T
ZIIIUkZHStlN MEI WSBODE
r
■zï 1
/AL, I
R
Z
Xaturdug 4 September 1809.
Kewaaib
'^0,000
VftD f
waarborg tan I
(ortige onder- I
et bedrag
Os verloting. I
0 1
ïeinersdoor
ing is echter
loten bij
ZB ell Zoo 1
Men abonneert zicïl»:
Ia Nederland bij de Uitgevers
DE LOOZE WAALE.
IIoclc vau de Sehnithavcn, B, No. 94,
en bij alle Boekhandelaren én Postdirecteuren.
In Nooi J-Amcrika bij ,1 QUI NT US, te Grand Rapids, Staat Michigan.
Brieven en Ingezondehe Stukken franco.
Ahon nemen tS-Pry
Voor 3 maanden1>30.
Frauco per post, in Nederland- 1,60.
Voor Noord-A merika, franco New-York - 3,90.
No. 2665.
V erseli ij n t:
Dingsdag, Donderdag en Zatur lag
A <1 vert o n tien:
10 eciit per gewone regel.
GROOTE LETTERS worden naar plaatsruimte berekend.
Advertoutiën voor den werkenden stand h 30 Cents.
Bekendmakingen van ondertrouw of huwelijk a 40 Cents;
dito van 25- of Sftjarigc Eehtverccniging u 50 Cents a contant
en franco aan het Bureau.
De inzending der Advcrtentiën kan geschieden tot
Maandag, Woensdag en Vrijdag, des voonniddags 10 ure.
ubïiro-,
IKZfl. -
20, 25.
Keus
'RA.
OPENBAKE ZITTING
lm deo Gemeenteraad te Ziertkzeeop DINGSDAG
éP„ 7 SEPTEMBER a. s., des namiddags te twee ure,
5en Raadhuize.
r.
per flesch.
ll
SEIS
iit.
nsti
ten
ZE ti
1,
een
den
i
IID
:an,
:ii>
v
a
De ^e>ne«-iitol>«-s:,'<>0ti»K' voor
jg^O, ligt tot. den 14 September a. s. ter
lTzing op de Secretarie, en is tegen betaling der kosten
'verkrijgbaar gesteld.
De afschaffing van de doodstraf.
In de laatste jaren is in ons land geen doodvonnis,
oor don rechter uitgesproken ten uitvoer gelegd,
edert 25 jaren is in verschillende landen de vraag aan
e ordebehoort de doodstraf in onze meer beschaafde
enw te worden toegepast? Het gewicht van de vraag
is niet te ontkennen en nu men beweert dat onze
e^eering het voornemen heeft om de kwestie door
t\\ voorstel van wet te doen uitmakenis het wen-
ichelijk dat men er algemeen zijne opinie over late gaan.
3e Minister van Justitie zon den wetgever toch willen
iloen bepalen, dat in plaats van de doodstraf 25 jarige
iuchthuisstraf toegepast zou worden.
Wij zijn tegenstanders van de doodstraf. Wat de
maatschappij noodig heeft, om orde en veiligheid te
bewaren, is de wetenschap dat zij die zich tegen per
sonen of goederen vergrijpen, dit niet ongestraft mogen
doen. Wraakneming is nooit het doel van den wetgever
geweest. Elke straf tegen misdaad, wanbedrijf of over
treding bedreigd, heeft afschrikking ten doel. Vroeger
dacht men er anders over en waren de straffen bar-
baursch, overeenkomstig met de zeden.
Heeft de ondervinding bewezen, dat de doodstraf aan
dat doel beantwoordt? Is men steeds meer teruggedeinsd
voor handelingen, waartegen doodstraf bedreigd werd?
