-Bil, Zaturdag 25 1864. ulden. o way. i\.» 2114. 20sle Jaarg. Heeren Geabomieerden, BEKENDMAKING. Nieuwstijdingen. i Koning, ipertNo. 18 kapitaal f: OLLENIIOVENI C. ASSER, ANSEN van J. J VAN 'ENAEIi. lIA, Directe ut straleur en voor Kindt- ling in plaats- n-verzekeringn vitaal en Remt- zekeren leeftijd, ekeringen voer n op het leve» van klein lit- laatste Ziekte, eel in de Winst, i Prospectussen e en de Heeren navolgende gc Axel, M. H, jban. llrott inisse, A van apper. Gots Ie, T. Kolder, ïec. Gulst, E. Dominion, Middelhui'], 1, (Agent.) - Öoslbur van der Have. iouburg, (Oost) J Hocke Moo- r.ker. Veert, de Wol IT. - restkapetle, P, Zierikzet, 'ie Geincealeii tiet verlegen ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Men abonneert zich: In Nederland, bij den Uitgever, Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren, lu Noord-Anierika, bij J. QUINTUS, te Grand Rapids, Staat Michigan. Abonnements-Prijs* Voor beide ü'itgaven. Voor 3 maanden1,30. Franco per post, in Nederland- 1,60. Voor Noord-AmerikaFrauco New-York. - 3,90. Verschijnt! Op Woensdag en Zaturdag. Advertentfttnr 10 cent voor eiken regel. Zegelregt voor iedere plaatsing, 35 cent. De inzending der Advertentiën kan geschieden tol Dingsdag en Vrijdag, des voormiddags 10 ure. Bureau: Zierikzee, Hoek van de Schuithaven, B, No. 94. Brieven en Ingezondcne Stukken Franco. men terstond n rug gevoelt, ing van water orlgnng legen- slillcnde Pillen, eigenschappen g van hel bloed de ziekte der n cene gedecl- grinding heeft erd verkregen, r ziekte werden igting te weeg geworden was. nid, verdrijven dige stoelgang, herstelling der als volgt: 13,50 ƒ20,50. 20,93. iij de grootste gcdrulde omstandig- bekomen bij Le Zierikzee. te Goes, 's Hertogen- Hollo-ivays Laine. m niet raacjgc- zich, per brief m hunne bij- nstmeid en de derlij lezes. te Zierikzee. die hun verschuldigd abonnemenls geld van 1 April en IS Mei jl. nog niet hebben voldaan, worden verzocht (lil zoo spoedig mogelijk le doen ten einde geene vertraging in de loczending van den Nieuwsbode le ondervinden. Heeren Commissarissen over de Armenschool zullen op dingsdag 38 dezer maand des avonds half acht ure in de Regentenkamer van het Her vormd Diaconie Armcngcslichl, eene zitting houden lot het ontvangen en beoordeelcn van aanzoeken tot plaatsing van kinderen op die school. Parijs» 20 Junij. De Moniteur meldt het volgende Het kaperschip Alabama der Zuidelijke Confederatie verliet heden voormiddag ten half 12 ure de reede van Cherbourg en kwam ten 12 ure in gevecht met de Kearsage (der Noordelijken) met het gevolg dat de Alabama ten 1 ure, door hel laatstgenoemde schip vervolgd, met volle stoomkracht weder naar Cherbourg koers zette doch kort daarna zonk. (Zooals wij gemeld hebhen, vertrok het stoomschip der Noordelijke Stalen Kearsage den 13 dezer uit Vlissingen tot het opsporen der Alabama 21 Junij. Betreffende het gevecht tusschcn de Alabama en de Kearsage verneemt men het volgende: Dc Kearsage een korvet lc klasse der Noordelijken met cene veel sterkere bemanning en bewapening dan de Alabamawas ter reede van Cherbourg verschenen om het kaperschip te surveilleren. Weldra werden van boord van beide schepen uitdagingen gewisseld, die ten gevolge hadden dat kapitein Semtnes van de Alabamaniet erken ning van zijne mindere sterkte, den strijd aanvaardde tegen Zondag, voor den middag. Kapitain Sernmes had inmiddels eene memorie doen drukken, waarin hij zich verheft tegen dc aantijgingen der Engelsche