ZIER IK ZEESCHE MEIWSRORE.
Zaturdag 15 April 1867.
Nieuwstij d ingen
Men abonlieert zieli:
In Nederland bij den Uitgever.
Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren.
Iu Noord-Aincrika bij J. QU1NTUS, te Grand Rapids, Staat Michiga;
Abon ii ements-PriiS!
VOOR BEIDE UITGAVEN.
Voor 3 maanden1»30,
Franco per- post, in Nederland
Voor Noord-Amerika, franco New-York
- 1,60.
- 3,90.
"V" er schijnt:
Op Woensdag en Zaturdag.
Advertentiên:
10 cent voor eiken regel.
Zegelregt voor iedere plaatsing, 85 cent.
De inzending der Advertentiën kan geschieden tot
Dingsdag en Vrijdag, des voormiddags 10 ure.
Bureau:
Zierikzee, Hoek van de Schuithaven, B, No. 94.
Brieven en ïngezondene Stukken, franco.
L\o. 2406.
25sle Jaarg»
Onder liet opschrift Vereeniging van betrekkin
gen" gaf de Kamper Courant eene afkeurende waar- j
schuwing aan alle kiezers in den landeen in de
eerste plaats aan die in het district Zierikzee, om
voor de Tweede Kamer geenc afgevaardigden te
kiezen, die het een of ander Staatsambt bekleeden,
zonder hiervan afstand te doen.
Zijn wij het met de geachte Redactie van het
Ncderlandsch Volksblad eens, dat niemand zich op
twee plaatsen moet laten roepen om zoodoende het
eene volksbelang aan het andere ten olfer te bren
gen, dan vertrouwen wij tevens, dat zij in goeden
zin ook met ons instemt, dat het wenschelijk ware
dat de Volksvertegenwoordiging wat meer specia
liteiten van inwendig bestuur bevatte. Het nut
hiervan Ie beloogcn is voorzeker overbodig, en de
geschiedenis der eindelooze Kamerdebatten inden-
kende en de daaruit verkregen resultaten nagaande,
kan het Nederlandsche Volk op dit punt geen vrede j
niet zich zeiven koesteren.
Alle zaken en belangen worden in de Kamer
besprokenbezien en beoordeeld met regtskundig
talent, doch zonder die speciale kennis, welke alleen
in staat kan zijn om onbekwame ministersniet
door votums van wantrouwen, maar door grondige
beoordeeling hunner verkeerde wetsvoordraglen
huiten effect te stellen.
Ware de Vertegenwoordiging uit waarlijk prak
tische mannen zamengesteldwij zouden welligt
sierlijke redevoeringen missen, doch wat meer za
ken zien behandelen.
Er zou minder gesproken worden over de - uit
gaven, die echter beter doorzien werden, maar wat
meer over de middelenwaardoor het Nederland
sche Volk de daarvoor bcnoodigde gelden moet op
brengen, want wat is meer met de Volkswelvaart
in strijd, dan dat al die miljibencn naar onevenre-
digen maatstaf worden geheven, en zijn er niet te
weinig specialiteiten in de Kamer om te dezen aan
zien verbetering te bewerken? De behandeling dei-
wet op de middelen bewijst dit telkens. Wij achten
liet daarom noodzakelijk, dat ook Staatsambtenaren,
met de Volksbelangen bekend, of die geroepen zijn
de wetten in toepassing te brengenwaardoor zij
het best in de gelegenheid zijn er de leemten van
te ontdekken en aan te wijzen, deel uilmaken der
Kamer; natuurlijk onder voorwaarden, die hen daar
toe in slaat stellen, maar ook zonder dat wij er hen
maatschappelijk aan willen zien opgeofferd.
Dat wij in deze beschouwing niet alléén staan
hebben de kiezers bewezenwaarom dan ook de
afkeuring hunner keuze gewis met leedwezen zal
gelezen zijn, te meer wijl de lieer van Kerkwijk,
om zich niet aan den schijn van ministeriële pressie
bloot te stellenhun had te kennen gegevendat
bij als Lid der Kamer zou aftreden; dan der kie
zers drang was te sterk om den minister niet te
doen inziendat hij den Vertegenwoordiger als
ambtenaar moest losmaken. Bij de beoordeeling
echter der wijze waarop dit mogelijk werd geacht,
moet wel in het oog worden gehouden, dat de Heer
van Kerkwijk, die schier van de invoering der lele-
graphie hier te lande, deel uitmaakte van het Hoofd
bestuur, en wel bepaaldelijk voor het %vetenschappe-
lijk gedeelte, en die dus een schat van ondervinding
heeft opgedaan, welke vooral in eene zoo jeugdige
zaak van het grootste gewigt is, onmogelijk ge
mist kan worden, en dat daarom de minister hem,
door de bekende en onzes inziens ten onregte ge
wraakte schikking, als eenige specialiteit, voor het
algemeen belang moest behouden, en waar die on
misbaarheid zoo duidelijk spreekt, ligt het voor de
hand dat de betrekking van Ingenieur der lelegraphie
een te onafhankelijk standpunt oplevert om den af
gevaardigde van ons district te kunnen beletten, op
tie plaats zijner inwoning, ook het lidmaatschap der
Tweede Kamer te bekleeden.
