ZIERÏKZEESCHE NIEUWSBODE. No. 2400 Zaturdag Maart 1867. 25s,e Jaarg'. Nieuwstijdingen. Men abonneert zich: In Nederland bij den Uitgever. Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. In Noord-Amorika bij J. QUINTUS, te Grand Rapids, Staat Michigan. Ab o 1111 cments-Pi'ijs: VOOR REIDE UITGAVEN. Voor 3 maanden1,30. Franco per post, in Nederland-1,60. Voor Noord-Amerika, franco New-York - 3,90. "V" erschijnt: Op Woensdag en Zaturdag. Advertentiên: 10 cent voor eiken regel. Zegelregt voor iedere plaatsing, 35 cent. De inzending der Advertentiën kan geschieden tot Dingsdag en Vrijdag, des voormiddags 10 ure. Bureau: Zicrikzee, Hoek van de Schuithaven, B, No. 94. Brieven en Ingezondene Stukken, franco. Berlijn» 18 Maart. De rijksdag heeft heden eene zitting gehouden, waarin beraadslaagd is over de ver houding van Luxemburg en Limburg. De heer von Bismarck antwoordde dat het hem verheugde op te kunnen komen tegen de door de dagbladen verspreide absurde geruchten en lasterlijke aantijgingen. Nooit heeft Pruissen Holland bedreigd. Het is slechts denkbaar dat dergelijke schrikbeelden het aan het Nederlandsch mi nisterie gemakkelijker zullen maken om de goedkeuring der kamers op het militair budget te verkrijgen. Vóór de jongste oorlog uitbrak, is er met Holland onderhandeld op grond dat Luxemburg op de hand was van de te genstanders van Pruissen. Men kwam overeen dat het van weerszijde niet tot vijandelijkheden komen zal. Luxemburg wil thans geen deel uitmaken van den Noordduitschen Bond. Limburg wil dat evenmin. Pruis sen zal geen pressie op beiden uitoefenen, daar het anders eene Europesche kwestie zou te voorschijn roepen. 19 Maart. De rapporten der drie ingenieurs in de zaak der afdamming van de Ooster-Scheldekunnen binnen weinige dagen worden te gemoet gezien. Zwolle, 17 Maart. Op den 3den Febr. 11. waren eenige gasten bij een der ingezetenen van Oldenma.rkt ten bezoek, die omstreeks 11 '/2 ure door den gastheer uitgelaten werden, toen deze tegen zijne dienstmaagd die een buurpraatje hield, zeide de deur te zullen openlaten en haar verzocht spoedig binnen te komen. De dienst maagd kwam gedurende den nacht noch den volgenden dag terug en was spoorloos verdwenen. Alle onderzoek was vruchteloos, tot dat eergisteren haar lijk in het water gevonden werd. Daar omstreeks den tijd der verdwijning van het dienstmeisje ook een jongeling verdween en men later eveuzeer zijn lijk terug vond en dat wel op eene plaats om welke te bereiken men tijdens zijne verdwijning wel 20 voet over verdronken land moest gaan en dus niet wel aan een ongeluk of zelfmoord gedacht kon worden, heeft de justitie zich heden derwaarts begeven met de HH. Dr. van Raalte en Lindeboom, ten einde over het lijk der dienstmaagd eene geregtelijke schouwing te houden. De uitslag daarvan of van het ingestelde plaatselijk onderzoek is nog niet bekend; volgens de loopende geruchten gelooft men, dat hier eene misdaad heeft plaats gehad. 's Gri-ttvenlAag-e19 Maart. Gisteren heeft Z. M. de Koning met Z. K. H. prins Frederik en de heeren ministers van marine en oorlog eene conferentie gehouden, die ruim twee uren geduurd heeft. 