lie. Jaarg, Nieuwstijdingen. izing. MEK ABONNEERT 2ICH Ia Nederland, brj den Uitgever. Bij alle Boekhandelaren eri Postdirecteuren. In Noord-Amerika, bij 3. QUINTUS, te Sheboygan. ABONNEHEENTS-PRS JS t VOOR BEIDE UITGAVEN Voor 3 maanden. f J.30. Franco per post in Ncderlaud. 1,50. Voor Noord-Amerika. Franco New-Yorlc, Doilai 7,10. VERSCHIJNT Op Maandag en Donderdag, ADVERT EN TIEN 10 Gent voor eiken regel. Zegelrcgt voor iedere plaatsing 35 cent». De inzending der Adv^rteuliën kan geschieden tot Maandag en Woensdag, voormiddag 10 ure. BUREAU: Zieiikzee, Hoek van dc Schuilhaven, Lelt. B, No. 94. Brieven en ingezonden Stukken Franco. van den Parijs, 1G Maart. Men verzekert yan eene geloofwaardige zijde, dat de Heer Guizot in een gesprek met den Keizer, zich volgenderwijs heeft uitgelaten nopens het vraagstuk van vrede of oorlog: »Kort geleden waren er in Europa twee mannen, die den vrede der wereld in de plooijen van hunnen mantel hadden; thans is er nog slechts één." Men heeft de Fransche officieren in de Krim laten zweren, dat zij in hunne bijzondere brieven niets, betreflende de bewegingen der armée voor Sebastopol, zullen zeggen. se JUds 'BI l »U0°J| "",.51 U8A ïail iep OA J3z;aq j |aq uea iruss )BAaq A |aq UGA q 'uopjOAV 'qoo| pi3t[ IU33^ ap ^Soo; jaiu E'JBSsj 9 au e Krim. ude Boerin lijmerenden it hebben DE LOOZli, Maastricht, 16 Maart. Bij arrest van het provinciaal geregtsliof van gisteren, zijn drie inwoners van Venlo, veroordeeld tot vijf jaren tuchthuisstraf, wegens feitelijk vergrijp tegen de goede zeden en verregaande baldadigheid op een vrouwspersoon aldaar gepleegd, en aanst. Donderdag zal het hof kennis moeten nemen van eene beschuldiging van de misdaad van verkrachting, welke aan een in woner van Beesel wordt ten laste gelegd. IDricI bij Arnhem 14. Maart. In dagen als dere, mag menschen liefde, die geheel belangeloos zijnen in doodsgevaar verkeerenden evenmerisch te hulp snelt, en voor deszelfs redding geen gevaar ontziet, ja, zich zeiven en het zijne geheel vergeet, wel hare eer ontvangen. Deze overtuiging dringt ons gewag te maken van een even moedig als edel be drijf, alhier verrigt bij den jongsten watersnood. In de Arnli. Cour. werd reeds berigt gegeven van het geduchte gevaar, hetwelk onzen Doorwerth- schen veerman bedreigde en van zijne heugelijke redding, minder echter van de omstandigheden waaronder, en de personen door wie, die redding werd beproefd en volbragt. Reeds in het vroege middaguur, toen de van alle zijden, door doodsgevaar omringde veerman, ge durig van uit zijne meer dan half vernielde woning op het dak van zijn ingestort achterhuis verscheen, en met opgestoken handen en angstig geroep om hulp seinde, wekte de Wel-Ed. Heer A. Cremcr op alle wijzen, zelfs, gelijk men zegt, door aan bieding van geld, de daartoe geschikten op, om het jammerlijk bedreigde gezin met zijn vaartuig af te halon. Vergeefs; de talrijke schare der aan schouwen staarde met kloppende harten en van schrik als verstijfde handen, den steeds wassenden nood, en ieder oogenbiik dreigende ondergang des huisgezins aan; en de ervarendste en moedigste boots lieden verklaarden alle nadering tot de noodlijdenden onmogelijk, wegens de menigte der uit de rivier en van de uiterwaarden tegen elkander opkruijende zware ijsschotsen, en alle poging tot redding werd tot gelegener ure uitgesteld. Nu verscheen uit het naburige dorp Heteren, de rijks-ontvanger, de Heer G. van der Teen; aan stonds verklaarde bij luid, dat liet onuitwischbare schande zoude zijn, indien men die dorpsgenooten zonder poging tot redding liet omkomen. Zelf bood hij zich het eerst aan otn met een eenigzins ge schikt vaartuig door het ijs te boren, zoo slechts de volstrekt noodige mannen hem wilden volgen. Bij gebrek aan eene ijsschuit werd weldra een vaartuig gehaald, te water gebragt, maar