No. 1556. 15e Jaarg, Zaturdag, 19 February 1859. Kieuwstijdingen. ZlTSKSSOrrSEXTS Sv'JZZElT. Vier Bannen van Duiveland. :ii geachte en )r. STANIDS ia wonderbare n, die nimmer n zelfs de on- ie wegnemen, one waarde Men Abonneert zich: In Nederland, bij den Uitgever. Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. Ia Noord-Amerika bij J. QUINTUS, te Sheboygan. (Staat Wisconsin Abonnements-Prijs: Voor beide uitgave». Voor 3 maandenf 1,30. Franco per post, in Nederland- 1,60. Voor Noord-Amerika Franco New-York Doll. 1,10. EÜWSBOIE Verschijnt: Op Woensdag en Zaturdag. A dvertentll'n: 10 cent voor eiken regeï. Zegelregt voor iedere plaatsing, 35 cent. De inzending der Advertentiën kan geschieden tot Dingsdag en Vrijdag, des voormiddags 10 ure. Bureau: Zierikzee, Hoek van de Schuithaven, B, No. 94. Brieven cn Ingezondene Stukken Franco. Aan de welwillendheid der Ingezetenen dezer Stad wordt kennis gegeven dat reet goedkeuring van Z. M. den Koning, ook dit jaar op het laatst dezer of het begin der volgende maand, eene verloting van HANDWERKEN en VOORWERP EN zal plaatshebben ten behoeve der armen dezer Stad. Met hel oog op hel goede doel, namelijk leniging van armoede door ver schaffing van werk mag de Directie der Loterij hoop voeden op krachtige ondersteuning van alle weidenkendengelijk zij zich ook vleit met de zoo gewaardeerde en sedert vele jaren beloonde medewerking van H. M. onze geëerbiedigde Ko ningin door het schenken van een aanzienlijk voorwerp. De tijd der Verloting zal nader worden aangekondigd. Zierikzee, 12 Februari) 1839. Namens de Directie Mevr. de CRANE, geb. Ermerins. Zwolle, 15 Febr. Hel gras spruit in deze streken zoo uit, dat vele landbouwers reeds nu hun vee dagelijks naar de weide zenden. De schraal ste gronden, zoo als die lusschen deze plaats en Hallcm gelegen, leveren weelderig voeder op. De anders in dit saizoen dorre vlakten prijken thans hier en daar met meibloempjes. Men kan zicli niet herinneren, dat het winterkoorn zoo voortref felijk heeft gestaan als nu het geval is. Waalwijk, 14 Febr. Gisteren avond omstreeks 6 uurontstond er brand in bet molenaarshuis van de Weduwe M. v. d. Krabbe. In een oogen- blik lag bet achterste gedeelte der woning in den aschzóó schielijk zelfsdat het paard niet is kunnen gered wordenmaar in de vlammen is omgekomen. Het woonhuis, meest van steen ge bouwd bleef nog lang brandener is echter weinig van den inboedel kunnen gered worden. De brandspuiten met derzelver manschappen iu het algemeen hebben zich loffelijk van hunne taak gekweten. [Ingez.) Breda, 15 Febr. Reeds lang werd zekere G. Hermanni, vroeger in 's Rijksdienst door de justitie nageschreven in het politieblad gesignaleerd en door den heer officier van justitie te Brielle op gevraagd ter zake van bedriegelijke opligling. Deze persoon kwam lieden zondag met vrouw en kinderen, benevens zijne oude moeder hieraan, om zich hier met Ier woon te vestigen. Onze ijverige politie had hem één uur later op het spooren hij werd alzoo door den hoofdagent van politie, Pleur met den agent M. van Doorn gearresteerd en iu het huis van arrest overgebragt. 