De ondervinding leert het tegendeel. Toen in alle landen
niet alleen het oog om oog, tand om tand gold, maar
in Engeland op diefstal de doodstraf stondheeft die
strafbedreiging zakkerollers en dieven niet doen terug
beven. Toen milder straf bepaald werd, was de on veilig
heid geenszins grooter. Sterker bewijs is moeilijk nan
te voeren, dat de doodstraf, als straf bij uitstek, niet
iets zoo afschrikkend heeft, dat zij als veiligheidsklep
voor rust en orde in de wetboeken behouden moet
worden. Het denkbeeld, dat men het leven zal verliezen
f is voor velen nog minder geducht dan dat van jarenlange
beroovir.g van de vrijheid van beweging
In vroeger tijden was de doodstraf de algemeene regel
voor tal van misdrijven. Meer en meer is men er toe
I gekomen alle straffen in overeenstemming te brengen
met de begrippen van onzen tijd. Men wil den misda-
j diger gelegenheid tot berouw en boete laten. De dood
straf is voor vele misdrijven niet meer toepasselijk ver-
klaard, evenmin als geeselen en brandmerken, eertijds
niet minder algemeen in zwang. Daarentegen zeggen
de voorstanders van de doodstraf, met Alplionse Karr
als de moordenaars geene doodslagen meer plegen
kunnen wij opbonden de doodstraf toe te passen; laat
de moordenaars beginnen en wij zullen volgen. Men
voegt er de vraag bijwat moet er gedaan worden met
een man, die eene of andere gruwelijke misdaad pleegde
en deswegen tot langdurige opsluiting is veroordeeld,
maar rlie in de gevangenis zijn bewaarder doodt? Zal
dat straffeloos kunnen plaats hebben?
Wij zien in die vraag niets anders dan het bewijs,
dat opsluiting in eene gevangenis geene alles afdoende
straf is en er iets beters noodig is om misdadigers on
schadelijk en beter te maken.
Wat toch boven alles tegen de doodstraf pleit, is de
mogelijkheid van menschelijke dwaling. De rechter is
mensch. Hij is gewoon overtreders van de wet en aan
randers van de maatschappelijke orde voor zich te zien
verschijnen. Hoe menschlievend ook, huivert hij ten
slotte minder tegen veroordeeling tot de doodstraf, als
de wet die bedreigt en de bewijzenzij het slechts
schijn, tegen een beschuldigde pleiten. De rechter weet
ook dat het recht van gratie het edelste prerogatief
der vorsten is. Talrijk zijn dan ook de voorbeelden van
rechterlijke dwalingen. Is het nu niet vreeselijk dat bij
toepassing van de doodstraf herstel onmogelijk is? Zou
men niet liever tien moordenaars niet met den dood
straffen dan te weten dat één enkel onschuldige ter
dood werd gebracht?
Zal men nu de doodstraf bij de wet afschaffen De
tegenwoordige toestand, zeggen sommigenis onhoudbaar.
De wet bedreigt nog te dikwijls die straf. Men beperke
ze dus tot uiterst zeldzame gevallen. Anderen willen ze
onvoorwaardelijk afgeschaft zien of den rechter de be
voegdheid geven om, bij elk kapitaal misdrijf de straf
naast den dood toe te passen. Eindelijk heeft prof.
Goudsmit, te Leiden, zijne stem verheven om het bestaande
te handhaven.
Men zegt: de toestand is niet goed. De wet stelt op
menig misdrijf doodstraf en nu wordt het regel ze niet
toe te passen. Daardoor worden de wet en het koninklijk
recht van gratie tevens illusoir. Zijn die bezwaren zoo
gegrond, dat men ze moet doen gelden? Prof. Goudsmit
26s,e Ja a eg.
ontkent dat. Volgens hem brengt de richting der eeuw
en onze beschaving afschaffing van de doodstraf mede.
Maar nog is de afkeer tegen die straf niet zoo onvoor
waardelijk en algemeen dat men niet bij het plegen
van eene of andere erge gruweldaad de vrees moet
koesteren, dat reactie zou kunnen plaats hebbendaarom
acht hij den tegenwoordigen toestand beter, als overgang
en totdat men er aan gewoon zij geen doodvonnis te
doen uitvoeren.
Wij scharen ons aan die zijde. Hoe meer de beschaving
toeneemt, zal ook het getal misdrijven verminderen of
zullen, zooals de statistiek leert, minder gruwelen ge
pleegd worden. De wettelijke afschaffing van de dood
straf is, in ons oog, niets dan eene kwestie van tijd,
naar gelang de afkeer van die straf sneller of langzamer
veld wint. Men moge beweren, dat liet recht van gratie
illusoir wordt, geen Vorst bekrachtigt gaarne een dood
vonnis; ook hij is mensch. Daarom doet het niets aan
de waardigheid der Kroon te kort, wanneer dat recht
meermalen wordt toegepast; in elk bijzonder geval toch
raadpleegt de Vorst Zijne raadslieden en beslist dan.
