No. 2326. Zaturdag Julij 1866. 22s,e Jaarg. P: 10RIAAN loway. Nieu wstij dingen. i-Mutsaart lOOO will KATERond r, is 3 voe KOOPd in d< De inschrijving J. VLEUGEI a.s. Sucade alle soort rijgbaar bij iUIJYE, Groenendaalf Haven flesch. G, euwste ïaetho het toeneme ieessebi< (80 Ned. k£ JNBRUGH. e. rhcid hangt 01 Pillen reinig en, en door h: ligchaamsgest veel opgcwel •raloop en van De olieacht1 ijk aan person :ij binnen kort de verstopping dat einde, zt ldc werking v n aard zwak z als volgt: ƒ20,5 13,85 -20,9 ootste dozen e teregtwijzin de benoodig ïen bij den bt heer B. v TM AN Hooi Stra 80 Mi raadgeving de Profess 2n mededeelt YOEl n mits g thetzij a >t 32 jarei rkornen, t in aanme hondei handig g. OFMar- RS, den Boel voor ee Tin (Flakkee) dienst t egen Au EID 8 ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Men abonneert zich: In Nederland bij den Uitgever. Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. In Noord-Ainerika bij J. QUINTUS, te Grand Rapids, Staat Michigan. Abonnements-Prys: voor beide uitgaven. Voor 3 maanden1,30. Franco per post, in Nederland- 1,60. Voor Noord-Amerika, franco Ncw-York- 3,90. Verschijnt: Op Woensdag en Zaturdag. Advertentiën: 10 cent voor eiken regel. Zegelregt voor iedere plaatsing, 35 cent. De inzending der Advertentiën kan geschieden tot Dingsdag en Vrijdag, des voormiddags 10 ure. Bureau: Zierikzee, Hoek van de Schuithaven, B, No. 94. Brieven en Ingezondene Stukken, franco. Florence, 30 Junij. Garibaldi is- dezer dagen aan een groot gevaar ontkomen. Onder geleide van een zijner adjudanten was hij in het Alpengebergte een terrein in oogenschouw gaan nemen, en had aldaar eens klaps, op een afstand van naauwelijks honderd schreden, een Tyroler schutter vóór zich, die aldaar geposteerd was als schildwacht van eene Oostenrijksche afdeeling vrijwilligers. De schutter keek de beide vreemdelingen aan, doch scheen niet te weten wat hij doen zou. Garibaldi dit bemerkende, deed alsof hij niets gezien had, ging heel bedaard op een steen zitten, haalde een stuk brood en kaas uit zijne tasch en gebruikte alzoo met zijn ge leider heel kammeraadschappelijk een rustig ontbijt, waarna hij vervolgens langs een anderen weg langzaam voortstapte, zonder dat de schildwacht bemerkt had welk eene schoone kans hem ontgaan was. Wat zijne troepen betreft, daaromtrent is berigt ont vangen, dat gisteren 20,000 Garibaldianen aan den zuid kant van het Garda-meer bijeen waren. Het is overigens thans buiten twijfel, dat het plan zijner expeditie ten gevolge der omstandigheden gewijzigd is, en dat het gros der Garibaldianen geheel naar den noordkant van Italië gedirigeerd zal worden, zoodat het primitief plan tot inscheping dezer manschappen, om eene landing aan de Adriatische kust te bewerkstelligen, geheel is opge geven. Nog dagelijks ontvangt Garibaldi van alle kanten aan vragen van buitenlanders, om in zijne gelederen te worden opgenomendoch al die aanvragen worden standvastig van de hand gewezen. Volgens een telegram uit Molfetta van 23 dezer heeft kolonel Specchi, van het regement der vrijwilligers van Garibaldi, zich met een pistoolschot van het leven beroofd, terwijl hij dit schrijven heeft achtergelaten: z/Laat niemand zich over mijn dood bekommeren! De eervolle betrekking, die mij is opgedragen geworden, gaat mijne krachten te boven. Ik verzoek den dapperen ma- I joor Tosca aan mijne zuster Adéle alles over te maken wat mij toebehoort. Ik wensch den Italianen de over winning toe en hoop dat mijne geliefde generaal Gari baldi zijn armen Specchi niet