i\o. 2652. 25sU'Jaarg. Donderdag 5 Augustus 1869. Uitslag der Verkiezing B uurtspoorwegen. Ni e u wst ij dingen ZIERIKZEESCIIE NIEUWSBODE. Mon abonneert seich: In Nederland bij de Uitgevers DE LOOZE WAALE. Hoek van de Schuilhaven, B, No. 94, en bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren, lu Noord-Amerika bij J. QUINTUS, te Grand Rapids, Staat Michigan. Brieven en Ingezondene Stukken, franco. Abon ii em en ts-Prij s: Voor 3 maandenj 1,30. Praüco per post, in Nederland- 1,60. Voor Noord-Anierikafranco New-York -3,90. "V* erseliijnt: Dingsdag, Donderdag en Zatnrdag. Ad ver tentiën: 10 cent per gewone regel. GROOTE LETTERS worden naar plaatsruimc bérckcud. Advertentiéu voor den werkenden stand ii 30 Cents. Bekendmakingen van ondertrouwd of huwelijk a 40 Cents; dito van 25- of öOjarige Eclitvcreeniging ii 50 Cents a contant en franco aan bet. Bureau. De inzending der Advertentfën kan geschieden tot Maandag, Woensdag en Vrijdag, des voormiddags 10 ure. van EEN LID in den Gemeenteraad te Zierikzee, op 3 Augustus 1869. Uitgebragt253 stemmen. GEKOZEN: Mr. J. M. TSEBR.EE MOENS met 179 stemmen Mr. P. van der MEER MOHR verkreeg 74 Aan het Koninklijk Instituut van Ingenieurs zijn door den heer J. J. van Kerkwijk lid van het Instituut, betreffende de zoogenaamde buurtspoorwegen in het buitenland eenige mededeelingen gedaanwaaraan de beschouwingen van den steller over eene toepassing op ons land een zeer practisch karacter geven. Wij ontleenen aan die mededeelingen de volgende bijzonderheden. Een groot gedeelte van ons vaderland is niet in staat om uit een finantiëel oogpunt beschouwd, een goeden uitslag voor den aanleg van gewone spoorwegen te beloven. Van daar, dat men er op bedacht moet wezen, om zoogenaamde buurtspoorwegen aan te leggen, het welk in andere landen met goed gevolg is geschied. Door buurtspoorwegen verstaat men spoorwegen die op goedkoope wijze worden aangelegdmen maakt daarom groote hellingenneemt kleine stralen voor de bögtengebruikt ligte rails en eenvouclig materieel, en bouwt kleine onkostbare gebouwen voor station, halten en andere inrigtingende treinen hebben slechts eene snelheid van 20 tot 30 kilometer per uur. Ter ver mijding van kosten wordt de spoorweg, zooveel mogelijk voor enkel spoor aangelegd en alleen daar, waar zulks hoog noodig is, door slooten of heggen afgescheiden. Terwijl bij gewone spoorwegen eene groote snelheid en het vervoer van personen hoofdzaak is, bestaat de voornaamste bron van inkomst der buurtspoorwegen uit het vervoer der voortbrengselen van landbouwveeteelt, handel en nijverheidhet transporteren van reizigers is bijzaak. De treinen der buurtspoorwegen houden zoo noodig op bij iedere fabriek of stuk land; de fabrieken, die niet aan den spoorweg liggenworden er door een zijtak mede verbonden. De spoorwydte moet even groot zijn. als van gewone spoorwegen, opdat de geladen wagens zonder overladen op de gewone spoorwegen door zouden kunnen loopen. Om dit laatste te bereiken moeten de buurtspoorwegen aan een station van eene bestaande groote spoorweglijn eindigen. Daar de kosten van de buurtspoorwegen betrekkelijk hoog zijn behooren de uitgaven voor de directie en het exploitatie-personeel zoo klein mogelijk te zijn. Voor de directie kieze men belanghebbenden die deze betrekking gratis waarnemenin de nabijheid van den weg wonen, en daardoor met de behoeften en klagten van de be woners dier streken bekend worden. Ten einde het getal ambtenaren voor de exploitatie te beperkenis het wenschelijk te bepalen, dat de goederen moeten worden geladen door de afzenders en gelost door de geadres seerden. Het belang der bestaande spoorwegen vordert, dat buurtspoorwegen worden aangelegd want zij openen nieuwe bronnen van inkomst door de goederen en j reizigers, die zij aanvoeren. De landerijen in de nabijheid van buurtspoorwegen rijzen in waarde omdat de voortbrengselen en de mest goedkoop kunnen vervoerd worden de fabrieken be hoeven minder geld uit te geven voor den afvoer haver producten en