Z1ËRIKZEES€I1E MEEWSROiu Jm Zaturdug 14 Augustus 1869. Ml«focrlanfo. V L DE LOOZE WAALE. No. 2656. 25sl%Iaarg. B E R I G T. De agrarische" wet. Nieuwstijdingen. K >1 en Jiboinieerfc ioli: lil Nederland bij de Uitgevers Ilock van de SeliuithaveuB, No. 94, eu bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. In Noord-Amerika bij J. QUINTUS, te Grand Rapids, Staat Michigan. Brieven en Ingezonden*; Stukken, franco. Aboiniement s-Prijs: Voor 3 maanden f 1,30. Franco per post, in Nederland- 1,60. Voor Noord-Anurikafranco New-York - 3,90. V<h*so1i ij ii t: Di)(g$dug, Donderdug en Zaturdag. 10 cent per 'gewone regel. GROÖTE LETTERS worden uaar plaatsruime berekend. Advertentléu voor deu werkenden stand u 30 Cents, Bekendmakingen van- ondertrouw of huwelijk ii 40 Cents; dito van 25- of o0jarige Eehtvéreeniging a 50 Cents a contant en franco aan het Bureau. De inzending der Advcrteufiën kan geschieden lol Maandag, Woensdag en Vrijdag, des voormiddags 10 ure. Alle Advertentiëii en Stukken ter plaatsing in deze Courant, regtstreelss te bezorgen of toe te zenden ,,A;ni <le Uitgevei« van clen Zloi-iU- /.cesclicn NioiiAvsliorte te Zieriliïee, Hoek Schuilhavenwijk B, N°. 94." Men zij in spoedvorderende gevallen indachtig dat: wat later dan "s vooi-ini<t«ta g- tioii uur van Maandag, Woensdag en Vrijdag, ter plaatsing ontvangen wordt, in de Courant van dien dag niet meer kan worden opgenomen. He Uitgevers. De Minister van Koloniën heeft in de nu afgeloopene zitting aan de Tweede Kamer een ontwerp van wet omtrent het grondrecht op Java ingediend dat zeer lakoniek luidt, maar van eene uitvoerige memorie van toelichting vergezeld ga.it. Het eenig artikel zegt: „Aan art. 62 van het Reglement op het beleid der Regeering van Nederlandsch-lndie wordt het volgende toegevoegd: „Volgens regels bij algemeene verordening te stellen, kunnen gronden worden afgestaan in erfpachtvoor niet langer dan vijf-en-zever.tig jaren. „De Gouverneur-Generaal zorgt dat geenerlei afstand van grond inbreuk make op de rechten der inlandsche bevolking. „Aan den inlander wordt, waar hij het tot verzekering van zijn erfelijk individueel gebruiksrecht op den grond verlangt, naarmate de middelen voorhanden zijn, de gelegenheid verschaft daardoor schriftelijke titels te verkrijgen. „De grond, door inlanders in erfelijk, individueel gebruik bezeten, kan, op aanvraag van den rechtmatigen bezitter, aan dezen in eigendom worden afgestaan, be houdens zijne verplichtingen jegens de gemeente en den lande. „Verhuur of ingebruikgeving van grond door inlanders aan niet-inlanders geschiedt volgens regels, bij algemeene verordening te bepalen." Wij hebben op don voorgrond gesteld dat wij het denkbeeld beamen Indie meer in Tndie te regeeren groote beginselen van wetgeving en bestuur hier te lande vast te stellen en de uitvoering aan het Indische gouvernement over te laten, dat toch in elk geval, ook al wil men zeer uitvoerige wetten maken, een tal van bijzonderheden zal moeten regelen, zooals in elke wet omtrent het grondrecht op Java plaats had. Maar wat wij nu ook verlangen, is: dat de wetgever de algemeene beginselen op zoodanige wijze vaststelle, dat niet weder een nieuw art. 56 van het regerings reglement in het leven geroepen worde, dat is, in andere woorden, dat men de richting bepaald afbakene, waarin het Indisch bestuur zich te bewegen hebbe, met afsnij ding van de mogelijkheid dat een liberaal zich op het hoofd en de conservatief