14 Febr. Heden werd de persoon van C. Hermanni per 2de spoortrein van hier onder ge leide der agenten van politie Philip van der Plas en Roelof Havinga vervoerd om verder naar Brielle opgezonden tc worden. [Ingez.) Axel, 15 Febr. Dezer dagen is een vierjarig kind van den arbeider Kaasop bet gehucht Spuije, onder deze gemeente woonachtig, in eene nabij gelegene kreek jammerlijk verdronken. Ofschoon nog levend uit het water gehaald is het echter een half uur daarna aan de gevolgen daarvan be zweken. [Ingez.) Vlissïngen, 16 Febr. Aangaande de Nedcrl. schooner Wilhelmina Maria, gevoerd geweest door kapt. J. Stasse, van Lissabon met zout naar Vlissin^en vertrokken als vermist opgegeven, wordt volgens brief van den kapitein, in dato Bahia 9 Jan. het vol gende gemeld: Na 26 Oct. II. van Lissabon ver trokken te zijn, was hij op 29 dito door een storm uit het O. Z. O. beloopen, waarin hel schip lekkage bekwam, doch hij had onder voortdurend pompen en onder digt gereefde marszeilen nog tot 7 Nov. kunnen bijhouden* alstoeu begon het lievig le stor men 5 op 10 dito werd door eene stortzee de groole boot stuk en de verschansing met 9 stutten weg geslagen hel lek nam toe het zout begon le smelten het voordak was opgeslagen en dacht men ieder oogenblik het schip te zullen zien zinken, toen den volgenden dag op 47° N. Br. 15° 40 min. W. L., zij opgemerkt werden door kapt. J. Wal lis voerende de Engclsche hark Linda van Li verpool naar Bahia gedestilleerd, die hen overnam, mcnschlievcnd verpleegde cn op 25 Dcc. le Ba hia aanhragt, van waar zij met een Nedcrl. schip naar Nederland hoopten terug le koeren. Zferifrzee, 18 Febr. De treurige geschiedenis van den generaal G., die naar men verwacht, weldra voor het prov. geregtshof van Zuid-Holland zal behandeld worden, wekt zoozeer de algemeene aandacht, dat wij meerten onzen lezers geene ondienst te doen, indien wij hun mededeelcn het vol gende verhaal van de gchecte tocdragt der zaak, zooals ons.die door eene vriendelijke handen naar wij meenen uit goede bronnen geput is toegezonden. Sedert vele jaren zou de generaal G. naauwe betrek kingen aangeknoopt gehad hebben met mejufvrouw Louisa E. die thans den leeftijd van 56 jaren heeft bereikt. Bij haar woonde een broeder, Jan E., die in December ji zijn zestigste jaardag vierde en van zijn J pensioen leefde als onder-ofYieier van -de Oost-Indische artillerie. De generaal zou bij een .eerste testament een zeker deel van zijn vermogen vermaakt hebben aan Louisa, doch later, op haar aandringen, bij een tweede testament haar broeder' Jan tot legataris hebben gemaakt, ingeval Louisa mogt komen te vóór-overlijden. In 1847 trok Louisa, bovendien, 1/20 lot van de honderdduizend; de generaal ontving namens haar het bedrag van den gewonnen prijs en zou dat geld voor haar ia dier voege beheerd hebben dat het daarvoor gekochte gelds waardig papier in een verzegeld paket, in bewaring van Louisa zelve werd gesteld die te gel ijker tijd een ander verzegeld paketje zou hebben ontvangen hetwelk het testament van den generaal heette tc bevatten. Op welke wijze dat geld beheerd werd schijnt niet regt duidelijk te zijn immers terwijl het paket gesloten bleef, zou de generaal aan Louisa om de veertien dagen de som van f 10 uitgekeerd hebben. Op zekeren tijd zou evenwel Louisa naar aanleiding van zekere gebeur tenissen liet paket geopend en toen bevonden hebben, dat er slechts zoo vele honderden aan geldswaardig papier in aanwezig waren als er duizenden behoorden te zijn. Daarover zou geschil ontstaan zijn hetwelk echter zou zijn bijgelegd, doordien, naar de meening van Louisa, op nieuw de volle waarde in het paket zou zijn gesloten geworden. Toen echter zou de generaal op dit paket geschreven hebben »Dit stuk behoort, bij overlijden, aan den generaal