te maken met andere leeraars en meent dat het moeilijk zou zijn een ander leeraar voor ƒ300 te krijgen. De Voorzitter zegt dat hij dit niet juist weet, bij som mige scholen doceert de leeraar in het boekhouden somtijds nog andere vakken. De heer Jhr. de Jonge meent dat de aanstelling van den adressant tot leeraar, als het ware een contract is met de gemeente. Was er destijds slechts sprake van 2 uren les in de weekdan zou nu eene verhooging billijk zijnmaar waren toen reeds de meerdere uren te voorzien en is er op gerekenddan zou hij eene verhooging niet wenschelijk achten. De heer van der Vliet is het eens met den heer Koole dat de jaarwedde gering ismaar ook hetgeen Jhr. de Jonge zegt is waar en hij gelooft dat men het verzoek daarom niet kan inwilligen. De heer Zuurdeeg meent dat er een misverstand bestaat tusschen de commissie van toezicht en den verzoeker. Hij vraagt of. het kan worden opgelost uit het programma. De Voorzitter zegt dat het programma spreekt van han delswetenschappen in het algemeen en dat daartoe hier alleen het boekhouden behoort. In het eerste jaar was er nog geen vijfde klasse en daardoor is het verschil van gevoelen ont staan. De heer Koole stelt voor de verhooging van 100 Joe te staan. De heer Labrijn acht de belooning gering. De heer Mr. Fokker geeft in pverwegiug de beslissing aan te houden, om te onderzoeken wat aan andere scholen be taald wordt. De omstandigheid dat de verzoeker in deze gemeente de eenige is die les mag geven in het boekhouden mag den Raad niet leiden bij het nemen van een besluit. De Raad vereenigt zich hiermede. Op een ingekomen verzoek van H. J. Wijsman om eene gratificatie voor de waarneming der betrekking van kapelmeester bij de dd. schutterij, van 1 Maart tot 15 September 1871, is hem op voorstel van Burgemeester en Wethouders toege kend eene som van ƒ120. Deze som zal worden gevonden uit de Onvoorz. Li tg. De Voorzitter deelt mede dat bij de gehouden aanbesteding van het verdiepen der havens en het dempen van een ge deelte der Oude haven, met de daarbij behoorende werken, de laagste inschrijving op het eerste perceel bedroeg 32800 en op het tweede perceel ƒ8980. Die sommen overtreffen de raming nog al aanzienlijkmaar toch stellen Burgemeester en Wethouders voor het werk te gunnen. Eene herbestcding zal geen beter resultaat opleveren. Dit voorstel is zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De Voorzitter deelt mede dat de gehouden verpachting van liet ophalen der straatmestascli en vuilnishel ruimen der secreet-, riool- en zinkputten en het weghalen van op de straten liggende ficcale stolfen geen gunstig resultaat heelt opgeleverd. Het derde perceelzijnde het ophalen der straat- mest, asch en vuilnis, is door spreker ingezet en telkens met ƒ1 verhoogd tot ƒ651, d. i. hetzelfde cijfer dat zeven jaren geleden bedongen is. De meeste belanghebbenden waren tegenwoordig. Hij acht dit cijfer niet aannemelijk, vooral daar de mest in waarde gestegen is en stelt voor om de pacht niet te gunnenmaar Burgemeester en Wethouders te mach tigen nadere voorstellen te doen om de zaak onder eigen beheer uit te voeren, tenzij nog een voldoend bod gedaan werd. Hij vermoedt dat er samenspanniug heeft plaats gehad en dit de reden is dat niet meer is geboden. De heer van der Vliet is tegen dit voorstel. Hij acht bet geboden cijfer wel niet hoog, maar heeft zich afgevraagd of eene exploitatie voor rekening der gemeente wel wenschelijk is. Het komt hem voor dat de werkkring te uitgebreid is en aanleiding tot veel kosten geven zal. Hij stelt daarom voor het 3de perceel te gunnen. De heer Jhr. de Jonge wil in de eerste plaats een beter bod zien te krijgen en gelukt dat nietdan de zaak onder eigen beheer uitvoeren; de kosten zullen zoo heel groot niet zijn en valt de zaak tegen dan kan men ze weer aan particuliere krachten overlaten en het materieel verkoopen. Als de ge meente de mest verkoopt dan is de conclavedie nu bestaat verbroken, want bij aen verkoop zal er wel concurrentie zijn. Hij acht het zeer wenschelijk dat de zoogenaamde beer gemengd wordt onder de straatmest. Als men daarvan goede resultaten ziet, zal men ze meer op prijs gaan stellen. De heer Mr. Fokker wcnscht dat alle raadsleden tegen woordig waren geweest bij de gehoudene verpachtingdan zou niemand meegaan met het idee vau den heer van der Vliet. Er zaten vele landbouwers, een kamer volhet perceel kwam in opbodmaar allen zwegende Voorzitter zet het perceel laag in, hun woordvoerder biedt ƒ1 meer, de Voor zitter legtt er 25 op, de woordvoerder biedt weer ƒ1 meer en zoo komt bet eindelijk tot den