zich op den staart of omge keerd beroepedat de een iets doe en de ander de wet" stilletjes onuitgevoerd late. Leest men de memorie van toelichtingdan is de richting vrij duidelijk. De hoofdzaak, die geregeld be hoort te worden, is dat de inlander wete welke rechten hij op zijn grond heeft. Thans bestaat een onbeschreven gebruiksrecht op den grond, hier aan het individu toe komend die bijna alle rechten van den Europeeschen eigenaar van den grond uitoefent; ginds aan de dorps gemeenschap toegekend, die de velden nu en dan, om het jaar, om drie of vijf jaren onder de gerechtigden verdeelt. Waar ter wereld zal echter de landbouw bloeien en het productief vermogen vermeerderen, als de dorps gemeente de grond bezit en de landbouwer slechts tijdelijk bezitter van een perceel is? Heeft hij prikkel tot ver betering, als een ander daarvan de vruchten plukt? Zal iemand gronden ontginnen, als zij na verloop van enkele jaren tot de dorpsgronden vervallen? De ondervinding leert dan ook dat op Java milioenen bouws woeste gronden gevonden wordendat de uitbreiding der cul tuur slechts even gelijken tred houdt met de toeneming der bevolking; dat in sommige residentien de bevolking opeengehoopt blijft, zonder zich te verspreiden en wel vaart door ontginning te scheppen, en dat de herhaalde verdeeling onder een toenemend getal gerechtigden ten slotte de velden niet toereikend voor den aanplant van rijst, het algemeen voedingsmiddel, zal doen zijn. Toch liggen alom woeste gronden, die, waar zij niet voor de bevolking noodig zijn, ook te vergeefs op de hand van den Europeeschen ontginner wachten. De Staat wordt in elk geval als eigenaar van die gronden beschouwd. De Minister bewijst, door talrijke aanhalingen, dat het communaal bezit, bet kenmerk eener oorspronkelijke maatschappij, op vele plaatsen geen regel meer is. Het is een feitdat wij het individueel op vele plaatsen verstoord hebben. Toen van den Bosch het dwangstelsel invoerde, stoorde men zich aan niets en zei: dit dorp heeft 100 bouws grond; ergo zullen 20 met suiker of indigo beplant worden. Daarmede was alles beslist en dit was veel gemakkelijker dan zich aan de rechten van grondbezitters te storen. Moeten wij nu niet een spoor slag geven om een boteren toestand te herstellen? Belet de bestaande toestand nogtans dat men op Java de rechten en de verplichtingen van grondeigendom kent? De Minister verdiept zich in de vraag: wie eigenaar van den bodem van Java is en concludeert, dat do sonverein meester is van alle gronden. De Ëngelschman neemt dit ook aan. De Mahomedaan spreekt van God die eigenaar is van alle gronden. Andere schrijvers betoogen lang en broed dat de be volking in haar geheel den grond in eigendom heeft. Maar wat doet dit theoretisch betoog deze fictietot de oplossing van de vraag: zullen wij op Java het dwangstelsel laten bestaan dan wel den weg van natuur lijke ontwikkeling volgen Zoo wij dit laatste willen doen dan is de eenige taakdie wij te vervullen hebben verzekering van ieders rechten en verplich tingen opdat eensdeels Europeesch kapitaal in den grond gestoken worde en anderdeels de inlander reden hebbe om te arbeiden. Dit zal geschieden zoo hij de vruchten van zijn arbeid plukt en eigenaar wordt van den door hem ontgonnen of bewerkten grond. Dat men toch op Java zeer goed in de praktijk het onderscheid tuaschen eigendom, erfpacht, pacht en huur van den bodem kentdit bewees wijlen prof. Keijzereen con servatief, en toont