FESTIVAL
Zaturdag 12 1866.
22sle Jaarg.
sa,
Iloway.
eg en,"
i echts
N°.2510.
iger.
necht
Nieuwstijdingen.
JIF* an ft rijft.
ÜUfccriatt^.
GEMENGDE BERIGTEN.
Verscheidenheden.
LANDVERHUIZING.
tide I.
it het menschclijl
en zonder tc ver
ze tc over
en dit
iaar de voordeelet
verwachten. De
zijn on-
eden, die, zondei
verkondigen
hebben te weeg
ige menschen zijn
iddelijke doorgang
De Holloway
bewezen aan de
uw- en miltziekten
ligchnam en den
als volgt
75 ft3,50ƒ20.50
1 bij de grootste
ZIERIkZEESCHE NIEUWSRODE
Wen abonneert zich:
In Nederland, bij den Uitgever.
Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren.
In Noord-Amerika bij J. QUINTUS, te Grand Rapids, Staat Michigan.
Abonnements-PrUs:
Voor beide uit,gaven.
Voor 3 maandenf 1,30.
Franco per post, in Nederland- 1,60.
Voor Noord-Amerika, Franco New-York- 3,90.
Verschijnt:
Op Woensdag en Zaturdag.
idvortentlën:
10 cent voor eiken regel.
Zegelrcgt voor iedere plaatsing, 35 cent.
De inzending der Advertcntiën kan geschieden tot
Dingsdag en Vrijdag, des voormiddags 10 ure.
Bureau:
Zierikzee, Hoek van de Schuithaven, B, No. 94.
Brieven en lngezondcne Stukken Franco.
e talen gedrukte
elijke omstandig-
ven.
te hekomen bij
■r te Zierikzee.
NE te Goes,
te 's Hertogen-
144. Holloway'' s
Maiden Laine.
om niet raad ge
le zich, per brie
hem hunne bij
1866, des
Zaal en Tuin
e Zierikzee.
3 voeren door
nent Infanterie.
e geven, naani-
van bovenge-
en familie van
en en familie
i betaling van
nde jaar 1866,
heden tot en
jgbaar bij den
i tijd in bet
am geweest
Vleeschhouwer
mdig te leeren.
handeling dan
)ij J. de KOK,
franco.
sknecht be
dezes.
FRANKEN,
Zeen onge-
et Koper- en
lar bekwaam-
'icven franco.
igd:
iechls
ONGE, Az.,
Gravendeel
:rknech(s
)f met franco
;er Dienst-
)de.
'gier te Cort-
prijs f SO.
ai gerekend
Londen
7 Mei. Onlangs werd hier een vonnis vol
trokken dat van het standpunt der afschriktheorie beschouwd
werkzaam genoeg moet zijn. »Vier Garottérs" deze kannibaal-
sehe booswichten, die hunne slagtoffers voor dat zij ze beroo-
ven, door gedeeltelijke verworging weerloos maken, zonden in j
de gevangenis hunne toegekende afrekening van 22 stokslagen
ontvangen. De Gouverneur van New-Bailey een chirurgijn en
twee beambten woonden de excecutie bij, deels om voor de J
behoorlijke voltrekkiug van het vonnis te zorgen, deels om zich j
een tijdverdrijf a l'anglaise te verschaffen. Ook garottérs kunnen j
een stoicijuschen heldenmoed bezitten. De vier schurken hadden
zich op hunne wijze het zwoord van eer" gegeven, gedurende
de teregtstelling geen kreet uit te stooten. Maar de magt der
daadzaken toonde ook bij deze gelegenheid sterker te zijn, dau j
de goede voornemens. Bij den 6den slag, toen de huid van
elkander scheurde, stiet de op het oog krachtigste der delin
quenten een woest gehuil uit, dat bij eiken nieuwen bouw steeds
razender en doordringender werd tot dat hij eindelijk het
bewustzijn verloor. Reeds bij den 15denslag hadden alle veroor
deelden hun bewustzijn verloren. Slechts een hunner had woord
gehouden; geen enkele kreet kwam over zijne met de tanden
vastgebeten lippen terwijl zijn gezigt door de afschuwelijkste
stuiptrekkingen werd verwrongen. De zwakste der vier mis
dadigers moest reeds bij den achtsten slag van het blok genomen
worden, omdat de arts verklaarde, dat wanneer men met de
