No. 1574. 15e Jaarg. is, ffiaturdug, 25 April 1859. SL, Nieuwstijdingen. (del. met weinig Ties Jigt- scliler niets 5 en nuttig ABSHAU- WATTEN. ip het idéé i te gcbrui- 5 voert men re slof, dat a draagt er ek van. De lude weüigt om niet ,c spreken ui en goed- Izakelijk tot in dient, en aangedanen ich ook dat ik van die- aangcbragt t indringen de vatbaar- i gebruiks- mschrevcn, sr cliënten, iceerdeis erkrijgbaar fELÏ, Az. uitsluitend ijk, Axel„ Kruiningcn. ulsl. os, Sluis. d ij ke» Hen, IJzcn- an Zeeland i. Aanvraag ïhandelaars MAAT, i van werk ten, «lel ie nut aan gebleken. 31- Goessche an mudden ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Men Abonneert zich: In Nederland, bij den Uitgever. Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. In Noord-Amerika bij J. QUINTUSte Sheboygan. (Staat Wisconsin.) Abonnements-Prijs: V00a BEIDE UITGAVEN. Voor 3 maanden1,30. Franco per post, in Nederland- 1,60. Voor Noord-Amerika Franco New-York Doll. 1,10. V erschynt: Op Woensdag en Zaturdag. A dvcrtentlën: 10 cent voor eiken regeï. Zegelregt voor iedere plaatsing 35 cent. De inzending der Advcrtentiën kan geschieden tot Dingsdag en Vrijdag, des voormiddags 10 ure. B u r e a u s Zierikzee, Iloek van de Schuilhaven, B, No. 9 Brieven en Ingezondene Stukken Franco. M. E. van ontvangen zarin- of ier.Inkt j islig zwarte r beslaande ouderdom zwartheid ikt, alsook erken, zijn succes Veehouder,. en, welke lonivee en te genezen. i bekwame [WEN, te agt» 'KGdie i geweest g. Tevens EID die Mei aanst. ikzee. .OOZE. Parijs, 18 April. Hier is het gerucht in om loop dat het kabinet van Turyn er in toestemt om zijne reserven nietonder de wapenen te roepen, een gedeelte van zijn leger niet te mobiliseren en zijne vestingen in staat van verdediging te laten, indien Oostenrijk zich wil verbinden, om geen verdere troepen naar Italië te zenden. Tevens kan ik u als stellig mededeelen, dat in geval deze voorwaarden allen werden aangenomen eene commissie van ontwapening zou worden in gesteld, welke te Genève zou bijeenkomen en te gelijk met het congres te Karlsruhe bare verga deringen zou houden. Waarschijnlijk zal het groote publiek tot heden wel nimmer op de gedachten zijn gekomen, dat de zwarte kunst geroepen zou zijn eene rol, in de tegenwoordige staatkundige omstandigheden te spe len. En toch is dit maar al te waar. Volgens de Wiener Zeitung heeft de beruchte Mile. Lenormant, in 1815 eene voorspelling gedaan, welke ongeveer hierop nederkomt: »De eerste inval in Frankrijk heeft stroomen bloeds doen vergieten; de tweede heeft slechts eene beek bloeds doen vlieten. De derde zal geen bloed doen storten, maar Frankrijk zal worden verdeeld in vier verschillende koning rijken. Indien Oostenrijk en Pruisen eenstemmig handelen, zal de Duitsche Bond een millioen strij ders onder de wapenen brengen." De Wiener Zeitung hoopt, dat hare wenschen door die tusschen- komst zonder schokken zullen vervuld worden. Een vreeselijk lot hangtFrankrijk, volgensdeBTencr Zeitungboven het hoofd; het zal gedeeltelijk wor den ingelijfd bij het groothertogdom van Baden een ander gedeelte zal welligt gehecht worden aan het graafschap Homburg en dat alles doorde hulp en den bijstand der zwarte kunst, zonder dat een enkelen druppel bloeds wordt vergoten. Parijs, 19 April. De Moniteur behelst heden een artikel, waarin gezegd wordt dat Frankrijk verklaard heeft Sardinië te zullen verzoeken zich te ontwapenen, indien deze mogendheid benevens alle Italiaansche staten worden uitgenoodigd aan het congres deel te nemen, De Moniteur hoopt dat dit voorstel algemeen bijval zal vinden. Frank rijk is zelf genegen tot ontwapening vóór de hij- eenkomst van het congres. De M. hoopt dat alle moeijelijkheden weldra uit den weg zullen ge ruimd zijn en niets meer de bijeenkomst van het congres zal verhinderen. Aan het spoorweg-station te Angouléme ver scheen den 6den dezer, bij de aankomst van den eersten middagtrein uit Bordeaux, een commissa ris van policie, vergezeld van eenige agenten, die zich terstond met hem vóór de rijtuigen posteerden en blijkbaar naauwkeurige notitie namen van de zich daarin bevindende passagiers. Onder deze laatsten bevonden zich een heer