ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE.
28sleJaarg.
Donderdag 1 Februarij 1872.
No.5056.
Kennisgeving.
De BURGEMEESTER van Zierikzee brengt ter
kennis van de Ingezetenen dat er op Zaterdag den
3den Februarij e. k. des namiddags te één ureop het
Raadhuis alhiereene openbare Vergadering van den
Gemeente-Raad zal gehouden worden.
Zierikzee den 30 Jannarij 1872.
De Burgemeester
B. C. CAÜ.
B eken dm ak ing.
GRONDBELASTING.
De BURGEMEESTER van Zierikzee maakt bekend
dat hem ingevolge art. 15 der wet van den 26 Mei
1870 (Staatsblad no. 82) door den heer Bewaarder der
hypotheken en het kadaster in deze gemeenteis toe
gezonden een staat, aanwijzende de uitkomsten:
1°. der meting naar de artikelen 9 en 10
2°. der schatting naar de artikelen 11 tot 13;
3°. der afschrijving van belastbare opbrengst naar
art. 6
4°. der verbeteringen naar art. 23
5°. der regeling van den aanvang der termijnen naar
art. 42 der aangehaalde wetdat die staatte
rekenen van heden afgedurende dertig dagen
voor belanghebbenden ter Secretarie dezer gemeente
ter inzage is nedergelegd
en herinnert aan art. 16 derzelfde wet, waarbij is
bepaald dat de belanghebbende, ten koste van ongelijk,
in een aan de Gedeputeerde Staten gerigt verzoekschrift
(op ongezegeld papier) hermeting of herschatting kan
vorderen binnen den tijd voor het tor inzage liggen
bepaald.
Afgekondigd van het Raadhuis den 31 Januarij 1872.
De Burgemeester voornoemd
B. C. CAU.
De Brielsche feestviering.
Nog slechts twee maanden scheiden ons van den dag,
waarop voor drie honderd jaren de eerste dageraad van
Neêrlands vrijheid, na jarenlange onderdrukking, aan
brak. Den eersten April 1572 viel de stad Brielle in
handen der Watergeuzen en werd zij de grondsteen
waarop het gebouw van Neêrlands staalkundige en
godsdienstige vrijheid werd opgerigt. En den eersten
April 1572 tevens opende zich in onze geschiedrol eene
nieuwe afdeeling welke op iedere bladzijde de sporen
draagt van den moed de vaderlandsliefde en de geest
kracht onzer voorouders. Is het wonderdat waar zulk
een eeuwfeest aan do kim verrees, te Brielle eene com
missie zich vormde om de herinnering aan het gedenk
waardig jaar 1572 te vereeuwigen En had men niet
regt, om te verwacbteu dat zulk een loffelijk plande
algemeene sympathie in den laude zou verwerven Had
men niet mogen hopen dat het gansche volk eenparig
en eenswillend zich zou hebben geschaard om deze
commissie ten einde eene dankbare hulde te brengen
aan 't voorgeslachtdat onze onafhankelijkheid zoo
roemruchtig bevochtdat het alle staatkundige en
kerkelijke veeten zou hebben vergeten om zich te ver
eenigen onder de banier der vrijheid En had men dit
niet te eerder mogen verwachten in een tijdals de
tegenwoordigewaarop het regt der kleine volken het
meest door eigen veerkracht wordt bepaald
Doch èn de toepassing van het plan der commissie
èn hel plan zelve ondervond en ondervindt nog dage
lijks ernstige tegenkanting. De commissie ontmoet
naar het schijnttot dusver meer tegenwerking dan
zamenwerking.
