ie.
[\o. 2697.
Donderdag 18 November 1869.
26stc Jaarg.
DE LOOZE WAALE.
Nieuwstijdingen.
•JFVawtlriffe.
SJetgic.
M-efcerlnnft.
ZIERIKZEESEHE MEIWSRORE.
31 oli abonneert zieli:
In Nederland bij de Uitgevers
Hoek van de Sehuithaven, B, No. 94,
en bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren.
Noord-Amerika bij J. QUINTUS, te Grand Rapids, Staat Michigan.
Brieven en I«gezondene Stukken franco.
A_t>li ii emeiits-Pr Ij s:
Voor 3 maandenj 1*30.
Pr an co per post, in Ncderlaud1,60.
Voor Noord-Amerika, franco New-York - 3,90.
V ers<ili ij ut:
Diugsdag, Donderdag en Zaturdag.
A d vertentiën:
10 cent per gewone regel.
GROOTE LETTERS worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën voor den werkenden staud a 30 Cents.
Bekendmakingen van ondertrouw of huwelijk a 40 Cents;
dito van 25- of 50jarige Eehtvereeniging a 50 Cents a contant
en franco aan het Bureau.
De inzending der Advertentiën kan geschieden tot
Maandag, AVoensdag en Vrijdag, des voormiddags 10 ure.
Door liet Postkantoor te 'Molen zijn gedurende de
Miste helft der maand October jl. verzonden de na
volgende brieven waarvan de personen ter plaatse op
Je adressen vermeld onbekend waren
een aan J. de SA Alt te St.-Philipsland.
A. van LOON te Bergen.
Yan het Hulpkantoor Oud- Vossemeer
een aan A. LUCKSENBUltG te Tholen.
Gedurende de laatste twaalf maanden zijn er 390,000 land
verhuizers, dus meer dan 1000 per dag, in New-York aangekomen.
|)it gilal overtreft dat van alle vorige jaren. Met liet oog
)p deze toenemende vermeerdering is men aldaar bezig ccne
maatschappij op te rigten, die zich ten doel zou stellen de
vreemdelingen do beste plaats aan te wijzen, waar zij zich
nen vestigen, en zoodoende de overbevolking tegen te gaan,
reeds in de oostelijk gelegen steden van de Vereenigde
Staten wordt opgemerkt.
De te New-Yorlc uitgegeven wordende Courrier des
Etuts-Ums hangt een treurig tafereel op van den maat-
schappeljjken toestand te Washington, den zetel van het
icstnur. Misdaad en rooverjjen vermeerderen daarin veel
erger mate dan in eenige andere stad. In de voorsteden
vooral zijn de misdaden menigvuldig, en durven de
moeders hunne kinderen, van welken leeftijd zij ook
;ijn, vooral hunne dochters, die aan de schandelijkste
aanslagen der negers blootstaan, niet meer buiten het
niderlijke huis laten. Hoewel in den laatsten tijd eene
inelle "geregtigheid ten aanzien van de schuldigen uit-
;eoefend werd de blanken passen op dezen gewoonlijk
Je Lynch wet toe vermeerdert het aantal der misdadi
gers steeds. De Courrier wijt dien stand van zaken
ïoofdzakeljjk aan de onbeschaamdheid der brutale v rij -
gemaakte negers, waarmede de stad bezoedeld is, en die
men er slechts in behoudt omdoor middel van hunne
stemmen, nog ontaarder mannen dan zij zeiven aan het
jestuur te houden." Worden de booswichten bij toeval
jevangenen genomen dan worden zij door eene talrijke
icnde gewapende lieden van hun ras bevrijd.