zal vergeten." De wonde van den generaal Durando staat minder gunstig. Zijn toestand is verergerd, ook door eene hevige koorts. De toestand van den 63-jarigen generaal Cerale is zorgwekkend. De knie van het regterbeen is verbrijzeld. De borstwonde van Prins Amedeus is niet zeer ernstig. Hij is naar het landgoed Manza ter verpleging gezonden, j Uit Florence wordt gemeld, dat men vóór den aan vang van den veldtogt het gevoelen was toegedaan, dat de oorlog tot verovering van Venetie lang zou duren, en thans is men in die meening versterkt. De regering verheelt dit niet; zij weet dat de door haar aanvaarde taak moeijelijk is doch zij moet alles wagen om het einddoel te bereiken. Zij kan, nu het werk aangevangen is, niet ter halver wege blijven staan, of, met andere woorden, zich niet terugtrekken. Parijs. 2 Julij. Te Weenen is men woedend op Benedek, in wien men daar het grootste vertrouwen stelde doch wiens plannen men niet kende. Men verwachtte algemeen dat hij zich van Silesie zou meester maken; doch ziende dat hij de Pruissen liet voorwaarts rukken, zonder grooten tegenstand te bieden, gevoelde men zich natuurlijk zeer teleurgesteld. Het gerucht heeft geloopen datKeizer Frans Jozef een scherpen brief heeft geschreven aan den opperbevelhebber van zijn leger. De ingezetenen van Weenen zijn trouwens niet enkel tegen Benedek verbitterd, maar ook de geallieerden van Oostenrijk leggen onder verdenking. Voornamelijk de traagheid der Bei- jersche troepen wekt ergenis, en men begint reeds van verraad te spreken. Men brengt in herinnering dat Ko ning Lodewijk en de heer von der Pfordten ten allen tijde voor eene alliantie met Pruissen zijn geweest, en dat zij slechts gezwicht zijn voor de krachtige pressie van cïa publieke opinie in hun land, die overigens over eenstemt met de openbare meening in geheel Zuidelijk Duitschland. In al deze recriminatien en verdenkingen heeft men ilechts de uitwerking te zien van het slechte succes der )ostenrijksche wiipenen. In elk geval is het de schuld liet van Benedek,dat men van hem een held en een oilitair genie van den eersten rang heeft willen maken. Ook is nog niets verloi'öneen beslissende slag is nog iet geleverd, en Benedeck heeft nog den tijd om zijne ïpntatie te herstellen. Wanneer de groote veldslag voor muren van Josephstadt, die verwacht wordt, in het iordeel der Oostenrijkers uitvalt, zal Benedek op een aal de gevierde held zijn in de oogen van allen, die an nu beschuldigen. En de uitslag van dien veldslag op dit oogenblik nog met geen mogelijkheid te voor dellen, al behalen de Pruissen ook aanvankelijk eenige oordeelen. Men verlieze niet uit het oog, dat het van den be- ginne af Benedeks doel schijnt geweest te zijn, de Pruissen naar Bohemen te lokken. Vandaar zijn werkeloos blijven terwijl de Pruissen de landen van Oostenrijks geallieerden bezetten. Benedek kan dit plan niet gehad hebben, zonder zeker te zijn van de overwinning, omdat hij anders op de meest onvergeeflijke wijze Praag en Weenen zou hebben bloot gegeven. Het valt ook niet te ontkennen dat Bohemen voor de Pruissen een zeer gevaarlijk terrein is. Verliezen zij daar een grooten slag, dan is de al- geheele vernietiging van hun leger bijna zeker. Parijs, 5 Julij. In den Moniteur leest men het volgende »Een gewigtig feit heeft zich voorgedaan. z/Na de eer zijner wapens in Italië gewaarborgd te hebben, heeft de keizer van Oostenrijk, toetredende tot de denkbeelden door den keizer in zijn schrijven van den llden Junij, aan zijn minister van buitenlandsche zaken