Wat de toepassing betreftdaarover willen wij het
stilzwijgen bewaren. Wij dweepen niet met de oprig-
ting van gedenkteekenen ofschoon wij moeten erken
nen dat in gedenkteekenen althans een beginsel spreekt,
terwijl do standbeelden in den regel hulde brengen aan
den persoon. Toch hadden wij liever gezien dat de
zeenimf achterwege ware gebleven en wij hopen nog
dat de commissie uit de weinige sympathie die haar
nimf heeft gevonden tot de overtuiging moge komen,
dat eene stichting tot verpleging van oude krijgers of
zeelieden meer met het nationaal gevoel overeenstemt
dan eene allegorische voorstelling van een historische
gebeurteniswier geniale bewerking de krachten van
al onze Nederlandsche beeldhouwers overtveft. Niet in
steen wenschen wij de groote daden onzer voorouders
te griffelenmaar in weldadige en nuttige werken die
ook meer waarborg van duurzaau heid opleveren dan
monumenten, die 't geweld des volks of van den vreem
deling kan vertrappen.
Wat echter het plan zelve aangaatis het inder
daad een treurig verschijnsel, een veeg teeken des tijds
dat van twee verschillende zijden een wanklank zich
mengt in de naderende feestvreugdewaardoor reeds
dadelijk het nationale der feestviering dreigt verstoord
te worden.
Onze Roomsch-katholieke en onze anti-revolutionaire
burgers, wij kunnen gelukkig zeggen niet allen van hen,
hebben zich bejjverd de ware beteekenis van het feest
te miskennen en tot onthouding aan te sporen.
Eenige onzer katholieke landgenooten hebben niet
geaarzeld de vrjjmaking van den Nederlandschen grond
van het juk der Spaansche tyrannie als eene daad van
tirannie te brandmerken als eene daad van onregt, dat
zich door de ongehoordste gewelddadigheden heeft ge
kenmerkt. Wij wenschen volkomen onpartijdig te blijven
in onze beoordeeling. Het is niet te ontkennen dat
niet al de middelen waardoor bet geslacht van 1572
die vrjjmaking verkreegden toets van regtmatigheid
kunnen doorstaan. Er zijn destijds in de hitte van den
strijd kerken geplunderd geestelijken mishandeld en
andere daden van geweld gepleegd die beter niet waren
geschied. Maar verlangt de Brielsche commissie dat
wij al die handelingen zullen goedkeuren of verlangt
zijdat wij de verkregen uitkomst zullen toejuichen
En moeten de katholieken hoe zij ook denken over
de gebezigde middelen niet zelve tot de overtuiging
komen dat de afschudding van het Spaansche juk voor
Nederland een zegeu is geweest, en voor hen zelve eene
weldaad daar zij zelve werden geplaatst onder de schuts
der vrijheid en staatkundige regten en vrijheden ver
kregen die heu tegen iedere onderdrukking beveiligden?
Aau het herinneringsfeestdat wjj gereed zijn te vieren
wordt geen kerkelijkmaar een staatkundig karakter
gegeven. Het zelfstandig volksbestaan is eene weldaad,
aan alle Nederlanderszonder onderscheid van gods
dienstige rigtingbewezen, Geene godsdienstige over
tuigingen worden gekrenktmaar staatkundige overtui
gingen versterkt. Geen binnenlandsch geweld van vroeger
dagen bevestigd of goedgekeurd maar kracht geput uit
onze geschiedenis om veilig te zjjn tegen mogelijk
buitenlandsch geweld in de toekomst. Wij achteu het
verzet van het katholieke deel onzer landgenooten alzoo
van allen grond onlbloot; wij betreuren zelfs dat het
deze schoone gelegenheid tot verbroedering en eensge
zindheid wil bezigen tot verkettering en partijhaat. Als
de godsdienstige hartstogten zóó worden aangeblazen
zullen wij zeker weerloos staan tegenover iederen
buitenlandschen vijand.
Nog eene andere rigting in den lande toont zich
onvoldaan. De zoogenaamd chrislelijk-hislorische. De
mannen van de Heraut wenschen dat eene geuzen-
stichting verrjjze. Zij gaat dus zelfs verder dan de
Roomsch-katholieken: zij wil een monument van gods
dienstige onverdraagzaamheid. Zjj willen wel feestvieren
maar alléén met protestanlsche landgenooten. Zij wen
schen eene geïsoleerde feestvieringdie een bepaald
protestantschanti-katholisch karakter draagt.