20 Maart. In de zitting der Tweede Kamer van heden is hoofdstuk Marine in zijn geheel aangenomen met 44 tegen 26 stemmen. De algemeene beraadsla gingen over hoofdstuk Oorlog zijn aangevangen. Rotterdam19 Maart. Ds. N. II. de Graaf, predikant bij de Nederduitsche Hervormde gemeente alhier, heeft voor de beroeping naar 's Hage bedankt. Ztilt-Bommel17 Maart. De veepest, waarvan de Bommelerwaard tot heden gelukkig verschoond bleef, heeft zich gisteren, zonder dat men voor de overbren ging van de besmetting eenige reden weet op te geven, op den stal van den landbouwer C. Slegh te Kerkwijk geopenbaard. Het aangetaste rund is terstond afgemaakt, terwijl omtrent de overigen, ten getale van 7, nadeie bevelen worden ingewacht. Breda, 17 Maart. De gewezen sergeant J. F. Scharzkopff, van het 3de reg. inf. alhierdie zich op het laatst van Jan. jl. als detachements-commandant te Lage Zwaluwe tot beteugeling en wering der veepest bevond, en met de hem toevertrouwde gelden, ten bedrage van 600 spoorloos is verdwenen heeft zich dezen namiddag vrijwillig in arrest begeven. Neuzen, 18 Maart. Het beroep, uitgebragt door de Christelijk Afgescheiden gemeente te Baarland op Ds. S. O. Lospredikant te Neuzen c. a., is door Z. Eerw. aangenomen. Wissenkerkc, 19 Maart. Jl. Vrijdag heeft alhier de stemming plaats gehad over de wijze van verkiezing van Predikanten en Kerkeraadsleden. Van de 465 stemgeregtig.de ledematen waren 147 opgekomen, van welke 144 vóór de nieuwe wijze en slechts 3 voor de bestaande gewoonte van verkiezing hunne stemmen hebben uitgebragt. Zierikzec, 19 Maart. De Fransche minister van staatde heer Rouherheeft in de redevoeringdoor hem zaturdag 11. in het Wetgevend Ligchaam gehou den, o. a. geantwoord op het beweren van den heer Thiers, dat Pruissen eene uitbreiding tot aan de Zui derzee zou op het oog hebben: „Hoe! Pruissen zou niet voor eeuwen voldaan zijn! Zijne grenzen zouden niet gedétermineerd zijn door het tractaat van Nikolsburg! Het zou tot aan de Zuiderzee willen gaan! „Pruissen, mijne heeren, heeft aan Frankrijk ten dien aanzien, de meest stellige waarborgen les garanties les plus absolues) gegeven. Indien Frankrijk daaraan niet had geloofd, zou het dergelijke ambitiën niet hebben geduld. „Frankrijk heeft de gevolgen aangenomen van een oorlog, die zijne grenzen en, ik geloof, zijne noodzake lijkheid had. Maar het neemt niet de buitensporige ambitiën en de onbegrensde pretentiën aan. „Op clen dag dat Pruissen de Zui derzee zou bedreigen, zou Frankrijk en Engeland eene taal doen hooren, die Pruissen zou doen begrijpen, dat de tyd der dwaze ambitiën vooi*l>ij is." Wij meenen, dat deze categorische verklaringen, door het Fransche gouvernement afgelegd, allezins in staat zijn om, tegenover al de agitatie, welke in den laatsten tijd hier te lande verwekt is met niet te betwijfelen bedoelingen, meerdere gerustheid aan ons publiek in te boezemen. Te betreuren is het evenwel, dat het Nederlandsche publiek moet gerust gesteld worden door buitenlandsche staatsliedenterwijl de Nederlandsche minister van buitenl. zaken, die toch zeer goed wist welke geruchten in omloop warenmaanden lang het volk in onrust deed verkeeren, en niet over de zaak heeft gesproken, dan nadat men hem door herhaalde vragen als het ware er toe genoodzaakt haden dan nog zeer onvolledig. Of zou het misschien in het belang van dit ministerie geweest zijn agitatie te voedenmet het oog op de begrootingen van Marine en Oorlog? Zieriltzee, 22 Maart. Nadat de Afgevaarde uit Zwolle, in de zitting der Tweede Kamer van 8 Maart jl., had uitgeweid over de groote voordeelen door de vorming van eene Nieuwe Merwede verkregen, heeft de Heer van