en eene dame die door genoemden ambtenaar verzocht werden hem naar het locaal van den stationschef te volgen, waaraan door beiden ofschoon zigtbaar in de grootste verlegenheid, werd voldaan. Reeds bij de eerste gewone ondervraging bleek het den commissaris dat hij de beide personen gevonden had, van welke h'j de signalementen, met last tot arrestatie per telegraaf had ontvangen. Het was namelijk een verliefd paar, een jeugdig meisje, hetwelk in stilte nare betrekkingen had verlaten, om met haren min naar op de vlugt te gaan. Beiden werden nu voor loopig onder toezigt gesteld in eene afzonderlijke kamer van een nabijgelegen logement, waar zich eenigen tijd later de oom van het meisje uit Bor deaux aanmeldde, en tot zijne onuitsprekelijke verbazing in den galant zijner nicht zijn eigen zoon herkende, die, naar hij meende, zichopdatoogenblik to Bordeaux op het kantoor moest bevinden en van wiens genegenheid voor het meisje hij tot nn toe niets geweten had. Op die herkenning volgde een vrij onstuimig tooucel de oude man viel hevig uit tegen den minnaar, die zich krachtig verdedigde, terwijl het meisje al schreijende door het vertrek liep en vruchteloos tusschen beiden zocht te komen. Doch langzamerhand begon het onweer te bedaren er volgden wederzijdsche verklaringen en ophelderingen, tot eindelijk de zaak voorloopig in zooverre geschikt werd, dat het drie tal besloot, gezamenlijk naar Bordeaux terug te keeren. Met dit vreedzaam voornemen hegeven zij zich naar het station, waar het laatste gelui der vertrekkenden trein hen noodzaakt in allerijl plaats briefjes te nemen en naar liet terrein te snellen. Daar gekomen, bemerkt de oude heer niet, dat er bijna op hetzelfde oogenblik twee treinen in tegen overgestelde rigtingen zullen afrijden en staat, een weinig afgetrokken, eene poos rond te zien, tot hij door een fluitje der locomotief van den eerstver- trèkkenden trein in zijne mijmering gestoord, tot zijne verwondering bespeurt, dat de jongelieden verdwenen zijn en, naar het zeggen van een der conducteurs, in den afgereden trein gestapt waren. In plaats van nu mede te gaan met den trein, die op het punt stond naar Bordeaux te vertrekken, besluit hij do verliefden achterna te reizen, en eenige uren later is het hem werkelijk gelukt hou in te halen. Alweder volgt er een tooneel, waarbij het juist niet bijzonder minzaam toegaat, inaar dat, even als in het logement te Angouléme, daarmede afloopt, dat zoon en nicht den volgenden morgen met elkander naar Bordeaux zullen terugreizen. Voor loopig wordt de zaak evenwel nog eens rijpelijk overwogen, en besproken, en het geval eindigt mot eene verzoening en met wederzijdsche beloften die omtrent den verderen gunstigen afloop geen twijfel meer overlaten. Weeimenj 15 April. Het schijnt nu zeker dat Oostenrijk besloten heeft, tot het voorgestelde congres toe te treden wanneer er eene algemeenc ontwapening plaats heeft. Men zegt zelfs, dat het Wcener kabinet zich ook met de toezegging van die ontwapening zal tevreden stellen, zonder de bijeenkomst van het congres verschoven te willen hebben tot die ontwapening geheel is bewerkstelligd. De uitzigtcn op het behoud van den vrede zijn hier echter daarom nog niet vermeerderd. Doch men schijnt er zich op toe te leggen, om Engeland en Pruisen zoo veel mogelijk genoegen te geven, en vleit zich dat, wanneer al het toegeven van Oostenrijk niet mogt baten en de oorlog toch mogt uitbarsten, de beide ge noemde mogendheden zich van Frankrijk zullen afwen den en welligt tot eene triple-aWiantic met Oostenrijk besluiten zullen, waaraan zich dan van zelve hetgan- sche Duitsche verbond zal aansluiten. De laatste ver klaringen van Oostenrijk moeten reeds den 9 April te Parijs bekend zijn geweest. En het verwekt dus geen gunstigen indruk dat desniettegenstaande den lOden in den Moniteur het laatste bekende artikel verschenen is, waarin zelfs met geen woord van het congres gerept wordt. IFranIklForé9 16 April. Uit Bern meldt men, dat de voortdurende onzekerheid voortspruitende uit den staatkundigen toestand van Europa, een allcrnadeelig- sten invloed op schier alle takken van nijverheid en handel tc weeg brengt. De spanning tegen Frankrijk