De brief van den correspondent van de Daily News in
Egypte is te belangrijk, om er niet eens op terug
ie komen. Hij begon zijne togten op het nieuwe Kanaal
;e Ismaïla, de nieuwe stad, welke naar den tegenwoor-
digen Khedive, even als Port Said, naar zijn voorganger
genoemd is. De stad ligt aan het meer Timsahdat juist
uil ver \^eg tusschen de Middellandsche en de Roode zee
jelogen isen naar zijne beschrijving te oordeelen
ïeeft Aladdin's lamp nooit zulke ongelooflijke wonderen
gedaan in een korten tijd, als de Heer de Lesseps in de
voestjjn verrigt heeft. Zeven jaren geleden was alles eene
larre woestijn; de stad met hare menigte schoone villa's,
iet blaauwe meer, de vruchtbare tuinen hebben allen
mn ontstaan aan het kanaal te danken. Men beweert
Jat het eenige wat noodig is om de dorre woestijn in eene
ijke vlakte te veranderen, zoet water is, en de compagnie
ïeeft daarom een zoct-water kanaalnaast het groote
ireede zeekanaal gegraven. De tuinen waren vol druiven,
iranjeboomenklimop, rozen en geraniums, en in het
nidden der nieuwe stad is een „sqare" met boomen.
2en boulevard verdeelt de stad in tweeën, en aan den
oever van het meer wordt een groot paleis opgerigt voor
den Onderkoning. Te Ismaïla ging onze correspondent
in de stoomboot, welke hem door het kanaal naar Port
3aïd zou brengen. Het woord kanaal is echter misleidend
zegt hij. Onwillekeurig denkt men aan sluizen een
jaagpad, en schuiten door paarden getrokken, en in
plaats van datbevindt men zich op eenen breeden
niagtigen stroom die regt op zijn doel afgaat; vliegende
visschen scheren het water voor de boeg van het schip
en het water krioelt van zeevisch. Wanneer men Ismaïla
verlaatdenkt men aanvankelijk dat de boot zee kiest
zoo ontzaggelijk ver sterkt het water zich aan weerszijden
voor u uitdoch na een kwartier gevaren te hebben
komen de oevers naderbij en bevindt gij u in het kanaal.
Aan de oevers van 'het kanaal ziet men duizende
mannen aan het werkterwijl ontelbare kameelen en
ezels aarde en zand torschen. Nubiërs zwemmen de boot
le geraoet en men ziet hunne zwarte aangezigten en
witte tanden in de zon glinsteren als zij ons groeten,
en Mahomedaansche werklieden bidden en raken den
grond met hunne voorhoofden aan terwijl een lange
reeks kameelen met zand beladen wordt. Men kan van
liet kanaal uit niets van het land zien. Het kanaal loopt
te midden van twee hooge zanddijken, welke men be
plant en op sommige plaatsen door steenen tegen ver
stuiven en inzakken beveiligt.
Ofschoon het kanaal zeer breed is en men eene menigte
Egyptische schepen, met hunne hooge masten en vreemde
zeilen, overal ziet varen, moet men niet vergeten, dat
deze schepen weinig diepgang hebben, en dat groote
ichepen, die het midden van het kanaal moeten houden
elkander niet zullen kunnen voorbij gaan. Daarom wor
den tien baaijen in het kanaal gegraven op verschillende
plaatsen. Om de 10 Eng. mijlen, 12 uren gaans, zal er
dus gelegenheid voor groote schepen zijn, om elkander-
voorbij te varen, te keeren en te ankeren. Slechts een
dezer baaijen, die te Cantara, is reeds geheel gereed.
De slotsom van de bevindingen van den Engelschen
correspondent en zijne vrienden was, dat een kanaal
van 60 a 65 voet breed en 24 a 26 voet diep gegraven
en gereed is, behalve dat eenige ondiepten, welke men
juist heeft weten te vinden en aan welke men hard
werkt, nog moeten verwijderd worden. Daar de grootste
stoom booten, die op Indië varen, slechts een diepgang
van 20 voet hebben (de Great Eastern, toen hij den ge-
heelen Atlantischen kabel aan boord had, had slechts
een diepgang van 27 voet aan den boeg en 32 voet
aan de plecht) is het kanaal, als de laatste ondiepten
verdwenen zijn, voor de groote vaart geschikt. Om het
zoo te houden, zal men waarschijnlijk voortdurend ka
pitaal en arbeid moeten aanwenden doch dat het
grootsche plan van den Heer de Lesseps volkomen ge
lukt is, lijdt niet den minsten twijfel.
