i\<). 2625.
25slc Jaarg.
Woensdag 12 1869.
Heeren Geabonneerden
N ieu wstij d i ngen
ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE.
Allen die genegen zijn om den 13eer of
de Soci'eetmest in deze gemeente te
ruimen zijn door HH. BURGEMEESTER en WET
HOUDERS van Zierikzee, 'opgeroepen om zich ton
spoedigste daartoe bij hen aan te melden, met opgaaf
van de Yoorwaarden.
die hun verschenen abonnomentsgekl van
1 April of vroeger nog niet hebben betaald worden
verzocht dit zoo spoedig mogelijk te doen ten einde
geene vertraging in de toezending van den Nieuwsbode
te ondervinden.
Aan Goudswaard op de Lammermarkt wordt de
Nieuwsbode niet meer gezondende reden waarom
zijn hem bekend.
31 «Wrlaitfr.
Middelburgs, 5 Mei. Men verneemt dat de
provinciale staten van Zeeland tegen den 12den dezer
buitengewoon zijn bijeengeroepen tot behandeling van
het verslag der commissie in zake de calamiteuse polders.
Bij arrest van het provinciaal gerechtshof in
Zeeland van heden is Willem Snoepoud 21 jaren
boerenknecht, wonende te Sint-Annalandthans te Mid
delburg gedetineerd, schuldig verklaard aan het afleggen
van valsche getuigenis in eene burgerlijke zaak, en ter
dier zake, onder aanneming van verzachtende omstan
digheden, veroordeeld tot eene correctioneelc gevange
nisstraf van 3 maandenalsmede in de kosten der
procedure.
Wij vernemen dat gisteren weder een arbeider
aan de spoorweg- en kanaalwerken te Arnemuiden in
hechtenis is genomen.
De heer J. J. Rochussen heeft den kiezers van het
kiesdistrict Amsterdam verzochtbij de aanstaande
periodieke verkiezing op 8 Junij aanstaandebuiten
aanmerking te blijven, hoofdzakelijk omdat de min
gunstige staat zijner gezondheid hem verbiedt de taak
aan het kamer-lidschap verbondenop nieuw op zich
te nemen.
De persoon die beschuldigd werd van het wegvoeren
van een kind van den heer d. R.notaris te Teteringen, te
Breda in het huis van arrest gebragt, is voorloopig op vrije
voeten gesteld.
Uit Duurvvoude (Friesland) wordt van 5 Mei geschreven
Een ingezeten van de Compagnie (Jubbega aan de vaart)
werd ongesteld cn de doctor van G. verklaarde, dat hij gallig
was. De geneesheer bezorgde hem een drankjewaaraan hij
voor vier dagen genoeg had. Des anderen daags echter, toen
de docter hem onverwacht bezocht vernam deze tot zijne ver
wondering, dat het drankfleschje al leeg was. Toen hij den
patient vroeg naar de reden hiervanantwoordde deze in
Friesehe landtaal: Ki ja docter! uws sciep wier eak gallig,
do hah ik dij er eak mar hwat feu joun." (Ei ja docter!
ons schaap was ook gallig; toen heb ik dat er ook maar wat
van gegeven.)
Uit Maassluis wordt gemeld dat aldaar gisteren een
zeldzaam feest werd gevierd aan het huis van mejufvrouw
Haaxman. De dienstbode aldaar, Klaasje de Jong, namelijk,
inogt. heden herdenken dat zij gedurende vijftig achtereen
volgende jaren, in hetzelfde gezin was werkzaam geweest. De
oude, doch nog steeds ijverige dienstbode ondervond van vele
zijden belangstelling en ingenomenheid, en kreeg vele geschenken.
Genioiiifflo IxTig-ton.
Het begint te Middelburg weder rustig te worden
de poldergasten werken dapperen de Perdamsche
meisjes beginnen uit te vliegen. Men verwacht dan ook
met de Pinksteren te Perdamme groote vergadering in
de gehuurde kamer van officieren heeren en twee-en-
twintig meisjes, die zingen zullen:
Komt binnen dappre helden
Wat men van ons vertelden
't Is stil nog al gebleven
Uw zonden zijn vergeven.
„Spreekt nooit van kale heeren,'1 zegt men te H.
