No. 2498.
24sle Jaarg.
Zaturilag 29 February 1868.
Nieuwstij d ingen
ZIER!KZEESCIIE NIEUWSBODE
Men abonneert asiel»:
In Nederland bij den Uitgever.
Bij alle Bockhandelaren en Postdirecteuren.
In Noord-Amerika bij' J. QUINTUS, te Grand Rapids, Staat Michigan.
Abonnements-Prijs:
VOOR REIDB UITGAVEN.
Voor 3 maanden1,30.
Franco per post, in Nederland
Voor Noord-Amerika, franco New-York
- 1,60.
- 3.90.
Verschynt:
Op Woensdag en Zaturdag.
Advertentiën
10 cent voor eiken regel.
Zegelregt voor iedere plaatsing, 35 cent.
De inzending der Advertent,iën kan geschieden tot
Dingsdag en Vrijdag, des voormiddag» 10 ure.
Bureau:
Ziorikzce, IToek van de Schnithaven, B, No. 94.
Brieven cn Ingezondene Stukken, franco.
Opening cler zitting van de
Staten-Generaal.
Dingsdag 25 dezer is eene buitengewone zitting der
Staten-Generaal door eene commissie, bestaande uit de
ministers van binnenlandscke zaken en van finantien
geopend. j
Eerstgenoemde sprak de volgende rede uit:
„Mijne Heer en
„Naar 's konings bevelen komen wij de vertegen
woordigers van 't Nederlandsche volk welkom heeten
in deze nieuwe zitting.
„Het oogenblik, waarop gij uwe parlementaire werk
zaamheden aanvangt, is gewigtig; moge het blijken
heilspellend te zijn voor het vaderland.
„Daartoe wil de regering 's lands afgevaardigden
met vertrouwen te gemoet gaan.
„De vorige tweede kamer sprak met eene kleine
meerderheid eene afkeuring uit over het buitenlandsch
beleid in een moegelijk tijdperk, dat gelukkig tot het
verledens behoort.
„Tegenover dat oordeel stonden de raadslieden der
kroon vast in de overtuiging, datin die belangrijke
zaken ten nutte van den staat en met goeden uitslag
was gehandeld.
„Van de koninklijke beslissing over het aangevraagd
ontslag van het kabinet, was eene ontbinding der tweede
kamer het gevolg, hoezeer niet dan na rijp beraad
en met leedwezen tot dien maatregel werd overgegaan.
„Thans begroeten wij eene nieuwe tweede kamer
waarvan een vijfde deel uit nieuwe leden bestaat.
„Voor regering en vertegenwoordiging is nu de
taak weggelegd om aan het vaderland te waarborgen,
wat, na den strgd der verkiezingen, de wensch van
alle weidenkenden is: de noodige overeenstemming der
magtendie het vertrouwen op de deugdelijkheid en
duurzaamheid onzer grondwettige instellingen versterkt.
„Uwe medewerking zal worden ingeroepen, behalve
voor de eischen der staatsdienst voor Nederland en
Indië voor een aantal maatregelen van wetgeving,
waarvan eenige reeds meermalen door de vertegen
woordiging zijn verlangd. Mag het der regering te
beurt vallen daarbij den steun der staten-generaal te
ondervindendan kan deze zitting goede vruchten
opleveren.
„Welke ook de uitslag uwer overwegingen zij laat
ons allen bij de beraadslagingen hier te voeren het
meest in het oog houden, wat ons ten allen tijde ver-
eenigt, liefde voor den vorst en zorg voor het getrouwe
Nederlandsche volkdan zal het den lande onder
Gods zegen welgaan.
„In naam des Konings verklaren wij deze buiten
gewone zitting der Staten-Generaal geopend.1' -
Deze openingsrede lieeft het karakter der meest
kalme betoogendie wij onlangs in het Haagsche or
gaan van de regeering lazen.
Geen op hoogeu toon geuit „binnen de grenzen" of
dergelijke uittarting klinkt de Staten-Generaal tegen
zooals een jaar nauwelijks geleden, in November 1866,
toen deze regeering de meerderheid meende te hebben
van een of twee stemmen, eene illusie, die later bleek
niet houdbaar te zijn. De openingsrede is kalm en wij
zouden bijna zeggen deemoedig; zij bevat een verhaal
van de aanleiding tot de bgeenroeping van deze bui
tengewone zitting, zooals dit van het standpunt der
ministers te wachten was en een verzoek om ondersteu
ning. Een beroep wordt gedaan op den wensch van alle
„weidenkenden," in vroegere stukken van reactionaire
ministeriën meestal „welgezinden" genoemd.