Volgens de laatst ontvangen berigten gaan de kan
sen der kandidatuur van den hertog van Genua niet
vooruit. In de provinciën is zij zeer ongunstig opgeno
men. De hertog de Montpensier is daar veel meer ge
zien. Bovendien stelt het gouvernement van Italië zulke
harde voorwaarden, dat het zeer onwaarschijnlijk is,
dat de jonge kandidaat ooit zooveel stemmen op zich
zal vereenigen, als de Italianen verlangen. Eene kleine
meerderheid is hun niet voldoende; ware dit zoo dan
bestond er nog eenige kansdoch zeer te regt wei
geren zij den jongen vorst afhankelijk te maken van
de wisselvallige ondersteuning van enkelen om hem
misschien te eeriiger tijd een lot te zien bereiden als
dat van aartshertog Maxiliaan van Oostenrijk in Mexico.
De aanzoeken van het voorloopig bewinddat men de
eischen wat lager stellen zal zjjn dan ook te regt nog
niet ingewilligd en 'tis ook niet waarschijnlijk, dat
het ooit daartoe komen zal.
Het volgende wordt uit Parijs gemeld, met de bijvoeging
dat het geenszins een verdichtsel, maar eene ware gebeurtenis
isJüi' een vroegen morgen kwam een heer, die voor zijne
zaken op reis moest, door de rue dn inouliu. Voor een scheer
winkel gekomen zijnde, viel hem in zich te laten scheren
alvorens verder te gaan. Hij gaat hij den Figaro binnen, zet
zich neder en wacht op zijne komst. De barbier verschijnt:
het is een tamelijk ruw, breedgeschouderd persoon, die, te
oordeelen naar zijne gespierde gestalte, beter achter den ploeg
of oin met den voorhamer te werken geschikt was, dan om
het scheermes te haritceren. Daarenboven had hij een ongewoon
wild uitzigt; zijne groene oogeu blikten woest van onder zijne
vooruitstekende voorhoofdsbeenderen zijn perkament kleurig ge-
zigt werd door digt kroezig haar, in verwarden toestandom
geven; iets sterk terugstootends was op zijn geheele gelaat
verspreid. De binnengekomene sloeg daarop echter aanvankelijk
weinig acht, men ziet in een stad als Parijs zooveel ongewone
typen dat een onverschillig mcnsch het onnatuurlijkste eindelijk
als geheel »conune il faut" voorkomt. Eerst toen de barbier
zijnen klant het schecr-servct had voorgedaan viel hein zijn
weinig vertrouwen verdienend voorkomen iu het oog. Hij zou
echter nog meer ondervinden. De barbier sprak veel en snel,
terwijl hij den man inzeepte. »Ik verwachtte n" zcide hij onder
anderen." »lk weet alle nieuws. Weet gij reeds dat het Louvre
heden nacht is afgebrand?" Dal is niet mogelijk antwoordde
de ingezeepte. „Wat ik u zeg is waar; men is den brand
niet meester kunnen worden." „Het is ongelooflijk! Ik heb
er nog geen woord van gehoord." Ook ia de Seine buiten
hare oevers getreden en heeft het Panthéon overstroomd. Dat
weet gij dan zeker ook nog niet?" Nu begreep de heer B.
hoe hij het met den barbier had; de man sprak waanzin, hij
was krankzinnig! En daar zat hij nu, met ingezeept gezigt
en voorgebonden servet, niet in staat zicli te verroeren zonder
de opmerkzaamheid van den gek te trekken en welligt een Moe
digen afWiral te veroorzaken. Nu nam de vreesselijkc man een
scheermes', zette het op den strijkriem aan en zag intuscheu
den armen klant nan met een blik, zoo grimmig en bloed
dorstig als waarmee een kannibaal zijn slagtoffer zou beschouwen.
De heer 13. begon in te zien dat zijn toestand niet van
de benijdenswaardigste was. Hij was alleen inet zoodanig mensch.