Dit jong mensch meteen oud hoofd die zoo laag spreekt
van kale heeren uit zijne buurt zullen wij nu een graad
hooger laten vliegen. Ja:
Maar vliegen dat is klaar te A.
Want alle meisjes zien hem na,
En wie maar raast met zot geklep,
Die wordt op 't laatst nog zeker gek.
Begint maar uit uw pot te smeren
En houdt u maar bij het studeren
Maar niet te veel toch in den Snoek
Bij dappre zonen van den Iloek.
Te Sint-Maartensdijk is eene klompen-madam zoo
verheugd geweest met iemand van Poortvliet, dat zij
zamen een reisje hebben wezen doen naar Zierikzee
maar hij zegt
Meisje! 'k heb geen zin in u,
Dat zeide 1k vroeger en ook nu,
Dus laat mij toch gerust en stil
Gij weet dat 'ku niet hebben wil.
Iemand te G in de wijngaard-straat wordt ver
zocht zoo naauw niet te zien als hij verpast wil raken,
want hij heeft er wel een dozijn gevraagd en nog loopt
hij alleen
Maar al wie zoekt te zijn getrouwd
En zich niet in zijn land en houdt
Maar hier en elders loopt en vliegt
Die wordt bedrogen of bedriegt.
Te Zuid-Kraaijert wordt iemand aangeraden zijne
brieven beter in handen te houden, anders worden die
door een ander gevonden, en die wordt zoo met zijne
schandalen bekend; dus:
Man wat gaat gij toch beginnen
Gij gelijkt wel van uw zinnen
Durft gij nog van andren spreken
Daar gij vol zijt van gebreken
Een werkman te G. wordt verzocht nu zich des
avonds niet op onbezochte plaatsen te wagen met eene
dame van den dijk. Te Wolphaartsdijk gaat het nl
wonderlijk toe. Nu zijn zij reeds zoover gekomen dat
er zijn die doodkisten voor zich zeiven laten maken, en
die man zal er voor zijne vrouw ook een in de maak doen.
Te Goes worden ambachtslieden, die slechte jaren
en bankroeten te duchten hebben, gelijk aangeslagen in
den Hoofdelijken Omslag met een leeraar aan de IJoogere
Burgerschool, die, behalve andere inkomsten, eene vaste
stads-jaarwedde geniet van 1G00 gulden, welke leeraar
bovendien een kostbaar geheim bezit, ten minste in de
Volksvoorlezingen aan de burgers heeft gezegd, maar
niet bewezen, dat men van een inkomen van 6 gulden
per week nog iets kan oversparen.
De Volksmannen (sic) waren opgetogen van bewon
dering over den geleerden Doctor, maar het douiine
publiek haalde medelijdend de schouders op.
KerliHiiouws.
De heer J. H. Graveustein predikant bij de hervormde
gemeente te Serooskerke (Walcheren), is als zoodanig
tc Scheveningen beroepen.
Ia ono S UmlkltOBi.
De toekomst der Conservatieve partij
Vervolg vim No.
De heer Groen (en hij staat te dezen opzichte voor
zeker niet alleen) heeft tot nu toe te vergeefs gezocht
naar dat zuiver Conservatief programma. Vier jaren
geleden meende hij reeds op de vraag „of er eene
Conservatieve partij is V ten antwoord te moeten geven
dat 't geen men gewoonlijk onder dien naam verstaat
niets anders is dan eene inconsequente fractie van het
liberalisme. Maar in deze duisternis komt licht. Inden
winter van 't vorige jaar vereenigden zich een groot aantal
mannen van naam Conservatieven en leiders van de
Conservatieve partijom eene Algemeene Kiesvereeniging
voor Nederland opterichten. Deze kiesvèreening moest
volgens den wensch van hare bestuurders worden de
band, die „alle wezenlijk Conservatieve elementen verbindt.
Deze vereeniging heeft en zij geeft een programma. Kan
de Conservatieve partij er iets tegen hebben, wanneer
wij het programma der Kiesvereeniging, die alle Con
servatieve elementen verbindthouden voor het pro
gramma der Conservatieve partij zelve
Welnu, hoe luidt dat programma?
»Zij (de vereeniging zoowel als de Conservatieve partij)
staat de monarchaal constitutioneele regeeriug voor,
zooals die in de herziene Grondwet van 1848 is om
schreven.