de praktijk dagelijks aan. Wat wil nu de Minister? Strekt zijn wetsontwerp om „met bedaarden stap" de hervorming van communaal in individueel bezit te bevorderen? Geeft hij het Indisch bestuur een leiddraad? Biedt hij den Europeaan gunstige kansen aan om zijn kapitaal te beleggen Het aangeboden ontwerp van wet beantwoordt niet aan dat doel. Het is duister, onvolledig en onvolkomens De Minister beaamt onze beginselen; maar hij past ze niet of slechts ton halve toe. Woeste gronden in erfpacht uitgevende, zal men voorzeker de ontwikkeling des lands bevorderen. De heeren Mijer en Trakranen wilden ook daartoe mede werken. Lees nu de eerste alinea van het wetsontwerp en men zal zien, dat de heer de Waal nog minder geeft dan die conservatieven. Men kan gronden in erfpacht uitgeven; men moet het dus niet doen; voor 75 jaren hoogstens; waarom die beperking? Een vorig ontwerp sprak van 99 jaren. Staat hier weder niet de deur open voor willekeur en om de wet al dan niet in milden zin te doen uitvoeren haar mate de eene of andere politieke partij in het moederland bovendrijft? Zal de inlander erfpacht kunnen verkrijgen zooals de geheele Tweede Kamer wilde, maar de heer Trakrgnën niet, die ouder dat voorwendsel zijn ontwerp terugnam De inlander zal voorts van zijn „erfelijk individueel gebruiksrecht" schriftelijke titels kunnen verkrijgen. Een onbeschreven titel is een ons onbekend iets. Maar spreekt het niet van zelf, dat „naar mate de middelen voor handen zijn" zoodanige titels zullen worden uitgereikt en moet de opneming van deze woorden niet tot de gedachte leiden, dat de Minister eigenlijk niets impera tief wil bevelenmaar alles laat afhangen van het al of niet goedvinden van de Indische regeering, om de gelegenheid tot het verkrijgen van titels te scheppen? Wij achten het een plicht van de Regeering zorg te dragen, dat zoodanige gelegenheid worde geopend. De inlander, als individu, zal, zegt het ontwerp verder, titels van eigendom op den door hem erfelijk bezeten grond kunnen verkrijgen, „maar behoudens zijne ver plichtingen jegens de gemeente en den lande." Zal dus het eigendomsrecht niets beteekenen, zoodra de Staat zegt: ik wil uw grond voor mijne cultures in beslag nemen Breekt de Minister door deze bepaling al of niet met, het dwangstelsel en de beschikking over den grond Maar bovenal mist men in deze voordracht elke verzekering van het recht op den grond, door de be woners eener dessa gemeenschappelijk bezeten. Waarom het individu zoozeer bevoorrecht? Denkt de Minister de communale gronden aan niemand te verzekeren? Of is zijn voorstel een prikkel om de communale gronden ten spoedigste te verdeelen Zoo ja dan behoorden daarvoor althans eenige regelen te worden gesteld, opdat daarbij tegen onrecht gewaakt kunne worden. Wat zullen wij eindelijk zeggen over de bepaling dat de Regeering, bij algemeene verordening, regelen stelt voor verhuur van gronden aan niet-inlandersWij kunnen toegeven dat men zekere regelen zou stellen voor verhuur van gronden, die gemeenschappelijk bezeten worden, om te waken tegen misbruik van de zijde dei- hoofden. Maar dat recht om te verhuren is een aloud recht van de inlandsche maatschappij zij oefent dat i onderling voortdurend uit, hoe onzeker het bezit zijn moge. Zooals de bepaling echter nu in hare algemeen heid luidt, kan de Gouverneur-Generaal zelfs regelen stellen voor verhuur van gronden die de inlander in eigendom bezit en waarvoor hij titels zal