Het kostte hem moeite zijn angst niet te doen blijken. liet
zweet kwam hem op het voorhoofd. Wel zou hij op een
haastige vlugt: opstaan, den stoel omverwerpen en op de deur
toe te gaan ware het werk van ecu oogenblik geweest, maar
zou eene poging tot ontvlugten den vreesselijken man met het
scheermes in de hand, niet toornig doen worden? Evenwel
wilde de heer II. zich tot eiken prijs verwijderen Doch,
juist op het oogenblik dat hij, meer dood dan levend, zich
gereed maakte om op te springen en weg te loopen, zeide de
barbier tot hem: Dit is een nieuw scheermes, dat ik juist
van Chntellerault ontvangen heb. Die messen snijden goedgij
zult het zelf zien. Ik wil er zelf eerst de proef van nernen."
Dit zeggende, plaatste de krankzinnige zich met den rug tegen
den muur en sneed zich met den haarscherpen kling zoodanig
in den hals, dal zijn hoofd bijna van don romp gescheiden werd.
Ontzet sprong de vreemdeling op om den ongelukkige het mes
te ontrukken. Op zijn hulpgeroep schoten eenige buren toe,
ook een geneesheer verscheen spoedig, doch alle hulp kwam te laat.
De heer B. heeft éénc ondervinding meer opgedaan en hoewel
die niet van de aangenaamste is, heeft zij hem geleerd wat
doodsangst is.
Naar gelang liet oogenblik meer nadert, waarop
Troppmann voor het hof moet verschijnen verliest de
beschuldigde meer en meer de driestheid door hem
vroeger schier nooit verloochend. Hij heeft allerlei lis
ten en lagen bedacht, om dat voor hem, naar het schijnt,
zoo vreeseljjk oogenblik te doen uitstellen; hjj heeft
voorgewend in den Elzas misdaden te hebben gepleegd,
in de hoop, dat men hem derwaarts zou voeren, waar
door het onderzoek natuurlijkerwijze zou worden gerekt,
en welligt, want hij is stoutmoedig genoeg, de gele
genheid zou gevonden worden om nog te ontsnappen.
Dat alles heeft hem geen schrede nader tot het beoogde
doel gevoerd, en toen nu voor een paar dagen dooi
den regter, met de instructie der zaak belasthem
werd medegedeeld dat de stukken van zijn proces naar
het hof waren verzonden geraakte hij zijne bezinning,
op het vernemen van die woorden, geheel en al kwijt.
Van den schrik hersteld, heeft hij op nieuw getracht
middelen te vindenom de openbare behandeling zijner
zaak te doen uitstellen. Gisteren ochtend namelijk,
toen men hem te kennen gaf, dat hij niet naar den
Elzas zou worden vervoerd, dan nadat men het lijk
van Jean Kinck had gevonden, heeft hij den heer Claude
nauwkeurige aanwijzingen ter hand doen stellen ten
aanzien van de plaatsen door hem in gezelschap van
Kinck (den vader) in der tijd bezocht.
Naar het verhaal door hem daaraan toegevoegd
heeft hij Jean Kinck, in de nabijheid van het dorp
Hevenfluch, naar den zoom van het woud geleid, onder
voorwendsel dat hij hem over eene gewichtige zaak
wenschte te onderhouden. Zoodra zij aldaar waren
aangekomen had hij den niets kwaad vermoedenden
Kinck vermoord en op die plek onder de aarde bedol
ven. In de oniniddelijke nabijheid van de door hem
aangeduidde plaats is een diepe afgrondwaarin hij
welligt liet lijk heeft geworpen.
Al die uitvlugten en listen zullen niet verhinderen
dat zijn proces in de eerste helft der volgende maand
voor het hof zal worden behandeld. De publieke aan
dacht is zeer gespannen en reikhalzend zien velen uit
naar het oogenblikwaarop met de zaak een begin
zal worden gemaakt.
De cholera bedreigt ons weer uit het Oosten; uit
den Kaukasus is zij naar Kiew gekropen en eischt daar
thans reeds vele slagtofïers. Meer en meer heeft zij het
karakter van epidemie aangenomen. De Oostenrjjksche
en Prnissische regeringen zullen der menschheid eene
groote dienst doendoor strenge maatregelen te nemen
tegen den indringenden vijand.