geheel ongeschikt bevonden. Daardoor niet afgeschrikt, stelde dezelfde Heer van der Teen weldra een ander, wij zouden bijna leggen, wanhopig redmiddel voor, om namelijk, met enkele planken over de losse ijsschotsen gelegd, gedurig achter zich opgenomen en dan weder voor zich uitgebragt, eene brug te maken van den dijk ;ot het circa 600 Ned. ellen verwijderde veerhuis. Drie moedige mannen vond hij tot medewerking iereid, J. D. Hendriks, H. v. Balen, en H. v. Elfereo, en de spoedig gereede maar vreeselijke brug weid ;elegd en betreden, de gevaarlijke overtogt begonnen. Heeds was men bijna halverwege gevorderd, toen de iri angstige spanning verkeerende toeschouwers met schrik het ijs weder in beweging zagen komen, en het geroep: «redt u, redt u I" van alle zijden tot de moedige mannen uitging. Maar hoe terug? Terwijl de toeschouwende schare zich het hart als vasthield en het oog bijna afwendde, geschiedde schielijk, maar bedaard, de onvermijdelijk geworden, maar nu dubbei gevaarlijke terugtogt over de be wegelijke noodbrug. Gode zij dank', onder taüooze gevaton mogten die onverschrokken redders den veiligen dijk weder hereiken. En nu? in plaats van door zulken vergoefschen arbeid en vreeselijke gevaren afgeschrikt te zijn, drong de Heer v. d. Teen er weder op aan, om de vroeger gestaakte poging met de voorhanden zijnde schuit andermaal te wagen, en hoewel de nacht bijna daar was, werd de overtogt bij maanlicht blijmoedig begonnen, ernstig doorgezet en gelukkig voleindigd. Spoedig was liet huisgezin ingenomen, en weldra behouden aan den wal gezet. Geen gejuich ontving de verloren geachte dorps genooten en hunne redders, maar stille ontroering, sprakelooze en eerbiedige vreugde. Veel gevoelde de lot schreijens bewogene en verheugde schare, meerder de bleeke geredden, maar gewis de beste vreugde gevoelden de moedige, met zulk eene uit komst bekroonde redders. ®oes 19 Maart. Hedeo vertokken uit ons eiland, naar wij vernemen, 109 personen (laudverhuizeisj met bagage naar Rotterdam, ten einde de door hen besprokene plaatsen op bet naar New-York zeilree liggend schip van dhr fineslerg en Co. in te nemen, aanstaanden Vrijdag, vernemen wij, zullen deze nog door een 71 lal gevolgd worden, geëngageerd door liet kantoor van dhr V'ateni'in Lorenz Meijer. Eierikzcc20 Maart. De heden alhier ge-^ houden algemeene collecte, ten behoeve der over stroomden, heeft opgebragt f954,11. J Bij de vreesselijke rampen, waarmede onze landgenooten in Gelderland en Noord-Braband be zocht worden, terwijl wij hier rustig en veilig als in Abramsschoot zitten, is het voor ieder, die eenig menschelijk gevoel beziteen slreelend genot, de pogingen te zien welke allerwege worden aan gewend, om, zoo veel doenlijk is, het hatde lot onzer zoo zwaar geteisterde natuurgenooten te ver zachten. Als om strijd zendt men uit alle oorden van ons land, die voor dit onheil bespaard bleven, tallooze bijdragen tot leniging van den nood van zoo vele honderde verarmde huisgezinnen. Die ruim met middelen bedeeld is, tast met onbekrompen hand in zijne beurs; die niet op geld, maar daar entegen op genie kan roemen, maakt dit tot liet zelfde edele doel cijnsbaar. De opbrengst van het voortbrengsel van zijn geest stort hij blijmoedig bij de overige liefdegiften, kortom, het oude Nederland handhaaft zijnen ouden roem; het moge in luister verminderen, als altoos toont hel, dat liefde lot den Mensch daar haren troon behoudt. Onder de velerlei lettervruchten, tot dit edele doel bestemd, hebben wij een dichtstukje gezien, dat eerstdaags in den handel zal verschijnen, ten titel dragende: De fVatersnooi waarvan de gansche opbrengst ten behoeve der noodlijdenden bij de bevoegde autoriteit zal worden beschikbaar gesteld. Als proeve ligten wij hier en daar eenige regels uit het geheel Maar meer r.og, velen lieten 't