ontwikkeld, besloten, om Venetië aan den keizer van Frankrijk af te staan en diens bemiddeling aan te nemen, ten einde den vrede tusschen de oorlogvoerende partijen te bewerken. »Keizer Napoleon heeft zich gehaast aan dat ver langen te voldoen en heeft zich onverwijld tot den koning van Pruissen en den koning van Italië gewend, ten einde een wapenstilstand tot stand te brengen." Berlijn, 1 Julij. Volgens eene officiële bekend making is Gitschin in Bohemen door onze troepen stor menderhand ingenomen. Naauwelijks was dit berigt bekend of men vernam allerwege, dat het gansche Oos tenrijksche leger totaal was vernield en dat Benedek zwaar, prins Friedrich Karl ligt was gekwetst. Tot be vestiging van dit gerucht heb ik verder niets vernomen en ik maak er melding van zonder er verder gewigt aan te hechten. Dergelijke geruchten worden uitgestrooid en onmogelijk is het de bron te ontdekken, waaruit zij zijn gesproten. Ware er eene mindere overwinning be haald, de zaak zou officieel spoedig bekend gemaakt zijn. Opmerkelijk is het, dat al de eenigzins belangrijke gevechtenwaarvan officiële berigten hetzij hier ter stede of te Weenen openbaar zijn gemaakt, steeds met eene overwinning waren bekroond. De Pruissen en de Oostenrijkers verklaren beide, dat de tegenstander is verslagen. Het publiek dat gewoonlijk spoedig argwaan koestert, werd menig werf in twijfel gebragt, aan wien vertrouwen moest worden geschonken en het heeft daartoe dan ook wel gegronde redenen gehad. Wat echter de algemeene resultaten betreft, te dezen opzigte mag men gelooven, dat die gunstig voor Pruissen zijn en het bewijs daarvan vindt men in het steeds voor waarts dringen onzer troepen. Betreffende de geleden verliezen is niet veel van regeringswege bekend gemaakt. Zeker is het, dat wij meer, veel meer hebben verloren, dan de zoogenaamde officiële berigten dienaangaande openbaar maken. Men beweert dat de koning het opperbevel zal aan vaarden over al de troepen, dat is over het vereenigde Boheemsche, Silesische en Saksische leger en dat hij het opper-commando zal blijven voeren tot dat de oorlog is geëindigd. Bij het openen van den Landdag zal von Bismarck herwaarts komen, ten einde die plegtigheid in naam des konings te verrigten. Uit Schmiedeberg, in Silesie, schrijft men het vol gende. Gedurende den dag van gisteren (27 Junij), die tot een boete- en bededag bestemd was, werd onze be volking door ontsteltenis en schrik getroffenwegens eene gebeurtenis in het stadje Trautenau, 4 mijlen van hier gelegen. Reken er op dat ik u het feit zonder over drijving mededeel, gelijk ik het van een ooggetuige ver nomen heb. Een Pruissisch corps van 30,000 man wilde het stadje passeren en zond een bataljon jagers vooruit om zich te verzekeren of de stad en de omtrek niet door den vijand bezet waren. Deze manschappen kregen ten antwoord, dat er in de stad geen garnizoen was en kort daarna kwam den Burgemeester met den gemeen teraad en de geestelijkheid de Pruissische officieren te gemoet. Die heeren drukte hun de hand en verklaarden dat er niet aan gedacht werd, om de stad te verdedigen, daar de plaats geheel ontwapend was en zij voortaan met de Pruissen als vrienden wenschten om te gaan. De milHtairen marcheerden dus vol vertrouwen de stad binnen en reeds hadden eenigen hunner bijna de andere zijde der stad bereikt, om aldaar door de poort naar buiten te komen, toen eensklaps uit den toren een signaal werd gegeven. Oogenblikkelijk werden de poorten ge sloten en de ongelukkige soldaten werden van alle kanten aangevallen door eene