executie voortging hij er onder zou bezwijken. De verdere
afrekening der te weinig toegetelde slagen werd tot den vol-
gendeu dag verschoven Na de executie bezocht de gouverneur
de misdadigers in hunne cellen. Toen hij er uitging hoorde
men hem biunensraonds mompelenzullen de kerels dit lesje
ter harte nemen
Weeneil, 4 Mei. De Presse zegt, naar aanleiding van
- de onaangename stemming, welke in de hoofdstad heerscht,
o. a. het volgende: „Oostenrijk heeft geen geallieerde, geen
enkelen vriend, waarop het vertrouwen kan stellen. De toe
stand is zonder voorbeeld ongehoord, vreeselijk. Indien een
oorlog mogt uitbarsten dan zal Oostenrijk zich in eene
positie bevinden, zooals het sedert 1809 niet heeft beleefd."
9 Mei. Volgens berigten uit Florence is een aanval van
Italië op Venetie op den 16deD dezer bepaald.
Berlijn, 7 Mei. Heden namiddag na 5 ure kwam de
minister von Bismarck uit het paleis, alwaar hij bij den koning
ten gehoore was geweest. Langs de „Linden-allee" naar huis
terug wandelende, werd hij in de nabijheid der „Schadows-
trasse" door een hem onbekend persoon aangevallen, die een
revolver met zes loopen op hem aanlegde en twee schoten op
hem loste, steeds trachtende hem in den rug te treffen, doch
zonder daarin te slagen. De minister greep den dader aan, die
zich worstelende daartegen verzette en inmiddels nog driemaal
een schot deed. Ook hierbij bekwam graaf von Bismarck geen
letsel, de kogel doorboorde telkens slechts zijne kleederen. Hij
bekwam bij die worsteling eene ligte kneuzing. De dader is
een zoon van den bekenden republikeinschen uitgewekene Karl
Blind. Hij is 22 jaren oud en was uit Hohenhcim (in Wur-
temberg) opzettelijk naar hier overgekomen om von Bismarck
het leven te benemen.
8 Mei. De morgenbladen zeggen dat er eene groote ovatie
voor heden avond wordt voorbereidwelke zal plaats hebben
voor het hotel van den graaf von Bismarck.
De persoou, die den aanslag op het leven des ministers deed,
moet zich in een onbewaakt oogenblik in de politiewacht meer
malen in den hals gestoken hebben, zonder zich eene doodelijke
wonde te hebben toegebragt.
Ofschoon de doctoren verklaarden dat Blind, in zijne
poging tot zelfmoord, geene edele deelen had gekwetst, is hij
toch heden morgen ten vijf ure, nadat hem een dwangbuis was
aangelegd, aan de wonden, die hij zich met een zakmes toe-
bragt, overleden.
9 Mei. Gisteren avond heeft voor het hotel van graaf
von Bismarck: eene serenade plaats gehad, waarbij ongeveer
2000 personen aanwezig waren. In zijne dankbetuiging zeide
hij: „Wij zijn allen gaarne bereid om voor koning en vader
land te stervcii, hetzij op de openbare sti;aathetzij op het
slagveld. Ons gemeenschappelijk gevoel vindt de beste uit
drukking in eenleve de koning
Parijs» 6 Mei. Alle berigten (lie men uit Italië outvangt,
stemmen daarin overeen, dat er onder de bevolking een zeer
oorlogzuchtige geest heer6cht. Te Florence loopen jonge
lieden met vaandels door de straten, onder het onophou
delijk aanheffen van de kreten: „Leve de Koning! leve
Garibaldi! leve Italië' leve dc oorlog!" Reeds den lsten
dezer werd op een openbaar plein eene volksvergadering
gehouden, waarin eene zeer oorlogzuchtige rede werd uit
gesproken, eindigende met den uitroep: „Leve de oorlog
Tot laat in den nacht liepen troepen volk door de srraten
onder het zingen van de Garibaldi-hymne en andeVe liederen.