Overigens leveren de werkzaamheden in de Kamer
het bewijsdat de Heer van Kerkunjk met onbe
vangen, practischen blik en zelfstandig oordcel, de
algemeene belangen behartigt, zonder de zaken,
dat helaas te dikwerf plaats grijpt, aan antipa-
thien tegen personen op te offeren; waarbij wij niet
jniogen vergetendat dit vóór de zitting zelfs de
raad van den Heer Thorbecke aan de liberale
leden en dus ook aan den Heer van Kerkwijk ge
weest is, omdat zij vroeger in de conservatieven
hadden afgekeurd, dat deze alles afstemden, enkel
omdat het van liberale zijde werd voorgedragen.
Wij hopen dat de Redactie der Kamper Courant,
waarmede wij het liefst sympathiseren, ons deze
toelichting zal ten goede houden.
Boblijn, 8 April. DeNordd. Ztg., cle verontrustende
geruchten over Luxemburg besprekende, maakt de op
merking, dat de beslissing in die kwestie niet te Berlijn
ligt, daar het karakter van bondsstaat slechts defensief
is. Het zou. zegt het blad, misschien de grootste triomf
der regering van Napoleon III zijn, dat hij de Franschen
tot de erkenning bragt, dat zij hunne eigene en de al
gemeene belangen met betrekking tot de beschaving
beter kunnen dienen wanneer zij aan hunne tegen
standers de hand reiken en in plaats van dezen te ver
nederen, met hen vereenigd streven, naar de vervulling
van de groote eischen van den vooruitgang.
De bevolking te dezer stede was gisteren zeer verontrust
door de berigten uit Frankrijk. Hierbij voegde zich nog de
indruk der woorden in de jongste zitting van den rijksdag
geuit door den minister-president, luidende als volgt»de politieke
toestand is zeer ernstig, uiterst bedenkelijk." Tevens deed hij
doorschemeren dat Luxemburg niet de eenige twistappel was,
maar dat Frankrijk nog andere aanspraken deed gelden, welke-
Duitschlaud in geen geval en onder geene voorwaarde hoegenaamd
zal inwilligen. Met dat al houdt men zich in regeringskringen
overtuigd, dat de vrede niet zal gestoord worden.
Pruisseu houdt iutusschen een wakend oog op Frankrijk.
Men zegt dat dit niet zonder dringende redenen geschiedt,
want van gewoonlijk goed onderrigte zijde wordt verzekerd
dat Frankrijk zich in stilte, maar met ijver ten oorlog voorbereidt.
Ik verneem, dat met het oog op den politicken toestand
sommige leden van den Rijksdag het voornemen hebben opgevat,
om deswege eene interpellatie tot den minister-president te rigten.
Alvorens dit geschiedt, zal men zich tot den Heer vou Bismarck
wenden, ten einde te vernemen of hij geen bezwaar daartegen
heeft. Wanneer dit zal plaats hebben, is nog niet vastgesteld.
9 April. De Foss Zeitung zegt, dat in geval de
oorlog op nieuw uitbrak, het leger weder even als in
het vorige jaar zou worden uitgerust. Het Noord-Duitsclie
leger is bijna geheel van Zundnadelgeweren voorzien,
hetgeen ook het geval is met de nieuwe Saksische troepen.
De fortificatiën van de bogt van Kiel, benevens die van
Alsen, Sunderwitt zullen zoo spoedig mogelijk aanzienlijk
worden uitgebreid.