Geen schooner prerogatief bestaat dan de gestrengheid
der wet te kunnen verminderen.
Wat wij zouden verlangen is: behoud van den tegen
woordigen toestand of eene radicale verbetering van
het stelsel der straften. Wij weten zeer goed welke
bezwaren aan het stelsel van deportatie verbonden zijn.
Maar wij zouden die straf, zoo men de doodstraf afschaft,
in ons wetboek van strafrecht opgenomen willen zien.
Wat de maatschappij noodig heeft, is: dat de misdadi
ger onschadelijk gemaakt worde. Dat doel bereikt men
door deportatie. En het middel om hem tot verbetering
te brengende Engelsche strafkoloniën hebben dat
menigmaal bewezen, is den misdadiger in eene andere
omgeving te plaatsen. De maatschappij wint niet bij
de doodstraf; deze maakt herstel van eene rechterlijke
dwaling onmogelijk; zij verbetert niets en verzoent niets.
De deportatie maakt het mogelijk dat de misdadiger
een nuttig lid der maatschappij worde en boete doe.
Waar is eene geschikte strafkolonie te vinden? In
West-Indie zou het moeilijk zijn ze aan te wijzen.
Maar in den Indischen Archipel zijn tal van kleinere
eilanden w(aarvan het klimaat bij uitstek geschikt is
om er den Europeaan te doen leven en werken. Onze
oorlogsbodems konden zeer gevoeglijk de gedeporteer
den derwaarts brengen. De kosten zijn géén bezwaar,
want eene opsluiting in eene gevangenis gedurende
vele jaren is geene zaak, die den Staat voordeel aan
brengt. Het tegendeel is waar; ook dat kost veel.
Ni e u vvs t ij d inge n.
meuiit.
In den Courrier des Etats- Ut/is van 11 Aug. vindt men de
volgende verschrikkelijke bijzonderheden nopens eene strufuit-
voering, welke te Pensylynnie heeft plaats gehad. Twee per
sonen wegens moord ter dood veroordeeld, zaten in de gevangenis
aldaar. In den morgen van den 2den April riep een der
gevangenen den bewaarder, zeggende «lat zijn makker plotseling
overleden was. De bewaarder opende de deur der celdoch
naauwelijks was 'hij hionen gekomen, of de beide gevangenen
die hunne ketenen losgemaakt hadden, wierpen zich op hem,
en sloegen den ongelukkige zoodanig (lat hij bewusteloos op de
grond bleef liggen. Na hem de sleutels ontnomen te hebben
gingen beiden op de vluirt. Een hunner werd niet ontdekt,
doch de ander viel spoedig wederom in handen der j ustitie. Op
9 Augustus zou deze persoon door ophanging ter dood gebrngt
wordende beul deed hem een zwarte kap over de oogen
hechtte hem den strop aan den hals en stootte hem met de
voeten van den grond. Doch een kreet van schrik ging uit
van de toeschouwers, toeri men bemerkte dat de koord was
gebroken; de moordenaar lag met liet hoofd verminkt en half
verbrijzeld op den steeneri vloer. Men rigtte den ongeluk
kige op, terwijl men eene nieuwe koord gereed maakte. Zijn
hoofd werd ontbloot en hij grijnsde de toeschouwers met een
verglaasden blik aan. De toebereidselen werden nogmaals ge
maakt, de ongelukkige beklom met wankelenden tred op nieuw
het schavot en bad dat men hem spoedig verlossen zou. Doch
nu brak niet de koord maar de banden welke rond zijne arinen
en boenen waren bevestigd. De ongelukkige bewoog zich in af-
grijzelijke stuiptrekken en poogde zich vast te hechten aan de paal
of aan de koord bovcu zijn hoofd. Eindelijk na 25 minuten
afgrijselijk gemarteld te zijn, bleef hij roerloos hangen.