en Sardinië daardoor te weeg gebragt, neemt als met den dag toe en zou welligt tot groote moeijelijkheden aanleiding kunnen geven. Groningen, 18 April. Bij den burgerlijken stand dezer gemeente heeft zich de opmerkelijke bijzonderheid voorgedaan, dat een doofstommen, weduwnaar van eene doofstomme, voor eenige dagen is hertrouwd met eene doofstomme vrouw. Uit Emmen meldt men het volgende: Onder het masker van godsdienstzin kan veel slechtheid bedreven worden. Dit heeft dezer dagen ook weder zekere E. te Noordbarge ondervonden. Een Israëlitisch koopman doet zich bij hem voor, als wilde hij tot de Christel, afgesch. gemeente, waarvan E. lid is, overgaan. Hij wint van lie verlede daardoor het vertrouwen van E., die hem behulpzaam is, om zijnen kleinen handel uit te breiden en hem daartoe een voorschot van f 10 geeft. Met genoegen merkt E. op, dat de koop man, op zijne wijze veel godsdienstzin veinzende en derigting der afgesch. als de ware erkennende, ook met dat geld werkelijk zijnen kleinen handel uitbreidt. Eenigen tijd daarna had er eene ver- kooping van manufacturen plaats, waarbij onze brave koopman verzekerde veel voordeel te kun nen behalen ten dien einde leende hem E. ƒ150; do koopman vertrok daarmede, doch is voor zoo ver men weetnog niet teruggekeerd, en is op gemelde verkooping in het geheel niet geweest. 'S Meriogenkoscïl, 16 April. De wegens brand stichting iloor hel prov. geregtshof van Noord-Brabant ter dood veroordeelde Hendrik Hermanns van Deventer, beeft cassatie aangeteekend van bet tegen hein gewezen arrest. SSelft, 18 April. LI. Maandag werd voor den heer burgemeester van Vrijenban een jong meisje gebragt, dat reeds sedert een paar dagen te Delf- gaauw had rondgedoold. Op de haar gedane vragen antwoordde zij, dal haar naam was Maartje T., dat zij elf jaren oud was en dat zij op 5 April II. het huis baars vaders (haar moeder is over leden) te Maassluis, uithoofde van mishandeling, die zij van haar vader ondervond, was ontvlugt; dat zij sedert dien tijd op het platte land had rondgezworven, in hooibergen en schuren had overnacht en van voedsel dat haar uit medelij den werd toegereikt, had geleefd. Voorloopig werd het kind daarop ter verpleging bij dewed. Kortjansen, in de Kromstraatsteeg alhier, bezorgd, en inmiddels aan den heer burgemeester van Maassluis de tocdragt der zaak bekend gemaakt. Op woensdag daaraanvolgende vervoegde zich alsnu de vader bij de wed. K. en verlangde zijn kind terug. Op zijn gezigt ontstelde het arme meisje echter zoodanig en sidderde zoo vreesselijk van angst, dat de wed. K. weigerde hem het kind uit te leveren waartoe zij bovendien meende de autorisatie te moeten hebben van den heer bur gemeester van Vrijenban. De vader begaf zich daarop naar dien ambtenaar en overhandigde hem een brief van den heer burgemeester van Maas sluis, waaruit bleek, dat er bij Item geene reden bestond, om het kind niet aan den vader terug te geven. Voorzien van een bewijs van den heer burgemeester van V., dat het kind kon worden afgegeven, en vergezeld van een agent van politie, begaf de vader zich alstoen weder naar de wed. K., doch aldaar gekomen, was het kind nergens te vinden. De vader was dus eindelijk wel ver- pligt onverrigter zake te vertrekken, en sedert heeft hij niets meer van zich laten hooren. Doch ziet, II. Vrijdag avond, toen een der huisgenoo- ten van detved. K. iets uit een bakoven, die zich in een achtervertrek bevindt, wilde halen, ontdekte zij daarin aan het uiterste einde het kind, dat op zoo onbegrijpelijke wijze was verdwenen. Het meisje had aldaar ruim 30 uren in eene hoogst moeijelijke positie en zonder spijs of drank door- gebragt en verkeerde in een deerniswaardigen toestand, zoodat het niet lang meer had kunnen duren, of zij was door uitputtingen vermoeijenis bezweken. Den volgenden dag wederom door den heer burgemeester van Vrijenban ondervraagd, zeide zij, dat zij liever in dien oven had willen sterven, dan tot haar vader wederkeeren. Zij verklaarde nog daarbij, dat zij reeds eenmaal, ten gevolge van de mishandelingen, haar door haren vader aangedaan, onder geneeskundige behande ling was geweest. Men verneemt alsnu, dat de heer burgemeester