Kerkwijk gezegd, dat hij de bedoelde voordeelen, die hij vervolgens met name aanwees, wilde erkennen, maar dat ook nadeelen daar tegen overstaan, die niet mogen worden voorbijgezien, onder andere, dat de Alblasserwaard thans meer dan vroeger aan doorbraken, vooral bij ijsverstoppingen, bloot staat. „Dit gevaar, zegt de Heer van Kerkwijkwordt nog vergroot, doordien aan den linker oever der Nieuwe Merwede door het Steurgat een dijk is gemaakt, die 4 el boven AP. ligt. Vroeger was verboden kaden te maken hooger dan 2.64 el boven AP. Thans gaat het Rijk van het beginsel uit, dat het Rijk zelf die oude gewoonte wel mag schenden, maar dat een particulier zich daaraan onderwerpen moet. Het water, dat in de Oude Merwede tegenwoordig hooger is dan vroeger, heeft ten gevolge gehad, dat de landerijen, die buitendijks aan den regter oever der Oude Merwede zijn gelegen en voor de aldaar gelegen dorpen van veel belang zijn, meer dan vroeger onder water staan, en dat de landstreek tusschen de Oude en Nieuwe Merwede gelegen veel vau het opperwater heeft te lijden. Wij hebben onlangs ontvangen een adres van den gemeenteraad van Sliedrecht, waarin die nadeelen breed worden uiteengezet eu waarin wij onder andere dit lezen: In gewone gevallen is de waterspiegel reeds sterk verhoogd, maar bij hoog opperwater is die verhooging aanzienlijkalle toestanden zijn hier gevestigd op de oude, lage, gewone rivierstanden; de onvermijdelijke gevolgen zijn dan ook, dat vele landen onder water geraken en soms gedurende een groot deel van het werksaizoen en den tijd van den oogst onder water blijven, waardoor vele werk zaamheden op hun tijd niet kunnen geschieden, en ook de oogst groote schade lijdt, of in groote mate bedorven wordt. Thans worden honderden arbeiders verhinderd te kunnen werken, doordat de grienden of bosschen niet kunnen worden gehakt, ten gevolge daarvan de hoepelmakers geen hout hebben om hoepels te kunnen maken en lijden daardoor gebrek, waarin door de armenkas moet worden voorzien. „Ik noemde zoo even reeds ouder de landen die zeer geleden hebben de uiterwaarden aan den regter oever van de Oude Merwede. Die uiterwaarden zijn wel is waar niet uitgestrekt, maar voor de bewoners van die streken van uitnemend belang, omdat zij hunne dagelijksche bezigheden aldaar verrigten, als hoepelraaken en dergelijke. Het was om deze reden, dat ver schillende ingezetenen uit die streek zich reed3 jaren geleden tot den toenmaligen Minister van Binnenlandsche Zaken hebben gewend, met verzoek, dat, wanneer het baggerwerk in de Mer wede geschiedt, hun de gelegenheid mogt worden gegeven om de kleine stukjes grond of zoogenaamde poldertjes achter hunne woning op hunne kosten op te hoogen en daarvoor grond van het Rijk te mogen verkrijgen. Op dat verzoek is den 24sten Junij 1859, no. 322, 3de afdeeling, eene beslissing genomen, waarin de Minister te kennen gaf, dat, wanneer van wege het Rijk, door middel van een stoombaggennolen, in den omtrek der gemeente Sliedrecht, verdiepingswerken in de rivier de Merwede worden uitgevoerd, het daar te baggeren zand zal worden gelost in de nabijheid der bedoelde buitenpoldertjes, en dat alsdan aan adressanten zal vergund zijn dit zand te bezigen tot verhooging hunner gronden: met dien verstande echter, dat die verhooging plaats hebbe in overleg met de ambte naren van den waterstaat, en tot niet hooger dan 2.64 el boven AP. „Hoewel dat besluit