r:
Me. 707
Honderdag51 October 1850,
7e. Jaar
koop
Nieuwstijdingen
liet langer,
utvanger,
j nheer
ik wéér
napt:
hoen gelapt!"
;en.
een commies
tig maakt, en'
hij zich waardig
minste indien
nde hij zoude
maken. Zie hier
aarwiens kind1
i dit oogenblik
izen. En niet-
dvvong hij niet
r den molen te
loorsnuifelde het
isje meel te xul-
ht. op en onder f,
iet varkenshok,
lij vinden. Dat Ir
proces-verhul
dat een jongen
had gelegd, er'H
len tijdens deS
(ZIËSCHE
BSE13J ABONNEERT ZICH
fa Nederland, brj den Uitgever
Bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren.
Li Noord-Amorika, bij J. QUINTUS, te Albany,
en bij C. de RFGT, te Cleveland Staat Ohio.
ABOWNEBEENTS-PRIJS
voor beide uitgaven.
Voor 3 maanden
Franco per post in Nederland
Voor Noord-Amerika. Franco New-York.
f t ,30.
- 1,50.
Dollars 1,10.
VERSCHIJNT
On Maandag en Donderdag,
ADVERTENTIES
10 Cent voor eiken regel.
Zegelregt voor iedere plaatsing 35 cents.
De inzending der Advertent ien kan geschieden lot
Maandag en Woensdag, voormiddag 11 ure.
BUREAU:
ZieiikceeHoek van de Schuilhaven, Lelie B, No. 81.
Brieven en Ingezonden stukkeu franco.
bezuiniging
IS SEffiKMiASSSCBIES MS.
;aat, dan is het
immiezen levend
lil ons vorig n.° toonden wij aandat
de begroeiing der jaarlijksche staatsuitgaven,
die volgens de in" 1848 van regeringswege
gegevene beloften, vooreerst steeds op een
Spaarzamer' voet zouden worden gebragt,
zoodanig als die begrooting nuvoor het
- Raar 1851, aan de Tweede Kamer der Stalen -
ioedig van m' Generaal is ingediend, eene som van ruim
.AATINGge- twee Ion gouds meer bedraagt dan voor
j S50 werd toegestaan, terwijl bet verschil
V.
)met de begrooting voor 1849 meer dan nog
■ééns zoo groot is.
Wij zullen hier thans eens zien op te geven
wat tot die hooger opgevoerde uitgaven,
jzoo geheel in strijd met vroeger gegeven
verzekeringen ..aanleiding geeft en water de
oorzaak van is.
Bene parljj j)e aanleiding daarvan nu vinden wij zeer
n, Blanken, ■natuurlijk in de bereidwilligheid waarmede
's Lands vertegenwoordigers, ook die, welke
■thans, ten gevolge van het directe geldkie-
zerslelsel, in de Kamers zitting nemen, steeds
de van regeringswege gevraagd wordende
gelden toestaanzonder zich er te zeer om
te bekreunen, dat die uitgaven veel te hoog
zijn vooreen landje als het onze, en zonder
er, zoo 't schijnt, bijzonder veel naar te
vragen, of de uitgemergelde burgers .op den
duur de contributien, door zulke hoogop-
gevoerde uitgaven noodzakelijk gemaakt
zullen kunnen belalen. Die bereidwilligheid,
en de zucht, doorgaans elk ministerie eigen
om de handen, wat de finaniiën aanbelangt,
ruim te hebbengeven, naar onze wijze
van zien, der regering de stoutheid, om,
tegen alle verpligtingeu inherhaaldelijk een
verhoogd cijfer van staatsuitgaven Aan de
goedkeuring del
ging le onderwerpen.
DISHOECK
ijlcs-)Vaters laat,
dub LEK is
ijnen principaal,
i0des voormii-
aat te Zierikx,
e Jonge vai
van zijn [irina
ig cn plaats,
e publiek pre
6 ellen E
J-, WEUL.M
n de gemeente
;rve en Duico»
iWbekman, i
ESS., bijna 2'ft
IT onder Nood
nationale Vertegenwoorcli-
i genezen door tl
uit eencü britj
ienliik landbouw)]
ml den 31 Mil'"]
Mij tl hper!op een
de door het gebrui]
in de dij, waaraal
houdc ik b''t vo(
gewone uitwerk.'
maken, die ik"
b onder vonden, e'
neesmiddelen sleed,
n behalve liet voor
geven dat ik
onder het
de weldadige uf
Idolen.
