No. 2595. H oensdag 6 Maart 1867. 23s,e Jaarg. I I #is ii r Nieuwstijdingen. ZIERIKZEESCHE MEHVSRODE. Men 5il><>ii 11 eert zieli: In Nederland bij den Uitgever. Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. In Noord-Amcrika bij J. QUINTÜS, te Grand ltapids, Staat Michigan Abonnements-Pi*Us: VOOR REIDE UITGAVEN. Voor 3 maanden1,30. Franco per post, in Nederland- 1,00. Voor Noord-Amerika, franco New-York - 3,90. V er soli ij ut s Op Woensdag en Zaturdag. Advertentiën: 10 cent voor eiken regel. Zegelregt. voor iedere plaatsing, 35 cent. De inzending der Advertentiën kan geschieden tot. Dingsdag en Vrijdag, des vooriniddags 10 ure. Bureau: Zierikzee, Hoek van de Schuithaven, B, No. 94. Brieven en Ingczondene Stukken, franco. Londen, 27 Febr. De bemanning van het te Liverpool uit New-York aangekomen schip Energy ver haalt, dat in den nacht van 18 dezer een groote vuurbol boven het schip uiteen barstte, waardoor de matrozen op het dek werden neder geworpen en een hunner ernstig werd gekwetst; de wind woei sterk uit het Zuidwesten. Dezer dagen werd te Londen aan het bureau van den trans-atlantischen telegraaf een telegram uit New- York ontvangen, van den volgenden zonderlingen inhoud „Den heer A. L. te Londen.... 3e zendbr. van Joh.: 13 en 14." Wanneer men in het nieuwe testament in de brieven van Johannes de opgegeven verzen opzoekt, vindt men de verklaring van deze zonderlinge dépêche. Vers 13 van genoemden brief luidt aldus „Ik zou u veel zaken te schrijven hebben, maar ik wil dit niet met de pen en inkt doen." Vers 14. „Ik hoop u weldra te bezoeken en ik zal alsdan van aangezigt tot aangezigt met u spreken. Vrede zij met u. Onze vrienden groeten u. Groet de vrienden elk in het bijzonder." De afzender van de dépêche bereikte op deze wijze zijn doel en bespaarde zich groote kosten. Zoo hij den geheelen inhoud der beide verzen had laten overseinen, had dit hem ongeveer vijftig gekost, terwijl thans de geheele dépêche hem slechts op tien pond te staan kwam. De dagbladen gewagen van een brutalen, onbe- grijpelijken diefstal. De HH. Rothschild hadden 11. Maandag 24 kisten met zilver per as naar de rivier gezonden om naar Hamburg en Rotterdam te worden geëxpedieerd. Twee dezer kisten, elk wegende twee entrs., hielden ruim 2000 in, en deze beide kisten zijn, in weerwil dat een beambte van het tolkantoor en een matroos de wacht hielden, gedurende den nacht uit het stoomschip verdwenen. De policie heeft alle omliggende vaartuigen onderzocht, maar niets anders ontdekt dan dat de ligter, die de kisten langs boord van het stoom schip had gebragt, in stilte was vertrokken. In den loop van het jaar 1866 zijn te Buenos-Ayres 13,696 landverhuizers (dubbel zoo veel als in 1862) aangekomen, die onmiddellijk plaatsing vondenhet meest heeft men daar behoefte aan schaapherders, boeren arbeiders, huisbedienden en ambachtslieden. Uit Brussel wordt aan VEscaiit geschreven, dat koning Leopold II van koning Wilhelm van Pruissen een eigen- liandigen brief van gelukwensching met het huwelijk van den graaf van Vlaanderen ontvangen heeft, waarin laatstgenoemde monarch „de stelligste verzekeringen omtrent het behoud van den Belgischen staat geeft; welke verwikkelingen er ook zouden kunnen oprijzen." „Naar men verzekert," zegt de berigtgever, „heeft koning Leopold dezen brief aan verscheidene personen zijner omgeving vertoond, en laten de bewoordingen, waarin hjj vervat is, niet den minsten twijfel over ten aanzien van de gezindheid van het Pruissische gouvernement jegens ons land." Leeuwarden, 1 Maart. Uit Grouw deelt men het volgende ongeluk medeEen zevental personen waaronder vier vrouwen, voeren jl. zondag middag van daar met een pontschuitjedoch naauwelijks waren ze in het diepe vaarwaren gekomenof het ranke vaartuig kantelde. Niettegenstaande spoedig aangebragte hulp verdronken twee personen van het gezelschap en wel twee zusters. Wanneperveen26 Febr. Gisteren avond, tusschen zeven en negen uur, is ten huize van J. Hol lander alhier een diefstal gepleegd. Hollander