Op het Amerikaansch fregat Sabine, dat zich te Cher
bourg in de haven bevond, is een complot ontdekt. Twee
en twintig matrozen, die zich op den gezagvoerder wilden
wrekenhadden het voornemen om de kruidkamer in de
lucht te doen springen. De lont, welke met de kruidkamer
in verbinding stond, was reeds aangestoken toen een kajuits
jongen haar ontdekte. De gezagvoerder deed de 22 zaïnen-
zweerders in hechtenis nemen en wilde 7 hunner, die door
den krijgsraad ter dood waren veroordeeld, onmiddelijk op de
reede zelve aan de ra's van zijn schip doen ophangen. De
Fransche autoriteiten lieten echter niet toe, waarop de gezag-
voeder het anker ligte en naar de open zee voer. Nauwelijks
echter had het fregat de rcedc verlatenof men zag de 7
matrozen aan de ra's hangen.
Te Chawleigh, een dorpje in Devonshirespeelden
donderdag jl. eenige kinderen met lucifers in een tim
mermanswinkel. Er ontstond daardoor brand, die 21
huizen met stroodaken vernielde en 74 personen van
huisvesting beroofde. Gebrek aan water benara alle hoop
op blussching.
Te Waltham, een dorpje ongeveer twee of drie
uren van Canterbury, zijn veertien personen vergiftigd,
waarvan twee gestorven, door water te drinken uiteen
tobbe, welke vroeger gebruikt werd voor een mengsel,
dienende tot het inwrijven ot wasschen van schapen,
bekend onder den naam van bigg's sheep dipping com
position. De pachter vermaande den man aan wien hij
de tobbe gaf, deze goed uit te wasschen. De man deed
dit met eene oplossing van soda en gebruikte de ton of
tobbe toen als een emmer om water te scheppen. De
tobbe had gedurende den nacht vol gestaan, en toen
'smorgens het water gebezigd werd om thee te zetten,
openbaarden zich de gevolgen in buikloop, zware pijn,
braking en hevigen dorst. De huisgenooten dienden
tot lessching van dorst, weder hetzelfde water toe aan
het gezin, dat uit ouders en vier kinderen bestond.
Wanneer men sommigen wilde gelooven zou de veilig
heid le Louden niets te wenschen overlaten. Hoort men daar
entegen wat de Morning-lie raid zegtdan komt. men tot heel
andere ideën.
De brutaliteit der dieven, zegt het blad, in de stad bij dag
en nacht, neemt, steeds toe. Sommige wijken schijnen uit eene
maatschappij van boosdoeners te bestaan. Een politie-dienaar
mankte eergisteren, in het oosten van Londen zich van ecu
straatroover meester; doch deze na vergeefs getracht te hebben
met achterlating van zijne buit le onlvlugien liet hul wacht
woord rouse hooren en dadelijk verschenen verscheidene innniicn
en eene vrouw, die den politie-dienaar en den bestolen persoon
omringden en duchtig toetakelden. Gelukkig was er politie in
de uabijheid en de dief werd met een zijner vrienden in ver
zekerde bewaring genomen. In eene andere buurt, de Sum-
merslreet, wierp een jongen, tol vermaak van zijne makkers
en zichzelven. een huiswaarts keerenden ambachtsman een pot
scherf naar het hoofd, met dat gevolg dat de man aan de
wonden overleed. Toen de lijkschouwing geschieden moest,
werden de gezworenen door denzelfden troep jongens op de straat
uitgejouwd; de geneesheer, die den gewonden man hulp ver
leende, kreeg insgelijks een steen naar liet hoofd, de weduwe
werd bestolen, terwijl zij rouwgoed ging koopenen de ge
tuigen van een en ander durfden niet opkomen uithoofde der
bedreigingen.
Een kruidenier te Londen, wiens winkel in Highstreet geves
tigd is, is veroordeeld tot betaling eener boete van 400 p. st.
omdat hij gemalen koffij verkocht, die met gebrand meel ver
mengd was.
10 tut® di la «fa.