menigte Oostenrijkers, die zich tot nu toe in de huizen hadden schiiil gehouden en nu uit de vensters niet alleen begonnen te schieten, maar ook heete olie en kokend water op hen te werpen. Hier door ontstond eene verschrikkelijke verwarring, te mid den waarvan op de rondom de stad liggende heuvels een kanonvuur werd gehoord. Onze troepen lieten zich even wel niet ontmoedigen en ofschoon er binnen weinig tijds een duizendtal dapperen buiten gevecht werden gesteld werd de vijand in zijne hinderlagen krachtig aangevallen. Intusschen is zulk eene handeling geene eerlijke wijze van oorlog voeren en zeker strekt zij den Oostenrijkers niet tot eer. De Burgemeester en andere gemeentelijke ambtenaren zijn alsnu gevangen genomen en zullen hunne schandelijke daad duur moeten boeten. In een berigt uit Landshutt vindt men vermeld, dat aldaar een transport gevangen was doorgekomen en dat zich daaronder ook de Burgemeester van Trautenau bevond, die met een der landraden en diens zoon op een wagen aan elkander waren geboeid. 4 Julij. Het volgende berigt is alhier ontvangen uit Horzitz, bij Gitschin, van 3 Julij, 11 ure 1s avonds: ,/Het Pruissische leger heeft, na een gevecht van achturen eene volledige zegepraal op de Oostenrijksche armee bij Königgratz, tusschen Elben Bristritz, behaald. Het verlies des vijands aan menschappen en trofeënisnog niet geteld. De onzen veroverden 20 kannonen. Alle acht Pruissische legercorpsen hebben deel genomen aan den strijd; ook wij hebben smartelijke verliezen geleden." Het geschut heeft alhier deze zegepraal aan het volk bekend gemaakt. Uit Hanover wordt aan de Köln. Zeitung gemeld, dat de koning zijn intrek nemen zal op het slot Rumpen- heim, de geboorteplaats der hertogin van Cambridge, eigendom van den landgraaf van Hessen-Homburg. Dezelfde correspondent verhaalt, dat de juweelen der kroon enz., onder bewaring van den Russischen gezant te 'sHage zijn. Leipzig", 1 Julij. De Pruissische civiele commis saris en de militaire gouverneur van Saksen hebben gisteren op officiële wijze aan den regeringsraad Hasu en den directeur van policie Schwauds Picart, de twee hoogst geplaatste Saksische ambtenarenhet bevel toegezonden, om het koningrijk binnen 24 uren te verlaten, indien zij zich niet wilden blootgesteld zien als spionnen en naar de krijgswet te worden gearresteerd en veroordeeld. Tevens was daarbij gevoegd de kennis geving, dat zij hadden opgehouden eenige functie te bekleeden, weshalve zij zich van alle bemoeijingen, tot hunne voormalige betrekkingen behoorende, hadden te onthouden. De militaire gouverneur heeft van zijne zijde de bureaux van het ministerie van oorlog doen sluiten. De Saksische ambtenaren hebben zich aan dit bevel onderworpen, zonder eenig verzet, onder plegtig protest tegen het aangewende geweld. Frankfort1 Julij. Uit Weenen wordt gemeld dat de Keizer van Rusland den Keizer van Oostenrijk geluk heeft gewenscht met de overwinning bij Custozza. De Russische gezant, graaf Stackelberg, gaf, naar men beweert, tevens de hoop te kennen, dat de Oostenrijksche wapenen nog meerdere overwinningen zouden behalen. Weenen, 3 Julij. Uit Bucharest zijn van den lsten berigten ontvangen volgens welke den vorigen dag al daar gewelddadigheden tegen de israëlieten zijn ge pleegd. Een synagoge was door het gepeupel vernield vele israëlieten waren in het oostenrijksche consulaat gevlugt. G-itscliin, 2 Julij. Heden middag is hier de koning van Pruissen aangekomen. Hij werd ontvangen door prins Frederik Karei. De straatweg bij Gitschin draagt sporen van den