was uit gegaan, en in dien tijd hebben de dieven zich toegang tot zijne kamer verschaft, en uit eene bedstede ontvreemd p. m. ƒ2000 aan geld, met de kist, waarin het gesloten was. De buren, die in eene andere kamer van hetzelfde huis wonen, meenen wel eenig gestommel gehoord te hebben, maar schreven dit toe aan de terugkomst van den bewoner. Hollander wordt voor een betrekkelijk vermogend man gehouden, maar leeft, niettegenstaande dat, zeer bekrompen. Zvrolle, 28 Febr. In de zitting van de arrondis- sements-regtbank van heden is behandeld de zaak tegen C. Bosman, veehouder te Kamper-Eiland, beschuldigd van zijn door veepest aangetast vee niet behoorlijk te hebben afgezonderd en niet in tijds aangifte te hebben gedaan aan de bevoegde autoriteit. De regtbank heeft den beklaagde veroordeeld tot 2 maanden gevangenisstraf. ^Niouwecliop2 Maart. Heden avond zijn 80 werklieden per oorlogskotter de Vlinder, van de rijkswerf te Vlissingen hier aangekomen. Het zijn allen smeden, wier gezinnen zullen volgen. TJtreelit, 27 Febr. Wij vernemen, dat hier weldra een detachement vesting-artillerie uit Amsterdam zal komenten einde de forten aan den Bildsclien weg het Vossegat en de Houtensche vlakte te wapenen. Utreclit, 2 Maart. Uit eene goede bron wordt ge meld, dat alle forten van de Utrechtsche linie in uitmun tenden staat zijn bevonden. In elke bomvrije kazerne vindt men eene groote opstapeling van goed onderhouden materieeldat alles met de moeste zorg bewaard is. Het wapenen dier forten zal dus aan onze artillerie weinig moeite kosten daar zij alles gereed vindt en met geringe krachten de verdedigingsmiddelen zal kunnen klaar ma ken. Ook behoort bij het geschutop elk dier forten aan wezig, reeds een groot aantal getrokken kanonnen, terwijl de niet getrokken stukken successively kmet goed getrok ken e zullen verwisseld worden. 's Gravenhage, 1 Maart. In de zitting van de Tweede Kamer van heden heeft de minister van buitenlandsche zaken voor onwaar verklaard het berigt van de Amsterdamsche Courantals zou Pruissen van onze regering gevorderd hebben, dat van de ontman teling van Maastricht en Venlo zou worden afgezien en voor zich het regt hebben geëisch om garnizoen in die vestingen te leggen. De minister verklaardedat daarover nooit is gesproken, en waarschuwt tegen ge ruchten. Maar daarom moet men nog niet al te opti mistisch zijn. Tegenover de volkomen gerustheid van den heer van der Maesen de Sombreff, stelt de minister, dat toch altijd voorzigtigheid raadzaam is, om voorbe reid te zijn op eventualiteiten, zoodat men niet schro men moet offers te brengen, die in het belang van de onafhankelijkheid des lands noodig mogten zijn. Heden is de Heer Hagen, Ober-Bau-Director van Berlijn, namens de Pruisische regering belast met het onderzoek betreffende de Schelde-kwestiehier aange komen en heeft zijn intrek genomen in het hotel Ma- réchal de Turenne. 's Gravenhage, 2 Maart. De grenadier S., door jaloerschheid gedrevenvervolgde gisteren avond zijne gewezene bemindedie dienstbaar is in de Koningstraat. De moeder van het meisje bevreesd voor hare dochter, wilde deze waarschuwen toen zij bedoelden militair ontmoettedie op haar aanvielen haar met een stomp werktuig eene ernstige verwonding aan het hoofd toe- bragt, ten gevolge waarvan zij bewusteloos ter aarde zonk en naar hare woning in de Katerstraat gebragt moest worden. S. vlugtte hierop in allerijlontmoette in zijn loop nog een meisje hetwelk hij ook eene ver wonding toebragt. De militair is in de kazerne alwaar hij zich reeds te bed had begeven, gearresteerd en on- middelijk naar de policiekamer overgebragt. Breda2 Maart. De instructie in zake Pieter den Boef, die bekend heeft den gruwelijken moord op Cor nelia Jacoba Laven, in den avond van 15 Nov. 1864 te Dinteloord gepleegd te hebbenis reeds hier begonnen. De booswicht verliet op 14jarigen leeftijd de ouderlijke woningis van trap tot trap in de ondeugd opgegroeid en bevindt zich thans op 30jarigen leeftijd, voor de derde maal in de groote