Er gaat tegenwoordig te Berlijn bijna geen dag om,
zonder dat er kinderen op straat verdwijnen die in
weerwil der ijverigste nasporingen niet meer teregt
komen. Er heeft zich nu een geval voorgedaan, waaruit
men kan opmaken dat die kinderen gestolen worden.
Eene vrouw, die zich daarmede ophield, heeft zich door
hare handelingen verraden; maar ongelukkig is men er
niet spoedig genoeg bij geweest om haar in handen te
krijgen,
Bij arrest van het hof te Krakau zijn de abdis
van het klooster der Carmeliterinnen en hare plaats
vervangster, zoo berucht geworden door de zaak van
Barbara Ubryk, op vrij 3 voeten gesteld.
Te Toernek Miklós in Hongarije had onlangs een dief
stal met inbraak plaats, waarbij ƒ7000 gestolen werd. Na
een langdurig onderzoek is gebleken dat de rechter van het
district de dader was.
JFVawftïijlt.
De policie van Parijs heeft eene kostbare en zon
derlinge vangst gedaan. Zekere vrouw Simon oefende
het beroep van diefegge uit met eene behendigheid welke
alles, wat tot hiertoe van de Engelsche pickpockets bekend
was, ver achter zich laat.
Verleden maandag, op de markt van het Chateau-d'Eau,
nam eene vrouw, welke snel voorbij de manden met
groenten ging, verscheidene volle handen snijboonen er
uit, en vlugtte onder het geschreeuw der verkoopsters.
Doch zij werd in de passage-Disier, alwaar zij zeide
eene naaister te zoeken, ingehaald.
Men bragt haar voor den policie-kommissaris welke
na eenige uitlegging en aangezien de onbeduidenheid
van den diefstal, op het punt was van haar te laten
heengaan, toen de aarzeling met welke zij haren naam
en adres opgaf, hem vermoedens deed opvatten. Hij begaf
zich onmiddelijk naar hare woning in de rue du Fau
bourg, en begon er eene huiszoeking.
De woning der vrouw Simon, was geene woning meer;
zij was eene zonderlinge bazar, een voddenraperswinkel.
Groenten kostbare vrachten lagen op hoopen stoffen
nieuwe keurslijven, en groote en kleine muilen in elkander
gestoken. In een matras vond men voor verscheidene
duizende franks bankbiljetten: verder in eenen hoek
ontdekte men een lOOtal aktiën van Victor Emmanuel
waarvan de helft in aktiën van den spoorweg Gressessac
naar Beziers; een 12tal obligatiën der Oostenrijksche
spoorwegen en 5 aktiën van het Grond-Krediet.
Er was voor eene waarde van 50,000 fr.; doch geen enkel
lombardbriefje. Waar drommels, op welke wijze ontdeed
die behendige diefegge zich van hare produkten? Onge
twijfeld zal het onderzoek dit doen kennen. Deze vrouw,
welke een weinig boven de 45 jaren is, leefde met een
man die insgelijks aangehouden is.
«II ebcrhmb
Zierilczee, 3 Sept. Volgens een op heden door ons
ontvangen telegram uit Rotterdam, zal Prins Hendrik
de opening van het Suez-kanaal hij wonen.
Heden middag kwam de Stoomboot Zuid-Beveland
geheel met vlaggen versierd hier de haven binnen, het
geen eene hulde bleek te zijn aan de handwerkslieden
uit deze gemeente, die de Tentoonstelling in het Paleis
van Volksvlijt te Amsterdam hadden bezocht.
Met genoegen vernemen wij, dat allen zeer voldaan
zijn over hunne reis en dat zij de ontvangst te Amsterdam
uitermate roemen.
Wij bevelen dan ook de handwerkslieden uit de andere
gemeenten in deze eilanden een bezoek aan die Ten
toonstellingten sterkste aan, en kunnen bun mededeelen,
dat voor hen de vrachtprijzen der stoomhooten en spoor
wegen zóó laag zijn gesteld en dat uitnemend logies
en voeding voor zulk een prijs zijn te bekomen, dat zij
de geheele reis voor eene betrekkelijk goringen prijs
kunnen maken.