Des avonds vertoonde de Koning zich in een open rijtuig
aan de menigte; hij werd begroet met den luiden Jvreet
„Leve Victor Emanuel! leve de oorlog!" De Koning scheen
zeer bewogen te zijn. Te Milaan hebben gelijke manifes
tation plaats. Overal waar zich op de straat officieren of
opgeroepen militairen vertoonen, worden zij met groote geest
drift door het volk toegejuicht. De aanzienlijke dames te
Milaan hebben éene vereeniging gesticht 'tot het inzamelen
van giften voor de familiën der opgeroepen manschappen.
I)e Lombardische carabinieri hebben de regering verzocht
een scherpschutters-corps te mogen vormen, waarin slechts
schutters, die prijzen hebben gewonnen, zullen worden op
genomen, om in den oorlog steeds voorop gesteld te worden.
Te Bologna wordt reeds een groot centraal-hospitaal ingerigt
cn in den omtrek der stad zijn gebouwen aangewezen, die
lot hulphospitalen zullen dienen, reeds 20 der jongste ge-
neesheereri van Bologna hebben zich aangeboden, om kos
teloos in deze hospitalen dienst te doen. De Italiaansche
regering hcefc onder zekére voorwaarden Garibaldi's mede
werking voor het geval van een oorlog aangenomen De
voornaamste dier voorwaarden is deze: Er zal voor de
aanwerving der vrijscharen eene commissie van vertrouwde
personen, met wederzijdsch goedvinden gekozen, worden be
noemd, welker leden de verklaring zullen afleggen, dat zij
Italië's eenheid willen onder Victor Emanuel en diens af
stammelingen, en welke commissie zich verbindt orn bij de
aanstelling der vroegere revolutionnaire officieren een gestreng
zuiverings proces te doen plaats hebben. De door die
commissie toegekende graden zullen door de regering worden
erkend. De vrijcorpsen zullen onderworpen zijn aau de
krijgstucht dor geregelde armee en beschouwd worden als
daartoe te behoorenzij zullen echter onder regisircek.-ch
bevel van Garibaldi 6taan en tot bijzondere operatien worden
gebruikt Garibaldi wérd den 2den Mei teFloience verwacht.
9 Mei. Volgens berigten uit Rome, zijn 100 Ro-
meinsche jonge lieden vertrokken, om dienst te nemen in het
Italiaansche corps vrijwilligers. Tevens meldt een telegram van
dc Romeinsche grenzen van 7 dezer, dat het nationale comité
eene proclamatie heeft uitgevaardigd, waarin verklaard wordt,
dat de Romeinen gereed zijn, om deel te nemen aan den
onafhankelijkheids-oorlog.
Utrecht. 7 Mei. In eene heden middag gehouden ver
gadering van leden van het Utrechtsche Studenten-corps is met
acclamatie aangenomen het beginsel tot oprigting van een vrij-
willigers-korps, ter verdediging des vaderland, bij het eventuëel
ontstaan van eenen oorlog. De heeren W. H. de Beaufort,
P. Harting en A. J. Rethaan Macaré zijn aangewezen, om ter
utvoering van dit plan, zich tot.de ministers van biunenlandsche
zaken en van oorlog te vervoegen.
'sGravenhage) 8 Mei. Eergisteren in den vroegen
morgen ontstond alhier brand in de houibergplaats van de
timmerlieden Verstappen en van Hulst benevens in de
daaronder gelegen bergplaats van steenkolen cn turf van
den heer Nederhout in de Brouwerstraat. l)e brand, welke
op een portaal, hetwelk van het bovenpakhuis was afge
scheiden ten gerieve van de bewoners van 2 kamers daar
achter gelegen, ontstond, verkreeg een zeer ernstig karakter.