van Vrijenban van deze feiten mededeeling heeft gedaan aan den heer otfieicr van justitie te Rotterdam, zoodat er vermoedelijk een geregtelijk onderzoek in deze zaak zal plaats hebben. Het kind is voorloopig bij de wed. K. ter verzorging gelaten. Ï9<[ifret'!lt1S April. Wij vernemen van zeer goeder hand dat door de regering aan de liecren J. P. Brcdius en jonkh. J. NV. van Sypcsteyn de conces sie is verleend voor den Zuidcr-spoorweg, loopende van Rotterdam langs Dordrecht, met eene vaste brug over het Hollandse!» Diep, naar Breda, Tilburg, "s Hertogen- boscb, Helmond, Venlo en dc Duitsche grenzen, ter aansluiting aan het Duitsche spoorwegnet; voorts van Venlo over Roermond naar Maastricht, ter aanslui ting aan den Akeu-Maastriehtschcn en den Luikscheu spoorweg; cn dat in deze concessie ook is begrepen de aanleg der lijn van Vlissingcn over Middelburg, Goes cn Bergen-op-Zoom naar Rozendaal en Breda. Wij vernemen tevens, dat de voorwaarden dier con cessie alle uitzigt op welslagen aanbieden. Midcïetbwrg, 17 April, Gisteren heeft aan het provinciaal gouvernement alhier de aanbeste ding plaals gehad van het gewoon jaarlijksch on derhoud van de zeedijken der calamiteuse polders in deze provincie, hetwelk in 36 perceelen door verschillende aannemers is aangenomen tot een gezamenlijk bedrag van ƒ379,116. Middelburg, 18 April. Het alhier te huis behoorende schoonerkofschip De Zwaan, liggende te Liverpool, is door den gezagvoerder Jan Rinks Dobbenga, geboren te Schiermonnikoog, op 6 dezer schandelijk verlatenmet medeneming van de vrachtpenningen, voor zoo ver die niet reeds door hem verbruikt waren, en een gedeelte der scheep- papieren en hoeken. Door de ijverige nasporin gen der hoeren II. S. van Santen <5- co., geholpen door de geheime politie, is men te weten gekomen dat de voortvlugtige in gezelschap van zekeren van de Grampcl en twee vrouwen naar Galway was getrokken om van daar met de stoomboot Prince Albert naar New-York over te steken. Deze boot met een lek uit zee moetende terug- stoomen, is het aan deze omstandigheid te danken dat men er in geslaagd is, den ontrouwen gezag voerder nog in Ierland te arresteren met het bij zich bobbende, en komt in deze zaak de grootste lof toe aan genoemde heeren van Santen, die zich door de gepastheid en vlugheid hunner maatregelen jegens de reederij zeer verdienstelijk hebben gemaakt. Zierikzee, 20 April. Gaarne vermelden wij dat schipper tie Neef, voerende deu loodskotter No. 9, van Brouwershaven benevens zijne onderhoorige matrozen, van wege de Engelsche regering eene belooning van 10 p. st. heeft ontvangen voor het redden op den 27sten October A°. P°. van de equipage van het Eng. brik schip Derwent, gevoerd geweest door kapt. George White, welke equipage ten getale van 10 menschen, het hun mogt gelukken behouden te Brouwershaven aan te brengen. Zierikzee, 21 April. Op verzoek van den Kapitein der stoomboot Stad Zierikzee haasten wij ons mede te deelen, dat het onlangs in ver scheidene Couranten voorkomende en ook door ons overgenomen berigt, dat hij den laatst gewoed hebbenden storm nabij de Willemstad vier vaar tuigen gezonken zouden zijn, geheel uit de lucht is gegrepen daar aan boord der genoemde stoom boot geen zweem van iets dergelijks is gezien. Men verneemt dat G. A. Gunkel tegen het arrest van het provinciaal gereglshof in Zuid-Holland van Zaturdag jl. waarbij hij tot de doodstraf is veroordeeld, is gekomen iu cassatie. Wij vernemen met genoegen, dat bij de hooge regering het plan bestaat om ook voor de regterlijke ambtenaren een weduwenfonds op te rigten. Algemeen wordt dit plan toegejuicht, zoo zelfs dat ongehuwde leden van de regterlijke magt met graagte in een zoo nuttig fonds zouden willen bijdragen. Hoe vele beambten toch zijn niet met fortuin gezegend en laten bij hunnen dood eene arme weduwe en kinderen achter, die zich vroeger echter in de voornaamste krin gen konden bewegen. Door den heer nrr. F. N. van der Rilt is, naar wij vernemen, ontslag gevraagd als voorzit ter der arrondissements-regtbank te Goes. ■i—I GEMENGDE BER1GTEN. Volgens de Morning Advertiser, zou er eene

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1859 | | pagina 1