G." In dezen stand zouden de relatiën geweest zijn tus- schen den generaal cn Louisa, toen op den 29 Junij 1858 kort nadat hij ten haren huize geweest was de vermicelli-soep die op tafel kwam bij den eersten lepeldie daarvan genuttigd werd, zoo onsmakelijk zou zijn bevonden, dat Louisa en haar broeder Jan ze niet nuttigden. Van die soep, later aan den boom voor het huis uitgestort, moet gebruikt hebben de bond van den timmerman Naterop den Zwartenweg, welke hond daarna volgens getuigenis van zekere jufvrouw Borde wij k en van het kind van den timmerman Nater, zou zijn bezweken. In de maand September daaraanvolgende zou de gene raal Louisa een glas jenever geschonken hebben haar aansporende om het te drinken, zeggende »dat zal je goed doen." Louisa moet dadelijk daarna zeer ongesteld zijn geworden, waarop eene verlamming harer ledematen volgde, die nog op dit oogenblik aanhoudt, en destijds door den geneesheer als de gevolgen der rhumatische stoffen werd aangemerkt. Nadat de generaal eenige dagen vroeger aan Louisa een stuk leverworst zou hebben gebragt waarvan hij zelf een gedeelte nuttigde, bragt hij een gelijk stuk (van ongeveer l1/, a 2 palm lengte) op 4 Jan. jl. Louisa zou hem gevraagd hebben »Wilt gij er niet een stukje van proeven?" waarop de generaal zou hebben geant woord »Neen ik heb nog eenige nieuwjaars-visites gemaakten wat malaga gedronken dat zou mij hin deren." Zoodra was niet de generaal heen gegaan of Louisa's broeder, Jan, sneed een stuk van de worst af en at dat op. Onder het eten zou Jan echter opgemerkt hebben dat de worst een droogen en onaangenamen smaak had. Louisa zelve, die sedert hare ziekte weinig eetlust had proefde er naauwclijks van terwijl zij een gedeelte in schijfjes sneed en die in den azijn legde. Vier van deze schijfjes gaf zij aan haar loopmeisje die ze echter niet nuttigde, maar ze als versnapering meenam voor hare moeder de wed. van der Houncn die na het gebruik onmiddclijk ziek werd zoodat tot voor weinige dagen haar leven in gevaar was. Jan echter, die het grootste gedeelte had gebruikt, bezweek onder de vrcessclijkste smartenna 4 dagen lijdens op zaturdag den 8 Januarij. Ofschoon reeds gedurende het lijden van Jan het vermoeden van vergiftiging was ge rezen schijnt dat vermoeden het allereerst tot maat regelen van onderzoek geleid le hebben door de omstan digheid dat het loopmeisje van Louisa, men zegt iri tegenwoordigheid van den doctor en van dominé Zaal berg, die aan het sterfbed van den lijder geroepen was, binnentrad en al snikkende verhaalde, dat «haar moe der ook zoo naar was geworden, net als Jan, dadelijk nadat zij de schijfjes worst had gebruikt."' Hoe het zij, de policie werd behoorlijk onderrigt en deze stelde, nog bij het leven van den on gelukkigen Jan, niet lofwaar- digen ijver een naauwkeurig onderzoek in. Als van zelf werd de aandacht het eerst gevestigd op de vermoe delijke oorzaak der vergiftiging de worst, cn van daar op den gever, den generaal. Op raad van het openbaar gezag, deed Louisa een briefje schrijven aan den generaal, waarin hem werd medegedeeld, dat er ten haren huize iets bijzonders was voorgevallen, weshalve zij hem ver zocht dadelijk bij haar te komen. Dit briefje werd ge bragt eerst aan des generaals woning; toen men liet meisje, met de overbrenging belast, zeidc dat dc generaal niet te huis was doch dat men hem, indien de zaak haast had. ten half één ure in de Witte Sociëteit zou kunnen vinden, werd, op