Wij zouden deze houding volkomen hebben kunnen
begrijpen, ware zij door dit kabinet reeds na de vorige
ontbindiug aangenomen. Wij zouden ze toegejuicht
hebben. Dan ware wellicht nog conciliatie mogelijk
geweest, als enkele bepaald onbekwame deelen afge
sneden waren. Maar nu is die ootmoed te laat. Die taal
staat gelijk met het verzoek van een beschuldigde, wien
men een tal vroegere zonden herinnerde en die de
rechter verzocht: dat verledene maar blaauw blaauw
te laten.
De regeering beseft zelve, dat zij machteloos en ver
slagen is. Arrogant en tartend in dagen van vermeenden
voorspoed, willen die mannen niet in tijds heengaan,
maar verzoeken nu hetgeen zij vroeger vorderdendat
men met hen in overeenstemming handele, vergetende
dat zij nooit recht hadden aan het bestuur te komen*.
Het is eene dwaasheid te beweren, dat overeenstem
ming mogelijk zou zijn omdat 1/5 van de Tweede Ka
mer uit nieuwe leden bestaat. Er zijn 82 oud-leden van
de oppositie herkozen en van BosseBlussé noch Cor
nells zijn nieuwe mannen; Sloet, Lenting en de Bruijn
Kops zijn personenwier gevoelens eveneens bekend
zijn. Al waren al de overige acht leden, die vroeger
geen zitting hadden in de Tweede Kamer, volbloed re
actionairen en dit is voorzeker onwaar ten opzichte
van den heer Kaljfom geene andere namen te noe
men, dan reeds staat vast, dat de twijfel, die dui
delijk genoeg in den leelijken stijl van den slotzin
doorstraalt, dat geene ondersteuning aan deze ministers
te beurt zal vallen, allezins goed begrepen is.
Neen, alleen dan kan bij de natie „vertrouwen op de
deugdelijkheid en duurzaamheid onzer grondwettige
instellingen versterkt" worden, wanneer eene regeering
aan het roer is, die onze grondwettige instellingen in
milden zin wil toepassendan zal entente cordiale be
staan tusschen de groote meerderheid des volks, ver
tegenwoordigd door zijne afgevaardigden, en 's Konings
raadslieden. Na het gebeurde is zoodanige overeenstem
ming met de heeren graven en hunne collega's onmogelijk.
Ook de regeeriug erkent, „dat het/tijdstip gewichtig
is." Deze mannen willen niet heengaan. Zij vertoonen
zich nog aan eene haar vijandig gezinde vertegenwoor
diging. Daarom rust op deze den plicht hen te doen
heengaan. Dan alleen zullen rust en kalmte, na den
strijd in ons land terugkeeren. Zoolang dit niet ge
schiedt, zullen wij steeds de nagels onder de fluweeïen
pootjes zien, die telkens uitgestoken worden om agitatie
te vernieuwen.
Dit kabinet is auti-nationaal en weet dit. Blijkbaar
heeft men echter den moed verloren. De regeering spreekt
toch alleen van de te behandelen begrootingswetten en
noemt met name geen enkel ander onderwerp dat re
geling behoeft. Men begrijpt dus dat spoedig reeds eene
beslissing zal vallen. De begrootingswetten zijn reeds
ingediend; onmiddelijk staat de meerderheid tegenover
die van graaf van Zuijlen, die eene kabinetskweSÜe
uitmaakt. Al wilde de oppositie genade voor recht doen
geldendat is onmogelijk zonder verloochening van
beginselen, in strijd met alle constitutionele gebruiken
en met den geest van onzen staatsvorm. Geen liberaal
man kan de begrooting van deze regeering aannemen
en haar de middelen en het vertrouwen schenken om
het land te regeeren.
Hoe eer de beslissing plaats heeft des te beter. Te
lang werd niets verricht op velerlei gebied, dat regeling
eischt. Met dit bewind kan niets tot stand komen.
Algemeen wordt de optreding van een liberaal minis
terie verlangd.- Alleen wanneer dit het gevolg is van
deze buitengewone zitting der Staten-Generaal zal zij
voor Koning en volkvoor moederland en koloniën
vruchten dragen.