Spoedig waren alle stads-brandspuiten en die van het re
gement grenadiers en jagers in het werk gesteld, waarmede
het door verecnigde poringen gelukte den brand ten minste
in zoo vérre meester te worden, dat men voor verdere
uitbreiding niet te vreezen had. Middelerwijl verschenen
op de plaats van den brand Z. M. de Koning, vergezeld
door HDs. adjudant Roosmalen Nepveu, de gouverneur der
residentie, degepens. luit.-generaal Duycker, de commissaris
des Konings jn de provincie de heer Loudon, de burge
meester der residentie, de officier van justitie, de heer de
Brauw, de hoofdcommissaris van politie en andere autoriteiten.
De schade wordt aan verbrand en beschad'gd goed begroot
op 5000. Ten 11 ure was men nog bezig met het spuiten
op een gedeelte van het pand, hetwelk nog smeulde.
Rotterdam. 9 Mei. Aau den burgerlijken stand zijn
gisteren 9 en heden 11 overledenen aangegeven aan de cholera.
In de vergadering van den gemeenteraad van heden is
besloten, dat dit jaar alhier dc kermis of jaarmarkt niet zal
worden gehouden.
-- Aanstaanden Zondagavond zal de wéleerwaarde Ileèr
Ds. W. Astro, van Vli-singcn, alhier bij dc Nederd. Herv.
gemeente als leeraar beroepen, zijne intrede als zoodanig
houden, na voormiddags door I)s de graaf als zoodanig
te zijn bevestigd.
yjcrikar.ee, 11 Mei. Het wets-ontwerp tot afkoopbaar-
stelling der tienden is bij de Tweede' Kamer ingediend.
Men schrijft uit 's Gravenhage dd. 7 Mei aan de Arnli. Ct.
hét volgende:
Wij vernemen dat van wege den minister van oorlog eene
order is uitgevaardigd om te zorgen dat ieder manschap vol
komen van zijne 'uitrusting is voorzien en dat aao de regements-
kleermakers bevel is gegeven om te zorgen dat de magazijnen
van kleeding, welke door de indiensttreding der miliciens
nagenoeg ledig zijn weder binnen drie maanden van een
grooten voorraad goederen zijn voorzien.
Men wil weten dat een en ander in verband staat met eene
eventuele bezetting onzer grenzen door troepen, en dat de'orders
in gereedheid liggen om voor dat geval 4 ligtingen- op te roepen.
De zoogenaamde toovcrphotograficn hebben sedert
eenigen lijd, buitenslands en ook niet minder bij ons, zooveel
opgang gemaakt, dat bet niet ongepast zal schenen, ecnige
mededeelingen dienaangaande hier te laten vo'gen. De
afbeeldsels worden op het naar de gebruikelijke wijze gereéd
gémaakt papier gekopieerdvervolgens zeer zorgvuldig
eenigc malen gewasscben, bij het laatste waschwater eenig
keukenzout gevoegd, en dan in eene kwantiteit van opgelost
kwikzilverchloor, (sublimaat) gelegd, waarop binnen korten
tijd de afoeeldsels verdwenen zijn, en de gehcelc copie het
aanzien heeft van een blad wit albuminpapier. De afbeeldsels
die zich als verborgen in het papier bevinden, verschijnen
eerst dan, wanneer men het papier met een vloeipapier be
dekt, dat met eene geconcentreerde oplossing van zwavel
zure soda bevochtigd en weder gedroogd ivordt. Nog moet
gezegd worden, dat na het verdwijnen uer afbeeldsels het
papier met eene oplossing van gom moet bedekt worden.
Als uitvinder dezer niet onbelangrijke nieuwigheid wordt
genoemd de lieer Wilhelm Grune, scheikundige te Berlijn.