dit uur, het briefje aan die sociëteit afgegeven. De generaal kwam onmiddelijk, en stond toen plotseling, in hetzelfde vertrek waar de lijder lag, tegenover de policie. In verzekerde bewaring genomen, moet de generaal erkend hebben, dat hij leverworst bij den spekslager Kok had gekocht; ook dal hij in den zomer van 1858 zich rottckruid had aangeschaft bij den droogist in de Poten, tc 's IIage de wed. A. H. van Slappcrshoef waarvan hij toen een behoorlijk bewijs had afgegeven. Hoe evenwel het vergif in de worst zou zijn gekomen, moet liij aanvankelijk verklaard hebben niet te weten, daar hij den worst in den zak van zijn jas had ge stoken en het rottckruid steeds in zijn vestenzakje ver bleven was. De bewijzen van schuld schenen evenwel van lieverlede zoo overtuigend te worden, of de zwaarte der schuld hem zoodanig te overstelpen dat de generaal eindelijk, door den onvermoeiden ijver van justitie en policie in verwarring gebragt, tot bekentenis moet zijn gekomen. Hij zou toen erkend hebben de daad le heb ben verrigt. Nadat hij namelijk de leverworst had ge kocht zou hij daarmede naar huis gegaan zijn cn vreezende door zijne huisgenootcn verrast te worden naar dc beste kamer zijn gegaan en daar in de beide einden van de worst liet vergif gestopt hebben door het met den vinger er in te duwen. Toen Louisa voorts de twee paketten aan de justitie had overgelegd, en men den generaal vroeg of het pakket, waarop stond »dit stuk behoort, bij overlijden, aan den generaal G.," inhield de geldswaarde, «lie liet vol gens Louisa's verklaring moest bevatten, moet de generaal hebben geantwoord »Ocli, ik zou die paketten maar in den kagcliel smijten." Bij de opening zou het dan ook gebleken zijn dat het eeue pakket, hetwelk gecen seerd werd des generaals testament te omsluiten zou bestaan hebben uit eene verzameling lettres d'amour, door Louisa, vele jaren geleden, tot den generaal gerigt. Wij moeten hierbij voegen, dat de lijkschouwing van den overleden broeder van Louisa voldingend moet hebben bewezen dat de man ten gevolge van vergif tiging door rottekruid was bezweken. De maag o. a. moet als een stuk laken door de mot, door de werking van het gif, geheel zijn weggevreten geweest. Zie hier, naar wij vernemen, in de hoofdzaak de toc dragt der zaak. Er komen natuurlijk nog vele neven omstandigheden bij, die uit de instructie zijn geresulteerd, over de vergiftiging zelve echter geen nieuw licht ver spreiden en waarvan ook de feiten niet met zoodanige zekerheid zijn bekend geworden dat wij ze aan liet publiek durven mededeelen. Roosje le Breda, geven llians geheime liezoelen in de Keizerstraat. Een advokaatje te B. heeft een proces op stapel gezel voor f 10, doch de kansrekening staal niet voordcelig. Gekozen tot lid van den raad te Q. een koopman in bier. Nu, mannen met weinig versland worden door de jezuiten op 't kussen gebragt, die altijd kunnen knikken: ja! Te H. zegt men, dal, als een gierigaard soms eens mild is het zijne redenen heeft. Zoo schonk iemand een bewoner van een huis een half jaar huur kwijt en leende hem nog 200 franc, maar kookt ook de eijeren gaar als hij hem werk geeft huilen zijn huis. Te Hoofdplaat wordt er geklaagd over (ie duurte van het brood. Het brood wordt er nog even duur betaald als toen de tarwe f 10 per mud werd verkocht, zoo dat de winsten der hakkers niet gering moeten zijn. Aldaar heeft schoppen troef geweest tusschen twee zwagers, en zij speelden elkander