vorigen prijs. De woorden moesten letterlijk uit den mond gehaald worden. De land bouwers hadden niet alleen conclave onder elkander, neen, //de man van den beer" zat ook in die kamer en was ook in de conclave. Zoo is het op de verpachting toegegaan. Hij wenscht liever al de beslommering van een eigen beheer en misschien nog minder geld in de kas der gemeente dan het perceel te gunnen. De heer Koole geeft toe dat het op de verpachtiug onge lukkig toeging, maar hij is niet voor uitvoering onder eigen beheer, als maar wat meer geboden wordt. Den huurtijd van 3 jaren, acht hij wel wat kort. De voorzitter kan zich niet vereenigen met hetgeen de heer van der Vliet gezegd heeft. Er is een huurtijd van 3 jaren voorgesteld, omdat men eene combinatie wenschte met de zoogenaamde beer. Een redelijk bod acht hij meer wenschelijk dan uitvoering ouder eigen beheer, waarvoor echter pleiten zou de wijzewaarop de ingezetenen nuzooals hij vernomen heeft, soms geëxploiteerd worden. De lieer van der Grijp had gaarne gezien dat de pereeeleu gecombineerd verpacht waren, al was het ook voor minder geld. De landbouwers zouden dan geleerd hebben den //beer" te gebruiken. Komt er een goed bod, dan zou hij perceel 3 daarvoor willen geven, en anders de zaak in eigen beheer uitvoeren. De heer van der Vliet deinst terug voor de kosten eener exploitatie voor gemeenterekening. Hij meent dat tegen woordig zoowel de kwantiteit als de kwaliteit der mest minder is dan vroeger. Er is veel asch van kolen in en die schijnt niet goed voor mest te zijn. De Voorzitter en de heer Koole beweren dat het de schuld is van de pachters als er minder mest is dan vroeger, want dat slecht opgehaald wordt. De heer van der Grijp zegt dat juist de asch van kolen eene goede bemesting is en dat men de ziekte in aardappels er mede tegen gegaan heeft. De heer Mulock Houwer zal tegen het voorstel stemmen. Hij acht den prijs niet te gering. De beer Zuurdeeg vraagt of men de verpachting niet kan houden voor 7 jaren en ae zaak aanhouden tot dat dit ge beurd is. Een eigen beheer, hoe accuraat ook, acht hij ge vaarlijk; de gemeente is daartoe ook te klein. Het voorstel van den heer van der Vliet is verworpen met 10 tegen 1 stem, die van den voorsteller. Dat van Burgemeester en Wethouders is aangenomen met 9 tegen 3 stemmen. Tegen stemden de HH. Mulock Houwer, van der Vliet en Zuurdeeg. De Voorzitter stelt, namens Burgemeester en Wethouders, den verkoon voor van 7S opgaande hoornen, als 18aan den grnchtwcg bij de gasfabriek, 11 aan den weg genaamd Malta 27 aan tien weg van het sas naar den zaagmolen en 22 op de commercie werf. Zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. Hij stelt, namens Burgemeester en Wethouders, voor om 2 ares 05 centiares tuin bij de mcestoof //de Zon," onder de hand te verpachten voor den tijd van zeven jaren, voor ƒ3 'sjnars, aan C. Meerse. Goedgekeurd zonder hoofdelijke stemming, doch onder de door Mr. Mocns voorgestelde voor waarde inits cr geen zclknsch meer in het perceel aanwezig is. De heer van der Grijp verlaat de vergadering. De Raad is ccnigen tijd met gesloten deuren vergaderd. Heropend is het aanvullingskohier voor den hoofdelijke» omslag over 1871 vastgesteld op ƒ96,19^. De Voorzitter deelt mede dat de gemeente drie aandeden moet nemen in de opgerichte Zeeuwschc spoorbootmaatschappij. Voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter stelt, namens Burgemeester en Wethouders, voor om het onderhoud der havenhoofden, waarvan het con tract met 1 January 1872 expireert, buiten besteding te laten, totdat bet beheer van den polder Schouwen volgens het nieuwe reglement zal geregeld zijn. Alzoo besloten. De Voorzitter stelt nog, namens Burgemeester en Wet houders voor om het uitgegraven Zeiketerrein aan de zuidzijde van den straatweg en achter de Wereldstoof voorloopig te effenen om later voorstellen omtrent dat terrein te doen. Er zullen j). m. 4000 vierk. meters grond verwerkt moeten wor den en de kosten, die niet zoo heel juist te berekenen zijn, worden op ƒ800 geraamd. Op voorstel van de IIH. Labrijn en Mr. Moens is de behandeling dezer zaak aangehouden tot eene volgende ver gadering. De Voorzitter deelt mede dat Burgemeester en Wethouders het gevoelen hebben ingewonnen van dc commissie van toe zicht voor het M. O. over het schoolgeld van de toehoorders op de lessen der Hoogere Burgerschool en dat het schrijven dier commissie voor de leden op de secretarie ter visie ligt. De vergadering is daarna gesloten. (iedrukt bjj DE LOOZE COMP., Meclstraat.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1871 | | pagina 4