De Indische melkkoe begint bijna zoo droog te raken als de
Nederlandsche, en het dus de moeite niet meer waard is, om
er jaarlijksch ecnige duizendc krijgsknechten heen te zeuden
naar kapitein Jas (het kerkhof) te Batavia. Het geesselen
is in Indië ook afgeschaft, doch de rietjcsslagen bij de mili
tairen zijn nog behouden geblevenwaar niet zuinig mede om
gesprongen wordt. Te Batavia wordt verlangd, dat Franse
van de Putte moge benoemd worden als gouverneur-generaal,
als zijnde, de juiste man om de verwarde zaken wat in order
te brengenen sommige Tweede Kamer-pruiken achten hem
daartoe geheel ongeschikt voor, zoowel als voor minister van
koloniëu. Die zouden die twee baantjes liever onder zich ver
deden want die hebben al wat millioenen opgebragt voor een
paar Amsterdamsche dikbuiken, die alles voor zich begeeren
cn een auder niets gunnen, en daarom hebben zij het Dagblad
van 's Gravenhage opgerigt om dit stelsel te bevorderen.
„Nah! as je meent toch as een jood leep genoeg i9 om duizend
boeren te beschagcheren zegt Levi Lijp, redacteur van het
Dagblad, „as ik dat lappen zal bij de verkiezing; want as
farachtig de boereu, en vooral in Flakkée, alles gelooven wat
men schrijft, cn zeker als men er wat van Groen doorraengd."
Tc Rotterdam komen er slagters te kort nu de roomschen
vleesch mogen eten op vastendagen zoolang de cholera heerscht.
De smalle gemeente loopt dan ook op een draf met bontjes
voor vleesch naar de hallen. Is dit nu goed voor dc room
schendan zal het ook wel goed zijn voor de protestanten cn
de joden, doch die lusten het wel, maar krijgen het niet.
Blijft dus de cholera lang aanhoudendan zal het geheele ach-
terklooster, langelijnstraal, en verder alom nog roomseh wor
den, en vooral als het bewezen wordt dat de roomschen niet
vatbaar zijn voor de cholera. Met den oorlog is het nog
niet beslist; alles is in spanning, en men zoude bijna gaan
denken dat het louter eene beurs-spcculatic is, waar enkele
groote bankiers, die ingewijd zijn met de geheimen van von
Bismarck millioenen mede opduikelendoch waar waarschijn
lijk von Bismarck zijne legitime portie wel van hebben zal.
Dit zijn nu wel joden-streken, maar het is niet Dieuw, het is
meer gebeurd. De prins van Oranje is te Parijs door de
keizerin in een plegtig gehoor ontvangen en hebben maatre
gelen beraamd wat te doen als den oorlog mogt uitbreken.
Naar men zegt, zoude de keizerlijke prins ook aan den strijd
deel nemen als het aan het plukharen gaat, en niet op een
hobbelpaard, maar op een schimmel. „Well wat eene on
waarheid," zeggen de drie Willemtjes uit Goes; „hoe kan het
mogelijk zijn dat een hannik eene redevoering houdt? Het diertje
is in het geheel niet geknipt; matig gegeten en heel goed ge
dronken ziedaar al wat het beestje gedaan heeft!" Een
herder tc S. heeft voor zijn schoonzoon een vaartuig willen
koopen maar dat is mislukt, door dat het oude schaap nog
in de kooi zit te Scherpenisse. Het. geheele plan ligt dus iu
duigen, en dus maar moed gehouden. Bevracht te B
het wijnschip, de Anna Maria; losplaats te Rotterdam of elders.
Een kastelein te Sch. wordt verzocht geene uitzondering te
maken tusschen menschen en menschen al vermeent hij groot
te zijn, want hoe groot hij is, hij kan toch vallen. „O!
wat is die schipper toch goed," zegt men te C. „nu hij met
geen vuil meer gooid." En nu zingt men:
Schipper 1 houdt u nu maar goed,
Draagt ook in de week een hoed,
En koopt dau een wandelstok,
Dan gelijkt gij op een bok.