Zóó ziet men hoe eene schoone zaak kan bedorven
worden, als men haar met hartstogt en godsdienstige
partgzucht vermengt. Toch wanhopen wij nog niet
geheel aan het welslagen der feestvieringal kome ook
de zeenimf te vervallen. Daarvoor waarborgt ons het
gezond verstandde vaderlandsliefde van de groote
meerderheid der natie daarvoor waarborgt ons tevens
de ervaringdie ons volk bezitdat alleen in eensge
zindheid de kracht is gelegen om ons tegenover het
verlies onzer onafhankelijkheid te vrijwaren. Even als
de gemengde schoolals zinnebeeld der Staats-eenheid
zich boven de bekrompene beginselen van het secte-
onderwijs verheftzoo zal ook de feestviering vau
1 Aprilals eene gemengde feestvieringzich van de
ketenen vau godsdienstige onverdraagzaamheid weteu
los te rukken.
Nieuwstijdingen.
Te Birmingham heeft een man zijn zestigjarige
vrouw vermoord en zich daarna opgehangeu. Toen de
zoon te huis kwam ontmoette hij zijn vader aan de
deur, die hem zeide dat hy ale ging halen. De zoon
binnentredendevond zijn moeder dood in de keuken
liggen. De politie ontdekte later deu vader nabij een
spoorwegstationhangende aau een lantaarnpaal. Iu
zijn hoed vond men op een papiertje zyn naam
Thomas Pieken en het adres van zijn broeder, doch
verder niets. Thomas Pieken was vroeger pachterdie
zich volgens zeggenniet goed gedroegzijn ver
mogen doorgebragt had en eindelijk veldarbeider was
geworden. Ook hij had (even als dr. Watsou, gelijk
wat dezen betreftuit een brief van diens vriend den
geestelijke Drew blijkt)gedurig met zyn vrouw ge
twist en dikwijls gedreigd haar en zich te zullen
afmaken.
jOuUstklmtb.
De bevolking van Berlijn telt 631 duizend Protestanten,
41 duizend Katholieken en 21 duizend Isrsëliten. De
laatsten staan, wat het meer gevorderd onderwijs betreft,
boven aan. Van 100 Israëlitische jongens bezoeken er
57 de scholen voor voortgezet lager onderwys, eu van
die der Christeuen slechts 27 van de 100. By de meisjes
maken er van de Israëlitische jeugd 66 en van de Christe
lijke slechts 16 van de 100 van dat onderwys gebruik.
Vau de 358 huisgezinnen, die gouverneurs of gouver
nantes voor zich zeiven hebben, behooren er 100 tot
de Israëlitische godsdienst.
jHebcvlantr.
Zwolle26 Jan. Naar wy vernemen is door den
regter-commissaris een commissie benoemd van des
kundigen om te onderzoeken of de hier gedetineerde
Hasseltsche bakkerwiens gruweldaad wy onlangs
mededeelden (poging tot moord op zijn 17jarige dienst
bode) ook aan zielsverbystering lijdt. De commissie zou
bestaan uit dr. van Lennep, 1ste geneesheer aan het
krankzinnigengesticht te DeventerR. de Brouwer
officier van gezondheid IbIo ld. en dr. Krosbeiden
laatsten te Zwolle.
Maastricht,28 Jan. De Rijksambtenaar Sclireuder,
dienstdoende aan het station Luik-Maastrichthad
gisteren avond de onvoorzigtigheid, voor een in gang
zijnde locomotief te willen doorloopenhy werd omver
geworpen en 25 passen voortgesleept, eer de machinist,
door het roepen der omstanders opmerkzaam gemaakt,
kon stilhouden. De ongelukkige werd een been verbrijzeld,
zoodat men onmiddellijk by zijn aankomst in het burger
hospitaal tot het afzetten daarvan heeft moeten overgaan.
By het groote bloedverlies en de reeds hooge jaren van
den lyder twijfelt men aan het behoud van zyn leven.