Londen, 28 Febr. Uit St. Louis schrijft men
onder dagteekening van den 30 Januarg„Yreeselijk
toöneel op de Mississippi rivier." Heden namiddag ten
4 ure, terwijl 200 a 300 menschen, mannen, vrouwen
en kinderen voor het grootste gedeelte pasagiers op
den Ohio en Mississippi spoorweg de rivier te vpet over-
giugen brak het ijs plotseling los en dreef den stroom
af. In den vreeselijksten angst liepen deze ongelukkigen
heen en weer. Zij konden noch aan den eenen noch aan
den anderen oever er af komendaar het ijs van de
oevers der rivier was losgedreven en er een groote
breedte water tusschen hen en het land was. Het scheen
als of men hier het verlies van een groot .aantal menschen-
levens zou te betreuren hebben. Duizenden menschen
liepen naar den oever der rivier en sloegen met onbe-
sclirijfelijken angst het verschrikkelijk tooneel gade.
Gelukkig echter brak de onmetelijke ijsschol niet, maar
dreef nog twee andere ijsvelden voorbij, zij zette zich
tegen een stoomer aan den Missouri-oever vast. Oogen-
blikkelijk werden van het schip planken en ladders neder
gelaten, en op deze wijze allen gered. Niemand had
eenigl ets el gekregen.
De stedelijke regering van Boston, Massachussets,
heeft onlangs een wetsbepaling gemaakt, waarbij geen
minderjarige als verkooper van nieuwspapieren, of als
schoenpoetser" zal worden toegelaten, wanneer hij niet
gedurende twee uren daags een school bezoekt, die
daartoe door de schoolcommissie is aangewezen.
ülaü*,
Vijf roovers, met geweren, pistolen, en ponjaarden
gewapenddrongen eenige avonden geleden in het
voormalig Benedictyner klooster te Cesena, in Emilia,
binnen, bonden den portier en een knecht, de eenigste
personen, die zich in het gebouw bevouden, en maakten
zich van 200 francs, een zilveren lamp, en eenige andere
voorwerpen meester. Zij zeiden echter dat zij zeer te
leurgesteld warendaar men hun gezegd had dat er
10,000 fr. in het huis waren. Zij namen daarop een goed
avondmaal bestaande uit brood, wijn en kaas, en ver
trokken.
Leeuwarden, 24 Febr. Bij de op 11 Jpn.
jl. alhier gehouden harddraverij op schaatsenverloor
een landbouwer van het dorp Wirdum zijn gouden horo-
logie met ditp ketting en sleutel. Hij liet het verlies
dadelijk omroepen, doch de vinder daagde niet op. Even
min baatte eene later in de Leeuw. Cour. geplaatste
advertentiewaarbij zelfs eene goede belooning voor
het terugbrengen van het verlorene werd uitgeloofd.
De persoondie deze voorwerpen had gevondenwas
evenwel niet onopgemerkt gebleven. Een meisje, dat
bij de hardrijderij had gestaan, had gezien, dat zekere
schipper een blinkend voorwerp had opgeraapt. Wel
trachtte hij haar diets te makendat het zijn koperen
tabaksdoos was geweest, maar zij sloeg er geen geloof
aan. Nogtans kende zij den schipper niet. De policie
bleef inmiddels met ijver hare nasporingen voortzetten
en geholpen door de aanwijzingen van het meisje, mogt
zij er in slagen den vinder te ontdekkendie nog in
het bezit was van het horologie c. a. Verloden Vrijdag
werd hij voor de arr.-regtb. teregtgesteld, waarbij het
hem duidelijk werd gemaakt, dat als iemand iets vindt
en het niet terugbrengt, hij zich schuldig maakt aan
diefstal. Met enne cellulaire gevangenisstraf van een
half jaar zal hij voor zijne terughoudendheid moeten
boeten.
Arnliom, 24 Febr. Men leest in de N. U. Ct.
Dezer dagen werd door het Provinciaal gcregtshof
alhier uitspraak gedaan in de zaak van een kleinen
diefstal, die echter, omdat deze des nachts en in een
bewoond huis was gepleegdcrimineel was. Het hof
sprak den eersten beschuldigde, wegens gebrek aan be
wijs, vrij en veroordeelde den tweede tot 45 dagen
cellulaire gevangenisstraf de minste straf die, zelfs
met toepassing van art. 9 der wet van 29 Junij 1854
bij de bestaande qualificatie kon worden opgelegd.
Deze lieden hadden bijna vier maanden preventief
gevangen gezeten, voor een diefstal van een voorwerp
ter waarde van niet veel meer dan 1de eerste is nu
in vrijheid gesteld, maar is toch, zonder dat eenig feit
tegen hem bewezen is kunnen worden, ongeveer vier
maanden van zijne vrijheid beroofd geweest, en wordt
nu niet eens voor dat gemis schadeloos gesteld.
Wat den tweede betreft, van dezen kan men misschien
zeggen, dat die detentie bij het bepalen der straf in
aanmerking is genomen; maar men kan dat niet na
rekenen. Het zou ons veel billijker voorkomen, zoo de
opgelegde straf zwaarder was, en zij van den aanvang
der preventieve detentie gerekend werd te beginnen.