reeds van het jaar 1859 dagteekeut, is tot nog toe daaraan geene uitvoering gegeven en werden die ingezetenen niet in de gelegenheid gesteld, om hunne poldertjes op te hoogen. Zij, die in die streek bekend zijn zullen weten, dat het onder water staan dier poldertjes van zeer groot be lang voor de ingezetenen is, want het huis, waarin dc mcnschen wonen, is dikwyls onder aan den dijk gelegen en weinige schreden verder staat de schuur of het gebouw, waarin de bewoners dier streken hunne dagelijksche bezigheden moeten uitoefenen. Staan nu die poldertjes 2, 3 of 4 voet onder water, dan staan alle werkzaamheden stil, want men kan niet bij de schuren komen. „Het hoofdbezwaar, dat men in die streek legen de voort zetting van de Nieuwe Merwede heeft, is: dat de dijk, die nu tot 4 el boven AP. is verhoogd en door het Steurgat gelegd, bij ijsstopping of hoog water den Alblasserwaard zal doen onderloopeu. „Ik wensch daarom den Minister de vraag te doen, of er bezwaar bestaat om vooreerst niet verder met het leggen van dien dijk voort te gaan, zoodat men zich zal bepalen tot het maken van kaden tot de hoogte, die daarvoor vroeger altijd is aangewezen, namelijk 2.64 el boven AP. Ik zou niettegen staande dat, toch krachtig voort willen gaan met het baggeren van de Merwede. Jaren lang is in de gewisselde stukken toegezegd, dat wanneer de werken gedurende eenigen tijd rear en voortgezet men aan de natuur zou overlaten liet verdere diep te maken. Nu zijn reeds sedert jaren voor de Merwede alleen honderd duizenden op honderd duizenden toegestaanhoezeer men aanvankelijk zeide, dat de rivierverbetering, voor het geheele Rijk slechts twee ton gouds per jaar zou vorderen. Kunnen wij, nu tonnen en tonnen gouds daaraan jaarlijks besteed zijn, niet eens beproeven om, wel voort te gaan met baggeren, maar de overige werkzaamheden uit te stellen, om te zien hoe of de natuur ous te hulp wil komen?" Zierikzee, 22 Maart. Tot informatie van de belanghebbenden dient, dat het admissie-examen van nieuwe kweekelingen voor de Oefenschool tot opleiding van onderwijzers alhier zal gehouden worden op aan staanden Woensdag den 27 dezer des voormiddags ten 10 ure, in het locaal der Oefenschool. Inlichtingen daaromtrent zijn te bekomen bij den Districts-School- opziener. Eenige dagen geleden werd per telegram uit China gemeld, dat te Hongkong een vreesselijke ontploffing van buskruid had plaats gehad. In de heden van daar ont vangen berigten wordt dienaangaande het volgende medegedeeld. Het onheil had plaats in den namiddag van 17 Jan. Het schip Zephyr, met 200,000 ff buskruid aan boord, lag op dat oogenblik in de baai geankerd, op ruimen afstand van de stad. Het driemast schoenerschip Themis, besterad voor eene reis naar Shanghae, was daar naast komen liggen, om eene partij kruid over te nemen. Of men nu bij dat overladen niet voorzigtig genoeg is geweestdan wel of er een onvoorzien ongeluk heeft plaats gehad, weet men niet; maar eensklaps deed zich een geweldige uitbarsting hooren, gepaard met eene zoo hevige dreuning, dat men in de stad niet anders dacht dan dat er eene aardbeving plaats had. Als een bewijs van de hevigheid van den slag wordt onder anderen medegedeeld, dat men dien duidelijk heeft gehoord aan boord der stoomboot Keshan, die van Canton kwam en zich nabij Woochow bevond, zijnde ruim dertig mijlen van de plaats des onheils verwijderd. Gelukkig dat de schepen tot de