Goes 29 Jan. Eindelyk is het pleit beslist omtrent
de schoolgelden voor de verjaagde meisjes. De raad
heeft met eenparige stemmen besloten dat er geen
schoolgeld zal worden ingevorderd by de oudersdie
reeds geuoeg gedwarsboomd en teleurgesteld zyn, omdut
hunne kinderen van de school werden verdreven. Op
welke gronden het besluit genomen is is eene ver
borgenheid want na eene zitting met gesloten deuren,
werd het besluit zonder discussie genomen.
De sub-commissie voor het Brielsche monument
wordt hier druk besproken. Men is zoo gewoon aan
scherpe afscheiding en aan treurige verdeeldheid dat
men zich maar niet begrijpen kan hoe orthodoxen en
liberalen van vry geprononceerde richting in zoodanige
commissie kunnen zamenwerken. En in plaats van het
doel te bevorderen door die zamenwerking als een ge
lukkig verschynsel aan te wyzen heeft men allerlei
aanmerkingen en zou misschien ook op dit punt liever
twist en verwydering zien. De katholieken hebben op
beleefde uitnoodiging geweigerd om aan de commissie deel
te nemen, maar dit was hier even als elders te verwachten.
Voor de meisjesschool is nog geen voordracht ge
daan althans zoover het publiek weet. De belang
hebbenden zyn er wel mede ingenomen dat men de
zaken zoo rijpelijk overweegtmaar in dit bijzonder
gevalzouden zy een weinig voortgang in het belang
hunner kinderen wel wensclielyk achten.
TIioIoïi 29 Jan. Naar aanleiding van het rap
port dat onlangs in den gemeenteraad alhier dooi
de uit zyn midden benoemde commissie werd uitge-
bragt aangaande den weg dien men moest volgen om
de overbrugging van de rivier de Eendracht by deze
gemeente tot stand te doen komen is thans door den
raad met eenparige stemmen het volgende besluit
genomen
«behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten
ten behoeve dier overbrugging, onder nader overeen
te komen voorwaarden afstand te doep van het door
de gemeente als haar eigendom verpacht pontveer;
»nan Gedeputeerde Staten in overweging te geven
en hen uit te noodigen om aangezien die overbrug
ging zoowel de provincie Noord-Braband als Zeeland
aangaatnaar aanleiding der artt. 96 en 97 van de
provinciale wet te dier zake zich te wenden tot het
gedeputeerd colloge van Noord-Braband, ten einde by
gezamenlijk overleg, en na de noodige voorbereiding
dier zaakin de eerstvolgende zomervergadering van
de staten dier provinciën een voorstel te doen om
door de beide provinciën die overbrugging te doen
tot stand brengen."
Aan dezelfde commissie werd opgedragen zich in
persoon naar den Commissaris des Konings te begeven
om die overbrugging in zijne belangstelling aan te
bevelen.
Eindelyk word nog besloten mededeeling te doen
van hetgeen dezerzijds was geschied aan het gemeente
bestuur van Bergen-op-Zootu en aan de kamer van
koophandel en fabrieken aldaardie van hunne be
langstelling in de overbrugging bij herhaling hebben
doen blijkenten einde hen in de gelegenheid te
stellen in gelijke rigting werkzaam te zijn tot be
reiking van het beoogde doel.
ZïevïliSBee, 31 Jan. Volgens besluit van den
Commissaris des Konings iu deze provincie zal de loting
voor de nationale militie dit jaar op de volgende dagen
plaats hebben in de onderstaande gemeenten
Kortgeüe,- den 14 February voor de gemeenten Wis-
senkerke, Colynsplaat, Kats en Kortgene. Zierikzee,
den 16 Februarij, voor de gemeenten Bruinisse, Oos-
terland, Dreischor, Nieuwerkerk, Ouwerkerk en Zie
rikzee. Brouwershavenden 17 Februarijvoor de
gemeenten Burgh, Haamstede, Renesse, Noordwelle,
Ellemeet, SerooskerkeEikerzee, Kerkwerve, Zonne-
maire Noordgouwe Duivendyke en Brouwershaven.