Vóór negen jaren verliet een braaf werkman de stad
Eecloo, om zich met vrouw en kinderen neder te zetten
te Brussel, in de hoop er het bestaan te vinden dat
lie.m hier, ondanks al zjjn en jjver ontbrak. Op zjjn deur
had hij geschreven
Ik vertrek in den nacht
'k Laat mjjn meubels voor den pacht
Zonder falen
Kom ik later mijn andere schuld betalen.
Inderdaad, de vorige week kwam de eerljjke man te
Eecloo, bood zich bij zjjne schuldeischers aan en betaalde
elk hunner tot den laatsten cent toe.
A.iiister<1iim 14 Nov. Gisteren i8 door de
ambtenaren der in- en uitgaande regten alhier, eene
zeer belangrijke sluikpartij achterhaald. Zjj hebben
nameljjk aan boord van een alhier op den Amstel
liggend Rijnschip een groot aantal fusten gedistilleerd
ontdektwelke onder steenkolen waren verborgen.
Niettegenstaande het scheepsvolk de vaatjes meerendeels
den bodem had ingeslagen zjjn de ambtenaren er in
geslaagd zich meester te maken van nagenoeg 12 a 15
hectoliters gedistilleerd en 12 ankers wijn, welke te
geljjk met het schip in beslag zijn genomen.
De schipper, die waarschjjnlijk slechts een werktuig
is geweest in de handen eener combinatie van eenige
gewetenlooze smokkelaars hier ter stede, bevindt zich
ten gevolge van de tegen hem ingestelde bekeuring in
een min benijdenswaardige toestand de door hem
verbeurde boete zal eenige duizende guldens beloopen.
Hulst, 14 Nov. De Etoile Beige behelst dd. 7 Nov.
het berigt dat te Dak nam bjj Lokeren (een paar uur
van de Nederlaudsche grenzen)de runderpest was uit
gebroken en dat er 17 koejjen waren afgemaakt. De
Echo de Bruxelles gaf vervolgens hetzelfde nieuws ten
beste, doch gewaagde slechts van 2 afgemaakte, maar
van 17 afgezonderde koejjen. Uit alhier ontvangen
inlichtingen blijkt evenwel dat het nieuws gelukkig een
oprechte Canard i9 geweest en er te Daknam geen zweem
van de gevreesde ziekte bestaat. Vermoedeljjk heeft
men zich vergist en zal men de tongblaar hebben willen
aanduiden.
Van de tongblaar en 'tklaauwzeer merkt men in deze
streken gelukkig nog niets. Ook van de veepest van voor
eenige jaren bleven onze districten geheel verschoond.
15 Nov. In het Oostgat is in
den nacht van Zaturdag op Zondag gestrand en ver-
brjjzeld de Fransche chassemarée Albert Courrier de la
Manche, gezagv. Vigo, met wjjn, naar Brussel bestemd.
De equipage is, met uitzondering van één man gered.
Van bovengenoemd schip zijn tal van vaten met wjjn
rum cognac en dergelijke begeerljjke zaken gevuld
aangespoeld op het strand te Zoutelande. Zij schjjnen
zulk een aantrekkingskracht te hebben gehad voor vele
bewoners in den omtrek dat deze den lust niet hebben
kunnen weêrstaan zich van den inhoud meester te maken.
De burgemeester achtte het noodig tegen deze onregt-
matige toeëigening de hulp der justitie in te roepen
en dientengevolge trokken detachementen huzaren en
marechaussees uit deze gemeente tegen den avond der
waarts. Bjj het aankomen van zulk een indrukwekkende
magt zochten allen die met het vullen van kannen
flesschen of kruiken bezig waren en zjj die tot navolging
van dat voorbeeld toesnelden een goed heenkomen.
De aangespoelde strandgoederen waaronder nog eenige
honderden onbeschadigd gebleven vaatjeszjjn thans
tegen het duin bjjeengebragt en onder voldoend toezigt.