den aanvoer der grondstoffen; de handel wordt er zeer door gebaat. "Voor de exploitatie der buurtspoorwegen zou men tender-locomotieven kunnen gebruiken wegende met inbegrip van water en brandstof 17 a 18 tonen ongeveer 2.60 M. breed buitenwerks. De personen-wagens behooren deuren te hebbendie naar binnen openslaan. Wanneer de rails 25 kilogram per meter wegende dwarsliggers iets korter zijn dan van gewone spoor wegen en de ballast iets minder dikdan is zulks voldoende. Deze opgaven zijn natuurlijk slechts zeer globaal. Op sommige plaatsen waar de bestaande wegen breed, egt en niet sterk hellende zijn kan de berm van estaande straatwegen gebruikt worden voor den aanleg van een buurtspoorweg, ten einde daardoor de kosten van aanleg te verminderen. De bestrating wordt naar ie >^ene zijde van den weg verlegd. Wordt de spoorweg >p zijde van een bestaanden weg aangelegd, dan is het cnsehelijkhem door een heg. staketsel of iets do-'gelijks van den gewonen weg af te scheiden. In zulk worden aangelegddie worden afgesloten door een van zelf digtvaller.d hek. Vervolgens bewijst genoemde heer dat zulke buurt spoorwegen in Duitschland eu Frankrijk met goed succes worden in werking gebragt en door de regering bevorderd, waarna hij ten slotte de middelen aanwijst, die in Nederland zouden kunnen aangewend worden, om tot zoodanige spoorwegen te geraken. Wij hebben gemeend, deze zaak onder de aandacht onzer lezers te moeten brengen, daar den aanleg van zoodanige buurtspoorwegen het middel worden moet om ook de eilanden SchouwenDuiveland en Tholen met een stoomvlot over 'tZijpe, aan het algemeene spoorwegnet te verbinden. Arlon1 Aug. Be Echo van Luxemburg deelt de volgende tijding mede »Op het oogenblik dat wij deze regels schrijven ont last zich een verschrikkelijk on weder boven de stad Arlon. Het is één uur namiddag en het is duister gelijk ten half negen ure 's avonds. De hemel is paarsch de wind verheft zich met woede; de hagel stort knetterend neer. Van menschen geheugen heeft men zulk weder in Arlon nog niet beleefd." cn geval moeten om toegaug^e geven tot de lande- ien bij de tot uitweg dienencfe dammen overwegen Groningen31 Julij. Als eene bijzonderheid deelt men ons mede dat zich hier in deze week een paar ten huwelijk heeft aangegeven, waarvan bruidegom en bruid beiden op den 21sten December 1816 zijn ge boren en die ieder thans hun derde huwelijk ingaan. I>ïi*ii:sl«tii<l30 Julij. Een zesjarig knaapje viel gisteren spelende in de kerkgracht, en zou zeker ver dronken zijn, zoo niet de jongeling Jan van der Meulen dadelijk gekleed in de gracht gesprongen was en spoedig 't geluk had gelia.d het knaapje, dat niet meer zigtbaar was, te redden. Eere hebbe den wakkeren jongeling, die reeds tweemalen met goed gevolg te water ging om drenkelingen te redden. In het Slwiscli Weekblad leest men Sluis-Aardenbur^, 23 Julij. Men deelt ons het volgende mede, waaraan wij de meeste publiciteit wenschen te geven Gisteren avond voer de stoomboot van Vlissingen op Breskens af, toen reeds de stoomboot Stad Vlissingen, van Rotterdam komende, in 't zigt was. Op de laatste boot bevonden zich eenige reizigers, die nog over wilden, waaronder ook eene familiedie bij het bestuur dei- stoomboot schriftelijk onderzoek gedaan had of de Scheldeboot op die van Vlissingen—Rotterdam wachtte, en daarop een bevestigend antwoord had ontvangen. Desniettegenstaande wachtte de Scheldeboot niet. Zoo iets nu noemen wij liegen en bedriegen of de schuld ligt bij den gezagvoerder of den conducteur. Gebeurde zoo iets in Engeland of Amerika, de onderneming zou tot schadevergoeding veroordeeld worden. De bedoelde passagiers, wier rijtuig te Breskens den nacht overbleef, werden dus onschuldig veroordeeld tot de kosten van nachtverblijf voor zichzelven te Vlissingen en voor den rijtuighouder met zijne paarden te Breskens. Indien we vermoedens mogten aannemen, zouden we eene bijzon dere qualificatie kunnen geven aan de autocratie door commissaris van het veer, gezagvoerder en ondernemers