overlading eene zoo afgelegen plaats hadden gekozen, want terwijl er van geen van beiden iets teregt is gekomen, zouden zeker alle andere schepen mede vernield zjjn geworden, wanneer de uitbarsting meer in hunne nabijheid ware voorgevallen. Er lagen aldaar slechts eenige schuitjes, die natuurlijk te gelijker tijd verdwenen zijn. Niettegenstaande den grooten afstand werd een aantal schepen nabij de haven als overdekt onder een stortvloed van water, dat met alle geweld naar omhoog werd geperst, en waarbij de overblijfselen dei- beide schepen tot op een verren afstand wegsloegen. Een mast werd met nog eenig ander hout- en touwwerk ver van de plaats in een veld teruggevonden. In de stad zelve is de schade, naar evenredigheid, minder groot. Zoowel door de rigting van den wind als door den afstand bepaalde zich de schade aldaar meest tot een aantal ramen, die door de dreuning werden ingeslagen. Daaren tegen werden in het dorp Yamathee, aan de overzijde der aanligplaats, 130 huizen zwaar beschadigd en meest allen van dak beroofd, terwijl in dien omtrek een aantal personen daaronder gedood, of door de nedervallende voorwerpen gewond werden. Het geheele omliggende terrein vertoonde een waar schouwspel van verwoesting. Behalve de bemanning der beide schepen, was er ook een 20-tal koelies aan boord, om bij de overlading be hulpzaam te zijn. Yan al die personen is niets anders overgebleven dan een hoop misvormde lijken, die hier en daar opgehaald en op wagens naar de stad gebragt werden, terwijl bij de afzending van het berigt toch de meesten nog vermist werden en misschien wel nooit zullen gevonden worden. Alleen de kapitein der Themis is behouden geblevendoordien hij zich dien middag naar het schip Helvetia had begeven, alwaar hij ten eten was genoodigd. Den vorigen dag hadden op dezelfde plek nog vier Engelsche kanonneerbooten gelegen, die slechts ten gevolge eener tusschenkomende omstandig heid van daar nog tijdig waren verlegd om de ver nieling te ontgaan. Gemengde berigten. Op sommige plaatsen worden de scherpschutters in twee klassen reeds verdeeld, en als de schapen van de bokken gescheiden zijn, zal er spoedig eene ontbinding plaats hebben. De geruchten van een ophanden zijnden oorlog worden weder tegengesprokenzoo dat er „brand" geroepen wordt, waar geen brand is. Het land in opschudding brengen uit vrees van priegel te krijgen van de Pruissen, moet maar een staatslist zijn, om de begrooting van oorlog en marine door de Tweede Kamer te doen aannemen. Men zal nu zien welke leden der Kamer door vogelverschrikkers bang zijn te maken. Wordt de begrooting aangenomen, dan zal er geld moeten komen, hetzij door nieuwe be lastingen. of door opcenten. De heer Thorbecke zal voor de begrooting stemmen, als er duimkruid genoeg voorhanden is, maar niet als er geld voor moet gezocht worden. Het zal dus zijngeen geld, geen soldaatjes en geen ijzeren ramschepen. Aangekomen te Parijs de koning van Pruissen zonder hoofd, zijnde een beeld voor de tentoonstelling. Niettegenstaande er geen kermis te B. is geweest, heeft er toch eene tooneel- voorstelling plaats gehad, alsDe terugkomst van een rijken boeren-zoon uit Amerika, zonder pak of zak; gevolgd door eene flaauwte van een heer onder een kopje thee, omdat de huwelijksvoorwaarde niet kan ver broken worden. Vertrokken van Neuzen naar de Gent- sche vaart: een kater zonder staart, tot spijt van velen. Volgens