Zij wil de rechten der Kroon en die der Vertegen
woordiging gelijkelijk zien gehandhaafd.
Zij wil den toestand der Koloniën verbeteren niet
door plotselinge omkeeringen noch door ondoordachte
overplanting van westersche begrippen maar langs den
weg van welberaden ontwikkeling en beschaving der
inlanders, met eerbiediging hunner rechten, gewoonten,
godsdienstige en maatschappelijke instellingenen naai
den eisch hunner werkelijke behoeften.
Zij begeert voor het lager onderwijs werkelijke vrijheid
voor allen, met handhaving der neutrale openbare
school enz. enz.11
Geven we voor een oogenblik nog het woord aan den
heer Groen, Zonder omwegen verklaart hij:
»Hoe meer ik dit artikel lees en herlees des te minder
weet ik wat de vereeniging wil. Niet op het gebruik
van woorden waarvan iedereen zich bedient, komt het
aan. Wil men misverstand vermijden dan moet er eene
keus worden gedaan tusschen de velerlei beteekenissen
die aan hetzelfde woord in het Nederlandsche Babel
worden gehecht? Geschiedt dit niet, dan „is uw pro
gramma door de onduidelijkheid zelve des te bruik
baarder bij de stembus als lokaasmaar het vermeerdert
de spraakverwarringhet demoraliseert de natie.11
En elders heet het
»Uit deze circulaireuit dit Reglement leert men
eigenlijk niets.11
Met andere woorden uw programma zegt niets.
Inderdaad de lieer Groen heeft volkomen gelijk.
De Conservatieve partij staat de monarchaal-consti-
tutioneele regeering voor. Is het dat, wat haar onder
scheidt van de liberale partij Maar deze laatste werpt
als één man deze beschuldiging dat zij niet zou zijn voor
monarchaal-constitutioneele regeering van zich af. Zij
beweert alleen dat het in een1 monarchaal-constituti-
oneeleu staat niet aangaat, dat een Minister zijne
begrooting laat aannemen door de belofte te doen van
hangende kwestien te zullen regelen terwijl hij zijn
ontslag reeds in den zak heeftdat het niet aangaat
dat een constitutioneel ministerie zulk eene handelwijze
tracht te verdedigen door zich te beroepen op don
koningdie alle benoemingen doetdat het niet aan
gaat eindelijk aan eene Kamer, die een lid van het
Ministerie verwijt, dat hij door inconstitutioneele mid
delen zijne begrooting heeft gered die afkeurt in een1
Ministerdat hij heengaat voor hij zijn werk heeft
gedaan de beschuldiging voor de voeten te werpen
gij tast de rechten der Kroon aan.
De Conservatieve partij wil in N. Indie geene plot
selinge omkeeringen. Wie wil dat? Geene ondoordachte
overplanting van westersche begrippen. Ondoordacht?
Maar is de koloniale kwestie dan eerst nu aan de orde
gesteld? Is de regeling der cultuurkwestie, zooals de
liberale partij die verlangt, misschien op een1 goeden
avond onder een glas wijn in elkander gezet? De
Conservatieve partij wil regeling langs den weg van
welberaden ontwikkeling en beschaving der inlanders.
Nog eenswil de liberale partij iets anders Moet
misschien het toekennen aan den inlander van het recht,
om te hebben erfelijk grondbezit, dienen om zijne ont
wikkeling tegen te houden? Of heeft misschien de
ondervinding geleerd, dat grondbezit eene voorwaarde,
eene eerste voorwaarde is voor ontwikkeling. Zou er
misschien ook te dezen opzichte iets te leeren zijn uit
eene vergelijking tusschen die gedeelten van ons vader
land waar eigengeërfden hunnen grond behouwen
die welke telkens op nieuw verpacht worden
{Is misschien liet uitgeven van woeste gronden in
erfpacht, waardoor dc inlander in aanraking zal komen
niet den meer ontwikkelden Europeaan, een middel om
zijne beschaving tegen te houden?
Hebben we geen recht om niet den heer Groen (pag. 7)
te vragen
»Is er iemand, die ondoordachte overplanting van
westerscho begrippen begeert Die den weg van wel
beraden ontwikkeling versmaadt?11
Neen voorwaar, dit programma zegt niets, 't is geen
programmamisschien zoa iemand kunnen zeggen
'tis het programma der gansche Kamer van liberalen,
conservatieven en anti-revolutionairen.
Niet beter is het niet dit programma gesteld waar
het spreekt over de onderwijskwestie. Werkelijke vrij
heid voor allen met handhaving der neutrale openbare
8ahool.'1 Maar waar is de-partij in ons vaderland,-
die in haar vaandel geschreven hoeft onderdrukking
van die anders willen dan wij handhaving der neutrale
school
En wat mag nu de oorzaak zijn dat deze Conser
vatieve partij zich moet behelpen met zulke onbestemde
woorden zulke zwevende uitdrukkingen? Waarom wijst
ze niet duidelijk aan, welk doel haar voor oogen zweeft,
en langs welken weg zij dat doel wil bereiken? Waarom
noodzaakt zij zelfs den man, wiens hulp zij zelve ver
klaart niet te kunnen missen bij de aanstaande verkie
zingen, om te spreken van »nevelachtige verklaringen?
Wij zijn geneigd om te antwoorden 'tis haar noodlot.
Laten we liever zeggen, de oorzaak van dit alles is
hierin gelegen dat de Conservatieve partij eigenlijk
geen bepaald doel heeftzich geene rekenschap heeft
gegeven van den wegdien zij bewandelen wil. llaar
doel is in nevelen gehuld voor haar zelve dus
ook voor anderen.
't Is naar ons inzien de conclusie, waartoe ieder moet
komen die onbevooroordeeld nadenkt over de geschie
denis van de jaren 1866 en 1867, toen de C. partij aan
de regeering was. Deze geschiedenis is niet zeer ver
kwikkelijk.
Volgen we den index in de circulaire der Kiesver
eeniging gegeven dan luidt deze geschiedenis aldus
1. De Conservatieve partij handhaaft de rechten van
kroon en vertegenwoordiging.
Als de vertegenwoordiging in het bewustzijn van haar
goed recht afkeurt de daden der Ministers, (niet der kroon)
dan klinkt het binnen de grenzen of ontbinding. En
alsof 1t geen gebeurd was niet genoeg licht, had verspreid
over de wijze, waarop door deze partij de rechten dei-
vertegenwoordiging worden gehandhaafdZiethier
wat er gebeurde in de maand April in de residentie.
De leiders der C. partij de Kempenaar en Vreede, de
mannen, die bij uitnemendheid handhaven de rechten
der vertegenwoordiging en deze hunne goede gezindheid
wel allereerst zullen willen toonen door te eerbiedigen
de overtuiging van anderen, ook waar die met de hunne
in strijd is, reiken aan de oud-Ministers Heemskerk en
van Zuijlen een eeremetaal over. In hunne toespraken
hebben ze voor de meerderheid der volksvertegenwoor
digers, die volgens hunne consciëntie den strijd voerden
tegen het Conservatief ministeriegeen anderen naam
dan dien van antinationale factie, deloyale oppositie,
heerschzüchtige factie. Handhaving enz. luidt de theorie
ziethier de praktijk.
2. Koloniale kwestie. We behoeven slechts de namen
te noemen van de Hll. Mijer wiens naam bijna niet
kan worden uitgesproken zonder dat een Mephislofeles
over onzen schouder fluistert: mystificatie Trakra
nen die verlaten door zijne eigene partij, omdat de
liberale begrippen omtrent N. Indie ook reeds eeniger-
mate tot hem schenen te zijn doorgedrongen, zijne plaats
moest ruimen voor Hasselmandie zoekende bleef
tot den einde toe, om te doen zien, dat het ongelukkig
onsnlinde niet te veel kan rekenen op de liefde, welke
de C. partij beweert te koesteren voor welberaden ont
wikkeling en beschaving der inlanders.
.3. De onderwijskwestie. We herinneren ons nog het
boekje van den heer van Zuijlenvan Njevelt, Agitatie
en Plichtsbetrachting. De voormalige vriend van den
heer Groendie meende, dat agitatie te verwekken tegen
de neutrale school plichtsbetrachting was, hij is lid van
het ministerie dat in overeenstemming met de Conser
vatieve partij predikt: handhaving der neutrale openbare
school.
Wij memoreeren nog een enkel feit om duidelijk te
makenhoe de Conservatieve partij in ons vaderland
geene gelegenheid laat voorbijgaan om te toonen, dat
zij geene rekening weruscht te houden met hare ante
cedenten. dat ze zich niet laat leiden door een bepaald
be-ginsel. Bij de beraadslaging over de wijziging van de
kiestabel bracht de heer Heemskerk eensklaps een amen
dement ter tafel, waarbij de census in sommige gedeelten
van ons vaderland verlaagd werd. Wij spreken er thans
niet over, hoe dit amendement blijkbaar eene poging
was om de niet gewenschte wijziging in do kiestabel
te doen uitstellen tot het volgend jaar; (onwillekeurig
kwam ons eene vroegere uitdrukking van den heer van
Zuijlen voor den geest, die verklaarde van den Engcl-
schen politicus Bentham geleerd te hebben, dat het beste
middel om eene zaak niet tot stand te laten komen is
haar op de lange baan te schuiven,) maar we vragen
alleenIs dat verlagen van den census, in overeenstem
ming of in flagranten strijd met alle traditiën der Con
servatieve party? Is elke verlaging^van den census, tot
nu toe de eenigste maatstaf voor de toekenning van het
kiesrecht, al of niet een stap nader tot de democratie?
De lieer Buys in een artikel getiteld „de Kieswet11 ge
plaatst in de Gids oordeelt er aldus over, wanneer hij
schrijft:
„Dezelfde Conservatieven, die iu 1848 het stelsel van
rechtstreeksche verkiezingen als de grootste ramp be
schouwden welke de grondwetsherziening met zich
bracht die in 1850 levendig strijd voerden tegen het
ontwerp-kieswet, omdat daarbij door den minister Thor-
beck.e een veel te lagen census was aangenomen, en die
nog onlangs in hun programma als hoofddoel stelden
het strijden tegen de democratie en tegen d_e meening
dergenen, die onzen regeeringsvörra zouden willen aan-
Aan de C. partij pag. 7.
merken als een mijlpaal op den weg naar de republiek,
diezelfde Conservatieven zijn thans de eersten, die op
verdere verlaging aandringen. Wij znllen naar geen
motieven vragen maar moeten toyh opmerken dat
zoolang geen argumenten voor de uitbreiding van liet
kiesrecht worden aangevoerdde verdenking voor de
hand ligt, dat de eigenlijk gezegde drijfkracht in zuiver
partijbelang en in politieke kansberekening gezocht moet
worden.11
't Is zeker een zeer zonderling verschijnsel, dat we
aan de hand der geschiedenis en met het oog op hare
jongste le vensopen baringen van eene geheele party
meenen te moeten verklaren zij heeft geen beginsel,
geene leidende gedachte, geen programma, lloe is dit
verschijnsel te verklaren? Zullen we spreken van partij
belang en daarvan alleen? Zullen we ,tontstaan en
't voortdurend bestaan van deze party toeschrijven aan
teleurgestelde verwachtingen, aan eene zekere hartstoch
telijkheid t-egen den vroegoren leiden der liberale partij?
Als we eenmaal dezen weg hebben ingeslagen kunnen
we bijna zeker zijn nooit tot eene voldoende oplossing
van het raadsel te zullen komen. De reden, waarom deze
of gene zich bij eene partij aansluit, mag niet zijn het
middel om de zaak in questie te verlagen tot het plaat
sen van eenige personaliteiten.
Ons dunkt, dat de heer Groen de ware oorzaak van
do stelselloosheid der conservatieve partij heeft ontdekt
toen hij schreef: 2)
„Toen (vroeger) zag ik in de conservatieve partij slechts
eene inconsequente fractie van het liberalisme.
Thans ontwaar ik daarin, ten gevolge van den over
moed der modernen ook oen beter element, een even
inconsequenteen nog niet. tot bewustzijn gekomen smal
deel van de anti-revolutionaire party."
En verder: 3)
„Neem de onderwyskwestie. Ook zoogenaamde
conservatieven zijn er, die dweepen met een voorrang
en uitbreiding van een openbaar ouderwijs, dat van lie
verlede aan de ongeloofspropagauda ten voertuig strekt.
Doch tevens zijn er conservatieven, leden en bestuurders
der Algemeene kiesvereeniging, die, even als wij, daarin
het bederf der volksopvoeding en een nationaal wanbedrijf
zien." 4)
Inderdaad, dit is het geheim van hare beginselloos
heid, de oorzaak, waarom eene partij, die bogen kan op
meer dan eene specialiteit, zoo weinig succes heeft, hare
beste pogingen zoo zelden met een1 gunstigen uitslag
bekroond ziet. Zij bestaat uit heterogene bestanddeelen,
die onophoudelyk en juist in de moeielykste oogenblik-
ken het meest met elkander in botsing komen. Zij moet
trachten nu eens de anti-revolutionaire, dan weder de
liberale partij genoegen te geven, niet zoo zeer om deze
beide partijen gunstig voor haar te stemmen, als wel om
de elementen tot bedaren te brengen, die in haren eigen
boezem aan T gisten dreigen te raken. Zij moet eiken
stap, dien zij doet, zoo nauwkeurig berekenen, dat zij
er nooit bijna toekomt om vooruit te gaan. Doet zij
eindelyk eene schrede voorwaarts, dan slingeren juist
hare vrienden haar de hevigste verwijtingen naar Thoofd,
omdat zij to veel links of te veel rechts is gegaan. (Cf.
het oordeel over Trakranenover den gouverneur-
generaal Mijer enz.)
En welke is nu de toekomst van deze Conservatieve
party Na al wat we boven gezegd hebben is maar
één antwoord mogelijk. Zij heeft geene toekomst. Dat
wil niet zeggen dat wij morgen haar ter aarde zullen
kunnen bestellen; niemand weet, hoelang de verhouding
tusschen de verschillende partijen nog zal kunnen
blijvenzooals zij nu is. Maar binnen korteren of
langeren tijd moet in dezen toestand eene radicale
verandering komen. En ze kan dunkt ons iu niets anders
bestaan dan alleen hierin, dat de conservatieve parly
zich ontbinde dat een gedeelte harer voorstanders zich
aansluite bij de anti-revolutionaire, oen ander gedeelte
byja waarbij Bij de liberale partij Misschien.
Fin zulk eeue vereeniging zou voorzeker dit voordeel
hebben, dat er een wel aaneengesloten geheel zoo zijn,
krachtig genoeg oui eiken vyand af te slaan. Maar
en dit mag niet uit het oog worden verloren is
de liberale partij bestemd om vele conservatieven in
hare rijen optenemen dan is het te vreezen dat de
vereeniging nog vele, zeer vele jaren zal moeten worden
uitgesteld. De gebeurtenissen der laatste jaren zullen niet
zoo spoedig vergeten worden. Kan de conciliante partij
misschien het middel worden, liberalen en conservatie
ven te vereenigen? Geheel onwaarschijnlijk schynt ons
deze oplossing van de questie niet. Veel zal natuurlyk
afhangen van de houding, welke de concilianten zullen
aannemen by de behandeling der agrarische wet van
den heer de Waal enz. Niemand kan ontkennen, dat
voor de leer der conciliantengeene wetgeene be
grooting verwerpen om redenen buiten die wet, buiten
die begrooting gelegen, veel te zoggen is, vooral in een
land als het onze, waar de helft der kamer om de twee
jaar vernieuwd wordt.. Maar deze vraag is voor 't oogen
blik van minder belang. Wy wijzen er thans alleen op,
dat de conservatieve party zooals zy op dit oogenblik
is geconstitueerd, niet kan blyven bestaan. Zij moet zich
vroeger of later ontbinden. Hare tweeslachtigheid is
de oorzaak van haren dood. De halfheid kan zich door
allerlei kunstmiddelen eenigen tyd staande houdeii
als deze kunstmiddelen zijn uitgeput valt zy.
Eerst na den dood van die conservatieve partij zal
de stryd tusschen anti-revolutionairen en liberalen tot
eene beslissing kunnen komen. Beide partijen zullen
dan hare krachten hebben versterkt, 't Is dan een strijd
van beginsel tegen beginsel.
Une transformation des parties, zei de heer Calwijck
20 April. Deze transformatie ze zal zyn ontbinding der
Conservatieve party. „Voor het vaderlandeen weldaad." 5)
X.
Gids p. 354.
2) Aan de C. partij p. 13.
3) P. 14.
4) Is 't geen ile heer Groen, hier zegt niet volkomen van
toepassing op de IIU. Heemskerk en van Zuijlen
5) Aan dc Con?, partij p. 14.