Tholen, den 19 Februarij, voor de gemeenten St.-Phi-
lipsland Stavenisse St.-Annaland St.-Maartensdijk
Scherpenisse Poortvliet, Oud-Vossemeer en Tholen.—
Goes, den 21 Februarij, voor de gemeenten Borsselen
1s Heerenhoek Heinkenszand Wolfaartsdijk 'sHeer-
Arendskerke en Goes. Goes den 22 Februarijvoor
de gemeenten EllewoutsdijkDriewegen Oudelande
Ovezande NisseBaarland Hoedekenske.rke's Gra
venpolder, 's Heer-Abtskerke Kattendijke en Kloet-
tingen. Kapelleden 23 Februarijvoor de gemeenten
Rilland, Fort Bath, Waarde, Krabbendijke ,Yerseke
Kruiningen SchoreWemeldinge en Kapelle.
Met betrekking tot de groote gebeurtenissen, welke
dit jaar zullen herdacht worden, zijn voor de schooljeugd
bereids vier feestzangeu vervaardigd, op bekende wijzen.
Zjj zjjn getiteld: 1572, 1672, 1772 en 1872, en vervaar
digd door H. de Vries, Wz., terwijl de uitgever P.
Kluitman te Alkmaar voor eene goede uitvoering heeft
gezorgd, tegen den prijs van 5 cents, maar per 100
exemplaren voor schoolgebruik/2,50. Ook met het oog
op die naderende feestvieringen, is bij de firma Kemink
en zoon te Utrecht, eene keurige plaat uitgegeven, met
sierlijk ge'illustreerden rand omgeven, tot eene schoone
en nuttige feestgave aan de schoolleerlingen, als een
geschenk, hetwelk hen na jaren nog zal kunnen doen
spreken van heilige belangstelling van het nageslacht in
hetgeen door onze voorouders, onder hoogeren zegen,
in 1572 gedaan is. Bij een honderdtal genomen zal deze
feestplaat slechts op 10, en by 50 exemplaren op 12
centen te staan komen.
Men schrijft uit Bergen-op-ZoomIn de groote
sociëteit alhier is met algemeene stemmen het besluit
genomen de inneming van den Briel op 1 April a. s.
feestelijk te herdenken.
Yan stadswege schjjnt niets gedaan te worden. Dit
was ook wel te verwachtenwant de burgemeester
heeft geweigerd te teekenen op de lijst voor het
monumentiu den Briel op te rigtenhem ter
teekening aangeboden.
Naar men verzekertzou de persoon die aanvan
kelijk met die lyst rond gingdit op last der geeste
lijkheid hebben moeten staken.
Binnen weinige dagen zullen twee personen te
Gastel, bij Breda, hun 70sten trouwdag vieren. De
man is 91 de vrouw 88 jaren oud. Het plan is hen
met een rijtuig met zes paarden bespannen van hunne
woning naar de kerk te rijden.
Een jong kindin eene der lanen aan den
Binnenweg te Rotterdam woonachtig, zijn dezer dagen
des nachts in zijn slaap de toppen der vingers door
ratten afgeknaagd terwyl het door diezelfde dieren
ook eenige wonden aan het oor werd toegebragt.
Eene belangrijke en treurige zaak hield in de
verleden week velen te Utrecht bezig. Voor de arron-
dissements-regtbank aldaar stouden den 11 Januarij 11.