heeten strijd, die in de stad is voort gezet. De vijand is in de grootste wanorde gevlugt. Het hoofdkwartier van prins Frederik Karei is voorbij Git schin geplaatst. De vereeniging van het eerste en tweede legercorps is nu volkomen. Het totaal verlies der Oosten rijkers in den strijd met de troepen van den kroonprins wordt geschat op 25000, in den strijd tegen die van prins Frederik Karei op 15000 man. Den 27sten Junij heeft te Graudenz een vreesselijk voorval plaats gehad. Gedurende de godsdienstoefening in de protestantsche kerk viel eene vrouw, die op de galerij zat, in onmagt en sloeg tegen een openstaand vensterluik aan, dat daardoor uit de scharnieren geligt werd en omlaag viel. De menigte in den waan verkeeren- de, dat de kerk zou instorten, trachtte zich door eene wilde vlugt te redden. Een ontzettend gedrang volgde, waarbij elf personen het leven verloren en honderden gewond werden. Toen de kerk eindelijk ontruimd was, bevond men dat van het gebouw geen enkele balk ge broken was. Sexbiei-iiiii1 Julij. De gemeente-ontvanger van E. heeft zich door ophanging van het leven beroofd. Bij de verificatie der gemeentekas is er een belangrijk tekort bevondenmen zegt van nagenoeg 4000. Seherpenisse, 5 Julij. De 3de Julij was voor deze gemeente een ware feestdag. De hoogst verdien stelijke onderwijzer, de Heer J. Craaijo vierde het feest zijner 25jarige ambtsvervulling. Daar ieder zich beijverde om zijne deelneming in de vreugde van den geachten jubelaris kenbaar te maken, werd reeds vroeg in den morgen van menige woning de vaderlandsche driekleur uitgestoken. Om 10'/2 uur verscheen de Heer Craaijo in het schoolgebouw, clat eenvoudig maar smaakvol was versierd. Hier werd hij door de leerlingen, onder leiding van den hulponderwijzer, met een toepasselijk gezang welkom geheeten en geluk gewenscht. Om 11 uur ver scheen het gemeentebestuur met den Heer Burgemeester aan het hoofd, ook hier, om den feestvierenden onder wijzer een woord van hulde en dank voor zjjne 25jarige getrouwe pligtsbetrachting toe te spreken, welk woord door den Heer Craaijo op gepaste wijze werd beantwoord. Nadat dit was geschied bood een der kinderen zijnen onderwijzer in naam van al zijne medescholieren een paar fraaije sigaren-bekers met zilveren voetstukken aan, terwijl een der meisjes hem een1 prachtigen ruiker over handigde, welke geschenken door jubelaris in dank werden aangenomen, en van wege de talrijke gevers met gezang in de schatting van den onderwijzer werden aan bevolen. Nu volgde voor de kinderen het ware feest-uur want zij werd heerlijk getrakteerd met verschillende ververschingen. Toen de schooljeugd zich verwijderd hadwerd men aan de woning van den onderwijzer in staat gesteld de prachtige geschenken te beschou wen, die hem van wege het gemeentebestuur en ver schillende andere personen (o. a. ook van een groot getal oud-leerlingen) geschonken waren. En toen de avond het aardrijk in duister hulde, werd het school gebouw verlicht, en vereenigden zich een groot getal genoodigden aan den rijk voorzienen disch. Genoegelijk was men daar bijeen, menig vriendschappelijk woord, menige gelukwensching werd daar uitgesproken. Eerst laat scheidde men, in de volle overtuiging dat die dag, dat die avond nimmer uit het geheugen zal verdwijnen. Eere de gemeente, die zóó haren onderwijzer acht, maar eere ook den onderwijzer, die deze achting zóó weet te beantwoorden als de heer Craaijo het op den 3aen Julij deed. Zierikzee, 6 Julij. Tot predikant bij de Evang. Luthersche gemeente alhier, is beroepen de