No. 2541.
24slc Jaarg,
Julij 1868.
IV oensdag
Nieuwstijdingen.
Mutslint ij.
z1ë1sikzeesche nieuwsbode.
Men abonneert «iel»:
In Nederland bij den Uitgever.
Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren.
In Noord-Amcrika bij J. QUINTUS, te Grand Rapid», Staat Michigan
Abo nneineiits-Prys:
voor beide uitgaven.
Voor 3 maanden f 1>30.
Franco per post, in Nederland1,60.
Voor Noord-Amerika, franco New-York - 3,90.
Verscli\jnt:
Op Woensdag en Zaturdag.
Advertentiön:
10 cent voor eiken regel.
Zegelregt voor iedere plaatsing, 35 cent.
De inzending der Advertentiën kan geschieden tot
Dingsdag en Vrijdag, des voormiddags 10 nre.
Bureau:
Zierikzee, Hoek van de Schuithaven, B, No. 94.
Brieven en Ingezondene Stukken, franco.
De wet, volgens welke kinderen uit gemengde huwelijken zon
der onderscheid iu de gricksche kerk moeten gedoopt en die
godsdienst opgevoed worden, werd onder keizer Nikolaas zeer
Streng toegepast en het zijn bekende zaken dat moeders die hare
dochters heimelijk in de rooinsch katholieke godsdienst hadden
laten opvoeden, tot hare straf tien jaren lang in een grieksch
klooster werd opgesloten terwijl hare dochters gedwongen werden
de orthodoxe leer te omhelzen. Na den dood van keizer Niko
laas is die wet niet moer toegepast en men meende ze als af
geschaft te mogen beschouwen. Thans echter is zij op nieuw
met alle gestrengheid ten uitvoer gebrngt.
Uit Petersburg wordt dd. 20 dezer gemelddat
de runderpest was uitgebarsten in de gouvernementen
Petersburg, WladimirNowgorod en Pskow alsmede
Lyflandeerst bij paarden toen bp hoornvee en ein
delijk bij varkens. In die berigten wordt evenwel ook
gemeld dat de ziekte reeds weder aan het afnemen
scheen te zijn.
Londen, 23 Julij. De groote hitte van de laatste
weken begint een zeer slechten invloed te hebben op
den gezondheidstoestand van de bevolking der groote
steden. Van alle zijden klaagt men over gebrek aan
water en de droogte is zoo grootdat alles in een
oogenblik vlam vat. Alhier hebben eergisteren twee en
twintig branden binnen 20 uren plaats gehad. Tegen
over het Cristal Palace te Sydenham, staat een geheele
reeks heuvelen met gras en beide begroeid in brand
alsof het eene Amerikaansche prairie wasen men is
nog niet geslaagd de vlammen te blusschen. In Noord-
Wallis staat een geheele berg in brandniet alleen de
bos8chen en het drooge gras, doch de grond zelf, welke
geheel uit veen bestaat. De Amerikaansche mail-stoom-
booten in den Atlantischen oceaanhebben op hun
overtogt van Amerika iederen dag regen gehad. De
kapitein van de Scotia berigt, dat het dek van zijne
stoomboot iederen dag nat was. Jupiter Pluvius deelt
zijne gaven op wispelturige wijze uit, en het gemakke
lijkste is hetom dit buitengewone weder maar aan
den golfstroom toe te schrijven of zoo als sommige
menschen doen, aan de groote zon-eclips van dit jaar.
De te Woolwich aangebragte mosqnitos zijn eene
plaag geworden voor den ganschen omtrek. Zij hebben
zich over verscheiden gemeenten verspreid en brengen
zulke hevige steken toe, dat verscheiden personen blind
zijn geworden en men vele anderen met verbanden om
armen of andere deelen des ligchaams ziet loopen.
