE.
PUBLICATIE.
A fkondiging.
VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD
behoorende bij den
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee,
Lettende op het bepaalde bij art. 9 van het Koninklijk besluit van 17 De
cember 1S61 (Staatsblad No. 127);
roepen de ingezetenen, die verlangen als vrijwilliger bij de Militie op te
treden, op, om zich tot dat einde op Zaturdag den 24 Februarij e. k. des
voormiddags van 1012 ure, ter Secretarie op het Raadhuis aan te melden,
onder kenuisgevingdat om als vrijwilliger te worden toegelaten, men
moet zijn ongehuwd of kinderloos weduwnaar, ingezeten, ligchamelijk voor
den dienst geschikt, ten minste 156 centimeters lang, op den 1 Janunrij jl.
zijn 20ste jaar zijn ingetreden en zijn 35ste jaar niet volbragt hebben, lot op
liet tijdstip der optreding aan zijue verpligtingen ten aanzicu van de Militie,
zoover die te vervullen waren voldaan en een goed zedelijk gedrag geleid
hebben
en dat het bezit dier vereischten, met uilzondering van de ligchamelijke
gesteldheid en van de gevorderde lengte, wordt bewezen door een getuig
schrift van den Burgemeester, welk getuigschrift op Woensdag den 28
Februarij e. k. des voormiddags van 1012 ure, ter gemeente Secretarie
aan de daartoe geregtigden zal worden afgegeven
terwijl hij, die bij de zeemagt, bij het leger hier te lande of bij het
krijgsvolk in 's rijks overzcesche bezittingen heeft gediend, moet overleggen,
behalve een bewijs van ontslag, een getuigschrift van den bevelhebber onder
wien hij laatstelijk heeft gediend, inhoudende dat hij zich gedurende zijuen
diensttijd goed heeft gedragen.
Ieder die bij het verlaten van den dienst zulk een getnigschrift heeft
ontvangen kan, tot dat zijn 40ste jaar volbragt is, als vrijwilliger bij de
Militie worden toegelaten.
En opdat niemand hiervan onwetendheid voorwende zal deze worden
afgekondigd en in de Zierikzeesche Nieuwsbode geplaatst.
Zierikzee deu 6 February 1872.
De Burgemeester en Wethouders
B. C. CAU.
De Secretaris
J. P. N. ERMERINS.
Bekendmaking;.
Vaststelling; «lor 878ste ëtaats-Loterij.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee brengen
ter kennis van belanghebbenden dat Z. E. de Minister van
Financiën, ingevolge Koninklijke magtiging, beeft vastgesteld de
278ste Staats-Loterij die bestaan zal uit 20,000 loten 10,000
prijzen en 2 premiën, verdeeld in vijf klassen, waarvan de Collecte
wordt geopend op Maandag den 19 Februarij a. s. en gesloten op
Zaturdag den 2defl Maart daaraanvolgendeterwijl de trekkingen
als gewoonlijk plaats zullen hebben te 's Gravenhagete weten:
de eerste klasse op den 18, 19, 20 en 21 Maart;
de tweede klasse op den 23 en 4 April
de derde klasse op den 15, 16, 17 en 18 April;
de vierde klasse op den 29 en 30 April 1 en 2 Meien
de vijfde klasse op den 13, 14, 15, 16, 21, 22, 23, 24, 28,
2930 en 31 Mei456 en 7 Junijterwijl de laatste honderd
nummers op Zaturdag den 8sten Junij e. k. zullen getrokken worden.
Voorts, dat de prijzen der loten en de wijze, waarop de uitgifte
en trekking der loten zullen geschiedendezelfde zijn als van
voorgaande Loterijenen dat de loten en gedeelten daarvan alléén
in koop verkrijgbaar zijn.
Zierikzee den 7 Februarij 1872.
De Burgemeester en Wethouders
B. C. CAU.
De Secretaris
J. P. N. ERMERINS.
De BURGEMEESTER van Zierikzee maakt bekend
dat het kohier voor de belasting op het Personeelno. 7zes
maanden regtvan deze gemeente, dienstjaar 187172, den
13den dezer maand door den heer Prov. Inspecteur der Directe
Belastingen, enz. in deze provincie executoir verklaard, op heden
aan den heer Ontvanger der Directe Belastingen alhier wordt ter
hand gesteld ten fine van invorderingen dat ieder verpligt is
zijnen aanslag, op den bij de wet bepaalden voet, te voldoen.