Zij moeten zich echter vooraf voorzien van de vereisclite
kaarten, bun te geven door de Plaatselijke Commissie
hunner gemeente, of in gemeenten waar geene Commis
sie is, door den Burgemeester. Wij raden hen aan, zich
voorde noodige inlichtingen ten spoedigste te vervoegen
bij de Plaatselijke Commissie te Zierikzecdie zooals
bekend is bestaat uit de heeren: Mr. P. von der Meer
MohrJ. A. van der Halen en Mr. P. Ar. Ermerins.
De Tentoonstelling blijft geopend tot 15 October a. s.
Om de aanstaande oproeping van de miliciens der lich
ting van 1805 zooveel mogelijk aan het beoogde doel te
doen beantwoorden, zullen in alle garnizoenen, waar dit
mogelijk is, in de maand September aanstaande uitgebreide
practische oefeningen worden gebonden.
Daartoe zal, zoodra de miliciens van 1865 onder de wa
penen zullen zijn gekomen, aanvankelijk de compagnieschool
worden beoefend, met cotnpagniën op oorlogssterkte, waartoe
twee of meer compagoiën van elk bataljon bij elkander zullen
moeten worden gevoegd. Vervolgens zal eveneens de batal-
jonsschool moeten worden beoefend, waartoe in de groote
garnizoenen twee of meer bataljons tot één zullen moeten
worden verecnigd en, in de garnizoenen waar de sterkte der
infanterie dit niet toelaat, enkele compagniën van bet bataljon
door lijnen moeten worden aangeduid, terwijl alsdan de ove
rige compagniën tot op oorlogssterkte moeten worden gebracht.
Voort9 zullen daar waar bet mogelijk 19 manoeuvres met
de drie wapens moeien worden uitgevoerd.
Uit Alkmaar meldt men nader, omtrent het
ongeluk op den Noordhollandsclien spoorweg voorge
vallen nog het volgende: De familie Bakkumuit de
Egmondermeerzou hier ter kermis gaan; een der
broeders kon zelfs niet wachten tot het rijtuig g»reed
gemaakt werd en ging loopende naar de stad. De meid
was te lang bezig met zich te kleeden dan dat de
dochter met haar beide broeders op haar wilde wachten.
Zij moest loopen. De speelwagen waarin het drietal
zich bevondwas de Kalkovensbrug genaderdwaar
men over den spoorweg moetde zeilen waren neer
en men kon alzno slechts vooruit en niet zijwaarts zien.
De voerman ziet den weg open en zet dus zijn paard
aan, om met vaart de kluft op te komen. Het rammelen
van het rijtuig heeft waarschijnlijk belet dat het naderen
van den trein kon worden gehoord en midden op den
weg ging de locomotief dwars door het rijtuig. Van de
drie jeugdige menschen vond men een lijk deerlijk
verminkt op de plaats van het ongeluk; de zuster was
een eind wegs nog medegesleurd en haar 'ijk vond men
digt bij den trein toen deze stopte; de voerman werd
nog korten tijd levende in de sloot gevonden. Men zegt
dat de man die, door het afsluiten van den weg, het
publiek het naderen van den trein had moeten aan
kondigen in den vorigen nacht had kermis gehouden.
Op het gemeentehuis van Lonnekcr zon een huwelijk
worden voltrokken, bij welke gelegenheid de bruid, die nog
geen dertig jaren oud is, als het ware iemand van de straat
had opgenomen, om bij de op handen zijnde plechtigheid als
haar vader op te treden. In de verwachting van een paar
borreltjes nis belooning te zullen ontvangen, trad de voorge
wende vader te voorschijn en hoewel slechts 31 jaren oud
gaf hij op 58 jaren en vader van de bruid te zijn. Die
opgave verwekte achterdocht en bij het eerste onderzoek bleek
het bedrog. Het huwelijk werd dan ook niet voltrokken.
In onderscheidene plaatsen van 't Noorden onzes lands
vertoonde zich 11. Zondag-avond omstreeks 7 '/4 uur in T Zuiden
een groote vuurbol, die de richting naar 't Noorden aannam,
waar hij eindelijk uiteenspatte, na eenige schitterende veel
kleurige pijlen van zich te hebben geworpen, 't Geheel leverde
een frapant gezicht op. Men brengt zulks algemeen in ver-