Te Konigsbergen heeft den 9 dezer de volgende
gebeurtenis plaats gehad: Ongeveer ten 1'/2 uur was
in een kolossaal, in de Tragheimer Kirchenstrasse ge
legen en den particulier Görke toebehoorend gebouw,
een hevige brand uitgebarsten. Ongeveer 20 familiën
bewoonden dit gebouw, en al deze bewoners ontvlugtten
onder wee- en jammerklagten het brandende huis
terwijl de inmiddels toegesnelde brandweer hare functiën
begon te verrigten. Eensklaps echter deed zich nu de
ontzettende angstkreet hooren, „dat zich in de bovenste,
reeds brandende dak-verdieping nog onderscheidene
personen bevonden, aan welke zoo door den verstikkën-
den rook als den gloed der brandende trappen, de weg
tot redding ten eenenmale was afgesnedenInderdaad
zag men door een in den muur zich bevindend gat
van ongeveer negen duim diameter een zoogenaamd
oeil de beuf een' arm steken, die naar redding scheen
te seinen. Onmiddelijk stelde, op dit angstbarende gezigt
de branddirecfeurdoor de wakkersten zijner man
schappen vergezeld, alle mogelijke pogingen tot redding
in het werk, doch vruchteloos; aan geene zijde
was de toegang mogelijk! En echter was er geene
seconde te verliezen. Zonder zich te bedenken grijpt
hij naar een1 ladder en wil nu alleen de redding be
proeven; drie zijner lieden echter verzetten zich hier
tegen met al hun vermogen. Maar nu greep de spuitgast
Stenzei, zonder een oogenblik te aarzelen, naar de ladder
om het koene waagstuk te ondernemen Met de
grootste behendig en zekerheid klimt hij op de ladder
tegen het voorfront van het vier verdiepingen hooge
gebouw, naar het gat op, waardoor altijd nog de be
wegelijke arm te voorschijn kwam. Reeds heeft hij de
bovenste verdieping bereikt en is nog slechts eene halve
ladders lengte van den ongelukkigen eigenaar des arms
verwijderd, toen hij, tot zijnen niet geringen schrik
ontwaarde dat hij de ladder niet nogmaals kon aanleggen
bij gebrek van eenig gedeelte van het dak, waartegen
hij die kon doen rusten of vasthakenMaar, een
spoedig overleg met zijne beide, hem in de uitvoering
van deze zijne onderneming behulpzame kameraden
deed hem nu eene daad verrigten, die in koen- en on
verschrokkenheid alle denkbeeld overtreft, en misschien
zonder weêrga is! Hij liet namelijk de ladder door zijne
beide makkers vasthouden, en klom er zoo op; doch
daar hij ook toen nog ongeveer vier voet van de vermelde
opening verwijderd was, aarzelde hij niet op de uiterste
spitsen van de beide ladder-boomen te klimmen, en, in
deze hachelijke, ja ontzettende positie, met zijn bijl de
opening in den muur te verwijden. Inmiddels nam het
geweld der vlammen met verbazende krachten toe De
ongelukkige daar binnen brulde en jammerde naar red
ding, en Stenzei verdubbelde zijne krachten. Hij steekt
den ongelukkige zijn bjjl door het gat toe en wekt-hem
op om aan de verwijding der opening mede te werken,
terwijl hij zich een andere bijl laat toereiken en dit
alles staande op de uiterste spitsen der ladder-boomen,
zonder eenigen den minsten steun, zonder één enkel
voorwerp waaraan hij zich kon vasthoudenDe duizend-
duizende toeschouwers zijn sprakeloos van vrees en ver
wachting; angst-zweet droppelt van ieders gelaat; men
verneemt naauwelijks nog het diepe ademhalen der
menigte; eene huiveringbarende stilte begeleidt het
ontzettende tafereelDaar hoort men eensklaps dofFe
gesmoorde kreten; allengs worden zij luider en sterker;
alles dringt zich opeen om zich van den uitslag eener
voor onmogelijk gehouden poging te vergewissen; een
vreugde-, een oorverdoovende jubelkreet davert door de
lucht, en verkondigt dat de ongelukkige onder honderd
voudig levensgevaar uit het gat gehaald, aan het ver
nielende element onttrokken is!.... Ongelukkig kon
het den edelen redder niet gelukken om ook op gelijke
wijze, de beide anderen zich nog op dezelfde verdieping
bevindenden te redden! De zoon van den eigenaar Görke
en een soldaat van het 1ste infanterie-regiment vonden
bij die ramp hunnen dood, de eerste in den verstik-
kenden took de laatste in de vlammen. De oorzaak
van den brand is niet met zekerheid bekend.