strafgevangenis te Leeuwarden. De vol gende week moet zijne voormalige bijzit te Fijnaart woon achtig, voor den regtercommissaris een verhoor ondergaan. Ilcllevoetsliiïs, 28 Febr. Naar wij vernemen, zal Zr. Ms. drijvende batterij Jupiter alhier in dienst worden gesteld. Middelburg, 2 Maart. Gisteren en heden is voor het provinciaal geregtshof in Zeeland behandeld de zaak van A. Bonteoud 20 jaar. wonende te Heille, beschuldigd van in den avond van den 14 October jl. moedwilligen doodslag gepleegd te hebben op de persoon van E. Coppens. Zestien getuigen en vijf deskundigen werden in deze zaak gehoord. Uit het getuigenverhoor bleek dat de beschuldigde op dien avond in gezelschap met den verslagene en eenige anderen onderscheidene herbergen had bezocht, en het toen van stoeijen op twisten met hen is gekomen, waarin hij in opgewonden toestand de verslagene eene slag op het hoofd heeft toegebragt met een stok, waarvan deze aan de gevolgen op den 16den October is overleden. De advocaat-generaal requireerde tot schuldig ver klaring van den beklaagde en tot veroordeeling in eene gevangenisstraf van ten minste vijf en ten hoogste twintig jaren. De verdediger van den beschuldigde, Jhr. Mr. D. G. van Tellingen trachtte te betoogen dat hier slechts sprake kon zijn van het onvoorzigtig toebrengen van kwetsuren en concludeerde tot toepassing van art. 320 wetboek van strafregt met ruime toepassing art. van 463 van hetzelfde wetboek. De beschuldigde betuigde, zeer aan gedaan, zijn diep berouw over het in drift gepleegde feit. Het hof heeft de uitspraak bepaald op aanstaanden Zaturdag, des voormiddags ten tien ure. Zierilizee, 5 Maart. De WelEerw. Heer J. T. F. U. Lautspred. te Vrouwepolder, heeft het beroep bij de Herv. gemeente te Oosterland aangenomen. Zaturdag namiddag ten 12% ure brak binnen deze stad brand uit in de Vlasserij der Heeren de Does êf v. d. Vlietstaande in de nabijheid van het gebouw der So ciëteit Sint-Sebastiaan. Bijna de geheele inrigting en het zich daarin bevindende bereide en onbereid vlas was binnen een uur tijds een prooi der vlammen, hoewel de brandweer zeer spoedig op de plaats aanwezig was. De oorzaak van den brand is onbekendnaar men verneemtwas alles tegen brandschade verzekerd. Voor de ligting der nationale militie van 1867 zal de provincie Zeeland 536 man moeten leveren. Wij vernemen dat de kolbak en sabeltasch, thans bij het 2e reg. dragonders in proefgebruik, algemeen bij dat wapen ingevoerd zal worden en de schakot mitsdien zal vervallen. Pieter Paauwer, die bij arrest van het provinciaal geregtshof in Zeeland, van 21 February in hooger beroep gewezen, niettegenstaande zijne voorgewende krankzin nigheid is schuldig verklaard aan drie bedriegelijke opligtingen en veroordeeld tot twee jaren gevangenis straf, drie geldboeten van ƒ25 ieder, alsmede in de kosten, heeft tegen dat arrest cassatie aangeteekend. De Pruissische ingenieur Hagen, belast met het onderzoekin de Schelde-kwestie, is Woensdag te Brussel aangekomen en aldaar door den minister van buiten landsche zaken Rogier ontvangen. Z. M. heeft 1.° op de aanvraag van ingelanden van den polder Dreischor in Zeeland magtiging verleend dat in de directie van dien polder nog een gezworen boven het bij het reglement bepaald getal aanwezig zij2°. tot gezworen van dien polder benoemd den heer P. Goemans. Ter voorziening in de behoefte aan manschappen tot ondersteuning van dé maatregelen tot stuiting van de veeziekte is het onvermijdelijk geworden, eenige mili ciens, thans met verlof, in werkelijke dienst te doen komen. In verband met de artt. 123 en 124 der militie wet worden dan ook, met 's konings magtiging, tegen den 26sten dezer, bij de korpsen opgeroepen de miliciens van de infanterie behoorende tot de ligting van 1866, alsmede de milicien-plaatsvervangers van 1865 van dat wapen, die zich met verlof in hunne haardsteden bevinden. Naar wij vernemen moeten te Willemsoord voor de dienst gereed worden gemaakt de stoomfregatten Wassenaar, Evertsen, de Zeeland, en de stoombatterij