De Luxemburgsche kwestie wordt te Berlijn in
vreedzamen zin opgevat, in veel vreedzamer zin dan
te Parijs. Dat echter ook de Pruissische regering het
ernstige van den toestand in het oog houdt, blijkt uit
het voornemen, 0111 eerstdaags de leening van 30 millioen
op te nemen. Mogt het vroeger of later tot een oorlog
met Frankrijk komen, dan behoeft Pruissen weinig te
rekenen op Oostenrijks bijstand. In Italië heeft het
juist zijn besten vriend, Ricasoli, zien aftreden, en het
nieuw ministerie zal, zegt men, een Frankrijk gunstige
kleur hebben. Onder deze omstandigheden zou het niet
geraden zijn, zich, om zoo te zeggen moedwillig, de
vijandschap van geheel het Noorden op den hals te
halen. Indien toch voor het uitbreken van een oorlog
het artikel in het vredesverdrag van Praag betreffende
Sleeswijk niet eerlijk is uitgevoerd, dan is het niet
slechts mogelijk en waarschijnlijk, maar zoo goed als
zeker, dat Zweden, Noorwegen en Denemarken, onder
steund door een Fransche vloot, Pruissen zoo krachtig
mogelijk in de flank zullen aantasten.
Te Brussel wordt, naar aanleiding eener brochure van
den luitenant-generaal Renard, door den graaf Gaston
d'Aerscho een gewapend korps voor 's lands verdediging
gevormd, onder den naam van Belgische vrijwilligers.
Het zal in eenige opzigten aan den bevelhebber van de
burgerwacht (of schutterij) der hoofdstad ondergeschikt
zijn.
Oi-oiiiug-eil, 7 April. Volgens brief van kapt. de
Graaf, voerende bet hier te huis behoorendc kofschip Secundus,
dd. Bergen 1 April, had hij op 29 Maart op ongeveer 18 mijlen
ten Noordoosten van Udsire eene Noordsche brik in het gezigt
gekregen, met twee noodvlaggen op. Hij zette er koers op en
bevond dat het de Noordsche brik Venus was, geladen met ijs,
van Tvedeström naar Londen bestemd. Het schip was in
zinkenden staat; slechts één man bevond zich aan boord; de
kapitein en de overige equipage hadden den vorigen Zondag
het schip verlaten. Kapt. de Graaf had met groote moeite
(daar de zee zeer hol stond) zijne boot uitgebragt en den eenen
verlaten schepeling gered en te Bergen aan wal gebragt.
IIooi'ii, 8 April. Gisteren is de gevreesde veeziekte
binnen deze gemeente uitgebarsten onder de koeijen van den
Heer N. R.nadat eene koe aan die vrecselijkc ziekte was
gestorven, zijn terstond alle overigen van dien stal afgemaakt
in den kuil gestopt en met petroleum en kalk overstort.
ÜNijineg'Oii, 8 April. Naar men verneemt zal inden
aanstaanden Zomer door het hier in garnizoen liggende 3de
reg. vesti ng-artilh op de Mookerheide proeven worden genomen
met getrokken geschut.
8 April. Een gerucht, dat hier verbreid was
omtrent de arrestatie van een inwoner uit de gemeente Herwen,
wegens lasterlijke uitdrukkingen ten aanzien van den Pruissischcn
minister von Bismarck, geuit in een kofijhuis te Emmerik, beves
tigd zich. Men deelt ons thans mede, dat hij gevankelijk van
daar naar Wcsel is gebragtom er voor het kreisgericht
teregt te staan.
Altijd nog dezelfde onzekerheid omtrent Luxem
burg. De oorlogzuchtige berigten en beschouwingen
nemen de overhand. Eergisteren was op de Parijsche
beurs het gerucht in omloop, dat Frankrijk een ulti
matum aan Pruissen had gerigt. Dat gerucht werd
gisteren ten stelligste tegengesproken. De Moriteurde
kleine zoowel als de groote, bewaren intusschen een
diep stilzwijgen en dit vermeerderde in Frankrijk de
ongerustheid in hooge mate.
De discussie over de interpellatie van den heer Favre
I heeft echter de stemming eenigzins gunstiger gemaakt.
I De verklaring van den heer de Moustier althans was
I allezins geschikt om de beangste gemoederen tot bedaren
j te brengen. Daarin wordt van de gevoelens van con-
ciliatie gesproken, die de keizerlijke regering leidden,
maar wat, rneenen wij, meer beteekent, is de verklaring
van den minister Rouher, dat er geene officiële onder
handeling over Luxemburg plaats heeft gehadalles
heeft zich bepaald tot pourparlers.
Daardoor wordt het terugtreden van de zijde van
Frankrijk mogelijk gemaakt. Wij erkennen dat dit
eene zeer optimistische beschouwing is, maar de basis
daartoe is gegeven en wij hebben er reeds een paar
dagen geleden op gewezen, hoe ligtelijk eene kwestie,
al had zij nog zulk een dreigend aanzien, van het tapijt
kan verdwjjnen. Wij wenschten wel voor Duitschland
en Frankrijk, dat ook Luxemburg daarvan een nieuw
voorbeeld mogt leveren. Arnh. Ct.