Te Limoges is door een vrouw een vreeselijke misdaad
gepleegd. Hen 21st<:n der vorige inaand kreeg een man, met
name Bondineau, bij liet middagmaal twist met zijne vrouw
tengevolge waarvan de man die smoordronken was, zijne
vrouw geweldig sloeg en kort daarop naar bed ging en in
diepen slaap viel. l)e vrouw die over de mishandelingen haar
voondurend aangedaan, ten hoogste verbitterd was, en haar
man in haar magt ziende, nam het besluit zich daarover op
een vreeselijke wijze te wreken. Zij haalde een koord sloeg
het om zijn nek en worgde hem. Daarop trok zij het lig-
cliaatn uit het bed op den grond, en begon hel met een mes
in stukken te snijden en wierp gedurende den nacht eenige
stukkeu op den Avenue du Crucifix; gedurende den volgenden
dag bleef het ligchaain in de kamer tegen den muur achter
een scherm verborgen, en den volgenden nacht wierp zij den
arm en een gedeelte der ingewanden te Corgnac neder. Daar
de overblijfselen nu tot ontbinding overgingen, begreep zij, dat
de reuk tot een ontdekking kon leiden en bragt daarop de
overige stukkeu op klaar lichten dag weg, in zwart laken
gewonden en wierp ze op verschillende punten in den omtrek
der stad neder. Het hoofd verborg zij gedurende vijf dagen
in den schoorsteen, en toen zij nu genoodzaakt was, het we
gens den stank, die de kamer verpestte weg te doen, wierp
zij het iu een drooge sloot, bij de Rue Eucombe Vitieuse, waar
het later werd gevonden. De vrouw werd sedert haar gevan-
geneming verscheiden maal mede naar het huis genomen en
herhaald daar haar bekentenis en beschreef met een afgrijs-
selijke koelbloedigheid de wijze waarop zij het ligchaam in
stukken gesneden en weggebragt had.
Arnhem, 24 Julij. Er was een tijd, dat men de
agenten van politie beschouwde als vijanden van de bur
gers en zij, die door hunne betrekking geroepen werden
om den burger te beschermen, door dezen met verachting
werden behandeld.
Die tijd is voorbij. Wel kennen wij nog instellingen van
eerzame handwerkslieden, welker statuten met zoovele
woorden allen uitsluiten, die bij de politie dienst doen of
deden, maar over het algemeen is de maatschappij ver
standiger, maar de politie ook fatsoenlijker geworden.
Niet meer het uitvaagsel der zamenleving wordt gebruikt
om de orde te handhaven; aan oppassende voormalige
militairen wordt die taak opgedragen onder commissaris
sen van politie, die in hun vak iets beters zien dan dat van
schrik-aanjager en dieven-vanger.
Wij wenschen dat dit zoo blijft en daarom meenen wij
publiciteit te moeten geven aan hetgeen in de laatste dagen
heeft plaats gehad. Enkele agenten van politie gaan er
weder op inslaan, wanneer geenerlei noodzakelijkheid
daartoe bestaat. Verleden week kreeg een burger, omdat
liij aan eene vrouw die bekeurd was, de reden daarvan
vroeg en partij voor haar scheen te willen trekken, eenige
vrij onzachte stooten op zijn borst van den agent, die
scheen te begrijpen, dat parate executie nog tot zijne
arabtspligten behoorde. Gisterenavond werd een gezeten
inwoner, die bekeurd werd wegens eene overtreding welke
de autoriteit, door het meer en meer wegruimen der uri
noirs, zelve bevordert, door een agent van politie bij de
kraag gegrepen en op deze wijze de stad doorgeleid. De
bekeurde had nogtans naam en woonplaats opgegeven en
ontmoette een zijner bekenden die zijne identiteit bewyzen
kon, maar werd door den agent gelast te zwjjgen.