Zierikzee, den 16 Februarij 1871.
B. C. CAU.
t e
ZIERIKZEE,
geliouden den 14 Februari 1&72.
-Voorzitter Mr. B. C. Cau.
Afwezig de HH. van der Grijp en Koole, met kennis
geving, en Mr. Moens, die echter later binnenkomt.
De notulen der vorige vergadering zijn gelezen en goed
gekeurd.
De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen
1°. vier brieven van Gedeputeerde Staten, houdende mede-
deeling van de goedkeuring der raadsbesluitena. tot ver -
hooging der toelage aan de kweekeling W. A. Tuijtel,
b. tot vaststelling van het suppletoir kohier voor de. honden
belasting; c. tot afstand van gemeentegrond in gebruik; en
d. tot wijziging der gemeentebegrooting voor 1872.
Voor kennisgeving aangenomen.
2°. een brief van de kamer van koophandel en fabrieken
alhier, geleidende de rekening dier kamer over 1871, en
houdende mededeeling dat in 1872 de FIH. Jhr. J. L. de
Jonge, als voorzitter, en II. G. Mulock Houwer als plaats
vervangend voorzitter zullen fungeren, en dat het salaris van
den secretaris voor IS72 bepaald is op 100.
Deze mededeeling is voor kennisgeving aangenomen en de
rekening gesteld in handen van de HH. Mr. Moolenburgh,
Labrijn en Jhr. Mr. Schorer tot onderzoek en rapport.
De Voorzitter deelt mede dat in de vorige week is aan
besteed het dempen van de Schuithaven, het verdiepen van
de Zoute gracht enz. en dat vijf inschrijvings-biljetten zijn
ingekomen. Flet laagste biljet ad ƒ1020.0 was van M. van
den Ende, het daaraanvolgende ad ruim ƒ12000 van D. Bolier;
de overige waren nog hooger. Spreker stelt, namens Bur
gemeester en Wethouders, voor om het werk te gunnen;
hoewel de inschrijving de raming overtreft, meenen zij, dat
er geen kans is om het werk voor minder geld te doen
uitvoeren. Er is voldoende concurrentie geweest en er is vrees
dat het arbeidsloon in den aanstaanden zomer hoog zal zijn.
De heer Zuurdeeg vereenigt zich met dit voorstel, maar
hoewel de raad voor een fait accompli staat, wat betreft het
niet aannemen van de inschrijving van van der Kampwil
hij deze gelegenheid niet laten voorbijgaan, zonder daarom
trent zijne afkeuring te kennen te geven. Hij meent dat het
voor de gemeente voordeeliger zou geweest zijn als hem het
werk gegund was en dat daarin geen bezwaar bestond, omdat
de gemeente hetgeen niet uitgevoerd was ook niet behoefde
te betalen.
De Voorzitter zegt dat als de leden de schrifturen kenden,
die inlichtingen hebben gegeven, zij zouden toestemmen, dat
het dagelijksch bestuur niet verantwoord zou zijn geweest
als het anders gehandeld had. Was het werk aan den heer
van der Kamp gegund en had hij het slechts ten deele uit
gevoerd dan zou men in moeilijkheden gekomen zijn. Had
hij dadelijk flinke borgen aangeboden, dan was de zaak
anders geloopen. Hij releveert dit om te doen uitkomen,
dat Burgemeester en Wethouders niet anders handelen konden.
Het voorstel is daarna zonder hoofdelijke stemming goed
gekeurd.
De Baad besluit van de onvoorziene uitgaven, dienst IS71,
over te schrijven op:
Hoofdstuk Vin, afd. I, art. 1 (kosten middelb. en lager
onderwijs) 1000,
u II, II, 10 (adminis. kosten
pl. belast.) - 12,856
Gedurende de behandeling dezer besluiten is de heer Mr.
Moens binnengekomen.
De vergadering is daarna gesloten.