Wij deelen dit geval mede, als een voorbeeld van
toepassing der preventieve detentiewaarvan de on
billijkheid ieder in het oog moet springen onze vurige
wensch isdat onze strafvordering eenmaal van dat
verfoeijelijk middel zal worden gezuiverd.
25 Febr. Nadat de kerkeraad
der Ned. Hervormde gemeente van 'sGravenhage in een
bezwaarschrift tegen Dr. J. C. Zaalberg, diens altijddu
rende verwijdering van den kansel heeft geëischt en de
Heer Zaalberg daarentegen van zijne zijde een beklag
tegen de handelingen van dien kerkeraad heeft ingediend,
heeft het classicaal bestuur van 's Gravenhage gisteren
reeds eene zitting in deze moegelijke' procedure gehou
den. Met gespannen verwachting zien alle partijen den
uitslag te gemoet.
Gouda, 24 Febr. Naar men verneemt, is van hier
een adres gezonden aan de tweede kamer der staten-
generaal, waarin wordt geprotesteerd tegen de toelating
vau den heer jhr. de Brauw als lid dier vergadering,
ten gevolge van onregelmatigheden bij de laatste stem
ming te Montfoort, waar de stembus vóór den bij de
wet bepaalden tijd was gesloten zoodat een aantal
kiezers niet meer in de gelegenheid waren hunne stem
uit te brengen, terwijl jhr. de Brauw in dit district
verkozen is met eene meerderheid van slechts eenige
enkele stemmen, zoodat deze handelwijze wel degelijk
van invloed heeft kunnen zijn op de verkiezing.
Zierikzee24 Febr. Volgens bekendmaking
van den Heer Inspecteur van het lager onderwijs in
Zeeland, zal de voor deze Provincie benoemde Com
missie voor het afnemen der examens ter verkrijging
van akten van bekwaamheid tot het geven van schooi
en van huisonderwijs bijeenkomen op Woensdag den
15 April 1868 en volgende dagen in het lokaal der
voormalige Rekenkamer in de Abdy te Middelburg, en
zullen de dagen en uren, waarop de verschillende ad-
spiranten zullen moeten verschijnen, hun later door de
Heeren Schoolopzieners worden opgegeven. De belang
hebbenden behooren zich vóór of op den 1 April e. k.
aan te melden bij den Schoolopziener van het district,
waarin zij wonen, of, van buiten 's lands komende,
voornemens zijn zich te vestigen, met opgave van de
akte, die zij verlangen, en met overlegging van'één of
meer getuigschriften van hun goed zedelijk gedrag en
van hunne geboorte-akte, alsmede van de akten van
bekwaamheid of van algemeene toelating, welke zij
reeds vroeger mogten hebben verkregen.
Z. M. heeft benoemd tot griffier der arr.-regtbank
alhier, Mr. W. L. J. Spoor, thans subst. griffier bij
de arrondissement8-regtbank te Eindhoven.
Naar men schrijft uit Bredakreeg dezer dagen
een officieraan de koninklijke militaire akademie
verbonden, van den directeur der akademie vier dagen
arrestomdat hijop 's konings verjaardagin eene
besloten dansvereeniging in politiek verschenen was.
Dat men liever in zwarten rok dan in uniform danst,
schijnt alzoo in het oog van den directeur der akademie
eene strafbare neiging te wezen.
Zulk eene handelwijze, over de regtmatigheid waar
van wij niet kunnen oordeelenis zeker niet geschikt
om officieren verlangend te doen zijn bij de militaire
akademie te worden gedetacheerd.
Zondag avond heeft te Breda het volgende voor val plaat3
gehad. Een nabij de hooge barakken post hebbende schildwacht
verliet zijn post en begaf zich in een kroeg in de Keizerstraat,
alwaar Hij menig glaasje ledigde en voor zijn vertrek zijn geweer
laadde. Twee geen kwaad vermoedende burgers, weinige oo'gen-
blikken later de Keizerstraat uitgaande, ontstelden niet weinig
toen om den hoek dier straat een soldaat met geveld geweer eens
klaps voor hen stond. Een hunner sliet het geweer van zich af
en gelukkig, want op hetzelfde oogenblik ging het schot af en
boorde de langs zijne ooren fluitende kogel een gat in den
muur van het hoekhuis. De knal van het schot bragt vele
nieuwsgierigen op de been ert de dronken schildwacht, die
reeds meermalen gevonnisd is, werd dadelijk in verzekerde
bewaring gebragt.