verkrijgen. Is dat niet een ingrijpen in het privaat leven, dat door niets gerechtvaardigd wordt? Zet dat niet de deur open tot wederrechtelijke inbreuken op het recht van eigen dom? Is dat niet een blijk van eene al te vaderlijke zorg van het bestuurdie zoover uitgestrektden Javaan niet vrijlaat om zich in eenig opzicht te be wegen en den Europeaan weinig lust zal inboezemen om zijn kapitaal aan de ontwikkeling van Java dienst baar te maken? De inmenging in alles van het bestuur was daartegen tot dusverre de grootste hinderpaal. Leest men de stukken, bij deze voordracht gevoegd na, dan komt men tot de conclusie, dat aan den Minister de Waal het einddoel wel voor oogen zweeft, om zekerheid van de rechten op den Javaanschen grond te geven maar dat hij bepalingen nederschrijft om daartoe te komen waarvan een liberaal gouvernement alles kan maken wat het wil en waarmede een con servatief bewind niets zal doen. Dat is geen geleidelijke overgang, maar een schippersysteemwaarmede de tegenpartij toch geen vrede heeft, getuige hare jammer kreten. Het aangeboden wetsontwerp behoort, in eigen geest verbeterd en gewijzigd te worden. De Minister zie niet voorbij, dat toen een paar jaren geleden in het Britsehe Parlement een strijd werd ge voerd over de vraag, wat de inlander liever hadeen Oostersch of een Westersch bestuur? uit alle deelen van Britsch-Indie stukken naar Engeland werden ge zonden om te bewijzen, dat de trots van het Britsehe bestuur was de regeling en de verzekering van de rechten op den grond, want dat de gronden en de producten dien ten gevolge in waarde waren gestegen dat de bevolking welvarender en de inkomsten van de schatkist ruimer geworden waren. £1 mm-tlUn. Een zekere heer Koopmanschaap is in Amerika de held van den dag. Koopmanschaap is een Hollander, die in 1851 in de Vereenigde Staten aankwam zich naar San Francisco begaf en zijn fortuin maakte. In 1861 begon hij Ghineesche arbeiders in te voeren en sedert dat oogenblik heeft hij er 30000 uit China aange- bragt, dat is ongeveer de helft van het aantal dat zich in Californie bevindt. Dat aller oogen op hem gevestigd zijn spruit voort uit het feit dat het Zuiden koelies noodig heeft en er op rekent dat hij die zal kunnen verschaffen. Koopmanschaap woonde de conventie te Memphis bij en hielp de maatschappij oprigten tot het bevorderen der immigratie van Chinezen. Het kapitaal dier maatschappij is vastgesteld op 1,000,000 pd. st. waarvoor hij, naar hij zegt, binnen een jaar 100,000 koelies leveren zal. Koopmanschaap bezocht dezer dagen New-York en werd daar op de handen gedragen. De dagbladen zijn opgevuld met zjjne levensgeschiedenis zijn handel en wandelzijne plannen enz. De Zuideljjke planters vleijen zich dat de koelies de voormalige slaven zullen vervangen. Er is bepaald gebrek aan werkkrachten, dat zich ieder jaar bij de vermeerdering der katoen productie ernstiger laat gevoelen. Bovendien weigerden de negers in menig geval te werken terwijl de planters hen thans niet meer kunnen dwingen. De blanke im migranten zoowel uit Noorden als uit Europa, verlangen als zij zich in de Zuidelijke Staten neder te zetten zeiven landeigenaars te wordenin plaats van voor anderen te werken. Intusschen ontbreekt het niet aan organen, die zich ernstig verzetten tegen den invoer van Chinezen, omdat zij vreezen dat hierdoor een vermomde slavenhandel zal ontstaan. Ut Antwerpen, 9 Aug. Eeltige dagen geleden werd le dezer stede door een