pers en betoogt, dat hij nooit dan Noord-Amerikaanschc schepen heeft aangetast, dat hij ze heeft moeten vernielen omdat hij ze door dc blokkade der Zuidelijke havens niet kon opbrengen, en dat de equipages steeds met menschlicvend- hcid behandeld werden. Vóór hij den dood inging, ver klaarde de kapitein op die wijze zijne nagedachtenis van een blaam te willen zuiveren. Terwijl cene onafzienbare volksmenigte alle hoogten bezet had om getuige van het zege vecht tc zijn, liep de Alabama ten 9 ure uit, geëscorteerd door de Couronneeen Fransch gepantserd fregat, dat aangewezen was om na te gaan of beide partijen zich wel aan de internationale bepalingen gedroegen, die voorschrijven dat soortgelijk gevecht in dit geval slechts inogt plaats hebben builen de Franschc wateren. Naauwelijks was dc Alabama in open zee of hij trachtte door eene stoute manoeuvre de Kearsage te enteren. Deze slaagde er echter in om af le houden, waarna beide vaartuigen elkander gedurende l'/a vinnig beschoten. Trots dc overmagt van de Kearsage scheen het voordeel aan dc zijde van de Alabama te blijven, die zich reeds lot eene tweede poging gereed maakte om zijn tegenstander lc enteren, toen het kaperschip plotseling een kogel ont ving, die zijn stoomketel van de eene naar de andere zijde doorboorde cn bet gevecht voortaan voor den kaper on mogelijk maakte. Terwijl deze nu pogingen aanwendde om zeil bij te zetten, hetgeen bij den zwakken wind niet baatte, bragl dc Kearsage al zijn geschut naar den kant over waar de Alabama zich bevond cn beschoot het ka perschip nu zóó hevig, dat er ten slotte een gat van vier meters in sprong en het vaartuig dadelijk zonk. De équipage trachtte zich zwemmende te redden. Een En- gelsch schip, dc Deerhound, dat uit belangstelling den strijd had gevolgd, redde een groot aantal matrozen en officieren, waaronder dc kapitein Sccnmcs, die evenwel zwaar aan de hand is gekwest. Zij zijn door het Engelsche vaartuig naar Southampton oveigebragt. Dc Couronne die met allen spoed hare booten in zee had neergelaten, redde ook nog vele manschappen. Ook de Kearsage redde wat te redden was. Daardoor komt het dat van de be manning der Alabama die 134 koppen sterk was, slechts 1 officier cn 1 matroos verdronken, terwijl ongeveer 20 man tijdens het gevecht sneuvelden. De Kearsage zelf heeft zeer zwaar geleden het ontving 12 kogels in den romp. Bijeengenomen hebben de beide vaartuigen 130 kogels gewisseld. De Kearsage vuurde met 22 getrokken kanon nen de Alabama beschikte slechts over 16, aan iedere zijde 8. De opgewondenheid tusschen de matrozen der Zuidelijken cn Noordelijken tc Cherbourg is zoo groot, dat zij elkander met messen gewapend bataille willen leveren. De auto riteiten hebhen het gcheele korps der maritieme gendarmerie op de been moeten brengen om bloedige botsingen te voorkomen. Zierikzee 25 Junij. Wij vernemen dat de calamileusc polders Oud Noord Beveland Hoede- hensherke, Magdalena en Kouden thans zijn vrijver klaard, zoodat het aantal calainilcuse polders met vier is verminderd. Het ware le wenschen dat dit voorbeeld gevolgd werd door die calamileusc polders, wier toestand dergelijke vrijverklaring gedoogt. Z. M. de keizer der Fransclten heeft eene gouden medaille toegekend aan W. A. Bowbijes gezagvoerder, benevens eene gratificatie van 200 fr. aan F. Berwald, P. Parel, M. van Duin en H. Okkerse, matrozen der alhier gestationeerde kollcr Willem van Houten der Z. II. Redding-Maat schappij en zulks Ier belooning van