de Ruijter. Sedert een achttal dagen zijn aldaar een honderdtal manschappen voor de werkzaamheden aan 's rijks werf aangenomen, terwijl mede een detachement van Amster dam tot hulp naar dat etablissement is gedetacheerd. Zierikzee, 4 Maart. In het Memorial Diploma tique leest men het volgende Niettegenstaande het démenti, dat door de Nord- deutsclie Allgemeine Zeitung aan de Avenir National ge geven is, blijft dat blad volhouden, dat het Pruissische gouvernement van het kabinet te 's Hage vergoeding in grondgebied eischt voor de losmaking van Limburg van den Duitschen bond. Inlichtingenuit goede bron geput, stellen ons in staat om den stand der onderhandelingen te omschrijveu, die tusschen Pruissen en Nederland gevoerd worden met betrekking tot de hertogdommen Limburg en Luxem burg, die in der tijd deel uitmaakten van den voor- maligen Duitschen bond. Nadat het hof van Berlijn de ontbinding geprocla meerd had van den Bondsdag te Frankfort, drong het aan op de terugroeping van den gezant, dien de koning der Nederlanden in zijne hoedanigheid van Groot-hertog van Luxemburg aldaar had afgevaardigd. Het gouvernement van Nederland stemde in de terug roeping van dien gezant eerst toe, toen het den 5 Au gustus 1866 van den Pruissischen gezant te 's Hage eene officiëele depêche ontvangen had, waarbij de Pruissische regering verklaarde, dat zij de onzijdigheid van het Groot-hertogdom slechts erkennen en eerbiedigen zou, wanneer de koning der Nederlanden door zijSi gezant bij den voormaligen bond terug te roepen, constateerde dat de betrekkingen tusschen dien bond en het Groot hertogdom Luxemburg hadden opgehouden te bestaan. Tegenover het op die wijze door Pruissen zelf gepro voceerde terugroepen van den bedoelden gezant, moet de aanvraag van het Neder!gouvernement overbodig schij nen om door eene nieuwe diplomatieke acte te constateren, dat de banden, die Limburg en Luxemburg aan den Duitschen bond hechtten, wettig verbroken zijn. Het punt van geschil moet dan ook niet gezocht worden in den eisch van Pruissen om zich de regten van de ontbon den confederatie toe te eigenen, maar wél in de bewering van Pruissen, dat het regt heeft om in de vesting van Luxemburg garnizoen te leggen, een regt dat volgens Pruissen voortvloeit uit verbindtenissen, van vroegere dagteekening dan de bondsacte, en die ten doel hadden om de militaire belangen te waarborgen, zoowel van Pruissen als van Nederland. Tegenover de argumenten van Pruissen stélt Nederland artikel 16 van het tusschen beide staten den 8sten Novem ber 1816 gesloten traktaat (behoorende tot het generaal reces van 20 Julij 1819), welk artikel aldus luidt: De plaats Luxemburg, vesting zynde van den Duit schen Bond en de gouvernementen van Pruissen en Nederland gevolgelijk niet geacht kunnende worden gehouden te wezen om haar in het belang der gemeen schappelijke verdediging uitsluitend voor hunne reke ning te moeten onderhoudenzoo wordt de kwestie van dat onderhoud, behoudens de wijzigingen, omschreven in de voorgaande artikelen, nadrukkelijk gereserveerd voor de beraadslagingen van den Bondsdag. De koning der Nederlanden houdt staande, dat, nu de bedoelde vesting opgehouden heeft bondsvesting te zijn, Pruissen geen regt meer bezit om er garnizoen in te leggen, een regt, dat het vroeger slechts uitoefende als gemagtigde van den Duitschen Bond. Desniettegenstaande heeft Pruissen niet slechts meer troepen dan vroeger in de vesting gelegd maar den koning der Nederlanden bovendien kennis gegeven, dat hij op grond van vorenbedoeld artikel 16 had bij te dragen in hun onderhoud. Het kabinet van 's Hage heeft toen gemeend een beroep te moeten doen op de onderteekenaars van de Weener slotacte, maar de graaf von Bismarck (die zich onge twijfeld geene nieuwe verwikkeling op den hals wilde halen, welke eene zeer ernstige verhouding zou kunnen aannemen) veranderde alsnu van houding en insinueerde, dat het wenschelijk was om de zaak in statu quo te laten tot dat de Noord-Duitsche confederatie zou hebben beslist, of