op straat. «Ja, ik loop wel wat smerig over straat," zegt jufvrouw R. te Bos., «maar dat komt, omdat ik niemand uoodig heb, en bovendien ntijn fortuin is gemaakt, want ik heb een man; dat alles voor mij waard is." Krisje te B. moest geen geld meer gaan leenen in eenen winkel om hel in een anderen te besteden, want dan zal zij nergens crediet meer krijgen. Aldaar neemt het slagten van katten zeer toe, ten gevolge der duurte van het vlcesch. Een Lceuwinnetje le Biezeliuge, wordt verzocht wal fatsoenlijker in de kerk te zitten, cn ieder niet lastig te vallen met haar pepermunt-doosje. Tc Neuzen zingt men: Toen Mie buiten Neuzen, na kerkenstond, Om huiswaarts le keeren op weg zich bevond, Ontmoette zij. nog ook een jonker daarbij, Naar Zaamslag de schreden gerigt aan haar zij. Snel volgde een derde langs 'l kantje der baan, Met treurige blikken, wier blos was vergaan, «Ik, "sprak zij, «ben ook door dien valschaard verleid, «Daarom ijl ik voort, cn waarschuw de meid." Maar wat baat Toch goede raad. GEMENGDE BER1GTEN. De toerustingen tot oorlog blijft voortduren, en vooral in Oostemijk en Napels. Om den jongen prins van Pruissen te helpen doopen, zijn een aan tal vorsten uitgenoodigd, als ook de Keizer van Rusland. Er is weder sprake om den accijns op het geslagt af te schaffen, doch het zal hij spreken blijven, zoo wel als met de spoorwegen. Eene zwarte dame te Breda kan het laadje met kwartjes niet meer leeg maken van vader, cn zit nu in zak en assche. Een mostaardjongen van Rotterdam is te Breda geweest met zijne negotie, welke goederen in den hoekzak verloot zijn. Aldaar is Kris begonnen om zijn rok om le keeren, alleen voor de schuouc smokkelaarster. Sanneke met hare verbazende crinoline met het beruchte Op Maandag den 21 dezer, zullen de ingelanden van bovengenoemden Polder hij elkander komen om te beraadslagen over de al of niet aanneming van een nieuw Polder-Reglement van Zeeland. Wij hebben het ontwerp van dat Reglement naauwkeurig en aandachtig nagegaan, maar er komt onzes inziens zooveel in voor, dat tegen het belang van ingelanden strijdt dat wij hun met allen ernst aanraden daaraan limine goedkeuring niet te verleeneu. 1.° Is het verschrikkelijk kostelijk. Er moeten 25 boofd-ingelanden over het nieuwe waterschap en uit hen (5 dijkraden benoemd worden, dat zijn kostelijke personen, üijkbazen zullen al het werk niet meer aan kunnen en zal hier en daar nog wol een opzigler er hij moeten aangesteld worden. Er zullen kaarten plannen, registers, schrifturen aangelegd, verkiezingen en dikwijls herhaalde ver kiezingen moeten gedaan worden. Dal kost alles geld. En was men hiermede klaarmaar neen dan moeten cr in iederen Polder van het waterschap nog ingelanden met eenen voorzitter zijndie ook al hun salaris, hunne vergaderingen en prc- sentie-gelden hebben. En wij vragen waartoe zal dat alles dienen Waartoe'? Om een geest van centralisatie in het leven te roependie dit met alle andere wetten en besluiten van dien aard gemeen hebben dat tioe meer men zich schijnbaar beijver om le vereen voudigen en bezuinigenhoe meer men moet betalen. 2.° Daarenboven (en dit is eene zeer groole grief tegen hel Reglement) worden de ingelanden iu hunne regtcn grovelijk verkort. Te voren werden de ingelanden hij elkaar geroepen om over de belangen hunner eigene Polders te delibereren de rekening werd gedaan, de begrooting voorgc-

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1859 | | pagina 1