beloonden moed en menschlievendbeid bij bet met levensge vaar redden der equipage van bel verongelukt Fransch schip La Madelaine op 5 December 1865. De franschc Monileur herig!, dat hel bezoek van keizer Alexander van Rusland aan II. M. de koningin-moeder der Nederlanden op 7 Julij is bepaald, en dat Z. M. de koning zich tia dien lijd waarschijnlijk naar Baden Baden zal begeven. Sedert cenige jaren woonde op een half uur af- slands van Haaksbergen de oud-pastoor Leus met slechts ééne dienstbode. In den laatsten nacht werd de pas toor door vijf vermomde kerels overrompeld die zijn geld eischlen, waaraan door hem bereidwillig werd vol daan, terwijl hij slechts verzocht, dat hem geen leed zou worden gedaan. Na een baukbillet van ƒ1000 ont vangen te hebben verwijderden de booswichten zich. Daar de maan helder scheen zag dc beroofde hen na. Dit werd door hen opgemerkt zij keerden hierop terug cn bragten den ongelukkige met een zwaar werktuig cenige slagen op het hoofd toe, zoodat hij bewusteloos ter aarde stortte, terwijl ook de dienstbode niet verschoond bleef. Weinige uren later was hij een lijk. Men schijnt de ellendelingen reeds op het spoor te zijn drie hunner moeten, naar men verzekert, uit Oldenzaal afkomstig en reeds vroeger in handen van den regter geweest zijn, Omtrent het bovenstaande verneemt men nader Maandag middag werden hier onder eenen grootcn toe vloed van nieuwsgierigen binnengebragt de drie schel men, die vrijdag avond 11. tc Needc een moord hadden gepleegd; na inbraak bij een rustend pastoor, hadden zij den ouden man, die 0111 hulp begon te roepen, inct een bijl de hersens ingeslagen, terwijl zij de dienstmeid met een stoel een paar slagen hadden loegebragt. Deze beeft den regler-commissaris, die den volgenden dag uit Zut- pben derwaarts kwam, de noodige inlichtingen gegeven, cn spoedig was men dc drie booswichten op het spoor, Groote onverschilligheid was het kenmerk hunner hou ding toen zij geboeid werden binnengebragt, cn met een lagcheod gelaat zagen zij op de hen omringende menigte ncêr. ArnhO.) GEMENGDE BEP.IGTEN. De nieuwe mevrouw met haar neusje te X. heeft met haren echtvriend, alias naaldridder, een reisje wezen doen naar Londen en hebhen medegebragt een kostbare guitar, waarop zij dagelijks speelt cn zingt: Geld dat heb ik ondervonden Is de God alléén te Londen Zoo wel als in Nederland, En in eiken handelstand. Geld maakt luije meisjes hoeren, Advocaten van de boeren Geld maakt 't regie dikwijls krom Geld verleent ook adeldom. Heeft men thans wat te verliezen, Dit maakt dat men mee niag kiezen Want mijn echtvriend kiest nu mee Dat hij vroeger nimmer dcc. Geld brengt ezels op het kussen Dat mij hopen doet intusschen Eens mijn ridder hoog van slaat, Zien te zitten in den Raad. Weet hij dan maar veel le praten, Over volken over staten En hii dan maar deftig zit, Kamer-Lid Komt mijn vader dan te sterven, En wij zijne schijven erven Dan twee schimmels kort van staart, En wij rijden zoo te paard. Dan zijn wij na weinig dagen, Als de hoogste aangeslagen Voor den grond en 't personeel Want dan dokken wij óók veel. Zeker kan het dan niet missen Of ik zou mij wel vergissen, Dat mijn ridder krijgt zijn zin En springt d' Eerste Kamer in v Dan tot d' adelstand verheven Jonkheer voor zijn naam geschreven lk »Jonkt>rouiv" zoo 't wezen moet: Zie, wat of Jan's geld niet doet! Eene dame le Kloet, zal nog naar den smid gedra gen wordenom een stuk van haar spraakdeel op den slijpsteen af te slijpen, daar