ZlERIKZËËSCHE NIEUWSBODE
No. 1175.
1 le Jaarg.
Donderdag, 7 Juni 1855.
Nieuwstijdingen.
Verscheidenheden.
MEN ABONNEERT ZICH;
lu Nederland, bij den Uilgever.
Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren,
hl Noord-Amerika, bij J. QUINTUS, le Sheboygan.
ABONNEMENTS-PRIJS i
VOOR BEIDE UITGAVEN
Voor 3 maandenjT 1,30.
Franco per post in Nederland- 1,30.
Voor Noord-Amerika, Franco New-York. Dollar - 1,10.
VERSCHIJNT
Op Diugsdag en Donderdag.
ADVERT ENTIEN
10 Cents voor eiken regel.
Zegelregl voor iedere plaatsing, 33 cents.
De inzending der Advertenliëu kan geschieden tot
Maandag en Woensdag, voorrniddags 10 ure.
BUREAU:
Zier ik zee Iloek van de Schuilhaven, Letter B, No. 94.
Brieven en ingezonden Stukken Franco.
Londen2 Junij. De sloomsluep Geyser is
gisteren met 8 prijsgemaakte schepen te Puitsmoutlt
aangekomen.
Admiraal Dundonald geeft heden in een open
schiijven le kennen, dit hij met het oog op En-
gelands belangen, zich tol nu toe onthouden heeft,
zijne vernielingsplannen openbaar te maken. Hij
waarschuwt onderlusschen de regering, welke zijne
plannen niet behoorlijk laat onderzoeken, voor bet
onvermijdelijke verval der Britsche zcemagt. »Elk
nienseh", zoo sclnijft de grijze admiraal, «houdt
elk mensch voor sterfelijk, behalve zich zeiven.
Zoo gaat het ook met de volkeren. Ik heb 33
Spaansche linieschepen onder zeil gezien, waarvan
7 driedekkers, alle prachtige, goed bemande sche
pen, en thans zijn de vloten, matrozen, koloniën
en het gewigt van Spanje vervlogen. Zekerlijk
vertrouwden de Spanjaarden toenmaals zoo sterk
op het eeuwigdurende hunner magt, dachten zoo
ongeloovig over de gevolgen van gebrek aan energie
on andere eigenschappen, als wij heden ten dage
schijnen te denken." Uit dezen brief is evenmin
als uit de vorige duidelijk, of de regering zijn
plan afwijst, omdat het haar oi.uitvoerbaar schijnt,
of omdat het te veel bloed zoude kosten. Lord
Dundonald beweert, dal men de garnizoenen van
Kroonstadt, enz. zoude kunnen laten aftrekken
aleer men tot het vernielingsweik overgaat, doch
dit is een ongerijmd denkbeeld. De Russen zullen
inimeis Kroonstad! niet in den steek laten op de
Idoote verzekering van Engeland, dat de vesting
ten ondergang gedoemd is.
Londen, 3 Junij. Alhier is eene dé, dolle ont
vangen van lord Raglan van gisteren, waarin ge-
nieldt wordl, dal een bombardement van Genitsch,
op de Westelijke kusl van de Zee van AzofT vol
komen gelukt is.
Eene déj èehe van sir Edmund Lyons, gedag-
teekend Kertch den 31sten Mei, meldt dienaangaande,
dat de Russen door de mariniers en de bemanning
der geallieerde eskaders uit Genitsch verjaagd zijn,
na alvorens de graanmagazijiien en de schepen, die
voor de approviandering van het Russische leger
dienden, vernield te hebben. De geallieerden hadden
slechts, een gekwetste.
Het gehcele verlies der Russen in de Zee van
AzolT bestaat uit 4 oorlogsstoombooten en 240
vaartuigen, die dienden om Sebastopul vari levens-
miJdeleu als anderzins te voorzien,
Zierikzee 6 Junij. Wij hebben voor ons een
exemplaar eener kaart in twee bladen, gelilho-
grafheërd op zwaar teekenpapier van het grootste
lormaat, voorstellende, de platte grond van St. Pe
tersburg, niet een aanbinding van hel vaarwater,
van en naar Kroonstadt.
Dit werk, is kort geleden, in Rusland gemaakt,
door onzen landgenoot, den oud-Controleur van
's Rijks kadaster in Zeeland, den Heer J. de Rosa;
en waarop primitief door Z. M. den Koning, Prinsen
van den bloede, het Ministerie, onderscheidene
Generaals, binnen en buiteulandsche handelshuizen
en een aantal nolablen is ingeteekend.
De Boekhandelaar S. Ochtman, Jz., te Zierikzee,
zal zich onledig houden met het debiet dezer kaarl,
voor de Provincie Zeeland tegen eene som van
f6, per exemplaar, met en benevens de explicatie
op dezelve, in de Fransche taal gesteld.