Zoodanige handelingen betamen niet en liggen noch op
den weg der politie, noch in de instructie die de commis
saris aan zijne onderhoorigen geeft. Wy vertrouwen
daaromten einde rustige burgers tegen brutaliteiten
worden gevrijwaard, dat door de bevoegde magt dergelijke
handelingen streng zullen worden onderzocht. De politie
is om ons te beschermen, niet om ons te beleedigen. Zij
neme een voorbeeld aan de Engelsche politie. Zijn wij wel
onderrigt, dan is door de betrokken personen eene klagt
ingediend daar waar het behoort.
Asten 9 22 Julij. Nog altijd wacht men hier te
vergeefs op regen de droogte is zoo erg, dat zelfs de
hei totaal is verbrand. Te Deurne, Liessel, Bladel, in
't kort, in ons geheele kanton is in geen zes maanden
regen gevallenvan Bakel gaat men naar de Aarle
Rixtelsche brug, 5 kwartier uurs afstand, water halen
uit het kanaal, dat zoowel voor drink- als waschwater
wordt gebruikt. Levensmiddelen zijn hier bijna niet
de oogst is meerendeel verzengd. Die groenten wil
hebben, moet ze van den Bosch laten aanvoeren. Het
anders zoo heerlijke groen is dor; de bladeren zijn geel
en vallen nu reeds af. Den oudsten mensch heugt zulk
een zomer niet.
De insecten daarentegen schynen zich in de warmte
wel te kannen schikken het getal is zoo groot en neemt
dagelijks zoo toe, dat ook niemand zich herinnert ooit
zoo veel last van insecten te hebben gehad.
Yollenhoyen, 20 Julij. Een zeldzaam voorval
had heden alhier plaats. Een paard van den baron S.,
in het land loopende, trachtte met den bek de bladeren
van een boomtak te bereiken, waartoe het op de achter
ste pooten ging staan. In die houding geraakte het
met den kop tusschen twee takken vasten daar de
boom eenigzins over eene sloot hingkon het paard
den grond niet meer bereiken en hing zich zoodoende
zeiven op. Het paard had eene waarde van 3- a ƒ400.
TJti*eelit, 25 Julij. Gisteren namiddag had alhier
een allernoodlottigst voorval plaatsdat niet nalaat
eene sombere tint op de kermisvreugde te werpen. Een
dienstmeisje namelijk, dat sedert drie dagen buiten
dienst wasstortte zich tusschen de Willemsbrug en
de Smeesteeg in de Singelgrachtom zich van het
leven te berooven. Een reeds bejaard werkman van
der Heyden geheeten aarzelde niet haar terstond na
te springen en eene poging tot redding te doen. Wer
kelijk had hij het geluk de ongelukkige te grijpen
doch deze omvatte hem zoo stevigdat beiden in de
diepte wegzonken en niet dan als lijken uit het water
konden worden opgehaald.
Moorifostel23 Julij. Wij zijn het tijdperk
der aardappelenziekte ingetreden dit is altijd zigtbaar
geweest in het begin der hondsdagen tot nog toe is
daarvan niets te zien en door de droogte vertrouwt
men daarvan ook rïiets meer te zullen zien 23 jaren
heeft die plaag ons bezochtdaarom klage men niet
over de droogte, want juist strekt deze ons ten zegen.
Wordt thans de kiem der ziekte door de hitte gesmoord,
dan zijn wij weder voor verscheidene jaren van die
plaag verlost. Door de droogte zijn de aardappelen bot
rijp geworden en daarvan geel en dor. De zomer
vruchten worden als ware het met stoom rijp gejaagd.