teregt: 1. mejufvrouw M. M. van Frankenhuizendi
rectrice van een inrigting te Montfoort, waar kinderen
worden opgenomen, wier ouders hen thuis niet willen
of kunnen opvoedenen ook bestedelingen onder welke
verscheidene oude liedenen 2. P. de Graaf, oud 59
jaar, bestedeling in dat gesticht beschuldigd, de
eerste beklaagde, van twee jonge meisjes in het gesticht
te hebben geslagen en mishandeld of door den tweeden
beklaagde te hebben doen slaan en mishandelenen
de tweede beklaagde van medepligtigheid aan mishan
deling. Er waren 40 getuigenzoo a charge als dé
charge, gedagvaard. Als verdediger van de eerste be
klaagde trad mr. B. G. A. Pabst op. De drie eerste
getuigen waren een der mishandelde meisjes en twee
vroegere dienstboden. Haar getuigenis kwam ongeveer
hierop neer, dat het bovengenoemd meisje eens, toen
zij een 25centstuk weggenomen had, volgens haar zeggen
om brood te koopendaar zy grooten honger had,
op last van de directrice op den zolder werd kromge-
bonden en vastgemaakt aan een paal en toen door
bovengenoemden de Graaf, met een tak van een bessen-
struik met doornen, op haar rug, handen, beenenen
aangezigt geslagen, en vervolgens gedurende den geheelen
dag in een hok opgeslotenwaar alleen door een gat
in de deur lucht en licht kon komen en dat wel eens
gebruikt was om lijken te bergen. Bij een andere ge
legenheid had de directrice haar, toen zij een vlek
op haar muts had of eeuig ander vergrijp had gepleegd,
met een borstel op het gezigt, de armen en beenen
en bij eene andere overtreding met een stoelenklopper
geslagen. Een ander meisje, dat nu krankzinnig is,
was ook verschillende malen door de directrice of op
haar last door de Graaf geslagen en opgesloten, niet
alleen bjj dag, maar ook des nachts; ook wa9 het eens
het blok aan 'tbeen gedaan, waarmede zij dan moest
loopen en werken. Herhaalde malen was haar het outbyt
onthouden, omdat zjj, last gekregen hebbende in de
bedden der mannen vlooijen te gaan zoeken, er geen
vond. Volgens de gehoorde getuigen was het voedsel
er zeer ontoereikend; vleesch werd volstrekt niet gegeven;
alleen in de dagen van de veeziekte kreeg men wel
eens vleesch. Dat ontbreken van vleesch is te meer
opmerkelijk in een gesticht, waar kinderen uit den goeden
burgerstand, zooals de mishandelden waren, tegen be
taling worden opgenomen. Onderwys werd niet gegeven;
sedert 1865 was er geen onderwijzer geweest. Nog
verklaarden de getuigen, dat de Graaf het ambt van
scherpregter vervulde, en de executiën altijd plaats
hadden wanneer hy thuis was en Zondags na kerktijd.
Vervolgens werd de vierde getuige gehoord J. van
Dokkumook een bestedeling van dat gesticht, die
tevens als portier diende. Deze had in de instructie
een zeer omstandige en voor de beklaagden zeer be
zwarende getuigenis afgelegd: onder anderen had hij
zijn mes geleend, om den bessenstruik, waarmede ge
slagen werd, af te snyden, en later had hij een doek
gehaald, om daarmede het handje van de eerste getuige,
dat hevig bloede te omwindenook de eerste getuige
en de derde verklaarden, dat hij er bij was geweest
en alles moest gezien hebben; maar nu op de teregt-
zittingna beëedigingverklaarde hij nergens van te
weten en niets gezien te. hebbenna herhaalde malen
door den voorzitterde leden en den substituut-officier
vermaand te zijn de waarheid te zeggen nadat hem
herhaaldelijk zijn vroegere verklaringen waren voor
gelezen en hy verscheidene keeren met de eerste eu derde
getuigen was geconfronteerd, bleef hij bij zijn verklaring,
van niets te weten, volharden.
Nadat de regtbank ruim een uur pauze had gehouden,
en hy dus tijd had te bedenken, beval zij, op requi
sitoir van het openbaar miuisterie, de gevangenneming
van van Dokkum als verdacht van valsche getuigenis,
en stelde zijn zaak in handen van den regter-commis-
saris. De regtbank schorste de zaak tegen de beklaagden,
totdat dit incident tot klaarheid zal zyn gebragt.
Men leest in de Heraut het volgende
Het argument dat gemoedsbezwaren tegen de vaccine
slechts by enkelen en wel bij onontwikkelden voor
komen is reeds zoo oud en beduimeld dat het bijna
alle fri9cbheid heeft verloren. Men maakt die gemoeds
bezwaren eenvoudig bespottelijk en daarmee afgedaan.
De triomf is behaaldmaar bloed kostte ze niet.