leven. De stortvloed dwong zijn cflers af! De vrouw zag haren echtvriend sneven, De moeder, door haar kroost omgeven, Vindt in den wateikolk haar graf! Zij werpt haar laatsten blik naar hoven, Beveelt aan God haar jeugdig kroost, Dat, op een ijsschots voortgeschoven, Zich van haar moeder zag bcrooven. Die weezen vragen hulp cn troost!.... Ginds dobbert op do woeste gulven De vader van een huisgezin Dra heeft een stortvloed hem bedolven.... Hij smeekt.... vergeefs de waterwolven, 1 Als razend slokt hun muil Item in Geknield, de armen opgeheven, Dankt een gezin voor hun behoud. Het leven is hun slechts gebleven, Hun have en goed zijn weggedreven. 't Is op uw bijstand dat men bouwt!.... Daar papier, druk, advertenticn en andere werk zaamheden geheel gratis geschieden, zoo kan zoo iets nog al een aardig sommetje opbrengen, wan neer een ieder zich beijvert, het zich voor den geringen prijs van slechts 25 cents aan te schaffen, waartoe wij bij deze alle welderikenden ten drin gendste aansporen. GBH'EKGDIS BERIGTEN. Groot zijn de liefdegaven, die thans in Neder land worden gegeven om de rampen te herstellen, die een groot deel van Nederland heeft getroffen; doch in Frankrijk en Engeland waren de beurzen heter open voor kosten voor den oorlog. Tc 's Hertogenbosch is men druk bezig met het op- visschen van huisraad. Te Barneveld zijn meer, dan 1000 vlugtelingen aangekomen. Te Ommen en omstreken, huisvesten bijna 700 personen in kerken en scholen. Te Culenborg moeten on geveer 2000 noodlijdenden van alles voorzien wor den. Op de Friesche kust is een hoop takken aangespoeld, waarin 500 doode ration verborgen waren. De nieuwe Engelsche Admiraal maakt het nog erger ais Napier gedaan heeft; die zegt, dat Sebastopol en Kroonsladt in éénen dag ver overd moeten worden. Te Parijs begint dc stem ming meer oorlogzuchtig te worden, nu de ver klaring des nieuwen Czaars aldaar bekend is ge worden. Acht Turkschc regimenten ruiters zijn in de pon gehakt door de Bussen in de Krim, terwijl er over de vrede gehandeld wordt te Weenen. In België waren er op 1 Maart 111970 be delaars bekend; en in Nederland is het getal niet te tellen. De Keizerin van Frankrijk oefend zich in de gymnastie, om goed le kunnen springen in de Krim, als er geloopen moet worden. De kosten voor den oorlog bedragen thans twee derde der staatsinkomsten in Engeland, en een tweede Diogenes loopt op hot midden van den dag in de Krim zoeken, naar een gezond En- gelschman, en kan er maar geen vinden. Een heer te Hellevoet heeft voor den armen ingeteekend voor ;50, maar nu het op betalen aankomt, is hij niet 'thuis; het is dus gemakkelijker vijftig gulden te schrijven dan te tellen. Vertrokken uit de Annapolder naar Eijerland, een Kievit, om te gaan nestelen en te brocijen. Vermist aldaar, een kussen in de kerk. Te Middelburg ver- meenen de commiezen een spook gezien te hebben op het bolwerk, en 'twas een paardenknecht van achter den houttuin, en nu zijn de boomkwekers er ook mede gemoeid, e- Verkocht to W. een winkel, aan een kooper zonder geld Nu kwam men den kooper roepen, Om te komen in de zaal, Waar hij, met beschaamde kaken, Deed het volgende verhaal Dat bij had geen veertig centen Noch veel minder voor een koop, Van een grooten ki.uinicrswinkel Dus te niet was weer die hoop! »Maak mij hier terstond van binnen, Groote schreeuwer, die gij zijt," Werd hem op zijn brood gegevco, Als een leering voor altijd; Toen werd hij weèr opgeroepen, En voor minder geld verkocht; Dus, gij jongens, van dit dorpje. Gij wordt vriendelijk verzocht, Als gij op een koop wil bieden, Om wal beter stijf te staan, Als dat kleine bakkers-knechtje, Anders zal 't u óók zoo gaan. Onk te Ziiid-Béijeriand heeft iemand een huis gekocht, zonder om de schijven te denken, en zoekt die nu bij Janna. Eene mevrouw, vroeger maar jufvrouw te