uitgeoefend. Wij zelf vermoedendat men het er op toelegt om den dienst op te heffen. „Geen geld en slagen toe is een spreekwoord dat te 's Gravenhage van toepassing is gebragt. Vier slagersknechten vonden goed een mooi rij toertje te doen, met de flesch in de hand, vrolijk en wel. Toen zij op gewonden waren, stapten zij af en begaven zich naar eene herberg, op den hoek van de Boekhorststraat. Maar van betalen aan den koetsier was volstrekt geen sprake. Toen nu 'de koetsier afstapte en met nadruk op do betaling aandrong, werd hij geslagen, mishandeld, ver wond en deerlijk gehavend. Vier tegen een dat was ook niet om uit te houden. De kloppartij ging zoo hevig, dat door de omstanders of bewoners van de tweede nieuwe Molenstraat naar de politie gezonden werd, die bij hare komst een der beschonken slagers in hechtenis nam. De anderen namen de vlugt. De koetsier werd zonder betaling maar met bebloed hoofd, in zijn eigen rijtuig naar zijne woning gebragt. Vlissingen, 31 Julij. Gisteren avond, omstreeks 8 ure, viel een knaap van 8 jaar in de Pottekade alhier, terwijl het nog bijna volle vloed was. Naauwelijks ziet zulks de kapitein Erdtsieck, van het 3de reg. inf., of hij springt dadelijk in het water en heeft het geluk den knaap nog juist bij tijds te grijpen en aan een der omstanders toe te reiken. Met moeite gelukte het hem zelf daarna uit het water te komen. Eene aanzienlijke schare, getuige van deze edele en moedige daad, juichte den redder bij zijne komst op bet drooge toe. Goes3 Aug. Bij herstemming werd heden tot lid van den Gemeenteraad herkozen Dr. C. A. van Renterghem met 176 stemmen terwijl Mr. J. G. de Wilt Hamer 99 stemmen verkreeg. Tlioleii4 Aug. Per Telegraaf). Bij de op heden plaats gehad hebbende herstemming voor een Lid van den Gemeenteraad alhier, werd gekozen de heer M. G. van Stapele met 74 van do 119 uitgebragte stemmen. De heer A. Geluk. J.Az. verkreeg 45 stemmen. Zierikzeo3 Aug. De minister van Oorlog, ont vangen hebbende een aautal requestenwaarbij milicien-verlof gangers, die ziju of eerlang zullen worden opgeroepen oin in werkelijken dienst op te komen, ten einde gedurende vier weken in den wapenhandel geoefend te worden vrijstelling vau die opkomst verzoeken. Brengt, bij deze, ter kennis van de adressanten, dat de belangen van den dienst niet toelaten hnn verzoek te bewil ligen. Te dezer gelegenheid wordt den milicien-verlofgangers in het algemeen herinnerd 1°. dat zij, die door ziekte verhinderd worden op den be paalden dag onder de wapenen te komenvan die omstandig heidonder overlegging van eene verklaring van den geneesheer, tijdig kennis behooren te geven aan den burgemeester hunner woonplaats, waarna zij één maand lang hunne herstelling kunen afwachten, alsvorens eene nieuwe geneeskundige ver klaring in te dienen 2°. dat zij, wier tegenwoordigheid te huis bepaald noodza kelijk is, hetzij als eenige kostwinner van hun gezin of van hunne naaste betrekkingen, hetzij uit hoofde van gevaarlijke ziekte van de lnatstcn of wegens andere ernstige redenenwel gehouden zijn zich naar hun korps te begeven doch voor zooveel zij door den burgemeester hunner woonplaats afgegeven of door hem gelegaliseerde bewijzen van dien toestand mede brengen, van den commandant van hef. korps een tijdelijk verlof zuilen bekomen, of daartoe termen zijnde, zoodra doenlijk met groot verlof naar hunne haardsteden zullen worden teruggezonden. Ten slotte wordt, den inilieien-verlofgangers der lichting van 1865, tot de infanterie behoorende, kenbaar gemanktdat zij hoogstwaarschijnlijk in de eerste dagen van September a. s. onder de wapenen zullen worden geroepen. Naar wij vernemen heeft Mevr. Lamb van Bristol aan den heer Mr. B. van Eek, te 'sHage, de behartiging opgedragen van de belangen haars echtgenoots, die on langs door Engelsche agenten te Rotterdam met geweld aan boord eener Engelsche stoomboot is gebragt. Wij naderen weder den tijd, dat de kippen minder eijeren leggen en de behoefte aan versche en goedkoope e ij eren grooter