De roggeoogst is vroeg ingevallen en thans binnen
men dorscht van 5 tot 8 vaten van het vim. Zulks mag
men onder de buitengewone oogsten rekenen en wat
de kwaliteit betreftin geene jaren is de rogge zoo
schoon en goed geweest. Voor het vee ziet het er wel
iets donker uitdoch op de herfstknollen en spurrie
wat malschen regen ontvangende, zal dit zich ook wel
Eerstellen.
24 July. Het departement Noord-
Beveland der Maatschappij tot nut van 'talgemeen heeft
besloten tot het oprigten van een spaarbank te Colijns-
plaat, waarin gelden tegen eene rente van 3 pCt. zullen
kunnen belegd worden.
De verpachtingen van den tienden oogst over 1868
in Zuid-Beveland hebben met inbegrip van rantsoen
penningen en Eoekgeldenopgebragt ƒ125,229,26,
zijnde ƒ5800 meer dan over 1867.
Ziox"ilizeo27 Julij. Het Provinciaal blad van Zee
land n°. 79 beval een circulaire van den commissaris des
konings dd. 24 dezer, gcrigt. aan burgemeesters en wethouders
der gemeenten dezer provincie, van den volgenden inhoud:
»Dc aanhoudende droogte en het daardoor ontstaande ge
brek aan drinkwater, dreigt op vele plaatsen nadeelig op de
volksgezondheid te zullen werken, zooals inderdaad reeds het
geval is geweest.
»Ik meen daarom, cn naar aanleiding eener aanschrijving
van zijne exc. den minister van binnenlandsche zaken, uwe
aaudacht op het wenschehjke te moeten vestigen, dat, voor
zoo veel in uwe gemeente gebrek aan zuiver drinkwater mocht
zijn er maatregelen wordcu beraamd om door aanvoer van
buiten, daarin te voorzien en het voor behoeftigen kosteloos
verkrijgbaar te stellen.
De algemeene synode der Nederl. Hervormde kerk
acht zich verpligtnaar aanleiding van verschillende
by haar ingekomen adressen, die van haar handhaving
verlangden van de gebruikelijke doopsformule, op grond
dat daarvan hier en daar zou worden afgeweken ter
algemeene kennis te brengen, dat zij, ofschoon nieuwe
bepalingen ten dezen opzigte onraadzaam achtende en
dan ook zich onthoudende van het doen van uitspraak
over de wettigheid of onwettigheid des doops, die met
afwijking van bestaande gebruiken geschied zou z.ijn
elke willekeurige afwijking, die aan den doop zijn eigen
aardig karakter ontneemt, ernstig afkeurt, en het niet
slechts wenscheljjk, maar zelfs in de gegeven omstandig
heden noodig verklaart, dat de doopsbediening voortaan
met de vereischte eenparigheid naar de gebruikelijke
formule geschiede.
Zioi-iltzoc, 28 Julij. Men verneemt, dat het
plan bestaat niet alleen de ongehuwdemaar ook de
gehuwde miliciens der ligting van 1864 en 1865 tegen
den 15den Augustus e. k. in werkelijke dienst op te
roepen voor het houden van wapenoefeningen in de
legerplaats bij Millingen en voor andere najaarsoefe
ningen. Bij het regeinent grenadiers en jagers en bij
de overige regementen infanterie (met inbegrip der
depots) zullen worden opgeroepen al de miliciens-
verlofgangers der ligting van 1864 en verder, alleen
voor zooveel de bataillons betreft, welke aan het kamp
moeten deelnemen, zoo noodig, nog zooveel manschap
pen der ligting van 1865, als vereischt worden om die
bataillons op de bepaalde sterkte van 375 presente
manschappen te brengenzullende daartoe in de eerste
plaats worden opgeroepen de verlofgangers dier ligting,
welke in der tijd niet tot zamenstelling van het blijvend
gedeelte hebben gestrekt. Voorts zullen bij de 3 rege
menten vesting-artillerie, het corp9 pontonniers en het
bataillon mineurs en sappeurs in werkelijke dienst
worden opgeroepen en al de miliciens der ligtingen van
1864 en 1865, voor zooverre zij, van beide ligtingen,
niet tot zamenstelling van het blijvend gedeelte hebben
gestrekt.