Haarlem, 7 April. Heden avond omstreeks ten
8 ure is hier tengevolge eener gazontploffing, een zware
brand uitgebarsten in de Haarlemsche stoom-zijdeweverij-
fabriek, aan den Jansweg, directeur de Heer Termeer.
De ontploffing was zoo geweldig, dat de knal, gelijk die
van een kanonschot, zelfs op verren afstand werd waar
genomen, terwijl men in sommige gedeelten der stad
schokken ontwaarde gelijk die eener aardbeving. De
ramen van de in de nabijheid der fabriek gelegen perceelen
hebben veel schade geledenen zijn voor een groot ge-
deel te verbrijzeld. De geheele fabriek stond binnen weinige
minuten in lichte laaije vlam, zoodat niets, of althans
zeer weinig is kunnen gered worden. Naauwelijks weer
galmden de toonen der brandklok, of het brandblusch-
personeel beijverde zich 0111 het zeerst, om met de
middelen, waarover het beschikt, naar de plaats van
het ongeval te snellen. Het mogt dan ook omstreeks
ten 10 ure aan de brandweer gelukken denbrand zoodanig
meester te worden, dat alle verdere gevaar geweken was.
Een jongeling van ruim 20 jaren, Andrea genaamd
heeft door het instorten van een muur het leven verloren
zjjn lijk is verbrand van onder het puin te voorschijn
gehaald. De directeur zelf heeft zware brandwonden
bekomen, alsmede de spuitgast Teunissen, wiens wonden
zeer ernstig zijn. Bovendien is een 70tal werklieden
door deze ramp zonder brood.
lïSHcU'leiii, 8 April. Onderscheidene personen zoowel
hier als in deze omstreken, lijden thans in meerdere of mindere
mate aan eene keelziekte, meer algemeen bekend onder den
naam van croup of griep.
Bcrgen-op-Zoom, 6 April. Door de troepen
van het alhier in garnizoen liggende 2de reg. vesting-
art. zijn gisteren en heden op de lunetten Pucelle en
Coehoorn met twee 12ponders getrokken ijzeren kanonnen
voorzien van bronzen voering, vele proefschoten gedaan,
en ofschoon van een onvertrouwd kalioer schijnt de
uitslag tot dusverre gunstig.
De minister van binnenlandsche zaken heeft, ten
gevolge op zijne aankondiging van 11 Maart jl.ter
kennis van belanghebbenden gebragt, dat de spoorweg-
werken tusschen Woensdregt en Krabbendijke thans zoo
ver gevorderd zijn, dat de Ooster-Schelde aldaar niet
meer zonder gevaar bevaren kan worden, en dit vaar
water als gesloten is te beschouwen.
Axel, 10 April. In den afgeloopen nacht is op het
gehucht Schapenbout onder deze gemeente eene arbeiders
woning met het zich daarin bevindende huisraad verbrand.
De schade wordt begroot op ƒ200. De oorzaak van
den brand is onbekend. Niets was tegen brandschade
verzekerd.
Neuzen, 8 April. Tot predikant bij de Christe
lijk Afgescheiden gemeente te Neuzen c. a. is heden
beroepen de WelEerw. Heer A. Brink, te Dedemsvaart,
Zierikzee, 11 April.
Zooals wij reeds hebben gemeld, wenscht de rege
ring, bij de maatregelen tot beteugeling der veeziekte,
in hoofdzaak te volgen het plan van den commissaris
des konings in Zuid-Holland, den heer Londonafraaking
van «aangetaste koppels op een gunstig tijdstip, bij een
dalend ziektecijfer. Alles is reeds voor de uitvoering
van dit plan voorbereid. In de besmette streek zullen
vee-inspecteurs de veeartsen bijstaan en onder toezigt
staan van commissarissen, invloedrijke mannen, die
geschikt en bereid zijn der regering in de uitvoering
der maatregelen behulpzaam te zijn en de burgemeesters
met hun raad ter zijde te staan. Dit geheele personeel
is reeds aangewezen en bereid om te handelen. De
regering is voornemens zich in de toepassing der maat
regelen noch door verzet, noch door lijdelijke tegen
kanting te haten afschrikken, maar met volharding,
zonder overdrijving, datgene te doen wat zij, naar hare
innige overtuiging, meent te moeten doen. De onlangs
opgeroepen ligting geeft te beschikken over eene vol
doende troepenmagt, om verzet, in het onwaarschijnlijke
geval dat het zich vertoonen mogt, te smoren.