1 - - !=y
De emigratie neemt bij ons hand over hand toe, en het is
te voorzien dat zij nog gaandeweg meerder zal worden. Immers
vrienden en bekenden, die in Noord-Amerika naar hun zin
gevestigd zijnsporen vrienden cn bekenden aan om tot hen
over te komen en verstrekken daartoe vaak het benoodigd reis
geld. Dit is een-ongelukkig verschijnsel. Men verliest door die
landverhuizing niet alleen bezitting., maar ook wat van vrij
meer belang is, flinke, gezonde, oppassende menschen, nijvere,
krachtige handen worden aan den landbouw onttrokkendie
ze zoo noodig heeft. Vraagt men naar de reden waarom in
Mecklenburg en andere kleine duitschc staten, zoo velen hun
„beimath" verlatendan is het antwoord niet Ver te zoeken.
Daar leeft menigeen nog in knechtschap weinig beter dan in
de middeleeuwen. Maar waaraau mag men de reden toeschrijven
bij ons, waar zoowel dc mindere als de meerdere eene rede
lijke burgerlijke vrijheid geniet en allen gelijk voor de wet
zijd? Bij ons is de landverhuizing eerst een gevolg geweest
van de onberaden vervolging om der godsdienst wil, die wel
is opgehouden, doch die niettemin nog hare wrange vrachten
draagt. Om op het voetspoor zijner voorgangers zijn lot en
dat der zijnen te verbeteren, verlaat men genooddrongen, den
anders zoo geliefden geboortegrond. Wat is hier een daglooner,
een boerenarbeider? een wezen, dat van den vroegen morgen
tot den avond, jaar in jaar uit, zwaar werk verrigt legen
karig loon. Zoo lang hij jong en krachtig is heeft hij brood
maar wordt hij oud dan nood. Wat betrekking bestaat er
tusschen hem en den man die door zijn zweet rijk is geworden
In den bloeitijd van het koolzaad, verlustigt zich de land
bouwer met het gezigt op zijn Californie, cn berekent reeds
in zijne gedachten de groote voordeelen, die hij er van trekken
zal, en het meerder genot en weelde, dat hij er door kan
hebben en ten toon spreiden, doch wat baat die ruime opbrengst,
die meerdere welvaart van den landbouwer, zijn arbeider, en
deze is toch grootendeels dc factor, het werkend kapitaal
waaraan hij dat groote gewin tc danken heeft! Hier koint bij,
dat hem het verlaten van den vadcrlandschen grond gemakke
lijker maakt, het vooruitzigt op het bezit van een eigen stuk
grond, eene eigene bezitting, dat voor den landarbeider de
hoogste wensch is en waaraan hier voor hem niet te denken
valt. Dan hoe dit ook zij, de slotsom is, dat arbeidskracht
verloren gaat en de geleidelijke vraag wordtof dit geene
bezorgdheid moet baren? In mijne nabuurschap ken ik eene
weduwe, die na den dood van haren man de boerderij heeft
aangehouden, mijns inziens handelt die vrouw zeer verstandig.
Ja, zeggen anderen, dat is goed voor eene vrouw waar geen
man aan het hoofd vau het bedrijf staat en het toczigt heeft,
ik voor mij houd het er voor dat die vrouw zeer goed weet
wat zij doet. Niet alleen geeft zij haar werkvolk hun loon,
maar als het haar goed gaat, als zij bijzondere winsten heeft,
deelt zij er aan haar werkvolk van mede en dat met onbe
krompen hand. Het gevolg hiervan is, dat zij altijd flink volk
in haar dienst heeft, dat om zijn eigen belang hare belangen
behartigd; zorgt dat er niets verloren gaat, want hoe meer
productie, hoe meer voordeel voor zich er te wachten is; en
eindelijk dat men zuinig, spaarzaam en zorgvuldig te werk gaat
met het werkend personeel, want het volk weet zeer goed, dat
hoe meer uitgaven hoe minder voordeel. Zou deze handelwijs
geene navolging verdienen Denkt er eens om. Q. (Kamp. Ct.J
Helpt zooveel mogelijk u zeiven.