(zie Advertentie.)
Op een kortelings in de stad Hannover ge
houden verkooping van oudheden en rariteiten werden
onder anderen ook verkocht, de portefeuille van
keizer Napoleon I on een groote linnen zakdoek,
gemerkt met eene gekroonde N. Beide voorwerpen
afünmstig uit den, na den slag bij Waterloo door
de Pruissen buit gemaakten wagen van den keizer,
bragten aanzienlijke sommen op.
Uit Belgie hebben dit jaar reeds twee ver
zendingen van hooi naar de Kritn plaats gehad
de Nederlandsche landbouw wordl hierop opmerk
zaam gemaakt.
In 1834 zijn te Nevv-York aangekomen 313,747
landverhuizers (28,802 meer dan het vorige jaar).
De maand Mei liragt liet grootste maondelijksche
getal aan 60,079, Febr. het kleinste, 5601.
In particuliere brieven uit het Engelsche le
gerkamp voor Sebastopol van 19 Mei, door de
voornaamste Londensche dagbladen medegedeeld,
leest men onder anderen het volgende: «Het schijnt
dat wij in de eerstvolgende maanden geen droppel
water van boven te wachten hebben voor onze
putten en walerloopen; de vrees voor eene schaarsch-
lieiddie voor mensch en beest nog drukkender
is dan schaarschheid aan voedsel, schijnt meer en
meer gegrond, daar de zonnestralen het liooge
vlak, waarop wij gelegerd zijn, met eiken dag
feller blakeren. Men kan ligt nagaan boe veel
water noodig is voor een leger van 180,000 man
met zijn talloozen nasleep van zoetelaars, koop
lieden, Irekvee, enz.; en deze behoefte wordt te
grooler, naar mate de voorraad water door de
hitte vermindert.
«Wij kunnen ons nu een denkbeeld'vormen van
een zomer in de Ivrim. Gisteren, 18 Mei, was de
heetste dag dien wij nog gehad hebben, en hij heeft
ons de algemeene overtuiging aangebragl, dat de
hitte hier volstrekt onuitstaanbaar zal zijn, indien
zij van nu tot de hondsdagen nog gestadig sterker
wordt. Wij kunnen ons nu eenigermale voorstel
len, wat een zomervcldlugt in het binnenste der
Krim zijn zou, wanneer zulk een zonnegloed er
twee maanden lang de waterwellen opgedroogd,
de grasvlakten verschroeid, den bodem vaneenge-
splelen heeft.
Uit een huishoudboek v.in de abdij Heister-
bacil, bij het Zevengebergte, heeft men vóór eenige
jaren, de volgende prijzen opgeteekend, die voor
verschillende levensmiddelen, ten ja re 1454, door
de abdij betaald waren als voor een vette os
/3'/s, voor 25 schapen f8, vooreen vaikcn f 1,
voor 40 dozijn eijeren een kwart gullen, voor 13
pond boter een lulvcn gulden. Min moet hierbij
wel opmerken, dat genoemd jaar een hongerjaar
was, en de prijzen om de buitengewone duurte,
bijzonder vernield waren. Ook was er nog bijge
voegd, dat de abdij een bode, om ondersteuning
te vragen, naar Keulen gezonden had, en deze,
voor vertering en tweemaal overvaren van den
Rijn, drie penningen ontvangen had. Zie Lulofs
reis naar lijden-Baden, bl 83. 1 i de verhande
lingen van Teijlers tweede gen. st. 19, bl. 8 volg.
vindt men, onder anderen, de volgende voorbeelden
van geldschaarschle, die er ook vroeger in ons
vaderland geheerscht heeft. In het midden der
zestiende eeuw, kostte in Groningerland, eene goede
maaltijd, terwijl er bovendien voor een kan aller
best bier een halven stuiver moest betaald worden.
Schepenen van Amsterdam genoten, voor presen
tiegeld, niet meer dan drie stuivers, lu het jaar
1556 ontving de regering van Hoorn, voor com-
paritiegeld, eerst een halven stuiver, daarna een
braspenning. Bij de vergroeiing van laatstgenoemde
stad, werd aan eiken arbeider toegelegd een halven
stuiver daags. Aan een deurwaarder te Utrecht
werden in hel jaar 1538 uitbetaald zes gulden, ieder
jaar, en niets meer. Een vat Atnersfoorlsch bier,
en wel van het beste, kostte op het einde der
vijftiende eeuw, slechts twaalf stuivers. Volgens
eene Amsterdamsche keur van dienzelfden tijd,
naogt een roggebrood van twaalf pond niet meer
gelden dan één stuiver. In het midden der zes
tiende eeuw kocht men voor ééo stuiver twee-cn-
dertig eijeren, voor het maalloon van een zak kourn
gaf men een oortje.
gemeixgoe beiugten.