De correspondentien betreffende Luxemburg heb
ben tweeërlei karakter. De Fransche bladen blijven
volhouden, dat de keizer het eens genomen plan niet
zal opgeven en Luxemburg op elke wijze aan zijn
rijk zal annexeren; de Duitsehe blijven beweren, dat
Frankrijk niet tot een oorlog zal overgaan voor een
land van 46 vierkante mijlen met 200,000 inwoners.
Nogtans worden van beide zijden de krijgstoerustingen
voortgezet. Men beweert, dat de maarschalk Mac Mahon
met het commando over het leger aan den Rijn zal
worden belast.
De Herald zegt dat Pruissen zich niet zou verklaard
hebben tegen den verkoop van Luxemburg, indien de
kooper een der vorsten was van den Noord-Duitschen
Bond.
De Köln. Ztg. behelst een telegram uit Luxemburg,
van 5 dezer, luidende aldusEen zoo even hier open
baar gemaakt telegram uit 's Hage van den heer
Tornaco behelst het volgende: Niets is beslist. De zaken
nemen een voor het behoud van onze zelfstandigheid
gunstige wending.
Doorgaans worden in de provincie Gelderland
paarden gekocht voor Fransche rekening, zoodat dit
op zich zelf niets vreemds is. Dezer dagen evenwel
zijn er meer dan gewoonlijk aangekocht, naar men
verneemt voor de keizerlijke kavallerie; men besteedde
van ƒ500 tot ƒ700 per paard. Ook in Oost-Friesland
zijn groote aankoopen gedaan voor hetzelfde doel.
Uit Brussel wordt liet faillissement gemeld vnn den bankier
Escrepont Brasme. Volgens de Echo du Nord bedraagt het
deficit 4 a 5 millioen en zijn de feiten van dien aard, dat de ge
failleerde iu hechtenis is genomen.
Volgens een Belgisch blad kunnen de rapporten der
buitenlandsche ingenieurs, betreffende de afdamming der Schelde
binnen kort worden verwacht. Men verzekert, dat het rapport
van den Pruissischen ingenieur geheel in den geest van Belgie
luidt, terwijl ook in dat van den Engelschen ingenieur ernstige
bezwaren tegen de afdamming worden geopperd. Beide, schijnen
de voorkeur te geven aan het leggen eener brug.
De gijzeling te Parijs, rue de Clichy, heeft ge
durende een tijdvak van elf jaren gehuisvest 7000
gedetineerden wier gezamelijke schulden de som van
20 millioen beliepent. w. 12 millioen voor het kapitaal
en 8 millioen voor de kosten, vertegenwoordigende dus
een som van 8 millioen om 12 millioen te innen. Die
20 millioen zijn niet ten volle ingekomen; niet meer
dan 2,500,000 fr. daarvan is betaald geworden, en daar
van dit bedrag ongeveer een millioen afging voor
gijzelkosten, hebbende schuldeischers door de opsluiting
hunner schuldenaren niet meer dan 1,500,000 fr. ge
kregen. In het geheel zijn alzoo 18,500,000 fr. verloren
gegaan door het opsluiten van 7000 personen te Parijs,
gedurende elf jaren. Ziedaar de bal.ans van den lijfs
dwang, die thans in afwachting van het senaats
besluit in Fr.ankrijk afgeschaft is.
Gemengcle berigten.
De staatkundige barometer is weder wat gezakt en
wijst nu op het vrede-punt. Sommigen zijn dan ook
van gevoelen, dat de geheele Luxemburgsche kwestie
niets anders is dan eene beurs-speculatie. Is dit waar
dan hadden Willem I en Lodewijk Philip, geen beter
rol kunnen spelen. Te Parijs houdt men vol, dat
Napoleon aangezocht is geworden door de Nederlandsche
regering, om Luxemburg te koopen, wegens geldgebrek
in den Haag. Nu echter landen en volken geen oud
lood zijn, dat overal kan verkocht worden, zelfs bij
nacht dat het niemand ziet, ging dat koopje er zoo
gemakkelijk niet door. Die zich in den Haag dus
verbeelden de gouden Napoleons reeds te tellen, hebben
het vel verkocht, eer den beer geschoten was. De
koning van Pruissen zal de tentoonstelling te Parijs
bezoeken en mogelijk wel dansen met de Fransche
keizerin, terwijl de keizer met de Pruissische koningin
zal mede springen. De Engelsche dagbladen beginnen
den spot reeds te drijven met de Limburgsche kwestie,
en noemen den verkooper een ziek mensch dat nog
zieker wordt. Met het afmaken van ziek en gezond
vee zal nu krachtdadig worden voortgegaan, en de