bediende ten nndcele van zijn meester een diefstal gepleegd Van 9500 fis. De bediende werd in eene kleine herberg door de politie aangehouden doch wist op eene behendige wijze te ontsnappen en nam in eene nabijzijnde ge meente plaats op den spoorweg uaar Doornik, met het doel om de wijk te nemen naar Frankrijk. Onderweg ontmoete hij eene dienstmaagd die zich van Antwerpen naar Kortrijk begaf, om hare ouders te gaan bezookeuknoopte met het jeugdige meisje een gesprek aan, vertelde haar honigzoete woorden en stelde haar voor, met hem naar Parijs te vertrekkente kennen gevende, dat. hij wel 9000 frs. van zijne spaarpenningen bij zich had. Het meisje, van den diefstal ouderrigt, herinnerde zich, dat door den eigenaar eene som van 500 frs. was uitgeloofd ter belooning van hem, die de politie op het spoor zon brengen van deu dader. Zij deed danrvan natuurlijk niets blijken, maur nam het voorstel van den jongeling aan, nogtan9 zeggende, dat zij eerst hare familie moest gaan bezoeken, maar spoedig te Doornik zou zijn, om hem te vergezellen. In plaats van dit te doen keerde zij naar Antwerpen terug en maakte het voor gevallene bekend en nu spoedde de commissaris vau politie zich met haar naar Doornik en werd de hand gelegd op deu dief, die met de schoonste plannen voor de toekomst zijne geliefde stond af te wachten, üe uitgeloofde som is dien ten gevolge aan de dienstmaagd toegekend. Dezer dagen zal, volgens het. Journal de Gand, een zeer curieus proces gevoerd worden tusschen de administratie van den staatsspoorweg en den heer d' Andrimont, burgemees ter vau Luik, en wel om de volgende reden. Onlangs is genoemde burgemeester naar Brussel gereisd om den koning eu de koninklijke familie uit te noodigen de feesten te Luik met hunne tegenwoordigheid te willen vcreeren. Verrukt over het gunstige onthaal dat zijn stap ondervond haastte de heer d' Andrimont zich daarmede de Luiksche bevolking door een proclamatie bekend te makendie de 'telegraaf onmiddelijk over moest brengen. Op ontvangst van dit telegram, aan vangende met dc sacrumentecle woorden: Inwoners van Luik, legde het bureau van ontvangst deze woorden in dien zin uitI dat de mededeeling der goede lijding aan lederen inwoner van Luik in het bijzonder inoest gedaan worden, eu verzamelde le dien einde al hare geëmphiicerden voor die enorme taak wier volbrenging niet minder dan twee dagen en een nacht vorderde. Thans eischt dn administratie van den heer d' An drimont de som 52,452.50 franken, zijnde de prijs van 104,905 door hare zorg bezorgde berichten. De betaling dezer som wordt door den heer d' Andmnont op de krach tigste wijze geweigerd. Te Batignolles bij Parijs kwam een paar dagen geleden eene dame van 35 jaar, die gewoon was wat veel brandewijn te gebruiken in staal van dronkenschap, te digt met deu mond bij eene brandende kaars en geraakte onmiddelijk in vlam De ongelukkige was geheel Verteerd, voor haar eenige hulp kon worden toegebragt. Charleroi, 10 Aug. Omtrent het treurig voorval aan den steenweg {Zie ons vorig No.) kunnen wij melden dat uit het geregtelijk onderzoek naar de oorzaak dei- instorting van den ijskelder gebleken is dat de werken met al de noodige voorzigtigheids-maatregelen zijn gebouwd geworden, welke zulkejwerken vereisohen, doch dat de ongelukkige slagtoffers het onheil zouden veroorzaakt hebben door te vroeg de houten welfboog weg te nemen. Ten 6 ure des avonds werden de lijken der laatste slagtoft'ers