Naar men zegt, zullen de Lcidsche studenten
met de maskerade ook vertoonen: de vlugt van
prins Willem de Vijfde met een visschers-pink,
en de jeugdige Pi ins van Oranje aan 'l roer, ge
kleed in een visscherspak. De regering is Ihans
op den inval gekomen, om de kleine ambtenaren
opslag le geven, maar om de werkmenschen wordt
niet gedacht. Verzonden uil Lyon naar de
Krim, weer 80,000 paar schoenen. In Duitsch-
land wordt de landverhuizing zoo algemeen, dat
zelfs inenschen van 90 jaren hun geboortegrond
verlaten. Eeri kerkmeester te Q. zegtdat geld
de ziel van de negotie is, en hij zou er zijne
ziel voor verkoopen ook. De wagenmaker
Janssen aan de Boschpoort te Breda, bouwt een
nieuw huis voor Mejufvrouw Suits, en baronnen
zouden tot sieraad verstrekken voor zijne dochters.
De dochters van eene weduwe le Dordt,
móesten zich zoo groot niet uitlaten en vertoonen,
of zij moesten eerst de schulden betalen voor
haar broeder den kleermaker. Dit niet doende, zal
men er nader op terug komen. Te Axel heeft
met de Pinksteren een Sruijne Meeuw zoo schrik
kelijk boos geweest, om dat bij bang was, dat een
JVolf zeker mensch nog bijten zal. Kootje van
den drouger te Ellewoutsdijk, heeft met de Pink
steren aan den draai geweest met zijne heldere
huisvrouw. Ook heeft de weduwe uit de
Vriendschap te 's Heerenh >ek met de Pinksteren
zoo prettig geweest, dat zij nog jong schijnt te
worden op nieuw. Te Tholen wordt Necltje de
babbelaarster aangeraden, zoo veel niet meer te
babbelen, daar zij bedenken moest, dat het bijna
kermis is. Benoemd te Colijnsplaat, een ma
kelaar in menschen. Die bang zijn om een hlaauwe
scheen te loopen, vervoege zich maar bij hem.
Te Iierkwerve liep met Pinksteren:
De Briepsche Leen,
Een blaauwe scheen.
ffie tegenwoordige Oorlog.
De Grieksche historieschrijver Thucidides zegt,
hij de schildering van de rampen, waardoor de
Peloponesische Oorlog Oud-Griekenland schier aan
den rand des verderls hragt, «dat de Dorische (Pe
loponesische) oorlog kwam en met dezen hongersnoodI"
II lewel de tegenwoordige oorlog in Europa ons
Nederland wel nog niet derwijze leisterl als de
Peloponesische, weleer Oud-Gr iekenland, zoo is het
nogtans onbetwistbaar waar, dat die heillooze oor
logstoestand waarin Europa verkeert, ook hieraan
handel en industrie groote schade toebrengten dat
die staat van zaken, zoo deze nog langer moet
voortduren, vaor Nederland de schromelijkste ge
volgen zal hebben, daar alles wal stagnatie of
stremming in den algemcenen omloop, dat is in
liet vrije handelsverkeer, veroorzaakt, niet dan hoogst
narteelig op hel geheel moet terug werken.
Het brood is hier schreeuwend duur, omdat er
uit Rusland niet genoeg wordt aangevoerd, lerwijl
hel graan daar in de pakhuizen of schuren ligt
te bederven! Olie, kaarsen, zeep, alles is hoog in
prijs, alweder omdat er uit Rusland niels komen
kan. Wel wordt er uit Noord-Amerika aangevoerd
doch niet genoeg om de prijzen te doen dalen,
en zelfs al werd er genoeg aangevoerd, dan nog
maakt de vracht die artikelen duurder, dan wanneer
zij uil Rusland werden verzonden. Ook hel tirn-
mirhout is in prijs geslegen, omdat er geen toevoer
van Rigasche- en Nervabalken en masten is, zoodat
hot weinige, dat hier aanwezig is, slechls voor
zwaar geld en dan nog met moeile te krijgen is.
Wel is het waar, dat dit voor hen, die van al
de genoemde artikelen nog eenigermale voorzien
zijn, als voordeelig te achten is, doch de massa
hjdt schade, terwijl een enkel persoon zicli verrijkt.