J. S. Mundy.
de PRIJZEN van
le
r,7a ƒ1130 ƒ23,,,
,15 - 15,90 - 23,-
een lIOEf
N DEK WEEU|\
VAN P. is LOOZ®
De oorzaak van het telkens veihoogen des
budgets vinden wij in het gebrek aan een
vasten, bepaalden wilook bij het ministe
rie Thorbecke, om radicaal te hervormen,
vereenvoudigen en bezuinigen, in 't gebrek
aan een billijk, goed gevormd stelsel om
daar te besparen, waar inderdaad te be
sparen valt. Wat wij tot nog toe van dien
aard zagen geschieden was meestal bespot
telijk te noemen. Betrekkingenonder
anderenvan weinige honderden guldens
per jaar, werden opgeheven, en terzelfder
tijd nieuwe posten geschapen, die den be
gunstigden titularis eenige duizende guldens
's jaarlijks renderen. Consequentie, stelsel
matigheid, van een waarachtig homogeen
en fermiteil bezittend ministerie te ver
wachten zagen wij te dezen aanzien nergens.
Wat de eene hand bezuinigde, dat verkwistte
de andere dubbel. Zoo het schijntdoor
eene onverklaarbare vrees bevangen, durfde
het ministerie de handen niet uitstrekken
naar de grootste zuigers uit de schatkist,
t Waren de hoogste hoornen niet, welke
gesnoeid werden hier en daar werden slechts
nietige plantjesdie weinig sappen
lot zich trokken, mededoogenloos met den
voet vertreden. Daarbij kwam dal ook de
tegenwoordige ministers, even als bijna al
hunne voorgangers, bijzondere gunstelingen
hadden, die, onder een vorig Bewind vcr-
stooleu de tegenwoordige magt hunner be
schermers iu aanspraak namen (iqen vergeve
't Germanisme), om een plaatsje aan den
grooten nationalen trog te hekomen. In één
woordvan al die bezuinigingen en vereen
voudigingen zoodanig als de geduldige natie
die verwachtte, dat is stelselmatig cn radicaal,
is nog niets gekomen. De vermindering van
het cijfer van sommige hoofdstukken is
waarlijk te bespottelijk nietig, oin ze be
zuiniging te, kunnen noemen. Lu zoude
men haast niet geneigd zijn te veronder
stellen dat de regeling een bitteren scherts
drijft met het goede Nederlandsche volk,
als ze de vermindering van ruim 50 duizend
gulden op het hoofdstuk Oorlog als eene
belangrijke besparing doet voorkomen?Die
som tocli bedraagt nog niet eens het twee
honderdste gedeelte van 't geen het depar
tement van Oorlog en onze zoo goed als voor
de helft nuttelooze armee met ap— en de
pendentiën het rijk jaarlijks kosten!
Kn ziedaar in het kort, maar zakelijk en
naar waarheidde aanleiding en oorzaak
opgegeven van de verschrikkelijk hooge
staatsuitgaven, die de Nederlandsche belas
tingschuldigen te bestrijden hebben. Mogen
de liedendie de natie heeten te vertegen
woordigen, en wier pligt het is hare belangen
ter harte te nemen, van de gegrondheid
dezer opmerkingen doordrongen zijn, en
eindelijk de overtuiging hebben bekomen,
dat er, zoo als het nn gaat, ook van de
tegenwoordige ministers weinig of geen ver
eenvoudiging en bezuiniging te verwachten
is. Mogen zij beseftendat op hen de
verpligling rust, de regering te noodzaken,
een beter spoor le bewandelen opdat niet
alleen 's Lands financiën in geen ongunstigen
toestand verkeerenmaar ook ópdat er
eerlang tot eene gedeeltelijke verdelging van
ouzen enormen schuldenlast, cn tot eene
vermindering van de schreeuwend drukkend
en den burger geheel en al uitmergelende
contributien kunne worden overgegaan!
Dut is onze harlenwensch. Maar of die
vervuld zal worden betwijfelen wij zeer.
Zoo lang wij in 's Lands raadzaal afgevaar
digden zien van het geld, veeleer dan van
het volkzoo lang voorspellen wij ons niet
bijzonder veel goeds van 't gene daar in
het wezenlijk belang van het volk zal worden
uilgerigt.
Processen tegen «Sc erfgenamen -van
wijlen koning Willem SE.
Wijlen Willem 11 schonk bij rijn leven aan on
derscheiden personen maandelijksche of dric-maan-
delijksehe-wachtgelden toelagen of pensioenen, die,
gedurende zijne regering, vrij geregeld werden uit
betaald. Die gelden werden aan sommigen toegestaan
voor den tijd van hun levenaan anderen voor
een bepaald getal jaren. