No. 2595. 25 Woensdag 27 J 1869. IZy- ill* van Middelburg en Zierikzee. iESCHE NIEUWSBODE. Tholen 26 Januarij 1869. Door het Postkantoor Tholen zijn gedurende de 2de helft der maand December jl. verzonden onderstaande brieven waarvan de personen op de plaat9 van be stemming niet bekend waren A. DJ5 ItlJKE te Ooltgensplaat. Van het hulpkantoor Oud-Vossemeer Wed. J. van GRAAF te Nieuwerkerk. Decoration en geheime uitgaven. Aan het slot van de begrootingsdebattèn is in de Eerste Kamer een punt ter sprake gekomen dat wij meermalen behandeld hebben. Wij -wenschen daarbij even stil te staan omdat de zaak een kenmerkend verschil aanduidt >tnsschen de partijen in. Nederland. I De Eerste Kamer had in het verslag over Hoofd- stuk X der begroetingonvoorziene uitgaven eenige vragen aan de regeering gedaan over de mededeeling, dat in 1867 circa ƒ1100 waren uitgegeven onder den naam van geheime uitgavendie door de afgetreden ministers van finantien en binnenlandsche zaken besteed zijn om ordeteekens van de Eikekroon te betalen die op hunne voordracht aan Nederlanders zijn geschonken, j De heer Messchert van Vollenhoven kwam in de zitting 1 der Eerste Kamer van 13 dezer daarop terug. Het uur was laat. De Kamer verlangde naar sluiting der werkzaamheden. Maar de heer Messchert nam zijn tijd om ecne lange geschrevene redevoering af te lezen hem blijkbaar door zijne vrienden onder de afgetreden bewindslieden verstrekt. Had hij dat maar nagelaten! Een onvoorzichtig vriend is erger dan een vijand. De heer Messchert meende dat de Koning „geheime'' uitgaven kan bevelen en dat dus de thans gedane mede- deeling waartoe die gelden gestrekt hadden zijdelings in strijd was met de rechten der Kroon. Ook was het j onedelmoedig van den heer van Bosse om dat feit openbaar te maken want wijlen de heer lietz had het van een vroeger kabinet bedekt. De minister van finantien heeft geantwoord dat het hem onbekend was dat in ons land geheime uitgaven noodig zijn en dit na 20jarige ondervinding kon zeggen dat het 'vreemd was, dat de heer Messchert, die niet minister van finantien was geweest, détails daaromtrent wist; maar dat onze begrootings- en comptabiliteits wetten alleen geheime uitgaven voor justitie toelaten dat men volgens de begrootingswet te doen had met onvoorziene en niet met „geheime" uitgaven en dat als de Koning in ons land geheime uitgaven zou bevelen dan aan de mïnisteriëele verantwoordelijkheid op finan- tieel gebied'een uitleg zou worden gegeven, dien niemand er in zag. Inderdaad is het grootste en krachtigste reclit van elke vertegenwoordiging vast stelling0 der uitgaven. Geef aan den Vorst daarenboven de bevoegdheid allerlei geheime uitgaven te gelasten met of zonder medewerking der ministers cn liet is gedaan met alle controle van de vertegenwoordiging, zoo zij gcene verantwoording kan vorderen. Maar hier was nog een ander staatkundig beginsel in het spel. Liberale ministerien onthielden zich sedert 1849 van voordrachten aan den Koning om Eikekroonen te verleenen. Dat is geene onschuldige" zaak zooals de heer Messchert en anderen zeggen. Een minister van den Koning der Nederlanden die den Koning-Groot hertog van°Luxemburg eene ridderorde voor een Neder lander voordraagt, „treedt art. 64 van de Grondwet te na," zei de heer van Bos.se zeer juist. De Eikekroon is eene ons vreemde orde en nietzoo.ils de Grondwet beveelt, bij onze wetten tot eene Nederlatulsche ridder orde verklaard. Daarom is het ongerijmd een Neder lander voor diensten onzen staat bewezen met die orde te begiftigen. En is het onkiesch van een minister dergelijke voordracht te doen. De heer van Bosse sprak toch „Er bestaat ecne regeling omtrent dat onderwerp door de in dezen alleen bevoegde macht gemaakten dat was niet de Koning der Nederlanden maar de Groothertog van Luxemburg. Ik heb van den Koning- Groothertog verlof gevraagd en bekomen (ik mag dit hier zeggen omdat het eene handeling van den Groot hertog °van Luxemburg is), om die regeling aan de Kamer mede te deelen. Zij is van 10 Mei 1849 en bestaat in eene circulaire (dat was eene circulaire), die destijds op last des Konings aan al de hoofden van Departementen van algemeen bestuur is gericht en waarin voorkomt: Het heeft de aandacht des Konings tot zich getrokken dat door sommige Departementen ter gelegenheid van het doen van voorstellen tot het verleenen van decoratiënbepaalde voordracht is geschied tot het doen van benoemingen in de orde van de Eikekroon niettegenstaande deze gcene Ne- derlandschemaar eene Groothertogelijk Luxemburg- sche is. Daar de omstandigheid dat de Groothertog van Luxemburg tevens Koning der Nederlanden is aan de bovengemelde orde haar karakter van eene aan de Nèderlandsche Regeering vreemde orde te zijn niet kan ontnemen, zoo heeft Zijne Majesteit mij opgedragen de Departementen hierop beleefdelijk opmerkzaam te maken van welke taak ik de eer heb mij bij deze te kwijten." Die circulaire was geteêkend door den direc teur van liet kabinet des Konings. Uit deze mededeeling. waartoe de minister gemach tigd was, blijkt dat Z. M. de Koning het. in 1849 vast gestelde beginsel ook na nog huldigt. Dit beginsel was steeds dat van de liberale richting. Men heeft er zich toch tot 1856 aan gehouden geen penning aan Eike kroonen uit onze schatkist te besteden. "Van 1856 tot Maart 1858 vond dit wel plaats. Van dien tijd tot Maart 1860 werd op het beginsel van 1849 weder geen inbreuk gemaakt, maar het kabinet, dat tot Februari 1862 aan het. roer was deed dit wel. Het liberale kabinet van 1862 tot Juni 1866 eerbiedigde daarentegen al weder 's Konings wensch van 1849, terwijl het vorige minis terie op nieuw Eikekroonen aanvroeg en met 's lands geld betaalde. Hieruit blijkt dat onder alle liberale kabinetten sedert 1848 de Luxemburgsche orde als eene vreemde orde is beschouwd en dat de meeste conservatieve kabinetten er zoo nauw niet over dachten. Intusschen heeft men steeds tegenover het buitenland behooren to waken niet als één beschouwd werden; de verwarring had ons in groot gevaar kunnen brengen; dit beginsel handhaafden alleen liberale mi nisterien. Graaf van Zuijlen dacht er anders over en bemoeide zich tevens verder met hetgeen ons niet aan ging; dit licht in het conversatieve beginsel, dat ook de Luxemburgsche orde aan den Koning-Groothertog voor Nederlanders doet vragen en uit 's lands schatkist bekostigen. Er is niets onedelmoedigs tegenover de afgetreden ministers in de gedane mededeelingén gelegen; er wa ren antecedenten en het lag in hun beginsel; maar dat beginsel is bepaald verkeerd en dat is nu eenmaal voor goed beslist, door openlegging van de feiten over een tal van jaren. De voordracht aan deu Koning van mi nisters in Nederland, 0111 Eikekroonen te schenken, is niet-nationaal, maar tevens onstaatkundig, onbescheiden en onbetamelijk, nadat de Koning in 1849 Zijn wil duidelijk had doen kennen. Wel verre dat dus de ge dane mededeeling eene aanranding van rechten der Kroon is, blijkt nu dat de Koning steeds heeft gedacht zrtonls wij: dat ons staatsbelang en alle gezonde begrippen niet medebrengen eene vreemde orde aan onze landslieden te geven wanneer zij eene onderscheiding van wege de Nederlandscho regeering hebben verdiend. Wij heb ben den Nederlandschen Leeuw en de militaire Wil lemsorde, om verdiensten te beloonen. Alleen aan den Koning-Groothertog en het Luxemburgsche ons vreemde gouvernement behoort beschilcking over de Eikekroon. Wij zijn van meening, dat deze discussie bovendien de les geeft, dat liberale kabinetten het niet noodig. achten 's lands penningendoor de burgerij hier te* lande en den Javaan opgebracht, ruimschoots aan allerlei ridderorden te besteden terwijl de miuisters Betz en van Bosse niet alleen bevinden, dat hunne, voor gangers niet alleen niet kunnen rondkomen met den begrootingspost voor ridderorden, maar er bovendien nog eigenlijk onwettige geheime uitgaven voor dat doel gedaan waren. Eindelijk is het al bijzonder toevallig dat er .zoovele verdienstelijke mannen onder conservatieve kabinetten te decoreeren vallen. Zou men daaruit niet mogen op maken dat liberale regeeringen een anderen maatstaf daarvoor hebben even als voor de rechten der Kroon en van de Staten-Generaal, zoodat zij geene ontbindingen en al wat daarmede in min of meer direct verband staat, behoeven? Ni e ii vvs Ij dingen. 5pnitiesdïla«b. Als een bijdrage tot do kennis van het schoolwezen in sommige gedeelten der Prnissische monarchie deelen eenige dagblftd.-Mi lïefc volgende mede »'In bet liptvtnfc van December des vorigen jaars hadden de gezamehtlijke onderwijzers in het stadje Marienburg zich hij rekest tot den magistraat gewend met het verzoek hun inkomen (220 th.) te verhoogen dewijl deze som volgens de bewering der adressanten niet alleen tot bestrijding der kosten van een huisgezinmaar zelfs voor de behoeften van een ongehuwd persoon onvoldoende is. Do adres santen hadden gewezen op de duurte der levensmiddelen en brandstofen beweerden o. a.dat in vele opzigten de toestand hunner collega's te Koningsbergen en te Dantzig veel gunstiger was. Dezer dagen nu ontvingen zij van den magistraat het volgende antwoord „Op ulieder verzoek beschikken wijdat wij geen hoogere traetementen betalen willen. Het staat u vrij, te Konings bergen of te Dantzig eene betrekking te zoeken indien gijlieden meent, daardoor uwe positie te verbeteren. Het bedrag voor het zegel waarop uw rekest had behooren geschreven te zijn alsmede voor het zegel van dit antwoord, zult gij, ter voorkoming van executie, binnen acht dagen moeten betalen." BimisscI, 22 Jan. üe kroonprins is heden nacht ton 12% ure overleden nadat zijn doodstrijd 8 uren geduurd had. Naar ik verneem ging het treurige oogen blik van zijn overlijden vergezeld van tooneelen, waarin de diepe smart der koninklijke familie op alle aan wezigen een harfcverscheurenden indruk maakte. Omtrent het ziekbed van den thans overleden Belgischen prins verneemt men ftmus nogdat de koningin in de laatste dagen dag en nacht aan zijne sponde vertoefde en zich zelfs niet ontkleedde. De koning bezocht hem herhaaldelijk over dag en ook telkens des nachts. Toen het kind was gestorven, zonk hij in een armstoel en uitte hartverscheurende kreten. De geneesheeren waren verpligt hem eene aderlating te doen. De prins kende zijn toestand en vroeg meer dan eens hoe lang hij nog leven zou. Op nieuwjaarsdag verzocht hij zijne moeder om liera 6000, ïVs. te geven en op de vraag waartoe die strekken moesten, antwooordde hij om ze te verdeelen tusschen de twee engelen, die mij verplegen. Hij bedoelde de beide liefdezusters welke die taak hebben aanvaard. Tengevolge van den dood van den kroonprins is de graaf van Vlaanderen de aangewezen troonopvolger en alzoo regtens lid van den senaat. De graaf van Vlaan deren, broeder des konings is 32 jaren oud. Zoodra de doodtijding bekend was, werden te Brussel de winkels gesloten en velen met zwart gedrapeerd. De begravenis van den Kroonprins, zal Maandag te Laeken plaats hebben. De Koning heeft een offieielen rouw van 3 maanden voorgeschreven. De beide Kamers zullen en corps de begrafenis van den prins bijwonen. Ül «brrlaitb. Gi*oning;on, 23 Jan. Gisteren liad alhier het volgend ongeluk plaats De sergeant M. Bart, 28 jaar oud, ging met zijn vriend, den fourier L. J. Petit, 22"jaar oud. beiden geplaatst bij de te Groningen in garnizoen liggende artillerie, op schaatsen op de Heerepoortengrachtzij reden over eene plek, die twee dagen vroeger nog geheel open lag. Bart had dan ook bet ongeluk al spoedig door lietqjs te zakken. Zijit vriend dit ziende, trok zijn jas uit j en wilde, door hem deze toe te werpen, zijn kameraad j trachten te redden. Deze pogingen mislukte evenwel zooUat de fourier zelf het slagtoffer zijner menschlievend- heitl werddoor op hetzelfde oogenblik onder het ijs 1 te schieten. Een derde daarbij tegenwoordig zijnde per soon G. Buisman bleef ook niet werkeloosmaar vewnogt in dezen niets, daar hij zelfs ook alras door 'tijs zakte en door anderen gered moest worden. De lijken van de beide ongelukkige onderofficieren zijn eerst een grqöt uur daarna met veel moeite uit het water opgehaald. Harl inzeil, 21 Jan. De Volksvoorlezingen, die hier èn nut, èn vermaak, èn voordeel aan 'tvolk ver schaffen daar het er altijd wat leerde, zich amuseerde en uit de kroeg bleef, (zij worden 's Zaterdags-avonds gebonden,) dreigen thans zonder geldelijke ondersteuning den weg van alle vleesch te gaan. Er is een beroep «edaan op de mededeelzaamheid der burgers, doch daar in wordt, helaas! niet yeel verwachting gekoesterd. Een treurig ongeval had den 19 dezer alhier plaats. Eenige personen hadden zich reeds op het jjs gewaagd om schaatsen te rijden op de diepe breede vijver achter het stationsplein van den spoorweg. Vier van hen zakten door het ijs, en bij de pogingen om hen te redden geraakten er nog twee aVideren in. Met groot gevaar en na veel inspanning is men er in geslaagd vijf hunner te redden; doch een jongelifig van 22 jaar een matroos was in de diepte verdwenen en na zeer lang zoeken is deze levenloos opgehaald. Aangezien do lecraaraangesteld om aan de hoogere burgerschool alhier onderwijs te geven in het boekhou den zulks -zelf. nog loeren moet, heeft hij het verrigten van zijn weilc uitbesteed ann een hulponderwijzer, tegen circa f\.lb per les-nnr. Hoe vreemd zulks ook moge schijnen is het toch de letterlijke waarheid. Rotter<lain 24 Jan. Bij de behandeling eener administratie zaak in de gisteren door de regtbank alhier gehouden teregtzitting-had het navolgende incident plaats, dat gelukkig tot de zeldzaamheden behoort. De beklaagde, een brander te Delfshaven, die was gedag vaard wegens verzet tegen en verhindering van ambte naren in werkzaamheden bij visitatie en controle gevorderd, had eenige getuigen ter zijner ontlasting uiedegebragt. De eerste hunner legde bij zijn verhoor eene getuigenis afwaarbij hij verklaarde dat de beide rijks-ambtenaren welke het proces-verbaal hadden opgemaakt en thans ook als getuigen waren gehoord geweigerd hadden hunne cominis*iën to ].i.ten zien, hij het doen der visitatie, hoewel daarom herhaaldelijk verzocht was. De bedoelde ambtenaren, omtrent dit punt ondervraagd, verklaarden ten stelligste en hielden steeds vol, dat zij wel degelijk hunne commissiën hadden ver toond. Niettegenstaande deze verklaringen, ontkende de getuige a décharge pertinent, dat de vertooning der commissie door de aintnenareii /.uu zijn o., hléef bij zijne eerst afgelegde verklaring volharden even als de rijks-ambtenaren hunne getuigenis volhielden. De heer voorzitter wees den getuige op het onwaarschijnlijke zijner verklaring en het tegenstrijdige daarvan met die der ambtenarenmaande hem aan de waarheid te zeg gen en wees op het gevaarlijke van zijn toestand indien omtrent de waarheid zijner getuigenis twijfel ontstond. In weërwil hiervan persisteerde de getuige bij zijne afgelegde verklaring, waarop de heer officier van justitie de onmiddelijke inhechtenisstelling van den bedoelden getuige a décharge requireerdeals verdacht van het afleggen eener valsclie getuigenis. Na schorsing verleende do regtbank het gereqnireerde bevel waarop de getuige door een rijksveldwachter werd weggeleid en met de behandeling der oorspronkelijke zaak werd voortgegaan. 3>Iiitelooi*<l 21 Jan. Heden morgen is alhier door de justitie uit Breda een onderzoek ingesteld naar eenen door Jacoba Reefurs, oud 30 jaren, ongehuwd, gepieegden kindermoord deze persoon had kort te voren aan de vrouw bij wie zij in dienst was, voorgegeven zich naar hare moeder te zullen begeven om aldaar hare bevalling af te wachten; hieraan voldeed zij echter niet, maar toen het oogenblik daar was verborg zij zich in eene schuur alwaar zij een levend kind ter wereld bragt hetwelk zij aanstonds, door met beidev handen mond en keel toe te wringen, om het leven bragt; de verdachte heeft haar misdaad bekend en voorgegeven dit te hebben gedaan, onulat zij reeds een kind heeft en niet in staat was om in beider onderhoud te voorzien, zij is door de justitie aangehouden en naar Breila overgebragt. Ziorilizeéi 26 Jan. In de gisteren gehouden vergadering van den gemeenteraad is behandeld het voorstel van Burgemeester en Wethoudersom tot dékking chsr hoogere kosten van het onderwijs alhier, de opcenten op de personele belasting of den hoofdc- lyken omslag te verhoogen. Op voorstel der commissie is aan Burgemeester en Wethouders opgedragen de noodige informatiën te bewerkstelligen, of er gelegen heid bestaat tot het plaatsen eener leening en op welke voorwaarden. Men schrijft uit 'sHage: Men wil hier weten dat Z. M. de Koning en H. M. de Koningin in dezen zomer aan het Noorden des rijks een bezoek zullen brengen. Bij de hartelijke ontvangst die Z. K. H. de prins van Oranje en Z. K. H prins Hendrik in 'tafgeloopen jaar in Groningen en Drenthe werd bereidis het tevens aan die vorsten gebleken hoe vurig men daar verlangt ook Z. M. den Koning en H. D. gemalin eens te zien; trouwens het is ook al jaren geleden dat de bevolking in het noorden geen bezoek van de koninklijke familie ontvangt. Eergisteren nacht hebben te Antwerpen twee hevige branden gewoed. De ecne was het gevolg eener ontploffing bij een photogrnaf in de me Leys, waarbij niet moeite een vrouw, vijf kinderene n eene dienstbode werden gered. Naauwelijks was te een uur ongeveer deze brand geblnscht of wederom klonken de alarmsignalen en bleek het dat de magazijnen van den lieer Ceulemnns in de Courtc ruc dn Nord in volle s'lam stonden. De vrij sterke wind joeg de vonken de straten door en dat deel der stad was helder verlicht door het schijnsel der vlammen. Het blusschen ging hier vrij moeijelijk daar er gebrek aan water was. Ongeveer ten zes uren iu deu morgen was men de/.eu tweeden brand meester. Te Nieuwe-Tonge worden eenige personen aange raden zich niet te bemoejjen met zaken van eens anders huisbestuur, daar anders de vlekken, welke zij in hunne kleêren hebben, ook aangewezen zullen wxueden, en die erger zijn, dan van hen, die zij tigten, dat altjjd maar een raadsel blijft, te St.-M. heeft een boer verzocht op eei weigerde om aan dit feest deel te nemj daar niet zuiver is. Onder Tholen wat voorzigtiger zijn als zij naar de haren buurman geen gezelschap gaan ho van in de kerk te gaan. Vinger in meêdoetroept men nu te Zierikzee óp een zot bij de ouders van een meisje heeft wezen vragen om vasten-avond te houden en om met haar te vei lt eeren, hoewel hij het meisje daarover nog niet heeft geproken. Men ziet dus: de gekken kent men aan hun werken. Een wjukel-hediendo te G. wordt gewaar schuwd, deli gouden ring Litug U>. brengen, daar aiuir.s zijne listen bekend zullen worden gemaakt. Twee naanigenooten te Nieuwe-Tonge moesten des Zondag avonds bij zeker iemand niet aan de ramen luisteren, daar dit maar gedaan wordt uit nieuwsgierigheiden luisteraars zijn leugenaars. Kerkniemvs. Bij de Nederduitsche hervormde gemeente te Goes is door het kiescollege tot predikant beroepen de heer 11. V. Ilogerzeilthans predikant te Veeneudaal. De heer C. C. J. Hiebendaalpredikant hij de Nederd. hervormde gemeente te Otterloo, is beroepen bij die gemeente te St.-Philipsland. Hoekaaiikondiging. Uit den Geuzentijd. Verhalen uit den I 'rijhehls- oorlog tegen Spanje; door W. N. Wolterink, tV.J.z". (Pred. te Sirjansland.) Met 2 platen. Dordrecht J. P. Revers 1868. Prijs 3 gulden. liet is mij als vurig beminnaar van Zeelauds geschiedenis eene behoefte den Eervv, schrijver van voornoemd werk hier openlijk mijnen dank te betuigen voor zijne zoo wel volbragie onderneming. Trouwens, ten geschikteu tijde, nu juist 3 eeuwen geleden, dat onze voorvaderen den strijd op leven of dood tegen het magtige ons overhecrscheude Spanje aanvingen, welke na 80 bange jnrou sti«h mei eenen roemrijken vrede bekroond zag, cn waarbij toen ons vaderland een zelfstandig bestaan met vrijheid in kerk- en burgerstaatverkreegbij zulk eene gedeukwaardige herinnering is het voorzeker alleszins prijsselijk de treffende feiten, zooals die in den aanvang van dezen Vrijheids oorlog hebben plaats gehad, als bij vernieuwing den volke te verhalen, opdat het nimmer verguien ivnrde wat wii aan Oranje, ow,i,<r God* ziirtbare besturing, te danken hebben. De Eerw. schrijver heeft eenen zeer doelmaligen weg ingeslagen om zijn werk zoo aanlokkelijk mogelijk te maken, door de geschied verhalen in eenen roinantischen vorm voor te dragen. Wie intusschen met de bronnen der geschiedenis bekend is, zal met mij moeten bekennen, «lat de schrijver een getrouw verhaal va» hot voorgevallene heeft geleverd, en dat de inkleeding, tot veraangenaming van de lectuur, in hooge mate bijdraagt om ons als met den geest in die tijden te verplaatsen. Evenwel, hoezeer het aan de waarde van dit werk niet liet minste afdoet, kunnen wij toch onze spijt niet verbergen, dat de schrijver bij de verlossing van Vlissingen bet bekende, en zelfs tot een spreekwoord geworden, geval van Jan Alman stilzwijgeus is voorbij gegaan gelijk hij ook verkeerdelijk, in navulging van velen, den Spanjaard Pacheco den 29 April te Vlissingen laat ophangen, aangezien het, na een langdurig twistgeschrijf, in den Navorscher (Deel XIII, bl. 293) eindelijk is uitgemaakt, dat die tcregtstc.lling op den 9 Mei 1572 heeft plaats gehad. Behalve deze enkele opmerking, alleen uit belangstelling in het werk voortgevloeid, en welke de schrijver ons alzoo wel niet en vel zal opnemen, betuigen wij bij herhaling onze hooge ingenomenheid met dit geschrift, en wenschen vuriglijkdat het vele belangstellende lezers vindé, en dat daartoe deze een voudige aankondiging ook eenigermate bijdragen moge. WolfuartsdijkJanuarij 1S69. J. van der Baan. Middelen van vervoer. SPOOKIJOOTDIENST Corresponderende op den Staatsspoor JANUARIJ 18«9. V. Zierikzee n. Middelburg. Woensd. 27's morg. 6,30 u. V. d 27 'smidd. 2,45 x V. Dondcrd. 28 2.45 V. Vrijdag 29 's morg. 10,45 Zalurdag 30 10,45 V. Middelburg n. Zierikzee. Woensd. 27 's morg. 10,u. V Douderd. 2S Vrijdag 29 Zalurdag 30 6,— 6, 6,15 3 De reizen via Veere (naar den waterstand voorbe houden) zijn niet V aangeduid. Weldodi^hci<l. DIAKENEN der Hervormde Gemeente te Zierikzee maken bekend, dat door hen in de voormiddag godsdienstoefening in de Kleine Kerk, op Zondag den 24 dezer is gecollecteerd oou ïiiimt- t>illot, groot ÏO,voor welke gift zij tevens bij deze hunnen liavtolijJcoji betuigen. Zierikzee, 26 Januarij 1869. Diakenen voornoemd, Mr. J. M. 1SEBREE MOENS, Voorzitter. J. BETHE, Secretaris. Bevallen van eene Dochter, N.M. KNAAP- OCHTMAN. Zierikzee, 21 Januarij 1869. Algeraeene kennisgeving.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1869 | | pagina 1