wordt. Er is toch wel wat op te vinden om dat gebrek meer dragelijk te maken. Men houde versche eijeren in een netje een minuut lang in koud water. Hierdoor stolt het wit van binnen langs de schaal een weinig en wordt de inwerking der lucht door de poriën belet. Daarna plaatst men de eijeren op het rek zonder dat het noodig is er verder iets aan te doenen zij blijven een geruimen tijd zoo goed als of zij pas gelegd zijn. Te Krakau in Polen heeft een belangrijke opschud ding plaats gehad doch de orde is hersteld. De reden was dezede regtbank ontving dezer dagen een onge- teekenden brief, waarin haar werd kennis gegeven dat in het klooster der Carmelieter-nonnen aldaareen der zusters sints 21 jaren in een cel gevangen werd gehouden. Tot in bijzonderheden werd in dezen brief alles met zooveel naauwkeurigheid geschreven dat de regtbank meende onderzoek te moeten doen. De bisschop gaf niet dan op de bedreiging van het ge- regtdat men anders tot geweldige maatregelen de toevlugt zou nemen zijne toestemming tot het onderzoek en gaf den regters een geestelijke mede tot geleider. Aanvankelijk vonden zij niets dat hun achterdocht wekte, tot zij eindelijk aan een ijzeren deur kwamen die de non, welke hen vergezelde, weigerde te openen. Een uitdrukkelijk bevel des regters was noodig om hiel den toegang te verkrijgen. Men kwam in een donker, vunzig hol waar in een hoekineengedoken op een hoop vuil stroo een vrouwelijk wezen lag dat op het zien van licht en menschen een aantal verwenschingen uitstortte en om brood riep. Bij nader onderzoek bleek het, dat deze vrouw de non Barbara Ubrik was, geb. in 1817 en op 24jarigen leeftijd in het klooster gekomen. Sinds het jaar 1848 was zij hier opgesloten. De bisschop was diep verontwaardigd over het voor gevallene heeft terstond de abdis geschorst en de kerk van het klooster verzegeld. De ongelukkige non is ge bleken krankzinnig te zijn misschien tengevolge der onmenschelijke behandelingwelke zij heeft moeten verduren. Het volk was buiten zich zeiven van woede, en niet alleen het grauw ook het meer gegoede deel nam aan de demonstratie deel. Het gevolg hiervan is geweest dat men een 50tal der hevigste oproerlingen in hechtenis heeft genomen zonder evenwel te kunnen beletten dat het verwoede volk in een groot aantal kloosters de glazen inwierp. Eindelijk bedaarde de storm nadat de abdis en twee kloosterzusters :n verzekerde bewaring waren gebragt. In de stad gaat een adres ter teekening rondwaarbjj verbanning der jesuiten en carmelieter-nonnen geëischt wordt. Omtrent de zaak van Barbara Ubryk te Krakau verneemt men nader, dat evenals de overste zuster van het kannelielcr vrouwenklooster en hare plaatsvervangster, ook de biechtvader van het klooster in arrest is genomen. Tevens is gebleken dat de zaak het eerst aan het lielit is gekomen door pater Lcw- kowiez, die vroeger biechtvader in het klooster is geweest en aan een geestelijke te Trzebinia dezer dagen het geheim mede deelde. Deze had hiervan aan een derde kennis gegeven en zoo was de zaak eindelijk ter kennis van de justitie gebracht. Het getuigenis van genoemden pater Lewkowiez zou dus ver moedelijk over de zaak veel licht kunnen verspreiden doch dit zal nu het geval niet zijnaangezien hij in den nacht van 25 dezer plotseling is overleden. Het lijk is opgegraven, omdat men reden heeft te vermoeden dat de pater vva9 ver giftigd. Men verneemt nader dat ook de zaak van de Heer en Rueb, betreffende de Rotterdamsche ongeregeldheden, even als die van Jacob de Vlettereerst na de vacantie bij den hoogen raad zal worden behandeld. Uit een brief van den luit.