zij zich meerder bezig houdt met kwaadspreken dan met haar naaldwerk. Kees tc G. wordt verzocht zijne slangcntong wat minder in be weging te brengen, anders zal hij vernageld worden; dus: Past het liegen hier niet toe, Wordt gij dit dan nimmer moe? Want men ziet uw lastcrzuchl, Geef soms allerlei gerucht. Een hoer te K. heeft zijn buurman in zijne kooi ge vangen om zijn haar eens ter deeg uit tc kammen maar hij is ontsnapt, en nu zingt hij: Ik zal hem wel loeren zwijgen Want ik heb toch volop schijven, Hij moet er aan dien kinkel, Met heel zijn boel en winkel. Op het veer te X. is Mieke zoo ziek geworden om een vrijer, dat Lans uit de polderstraat nog zal moeien komen om haar te vertroosten. ïlTGBSOlTDEïTS STITZSSiT. Mijnheer de Redacteur I Gelezen hebbende de redevoering van onzen gcach- tcn afgevaardigde, den heer van Kerkwijk, houdende Regeling van bet Onderwijs van Rijkswege in de Indi sche taal (Maleische taal) land en volkenkunde. 0|> den voorgrond staal, wie in Nederland in bet cene of andere vak dc gevierde man is, en daarin zijn fortuin kan tnaken, gaat riict naar de Indien. De Militair, die zich naar de Indien begeeft, doel dit op hoop van eene spoedigere promotie, somtijds ook om dat er een steekje aan los was. De lijden zijn echter voorbij toen bel Oost-Indisch leger, in zijne gelederen de vervalling zag van een troep weggejaagde doorbrengers uit Duitschland (wij bedoelen bier geen Nederlanders; want dit waren alle, brave menschen, die den Vadei landschen bodem verlieten). Van tijd tot lijd, beeft men voor alle vakken perso nen naar de Indien verplaatst, en hieronder ook ben, die tot bet lager onderwijs behoorden Ook de Kaap de Goéde Hoop, vraagde Nederland, als moederland, ouderwijzers, zij werden geleverd; doch wal waren zij? Nog niet eens een ontslagen onder wijzer, maar grijp ze lezerraad eens? Weggeloopen labaks bankroetiers, koperslagers enz. Waarachtig goede vormers voor hel opkomend Indisch geslacht. Niettegenstaande de jaarlijksche verzending van Nederlamlsche onderwijzers, schijul bet onderwijs in de Oost- en West Indische bezittingen, op eenen jammerlijken voet te verkeeren. Het bewijs is: jaarlijks komen talrijke families naar Nederland, om huone kinderen cene fatsoenlijke opvoeding, cn cene goede wclenscbappelijke opleiding tc doen geven. Het bedrag daarvoor, is voor eene familie eene groole som gelds, welke, wel is waar ten goede wordt aangewend; maar inel bel vooruitzigt is opgelegd, om eenmaal een gernslen ouden dag tc hebben. Wij willen de wijze landsvaderen in hunne handel wijze niet voornitloopen want dit zijn niet dan geleerde (verstandige???) mannen, dan toch gelooven wij een middel te vinden dal door do Natuur geleid, de slotsom zou uitmaken van spreker bij dezen De - doeld. Wij zouden bet voor zeer doelmatig houden, indien in onze overzeesche bezittingen de gelegen heid om voor alle vakkeu jonge lieden op te leiden, bet valt wel niet lc ontkennen, dat dc levenswijze eenen zeer groolen invloed uitoefent op dc ont wikkeling van den mcnscbelijken geestbel klimaat geeft aanleiding, zoowel als meer andere oorzaken, dat traagheid de overhand heeft boven een bedrijvig leven, wij zouden nog andere oorzaken kunnen op noemen, doelt willen liefst den bewoner van Indie niet kwetsen. Dan. de groote vraag is, zou inen door doelmatige inriglingen, en bekwame mannen aan liet hoofd derzelvc, daartcslellen, uit de in boorlingen geen kundige ambtenaren kunnen trekken. Wij gelooven dit met vastheid