18 Nov. Als eene bjjzonderheid kunnen
wij mededeelen dat Christina van Thiele alhier heden
haar 97ste geboortedag viert. Op lOjarigen leeftjjd in
deze gemeente gekomen heeft zjj alzoo nu 87 jaren
alhier doorgebragt. Hoewel steeds gezond geweest zijnde,
is zjj in den laatsten tijd sukkelendeterwjjl haar het
gezigt bijna geheel ontbreekt.
Brouwershaven, 16 Nov. Door de stemge
rechtigde kiezers der Hervormde kerk alhier, zjjn tot
gemachtigden van het Kiescollege herkozen de Heeren
M. J. Arnold, C. 11. Smits, M. Constandse Johz. en C.
van der Sloot, terwjjl in eene vacature, door overljjden
ontstaan, gekozen is L. der Weduwen.
In den afgeloopen nacht van gisteren is op den
Banjaard gestrand de Eng. brik Ann, kapt. T. T. Tul!jj
geladen met steenkolen en bestemd naar Rotterdam.
De kapitein en vjjf man der equipage hebben zich
met de boot gered en zjjn alhier aangekomen doch
twee mannen zjjn verdronken.
Zie.i-ilïxee, 17 Nov. Met ingang van 6 Decem
ber a. s. wordt de Rijkstelegrafist Al. Speijer, van het
kantoor te Meppol overgeplaatst op het Rijk stel eg raaf
kantoor alhier.
Z. K. H. Hendrik heeft 150 mud aardappelen be
schikbaar doen stellen om bij gelegenheid der feestviering
van 17 Nov. aan 300 behoeftige huisgezinnen, elk
een half mud te doen verdeelen.
Het pas gebouwde fort nabij Abcoude is de vorige
week van zjjne fundamenten geweten alzoo in een
puinhoop veranderd.
Een bouwkundigedie de bouwvallen van bet fort
beeft bezocht, deelt omtrent de aanleiding tot het on
geval het volgende mede: Om het fort is een gracht
gegraven van 12 nieters breed, en aan de Zuidzijde tegen
het steenen gebouw aangelegd een zware aarden wal,
hooger dan het gebouw zelf, dat geenerlei ondersteuning
tegen den daardoor veroorzaakten druk vond, ja zelfs
door die gracht in nog ongunstiger toestand geplaatst
was om dien te verduren.
Niettegenstaandeaanmerkelijke zakkingen en verschui
vingen van den aarden wal de overtuiging geven moesten
dat het met den ondergrond gansch niet richtig was, is
men maar voortgegaan met het hoogen van den wal, en
het einde is natuurljjk geweest, dat het gebouw is voor
uitgeschoven van zjjn fundeeringen, en geheel tot eene
ruïne werd zoowel het werk als de drie omliggende
bruggen, terwjjl de gracht spoedig volgeperst werd met
grond in plaats van met water.
Aldus is een uitgave van bjjna drie tonnen gouds ge
heel nutteloos geworden; een massa van vjjf millioen
metselsteenen is tot puin gewordenHet is hoogst nood
zakelijk, dat het gebeurde aan een naauwkeurig onderzoek
worde onderworpen, opdat die schade ons althans weer
wat wjjzer moge maken en ons leeren. dat men op onzen
slappen bodem zoo lielangrjjke werken niet met genoeg
voorzorgen kan aanleggen.
Een vergelijk tusschen de reizen der beide sche
pen Noach I en Ferdinand Louis, beiden dezer dagen
gearriveerd te Zierikzee en te Ramsgate, valt niet ten
voordeele van jjzeren schepen uit.
De Noach I verliet Brouwershaven den 15 Maart
dezes jaars, terwjjl de Ferdinand Louis 43 dagen
later (27 April) de veede van Soerabaija verliet, en
thans komt de Noach I nog één dag vroeger (9 No
vember) te Zierkzee binnenterwjjl de Ferdinand
Louis het slechts tot Ramsgate (10 November) heeft
kunnen brengen, zoodat de Noach I met een verschil
van 42 dagen in denzelfden tjjd de reis heen en terug
naar Java maaktlossen en laden medegerekend als
de Ferdinand Louis noodig heeft om alleen de tehuis-
reis te maken.