Uit New-York wordt per telegraaf gemeld dat
aldaar de hitte zoo groot is, dat den 2Isten dezer 40
personen door zonnesteek overleden zijn.
Uit Dirksland wordt van 23 dezer geschreven
Het berigt in de courant van heden, uit Bergen-op-
Zoom dat door den burgemeester alhier een detachement
militairen zou zijn verzocht, tengevolge van zamen-
scholingen en feitelijk verzet tegen de politie, is onjuist,
gelukkig leeft hier alles in vrede en rust. In de naburige
gemeente Oude Tongen echter hebben werkelijke zamen-
scholingen plaats gehad en heeft men van daar de
militaire magt moeten inroepen, om adsistentie te ver-
leenen bij 't arresteren van een persoon, tegen wien
een bevel van gevangenneming was uitgevaardigd en
voor wien een groot aantal ingezetenen partij trok.
Omtrent de ongeregeldheden te Oude Tonge wordt
nog het volgende geschreven
Zekere Z.weesvaderwerd eenige dagen geleden
beschuldigd van in eene ongeoorloofde betrekking te
staan met de weesmeisjeswaarop hy van zijne be
trekking werd ontzet en naar de gevangenis te Brielle
opgezonden. Nadat hij daar een paar dagen had door-
gebragt, keerde hij terug. Dit gaf aan vele ingezetenen
zulk eene vreugdedat zij met vlaggen al zingende
door de straten liepenwaarop zij door den burge
meester aangemaand werden, het straatrumoer te staken
en naar huis te gaan het zingen hield dan ook op
maar men sloeg by den pastoor en nog een katholiek
de glazen in, daar men den pastoor beschuldigde, den
weesvader in het ongeluk te hebben gestort.
Den volgenden dag kwam er eene commissie van de
regtbank te Brielle, ten einde enkelen der oproermakers
te verho ren het gevolg daarvan wasdat de wees
vader andermaal is getransporteerd, terwyl men zegt,
dat nog twee der belhamels naar Briele zijn vertrokken.
Ten einde nu voor goed een einde aan het inslaan
van glazen te makenzijn er uit Bcrgen-op-Zoom
vier-en-zestig militairen ontboden welke alhier zijn
ingekwartierd en eenige dagen voor de veiligheid zullen
zorgen ook is het verbodenom met meer dan drie
personen bij elkander te staan.
In de Hsser Courant leest men
„Het gebrek aan water heeft hier en daar proeven
doen nemenom dat door „boring" te vinden. Het
recept is oud maar vindt weinig respect in dit „kik
kerland." Nu echter de nood terdege aan den man
kwam, liet men b. v. te Zwolle putboorders uit Zeist
komen en begon het werk op eene plaatswaar ge
woonlijk het welwater slecht is, en ziet op 24.5 Ned.
el in fijn kiezelzand, vond men overvloedig heerlijk water.
De proef is dus gelukt en de kosten zijn ƒ1000.
„Ook aan de Dederasvaart werd „geboord" op kosten
der provincie. Volgens accoord zou er geboord worden,
des noods tot 100 voet. Tot die diepte gekomen, had
men echter nog geen water en werd besloten nog 10
voet dieper te boren, en naauwelijks daarmede begon
nen had men water in overvloed en lekker ook. Die
het proefden, zetten er, zonder dat zij het wisten, een
gezigt bij, als de wijnproevers op de bekende schilderij.
„Is gebrek altijd een goede leermeesterook thans
leert het, zoo als uit het bovenstaande blijkt, denken
en handelen."
Men leest in de Provinciale Groninger courant de
volgende opmerking van een oud landbouwer over den
nadeeligen invloed van drooge jaren op den veestapel:
In de Mark Lane Express schrjjft de heer J. Yates het
volgende „Ik was reeds landbouwer in het merkwaar
dige 1826, en het tegenwoordige jaargetijde, dat zooveel
er op gelijkt, herinnert mij aan de groote sterfte die wy