Let men op den gang des oor logs, dan ziet men
al spoedig, dal er, de Hemel weet hoeveel lijd er
nog verloopen kan, voor en aleer Europa uit deze
valsche stelling kan geraken, want de Weener
Conferentie is, als alle Conferenliën, niet kokinje
of gutta percha te vergelijken: zij rekken tot in
liet oneindige; de eene hinderpaal stapelt zich op
j den anderen, en de oorlogvoerende parlijer. kwetsen
elkander, zonder dat een d.iodclijke wond een der
beide strijders builen gevecht stelt. Gaande weg
wordt de Rus sterker en meer bedreven in den
oorlog, zoodat hij zijne bespringers nog jaren lang
kan bezig houden, terwijl Frankrijk en Engeland
ziclr in manschappen en geld uitputten... en toch
voor niets! Gesteld al, zij dwongen den Rus tot
consessien, waarin hij niet bewilligen zal, dan nadat
bij alles op het spel gezet heeft, wat baal het
dan nog? Heeft men niet aan Frankrijk het voor
beeld, dat er sleehls een 15 ol 20 jaren noodig
zijn, oin al de geledene verliezen te herstellen?
Na verloop van eenige jaren verbreekt Rusland
toch de boeijen, waarmede men het tracht te
kluisteren, en begint even als Frankrijk van voren
af aan! Vroeger slechts gewoon tegen Asiatische
volks-slammen of legen den Turk le vechten levert
hem de tegenwoordige oorlng met twee Europesche
mogendheden een schat van ondervinding, dien hij
zich later ten unite zal maken, zoodra de kans
slechts verkeert. Rusland kent thans de sterkte van
Engeland en Frankrijk... maar het heeft tevens zijne
eigene magt loeren kennen! Ook de overige Staten
van Europa hebben beide partijen zien vechten en
maken natuurlijk eene vergelijking barer onder
linge sterkte
Wat, indien Oostenrijk en Pruissen, ziende, welk
een schat van hulpmiddelen Rusland bezil en hoe
manmoedig het de geduchlste inspanningen van
Frankrijk en Engeland met glans weerstaat, wat,
zeggen wij, indien juist door dien strijd de eer
er. het aanzien van Rusland eens in hun oog derwijze
verhoogd word, dat zij aan een bondgenoot-chap
met Rusland de voorkeur gaven hoven eene ver—
ceniging met Engeland en Frankrijk, wat zouden
dan beide laatste mogendheden hij dezen strijd ge
wonnen hebben? niets! En tocli is dit alles niet
slechts mogelijk maar zelfs waarschijnlijk, want
indien hel eene waarheid ware, dat men inderdaad
van Rusland eene inbreuk op het Europcesche staten-
stelsel te duchten had. zou het dari wel denkelijk
zijn dal Pruisen en Oostenrijk zich geheel onver
schillig buiten don strijd zouden bonden?! Dit is
niet duidelijk. Neen! Pmiscn zoowel als Oostenrijk,
ja zelfs al de overige staten van Europa, zouden
zich als één man legen deze Moscovilische indrin-
golijkheid of pogingen tol rnagtsvergrooting verzetten.
En loclr ziet men O istenrijk zich uilpullen en af
matten in het verzinnen van middelen om den vrede
te herstellen; toch ziet men Pi llissen ongeneigd- om
zich tegen Rusland te verklaren! Is dit niet genoeg,
om le bewijzen, dar zij de zienswijze, de staat
kunde van Engeland en Frankrijk niet doelen, niet
goedkeuren? Sprekender bewijs is er wel niet noodig.
Koeren wij na deze uitwijding lot onze', dal is
tol Neerlands belangen, terug.
To winnen heeft Neèrland bij dezen oorlog niels:
te verliezen veel. De handelaar durft niets be
ginnen en houdt zijne kapilalen liev er t' huis, in
afwichting der dingen die gebeuren kunnen. Dit
stremt natuurlijk den handel en al de bronnen van
welvaart, die daaruit vo .rtvloeijen, waardoor, zoo
er niet door eene krachtige bemiddeling een einde
aangemaakt wordl, zoo al geen volslagen hongersnood
dan toch zeer dure tijden voor ons ophanden zijn.
Eene andere ramp dreigt ons welligt ook nog
gezamentlijk met geheel Europa: de Cholera I 11
Of is hel z .o geheel ongegrond te veronderstellen
dal, bij het naderende warme weder, de in de Krim
aanwezige smelst. ITui, door gebrek en het niet
zorgvuldig begraven van zooveel rollende lijken
ontstaan, aan de gevreesde Cholera ruimschoots
voedsel zal gegeven worden, zoodat deze door de
veelvuldige aanraking met personen, die van dat
groote kerkhof met de dood in den boezem naar
hunne betrekkingen terug keeren, over geheel Europa
verbreid zal worden orn ook hier lallooze offers
ten grave te slepen?!
Ziedaar wal ons die heillooze oorlog ook nog
berokkenen kan!
Maastricht, Mei 1855.
Mijnheer de Redacteur I
Hoe onaangenaam treft de gedachte aan een