Hebben onze liberale woordvoerders dan geheel uit
het oog verlorendat die belagchelyke gemoedsbe
zwaren ook een staatkundige zij hebben waarmee men
rekenen moetwillens of nieten die geen regent
hoe liberaal ook straffeloos veronachtzaamt
De heer Blaupot ten Cate komt hunin het jongst
debat van den Groninger gemeenteraad over de ver-
pligte vaccine op de bijzondere scholen tegemoet en
herinnert hun waaraan zy zich bezondigen. Hij radi-
kaal van overtuiging en dat juist geeft dubbel ge-
wigt aan zyn woorden sprak over de verordening,
die ter tafel was aldus
„Zij is verkeerd ia beginsel, omdat er door wordt te kort
gedaan aan de persoonlijke vrijheid der ingezelcnen. In de
verordening geldt het principegeen onderwijs zonder in
enting. Spr. gelooft dat dit de sterkste dwang isdien
men ooit kan uitoefenen. Hij zal hier niet uitwijden over
het al of niet gegronde der gemoedsbezwaren die bij velen
bestaan, hij voor zich meent, dat ze ongegrond zijn maar
het is een feitdat ze bestaan dat er bezwuren bestaan
tegen deze kleine co nuttige operatie. Maar wnarom, vraagt
Spr., zal men die bezwaren niet eerbiedigen, waarom zal
de raad dit niet doen, die zijnen werkkring door regeling
te buiten gaat? Waarom geene eerbiediging juist iu
dit geval
Maar deze verordening is een uitvloeisel van een verkeerd
beginsel, dat zelfs bij onze radicalen liberalen en socialisten
ingang vindt, dat men alles wil reglementeren, dat men
den maatschappeljjken .loestaud door reglementen wil con
solideren en veranderen. Het is een beginsel't welk zich
dikwijls openbaartmen wil kunstmatig de maatschappij
vooruitbrengen maar vergeet, dat zij zich niet laat regle
menteren."
Hetzelfde schadelijk beginsel brengt die verordening
over in de school. Daar treedt het op als ongeroepen
politieman en ook als zoodanig stelt de heer Blaupot
ten Gate het aan de kaak. Nogmaalsde spreker is
zelf radikaal.
„Zij belast den onderwijzer met eene groote, moeijelijke
administratie, zij plaatst hem als agent van politie tegen
over de ouders en zal de oorzaak zijn dat een groot aantal
kinderen geen onderwijs zullen ontvangen en dat, terwijl van
eene andere of liever van dezelfde zijde aangedrongen wordt
op schoolpligtigheid. Het gevolg van al dat reglementeren
zal zijn dat er een slechte toestand geboren wordt. Er zal
geen onderwijs gegeven worden aan de kinderen dan ten
koste van de overtuiging der ouders. Het gevoel vau pligt
en verantwoordelijkheid bij de individuen zal worden ver
stompt."
Had het onzerzijds duidelijker kunnen worden gezegd
Kerknieuws.
Te Poortvliet is ds. H. Bax 21 Jan. bevestigd door
zijn voorganger, ds. de Wilde, thans pred. te Schiedam,
met 1 Thess. 5: 24a, intr. met Ps. 37: 23a.
Ds. J. Visser zal te Schoondyke op 4 Febr., en zoo
ook ds. Geertsema Beckeringh den llden dezer te Klevers-
kerke bevestigd wordende laatste door ds. van Leeuwen
pred. te Colynsplaat. Het afscheid te Kats is bepnald
op 4 Febr.
Ds. Nonhebei, pred. te Middelburg, en Ds. Hage, pred.
te Wolfaartsdijk, komen beiden voor op het zestal van
predikanten, opgemaakt door het kiescollege te Leiden
Gemengde berigten.
Het zwartje te B. zal spoedig de reis gaan aannemen naar
S., waar hij het veel beter zal hebben, want hij beviel niet
meer. Eene boeren-mcid te 's H. heeft het zoo druk met
het schrijven van brievendat zij haar werk vergeet. Zij
begint nu van een slokje te houden, dat toch altijd beter
is als tabak.