het gevoelen van sommige staatkundigen, bestaat er maar één middel om de vrije volken niet tot slaven te maken. Frankrijk moet weder eene republiek worden, dan zullen de veroverde volken in Duitschland in opstand komen en de Pruissen verjagen, want zij zullen hulp van Frankrijk krijgen. Van Napo leon zal niemand hulp krijgen zoo min als van Engeland, want de kaartgevers van Europa zijn het eens om den grooten buit te verdeelen. Als Engeland Java maar heeft, dan is het tevreden, en met het vaste land van Europa kan er naar goedvinden gehandeld worden, al moest het publiek worden verkocht. De landbewer- kers in Nederland worden den raad reeds gegeven, om niet te gaan ploegen zonder geweer op hun rug, even als of de Pruissen al in den blokweg waren. Te Sas van Gent heeft een ridder van de naald voor de tweede maal een blaauwtje geloopen, tot groote spijt van zijne familie. Gelukkig is hij er ditmaal afgekomen zonder kamer-arrest, ofschoon het hem nog al een aardig duitje zal gekost hebben. Te Neuzen zal ten tooneele gevoerd worden: De twee portretten, of de bespottende jufvrouw, waarbij een bakker zal te voorschijn komen. Het babbelachtige juffertje te Axel wordt aangeraden, zich zoo niet uittelaten tegen twee personen,^ over het drinken van borreltjes, want er worden bij haar ook wel borreltjes gedronken. Dus, zij zal zich benadeelen door babbelen, alleen om dat haar tong niet stille leggen wou. Bevracht te M een schip van een koopmans-zoon, dat onderzeil is gegaan naar Middelburg. Te Bzal ten tooneele gevoerd worden: Het huwelijk van een diep bedroefde, weduwnaar, of geld zoekt geld. Na hetzelveHet ban kroet van een bluffert. Een boer in het land van Tholen heeft weder een blaauwtje geloopen, met het zoeken van een baantje voor zijne tweede dochter. Iemand te B. zegt; Vroeger schreef ik voor een klok Toen was ik klokkenschrijver Thans draag ik een Judas-rok, En wil voor geld slechts zwijgen. jMarlitprijzcn te Zierikzec. 21 MAART 1867. Boter, laagste koers ƒ0,53 en hoogste koers ƒ0,57 per 5 ons. Kip-Eijeren, laagste koers ƒ0,60 en hoogste koers ƒ0,65 per 25 stuks. Eenden-Eijeren, laagste koers ƒ0,57® en hoogste koers ƒ0,65 per 25 stuks. Burgerlijke Stand te Zierikzee. geboren: 2 Maart. Eene dochter van A. Holm en F. Wilson. 3 dito. Een zoon van L. A. de Vos en D. P. Paret. 5 dito. Eene dochter van I. M. Phernambucq en C. M. Dekker. 7 dito. Een zoon van C. Aleraan en P. Horrevoets. 8 dito. Eene dochter van S. van de Velde en L. Moermond. Eene dochter van J. Arendse en M. Brandenburg. Een zoon van M. J. Witte (over leden) en E. Douw. 9 dito. Eene dochter van H. Landman en H. Koopman. 10 dito Een zoon van H. Slootmaker en J. Turelure. 11 dito. Een zoon van A. in den Bosch en E. Wetting. Eene dochter van H. Okkerse en T. Flohil. 12 dito. Een zoon van P. Jongraans en C. van den Berge. 15 dito. Eene dochter van C. Koevoets en H. Monnee. Een zoon van J. Schults en J. de Jonge.16 dito. Een zoon van P. Kutscheit en E. Goldhausen. 17 dito. Een zoon van M. van Oeveren en J. W. de Bakker. 18 dito. Een zoon van F. L. Geerards en A. M. van Oort. Eene dochter van J. Rensen en A. M. van Setten. Eene dochter van J. C. Dalebout en J. H. van Rethi. Een zoon van J. Pistorius en K. Kuipers. 21 dito. Een zoon van M. van Duin en J. van Burgh. gehuwd: 6 Maart. J. van Maanen, jm. en P. Duson, jd.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1867 | | pagina 1