Oemcugxlo berigten.
Het begint er maar slecht uit te zien voor de Neder
landsche tooneelisten, daar de hovelingen nu zelf comedie
gaan spelen. Onder andere heeft men opgevoerd ten
HoveLodewijk de XVI en Maria Antonetta. Daar
dit nu echter Fransche herinneringen zijn, zullen er ook
Nedprlandsche herinneringen vertoond worden. Zoo
spreekt men dat er zal opgevoerd worden: Prins Maurita
en Oldenbarneveldt; Prins Frederik Henderik en Hugo
de Groot; Prins Willem III en de gebroeders de Wit;
Prins Willem V. en het plunderjaar 1787; Koning
Willem I. en de Nederlandsche melkkoe; de Prins van
Oranje zich aanbiedende als Koning der Belgen in
1830, gevolgd doorWillera TI. De schoolvorstteH. heeft
zoo in de war gezeten op 11. Zondag met gezang 121, dat
de gerpeente niet wist te eindigenmen kon er geen
touwen aan vast maken, zoo was het verknoeid. Eep
boer te Pheeft zooveel knechts en meiden noodig
dat hij er wel een gemet mag zaaijen en dan komt
hij er nog te kort. De ruif hangt er hoog, en dan is
het nog maar meest aardappel-blom dat hij opschept;
zijn dwang is dan ook doodeenvoudig: veel werk doen
voor weinig geld. Iemand onder S. wordt verzocht
geen menschen meer te lasteren, want dit doet een
mensch niet met een redelijk verstand. Wel weet men
dat muggen menschen kunnen plagen in den Zomer,
maar in den Winter wist men niet. Te Bruinisse
moest eene vrouw hare tong wat in toom houden, en
geene onwaarheid uitbazuinen van Joost, of zij zal bij
name genoemd worden. Zij moest haren haver maar
houden voor éénen bok, want vreemde zijn er op stal
niet noodig. „Ach! moeder," zegt Keetje te Brouwers
haven, „ik zal weer maar naar Krijn toegaan, om hem
toch in de fuik te krggen, want ik ben zeker met hem
goed. Dus:
Hem zal ik nu zelf maar vrijen
Het is 't zelfde wie het doet
Want ik mag hem toch graag leijen
Want 't is Joris goede bloed
Een tiende-boer en tevens aannemer te X. vliegt
thans zoo hoog, dat hij nog van adel zal worden althans
hij is nu aan het vertfenden met eene gravin die hem
baron zal maken von haber nicks. - Twee Zwijn en drijvers
te St.-Annaland krijgen nu verschil over een bergtogt,
maar nu zal den eenen ziendat hij den beer krijgt
en de ander de zeug. Aldaar moest iemand wanneer
hij bij een boer komt peuselen zoo veel snaps niet
hebben, want bij zijn vertrek wordt hij uitgelagchen.
Nu de zoon van eene trotsche boerin te Sint.-A. het
berigt niet ontvangen heeft uit W.is hij het herde
rinnetje weer maar gaan opzoeken. Maar:
Herderin ziet uit uw oogen
Anders wordt gij ligt bedrogen
Want die klant ziet door de ruiten
En pakt u zeker om de duiten.
- 1I
Ingczomleiie Stukken.
Een inzender in dit blad maakt twee opmerkingen, waarop
een antwoord noodig is, omdat zij schijnbaar juist zijn even
als de betoogen van het Dagbladwaaruit al die wijsheid
geput is.
De meerderheid van ons volk zou niet liberaal zijn, want
de Arnhemsche Courant heeft becijferd en andere bladen heb
ben dat nagepraat, dat er meer stemmen op conservatieven
dau op liberale leden der Kamer zijn uitgebracht. Ik ant
woord na twee outbindingen is de meerderheid der Tweede
Kamer altijd liberaal.
Dergelijke berekeningen, als de Arnh. Ct. maakte, ziju al
leen juist, als men alle Kiezers kende en wist of zij met
consequentie gestemd hebben.
Het is onmogelijk bijv. voor Arasterdam, waar zes namen
op elk billet stonden bij de eerste stemming te zeggen alle
stemmen, aan een of ander persoon gegeven, waren afkomstig
van deze of gene richtiug. Indien iu ons land iedereen zoo
goed politiek ontwikkeld ware, dat geeue persoonlijke syrapha-
tiën golden, dan kon men zulke berekeningen precies maken.
Maar nu vergete men niet, dat als er zes stemmeu te Am
sterdam, drie te Rotterdam en elders twee leden moeten ter
neder gesteld wordeo, men meuigmaal een liberaal en een