Maar maakt dat gij nooit dronken zijt,
Want zoo vermorst gij maar uw tijd,
Eu gij wordt zoo maar lui en traag,
En dat ziet toch de vrouw niet graag.
Te S. moest een slagters-zoon eu dochter zoo veel snaps
niet hebben van anderen, want het geld is bij hen ook Diet
in den weg; en:
Zij zijn zoo opgeblazen
En hebben veeltijds zin,
In groote volle glazen,
Maar wijn komt er niet in.
Iemand te D. wordt aangeraden niet meer te pronken met
geleende kleêrenwant dat kan niet blijven duren. Eene
dienstmeid te Stavenisse gaat het nu eerst naar haar zin krijgen,
want zij is uu in kennis gekomen met twee vrijers; maar zij
zullen om haar moeten loten. Een schermmeester te Stavenisse
zal zijn dogen nog moeten verwisselen voor een schrepel,
want het schermen diept niet genoeg op om er heer van te
kunnen zijn. Een arbeiders-jongen onder het Poorlambacht,
moest des zalurdogs avonds geene getrouwde vrouw gaan afhalen,
want het wordt opgemerkt; dus:
Nu weet gij het beste maat,
Dat gij zoo komt op de praat
En wil dat nu goed verstaan:
Die de schoen past trek hsra aan.
Te S. wordt een boeren-knecht aangeraden, van de meisjes
geen kwaad te spreken, daar hij zoodoende er zeker geen
vinden zal; want:
Rap van tong en schraal bij geld,
Zijn er weinig op gesteld,
Dus als gij een meisje wil,
Houdt vooral uw tong dan stil.
Ingezonden stukken.
EEN DROOM.
Ik sliep en droomdeik droomde van twee soorten
van menschen en burgersvan burgers met en zonder
slaapmuts, en gansch vervuld van 't bijwonen eeuer
meeting te Tholen (voorwaar een vrij ongewone zaak
in dit gedeelte van het kiesdistrict, dat den heer Saay-
mans Vader naar de Tweede Kamer afvaardigt) was ik in
den geest tegenwoordig bij eene tweede vergadering
naar aanleiding van de voorgestelde plaatselijke feestvie
ring op 1 April 1872. Ik hoorde één der burgersvolgens
zijn zeggen tot de laatstgenoemde klasse bekoorende
de notulen voorlezen, (hoewel ik toch duidelijk zag,
dat het niet de eigenlijke secretaris van de sub-com
missie was) van 'tgeen in de vergaderiug op 15 Januari
11. was verhandeld; ik vermeende enkele onnaauwkeu-
righeden in die notulen op te merken, waarschijnlijk
een gevolg d&ürvan dat niet de wezenlijke secretaris
maar zooals ik zeide een «slaapmutslooze burger"
de notulen had opgesteld en deze tijdens de vorige
vergadering geene aanteekeningen had gemaaktmaar
geheel op zijn geheugen had moeten afgaanen reeds
dacht ik uit des voorzitters mond de vraag te zulleu
hooren «heeft ook iemand aanmerkingen op de voor
gelezen notulen?" toen de pseud ecretaris zyn rol
van notulenschrijver vergetende, losbrak in catechetische
ontboezemingen waarvan mij nog enkele klanken zyn
bijgebleven, als daar zyn «onverschilligheid, vrees,
vrees en onverschilligheid beiden marktgeschreeuw
juist uit de struiken gerichte schoten" enz. enz na al
welke groote woorden mij één twee ja soms drie uit-
roepingsteekens als zoo vele opgeheven lansen en pie
ken (want ik begon zeer onrustig te slapen) schenen
voorgehouden te worden en juist brak de als secretaris
gefungeerd hebbende burger in een zieldoordringende
jammerklacht van«arm Vaderland" uitwaarbjj twee
dikke tranen hem over de wangen biggelden toen ik
ontwaakte en rnjj gelukkig herinnerde dat alles maar
een droom was geweest, en, dat«marktgeschreeuw"
nooit door een «burger zonder slaapmuts" wordt aan
geheven.
Tholen 26 Januari 1872. Q. N.