zij er in toestemt om de kosten van de be zetting der vesting door de Pruissen voor hare rekening te nemen. Indien icerkelijk geene andere eischen zijn gedaan dan de Memorial Diplomatique opgeeftdan is er een geschil tusschen Pruissen en Luxemburg, niet tusschen Pruissen en Nederland. Zieviltjeee, 5 Maart. Gisteren avond hield het al* hier gevestigde Departement der Maatschappij van Nijverheid eene gewone maandclyksche vergadering, welke door 26 leden werd bijgewoond. Na afloop der huishoudelijke werkzaamheden werden de volgende vragen in behandeling gebr3gt: No. 1 (uit de vraagbus). Is het privilegie van loodsen, bij de wet uitsluitend aan regeringsbeambten opgedragen, weldadig voor de scheepvaart No. 2. Waarom wordt het abeelen- en populieren hout, dat elders met zulk gunstig resultaat wordt gebruikt en veel lager in prijs is dan ander timmerhout, hier niet verwerkt? Deze vragen gaven tot meer of minder belangrijke gedachten- wisseling aau leiding. Gedurende de pauze waren geëxposeerd monsters gecreosoteerd geschilderd hout door den heer A. J. Wansink, welke proeven voorloopig als zeer goed gelukt mogen worden beschouwd. Voorts werd ter bezigtiging gesteld een exlincteurhiertoe welwillend afgestaan door de heeren Bos Zonen, te Rot terdam. De Voorzitter expliceerde de werking van dit brand- bluschmiddel en noodigde de leden voorloopig uit, tegenwoordig te zijn bij deszelfs beproeving door de Directie der Brandweer op later te bepalen tijd en plaats. Uit Madrid schrijft men van 21 Febr., dat het schrikbewind nog steeds voortduurt; de gevangenissen zijn volgepropt met vaders van huisgezinnen. Die arres- tatien, en dit is een niet onbelangrijk kenteeken, geschie den niet meer zonder protesten en zelfs tegenstand uit te lokken, maar wanneer de vrouwen zich verzetten of de kinderen schreeuwen, worden vrouwen en kinderen mede in echtenis genomen. Men mort en dreigt en wacht blijk baar op eene geschikte aanleiding tot een opstand, en van den opstand tot de omwenteling is er slechts één stap. Daaromtrent is men het eens. De vraag is slechts, hoe lang zal nog de tegenwoordige toestand duren De harts- togtelyksten meenen nog een of twee maandende meer gematigden zjjn van oordeel, dat het niet langer dan tot Julij kan zijn. De financiële toestand is allerellen digst; de belastingen zijn drukkend; men heeft die reeds een jaar bij anticipatie geïnd en men spreekt weder van het opleggen van nieuwe gedwongen belastingen, tot een bedrag van 800 millioen realen. Intusschen blijft men ten hove steeds even verkwistend. Het hof verteert maan delijks omstreeks 100,000 deuros (ƒ238,000) meer dan het inkomen van het koninklijk huis bedraagd. Om in deze spilzucht te voorzien, heeft men reeds de rest der hypotheekbrieven moeten verkoopen, waarmede de uit gaven tot 1878 moesten worden bestreden. Gemengde De ontbinding der Tweede Kamer en de proclamatie des konings, die bij de stembiljetten gevoegd was, wordt thans in de Tweede Kamer nog al over gesproken. De heer Tborbecke heeft dan ook naar waarheid gezegd: „Het gebruik maken van die proclamatie, daarmede is eene der eerste volksvrijheden, de vrijheid der verkie zingen, beperkt/' Dit niet alléénmaar de Grondwet werd er door geschondenomdat zulke kunstmiddelen door de Grondwet verboden zijn. Zoo doende zoude men wel bij alle verkiezingen een lijstje kunnen voegen met de namen dergenen die gekozen moeten worden, op straffe van geen kiesgeregtigde meer te zijn. De conservatie ven in de Tweede Kamer weten niet welk een onzin zij moeten uitkramen, om hunne partij te doen zegevieren, en spreken zichzelven tegen uit hunne handelingen, ter wijl zij hun mislukt plan zoeken te verduisteren. Onder anderen zeide de heer de Casembroot, de man die van blijdschap sigaren in persoon uitdeelde en wijn schonk, toen er eene serenade bij hem werd gebragt. „De eerbied voor het gezag moet gehandhaafd worden Vervolgens zeide hij: „De deftige burgerstand niet HM

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1867 | | pagina 1