Dordt, zet hare rneideo de deur uit, om dat zij het eten niet af kunnen leeren, ofschoon die mevrouw zelf zeer goed weet wat schraal en weinig clen zeggen wil, terwijl zij nog weigert de verdiende huurpenningen te betalen. Is dat niet edelmoedig, en dat van eene Dordtsche me vrouw? De onder-voorzanger te S. wordt aan-] geraden, de keel van den koster niet meer ter hulp! te vragen om hooge noten in de kerk uit tel schreeuwen; een koster, moet koster blijven, cn een» voorzanger, zanger. Een smids-kncclrt aldaar! loopt ook gevaar om met onbepaald verlof naar! den Hoek gezonden te worden, door le veel jagt maken op den Gouden Leeuw. Maatje to Goes pronkt nog met het goud van S., dat spoedig in koper veranderen zal, als de vink niet reeds ge vlogen is. Een konijnen-boer maakt thans jagt op menschen die naar Amerika willen vertrekken, doch als hij zijne maag goed bij hen gevuld heeft, ziet hij naar de sukkels niet meer ooi. En vraagt gij Waar woont die vent? Wel bij Rerresse, of daar omtrent. Overal, waar bet handelsbelang het medebrengt, de stroom der landverhuizers tot zich le trekken, worden wettelijke verordeningen gemaakt, die de doortrekkende vreemdelingen tegen misleiding en knevelarij waarborgen. Alleen Nederland blijft, ten dien aanzien, onder de uitzonderingen behooren. Hier wordt te vergeefs naar regel cn orde in dit voor den bloei varr den handel, zoo gewigtig on derwerp uitgezien, en hoezeer onk aangespoord schijnt de regering zich daarover niet te bekomme ren. Toen het ministerie Thorbccko aftrad, was een wets-ontwerp op de landverhuizing bij de Tweede Kamer aanhangig. Keurt het tegenwoordige ministerie dit af waarom biedt het geen beter aan Draagt het zijne goedkeuring weg waarom brengt het, liet dan niet weder ter tafel? Het is toch onmogelijk, dat het ministerie kan wcnschen, dat de Nedorlandsche havens hoe langer zoo meer bij do landverhuizers in een kwaden reuk komen en den doortogt door Nederland door hen geschuwd wordt. Wij willen er niet eens op wijzen dat menschenliefde en beschaving het vorderendat eene regering niet lijdelijk toezie, dat arme, on- noozele vreemdelingen, binnen haar gebied, straffe loos worden misleid en gekneveld; maar wij spreken alleen van ons belangen dit eischt inderdaad gebiedend, dat wij de voordeelen niet versmaden, die de doortogt en het vervoer der landverhuizers, zoowel direct als indirect, aanbrengen. De Arne- rikaansche handel staat daarmede in het naauwste verband, en de aanvoeren uit Amerika zouden hier tc lande zeker veel menig»uldiger zijn, als de re gering niet reeds zoo lang de wettelijke regeling der landveihuizing had veronachtzaamd. Eene wet, zelfs eene goede wet, op dit onderwerp te maken, is toch werkelijk zulk een reuzenwerk niet. Wil men het wets-ontwerp van Thorbecke volstrekt niet, welnu, men heeft voorbeelden genoeg van wettelijke verordeningen in de zeehavens, waarin men de meest welwillende zorg voor de landver huizers draagt, die men volgen kan. Elders keDt men beter zijn belang. De senaat zal de veror deningen, welke daar reeds beslaan, herzien. Bui tendien zal de commissie die daarmede belast is, een bureau oprigten, waar de landverhuizers in lichtingen kunnen erlangen; zij zal de geschillen in der minne trachten bij te leggen, welke lusschen de emigranten, de renders en herbergiers mogten ontstaan, en onophoudelijk toczigt uitoefenen op de wijze van vervoer. Van dit alles is hier le lande niets te vinden. Vallen de landverhuizers in de handen van slechte lieden en hoevclen zijn er niet die op hen azen dan zijn zij niet le red denzij worden onvermijdelijk hunne siagloffers. Hot is inderdaad onvergeeflijk dat dit in een be schaafd land wordt geduld. De lijd is reeds lang gekomen, waarop hieraan een einde moest worden

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1855 | | pagina 1