De heer B. J. Weslerbeek van Eerten wil in iedere gemeente
eene vereeniging hebben opgerigt, en wel door de kerk, waarvan
de leden, door een klein jaarlijksch offer, zorgen voor weduwen
en weezen.
Wij bekennen niet goed te begrijpen, hoe de kerk, in iedere
gemeente, een vereeniging in het leven zou kunnen roepen, die
door eeu klein offer van de leden, de aanhoudende aanvragen
om ondersteuning en de veelvuldige collecten oonoodig zou
maken. Bedoeld genoemde heer vereenigingen als die te Doe-
tinchem die 14 of 15 gulden jaarlijks, voor weduwen en wee
zen, afwerpt, hoezeer wij het kleine niet willen geringschatten,
kunnen wij toch niet nalaten zoo'u vereeniging weiuig betee-
kenend te noemen.
In plaats dat wij de kerk aan het werk willen zien om overal
vereenigingen op te rigten, wenscthen wij liever, denkende aan
de oud Vaderlandschc leuze: „Eendragt maakt magt" dat men
overal kennis maakte met eeu reeds bestaande inrigting te Lei
den, het Uitkeerings- en Kansfonds genaamd. Deze inrigting
kan men geheel eenig noemen. Voor 20, 30 of 40 cents per
week, laat men niet slechts ƒ100 of ƒ150 bij overlijden na
voor begrafeniskosten, maar zij geeft daarvoor uitzigt op 300
jaarlijks, als men den leeftijd van zestig jaren heeft bereikt,
terwijl men, voor eene betrekkelijk kleine contributie, kan zor
gen voor zijne eventuele weduwe. De commissarissen en direc
teuren van dit fonds zijn zeer achtenswaardige menschen. Voor
loon van directeuren, agenten en boden en alle kosten die voor
zoo'n zaak onvermijdelijk zijn, neemt men niet meer dan 15
pCt. Daar worden geenen duizenden in rekening gebragt voor
provisiën, reis-, inspectie- en oprigtingskostensalarissen en
directie honorarium aan doctores, drukloonen, briefport, expe
ditie, kautoorhuur, vuur, licht en diverse uitgaven. Pleit de
kouinklijke goedkeuring van dit fonds, die het na onderzoek
van prof. Lobatlo verkregen heeft, voor de juistheid van het
contributiestelsel, de openbare rekening en verantwoording, als
mede de vijfjarige balans, stelt de leden in staat, met den waren
toestand der iurigting, tot hunne geruststelling, steeds bekend
te blijven.
Waar men vooral bij dit fonds op letten moet is dat de
leden het regt hebben om voorstellen te doen, en stem hebben
op de algemcene vergadering waardoor het in de magt der
leden en niet alleen in die eener directie berust.
Vindt deze inrigting bijval waar men haar kent, het ware
bepaald in het belang der maatschappij, zoo zij meerdere be
kendheid verkreeg. Als gemeente besturen, directiën van maat
schappijen, fabriekanten, handelaren enz. haar hunne onder-
hoorigen wilden aanbevelen, dan kon dit veel goeds tengevolge
hebben.
Daardoor zou men met spaarzaamheid, eergevoel eu zede
lijkheid bevorderen. Hoe enorm groot is het getal arbeiders
die alleen van het geld, dat aan een onnuttigen ja schadelijk
en alle geluk verwoestenden drank wordt uitgegeven, de kleine
contributie in dit fonds zonden kunnen voldoen en zoo zorgen
voor een onafhankelijken en rustigen ouden dag. Door zoo'n
inrigting aan te bevelen, verligt men in de toekomst de taak
der Diaconie en gestichten van liefdadigheid, dewijl men het
volk, zonder, dat het iets kost, voor zich zelf leert zorgen en
zoodoende opvoedt in den waren zin des woords.