opgehaald. Onder dezelve was er éénwelke slechts eenige weken was getrouwdeen ander was weduwnaar en vader van drie kindereu welke don ganschen dag op de plaats van de ramp geweest zijn om hun vader af te wachten. Ten behoeve dezer ongelukkigen werd aanstonds eene collecte ge houden welke 600 francs opbragt. Ilitrlingon 9 Aug. Eergisteren vertrokken van hier, door bemiddeling van Prinsen Zwanenburg, weder eenige landverhuizers naar Amerika, geljjk geregeld nog steeds geschiedt. Onder die emigranten was een persoon die reeds vroeger eenige jaren in Californie doorgebragt en die bij het goudwasschen een oog ver loren had. Deze particulier vond het hier te lande te eentoonig en ging dus maar weder heen. Hij verklaarde dat zijn vader tegen zijn plan was en hem dus had willen terughouden. Het opmerkelijkste is, dat deze landverhuizer 72 en zijn vader, die te Steenwijk woont. 94 jaar is. Breda 6 Aug. Een der laatst overgeblevenen van de wederdooperswier optreden alhier in der tijd zooveel opzien baarde mevrouw de barones R. is op het punt hare voormalige gemeentegenooten te volgen naar Wellington aaii de Kaap de goede Hoop. Daarheen begaven zich allengs nagenoeg allen, die zich by den evangelist Groenewoud en diens medestander, den voormaligen luit. S.hadden aangesloten en dezen naar Afrika volgden, waar, volgens hunne verklaring de Heer Zijn rijk zal stichten en de geloovigen bewaren terwijl ellende en jammer over Europa, zouden losbarsten. Lang schijnt genoemde aanzienlijke vrouwdie een fraai buiten in den omtrek bewoontgeaarzeld te hebben aan de roepstemuien die telkens tot haar kwamen gehoor te gevenmaar zij heeft den aandrang niet langer weêrstand kunnen bieden en zal na verkoop harer bezittingen het vaderland verlaten. Men kan zeggen, dat niet haar vertrelcSle gemeente opgehouden heeft te bestaan. Poortvliet11 Aug. Als eene bijzonderheid kan vermeld worden, dat bij den landbouwer Tz. Ilagete Schooudorp, gemeente Scherpenisse, door eene kip een ei is gelegd, dat ruim driemaal de grootte en zwaarte heeft van een gewoon hoenderei. Opmer kelijk is het tevens, dat in dat ei nog een ei zich bevindt met een harde schaal van gewone grootte. Het kolossale ei is op zij een weinig geopend en daarin tevens bevonden het gewone eiwit met twee dooyers. Gemelde kip legt nog dagelijks. Te bezigtigen bij Hermanns van Ast aldaar. Zierilrzee 18 Aug. Het jl. Dingsdag alhier gewoed hebbende onweder, heeft ook in de eilanden Schouwen en Duiveland in meerdere of mindere inate plaats geha.d. Inzonderheid onder de gemeenten Haam stede en Burgh was hetzelve met hevigen hagelslag gepaard. Nagenoeg den geheelen dag duurde hetzelve voort boven Goes en omstreken, waarbij omstreeks de raiddag de bliksem sloeg in de weide van den landbouwer D. Rouwin de nabijheid van Goes waardoor eene koe onmiddelijk op de plaats dood bleef eu een kalf mede getroffen werd. Tegen den avond woedde boven Antwerpen en om streken een hevig onweder, vergezeld van stormwind, hagel en slagregen. Den ganschen avond doorkliefde de bliksem het luchtruim van ongelukken is niets vernomen. In de omstreken van Brussel heeft dit onweder ten half tien ure met hevigheid gewoed. Tusschen 8 en 9 ure had dit plaats te Brugge en duurde voort tot omtrent 3 ure des morgens. De bliksem is in den toren der kerk geslagen waardoor geheel de kerk en toren afbrandde. De meeste kostbaarheden uit

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1869 | | pagina 1