-ter zee Zegers Veeckens den 25sten Junij te Cape Coast, ten huize van den gouver neur geschreven, blijkt omtrent het gebeurde met een ge deelte der bemanning van de Amstel (behalve hetgeen reeds door de Staats-Courant is medegedeeld), dat het doel waarmede de sloep van boord werd gezonden, dit was, dat men wilde trachten eene rivier te vinden, die op de kaart was aangewezen, maar van boord door de kijkers niet ge vonden werd. Na verhaald te hebben, hoe de sloep tenge volge der hooggaande zee was omgeslagen, hoe hij zelf en vier matrozen zwemmende het strand hadden bereikt, en hoe de geredden besloten hadden, te trachten langs het strand het Hollandsche fort Cham te bereiken toen het opdagen van een troep negers hen belette, dat voornemen ten uitvoer te brengen, vervolgt de schrijver aldus „Ik zag den vijand op geene 20 pas van ons. Ik wenkte met de hand, dat wij niet zouden schieten en dat zij moesten ophouden met vuren, (in den aanvang hadden de negers geschoten en daardoor een der matrozen in den arm gekwetst,) waarop ik den matrozen toeriep geene vijan delijkheden te plegen, en regt op den vijand toeliep. Twee of drie mannen pakten mij, even als andere de matrozen deden, aan, rukten mijn pistool uit de hand en al mijne kleederen van het lijf, zoodat ik in een ondeelbaar oogen blik geheel naakt voor hen stond. Daarop liepen zij met ons de struiken in, bragten ons voor eene rivier en voerden ons in kano's naar den anderen oever, waarna zij ons in hun krom voerden onder groot krijgsrumoer, en ons dreigden den hals af te snijden. Wij dachten ook niet anders dan dat ons laatste oogenblik gekomen was. In hunne krom werden wij (voornamelijk door vrouwen) met klappen in het gezigt begroet en daarop in het huis van het Hoofd van het krom gevoerd. Zij zetten ons naast elkander op den grond doch in plaats van vijf waren wij nu slechts vier. Later vernam ik, dat de ontbrekende had willen vlugten en, toen hem dat onmogelijk was, tegen- stribbelingen had gemaakt, toen zij hem wilden mede voeren, waarop zij hem op den grond hadden geworpen en het hoofd afgesneden hadden.Wij waren alzoo met ons vieren, als boetvaardige zondaars geheel naakt, voor eenige hoofdpersonen gezeten. Van het strand naar het krom gevoerd wordende, had ik mij in het Engelsch tot iemand gewend, om hem te zeggen, dat wij door een on geluk op strand gegooid waren en geene vijandelijkheden wilden plegen. Deze zelfde man diende als tolk tegenover het Hoofd en eenige grooten, en toen ik hnn alles zoo naauwkeurig mogelijk had medegedeeld, verzocht ik hen ons niet te dooden, daar het Hollandsche gouvernement wel geneigd zou zijn een losprijs voor ons te betalen. Daartoe schenen zij over te hellen; zij stelden ons wel in het minst niet gerust, doch ik begreep, dat wij dien dag gespaard zouden blijven." De tijd heeft den schrijver ontbroken om het overige zijner lotgevallen mede te deel en. Een bcriglgever der Nieuwe Rotter dam sche Courant zegt dat de minister van finantien in de volgende zitting gewigtige finantiele plannen aan dc Kamer zal indienen. Hij zal beproe ven uit den niet te miskennen voorspoeddie hiér te lande hecrschtnienwealthans ruimer vlocijendc bronnen van in komst voor de schatkist te 9chcppen. Dat de dieren het in trouw van vele menschen nog winnen, bewees vrijdag avond weder het volgende: Een rei ziger, die op het punt van vertrek des holI. ijzeren spoortrein te Amsterdam nog een kaartje namwilde ook een bagage- reiju voor zijn hond nemen, doch daartoe ontbrak de tijd. Noode liet bij dan ook zijn buisvriend achter; doch wie schetst zijne verbazingtoen hij onderweg uit het portier ziende zijn hond op de loopplank van den trein zag zitten. De afstand tot Haarlem was nog verre, maar werd gelukkig volbrngt en het dier gaf even als zijn meester, door teekenen tc kennen dat het hun goed deedelkander wedergevonden te hebben. Te Kidderminster, in het Engelsche graafschap Worces ter, heeft eene in sfaat van beschonkenheid verkeerende vrouw haar kind voor eene hoeveelheid jenever ter waarde van vier pence, aan een bedelaar verkocht. Een zeer gevreesd rooverlioofdman Manoli ge- heeten, die tien jaren lang de Fra-Diavolo van Bithynië geweest is, heeft opgehouden te bestaan. Een Grieksche piessenslijperhij wien hij een ponjaard liet aanzetten heeft hem onvoorziens den schedel met een bijl ver-

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1869 | | pagina 1