lc mogen veronder stellen, of is de Europescbc beschaving en al wat bet nienschelijk brein, aan kennis beval, niet van die oorden uitgegaan, waar tegenwoordig de domheid op den troon zit en bet bijgeloof den sclicpter zwaait. De getuigen alleen reeds de puinhoopcri der verwoestle stedcu waarvan de overblijfselen den aanschouwer reeds verbazing verwekken. Alle achting voor den redenaar, doch, wij bepalen ons bij dit punt, dat door kweekscholen voor onder wijzers, heizij voor welk vak dan ook, wel degelijk bekwame menschen worden aangekweekt zonder dat er eene gaping zoude blijven beslaan, aan de beschaving welke bier hecrschl, want bet zal toch niet heel zoel in de ooren van den Indiër klinken, dal met zijne verplaatsing, ook tevens in geleerdheid cn beschaving verloren. Zie de kunstwerken welke aangevoerd worden uil die oorden der Wereld, en daarna - oordecle men. ZZee, Mei 1864. Kr. Is alle verandering; wel verbetering De negentiende eeuw kan men wis voor de menschheid cene opvolging van jaren noemen welke zich bovenal kenmerkt door den vooruitgang in kunsten en wetenschappen, dc theoretische gron den, zien wij, bij dcrzelver ontwikkeling, toegepast op alle vakken van nijverheid bet is dus niet alleen dc sludeerkatner, maar alle landen brengen, dc uitgevondene of verbeterde werktuigen, in ge bruik, bet werkdadig leven brengt ze in toepassing. Onopsombaar zijn de voordeeleu onder anderen, welke fabriekanl en IraGekant geniet, door den men schen of handenarbeiddoor bot stoomvermogen te doen vervangen, de fabriekanl toch, die voor been aan honderden tnensnben brood verschafte verrigtcn diezelfde werkzaamheden door middel van den sloom met zevenachsle minder krachtsver mogen aan lc wenden cn dus cene drukkende vermindering, in dezelfde rede, op de verdienste der arbeidende klasse in bel bijzonder voor die welke bij liet fabriekwezen werkzaam waren. Niet zonder eene waarheid in den donker le wilien schuiven, mogen wij bel gezegde van iemand niet in den wind slaan en er ccnig geloof aan slaan bet is dit De vooruitgang door den sloom geboren, neemt eenen gelijken gang mei de vermeerdering der le hedeelcne armen, en die der soepketels. Wie kende dit verschijnsel voor vijftig jaren op zulk eene uil- gestrekte schaal in Nederland. Wij vragen of er onder het Fransche dwangjuk wel zoo iels beslaan zal hebben een ieder beantwoordt deze vraag voor zich zelvcn. Met genoegen, zagen wij in deze dagen, bel feest vieren betrekking hebbende op dc maatschappij van landbouw en veeteelt, dat feest en die ten toonstelling mogen een goed doel hebben, hel is de bevordering van die twee lakken van ons volks bestaan, vooral in onze provincie Zeeland; derzelver vooruitgang le bevorderen is dus van bet hoogste gcwigl le noemen dan bezien wij de zaak eens van eeneri anderen kantop die tentoonstelling worden een aantal werktuigen aangebragt, welker beschouwing onwillekeurig onze bewondering lot zich trekken, en het menschelijk vernuft ten hoogste moeten prijzen, dat dezelve daarstclde, cn, er bet gebruik van aanwees, zoo als men er heeft snij, dorsch, wend cn vlaszwingel machines, zonder bet maaijwerkluig cn andere over le slaan. Dit moge nu alles fraai cn bewonderingswaardig, zelf toege staan doelmatig in dc behandeling wezen, doch wij vragen, zal bet niot uitloopen om aan den land arbeider vermindering van verdienste tc geven, en langs dien weg de armoede te vergroolcn.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1864 | | pagina 1