WelEerw. Heer J. H. C. Heijsepredikant te Cuilenburg. Door den kerkeraad der Nederduitsche hervormde gemeente te Vlissingen, is tot predikant beroepen de heer V. J. Koningsbergen predikant te Hazerswoude. De WelEerw. Heer T. J. van Stipriaaa Luisqius predikant bij de Hervormde gemeente te Oosterland, heeft toezegging van beroep naar Biezelinge ontvangen. Z. M. heeft herbenoemd tot Burgemeester der ge meente Nieuwerkerk in Duiveland den heer F. Bouinan. Z. M. heeft aan mr. J. H. Geertseina Czafge treden minister van binnenl. zaken, verleend een pen sioen, ten laste van den staat ten bedrage van ƒ516 's jaars; en aan M. Bermangewezen wachter bij de kustverlichting op Noord-Schouwen, pensioen toegekend ten bedrage van ƒ127 'sjaars. Verleden Dingsdag was de landbouwer J. B. Veke- mans, te Herenthals, met zijnen zoon bezig met het vangen van een bijenzwerm, die in eenen appelboom gevlogen was. De jongeling ontving eenen bijensteek onder het regteroor, welke hem eene hevige pijn ver oorzaakte. Hij ging in huis water halendoch viel buiten kennistot zichzelven gekomen, is hij op nieuw gevallen en was hij een lijk. Als eene merkwaardigheid wordt ons uit Ooster hout gemeld, dat aldaar eene familie woont, uit drie broeders en vier zusters bestaande, die op 28 Junij H. gezamenlijk 500 jaren telden; geen hunner is ooit ge huwd geweest en zij hebben steeds bij elkander gewoond. De oudste van de zeven is 78, en de jongste 63 jaren oud. Zierilczee2 Julij. De berigten uit Berlijn en uit Weenen zijn zoo zeer met elkander in strijd dat het schier onmogelijk is eenige conclusie er uit te trekken. Het groote doel van de Pruissen, de vereeniging der legercorpsen, die uit Saksen en uit Silesie Bohemen zijn ingerukt, schijnt evenwel nog niet bereikt. Op een aan tal plaatsen is heftig gestreden, en, luidens de telegram men van de twee zijden, is overal de zegepraal aan die mogendheid ten deel gevallen van wie het berigt uit ging. Duizenden dooden, gekwetsten en verminkten wor den opgegeven, ook weder verschillend naar de plaats van herkomst der berigten. De beslissende slag echter is nog niet geleverd, althans voor zooveel bekend is; men verwacht die op het terrein dat de spoorweg van Breslau naar Weenen doorsnijdt. Daar wacht Benedek den vijand af; tot nu toe, hoe heftig ook, zijn het slechts partiele gevechten, die tot de eindbeslissing weinig af doen, althans niet nu blijkbaar overal de partpen mins tens gelijk stonden. Van het Frankforter leger verneemt men niets dan dat het zich voorzien heeft van de Duitsche kleuren. Daarentegen heeft Pruissen al weder een land veroverd Nassau, welk feit weder het logenachtige van de Pruis sische berigten aantoont. Yoor weinige dagen toch, heette het dat Nassau de zijde van Pruissen had ge kozen. Aan die zijde staan nu 14 staatjes met ruim 2 rnil- lioen inwoners, van de 46 '/2 millióhn die Duitschland telt. De kapitulatie van den koning van Hanover heeft in Berlijn veel ergernis gegeven. Niet zoozeer de zaak zelve dan wel de wijze waarop zij verkregen werd. Te Langensalza zijn duizende Pruissen, vooral Berliners, ten offer gebragt om aan de Hanoveranen de gelegenheid te geven tot eene overwinning, die den koning ver oorloofde met eere de wapens neder te leggen. Is die bewering waar, dan bewijst zij slechts op nieuw hoe weinig vorsten zich om onderdanen bekommeren. De koning van Pruissen is nu naar Reichenberg naar het leger vertrokken. De Italianen schpnen voor het oogenblik werkeloos

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1866 | | pagina 1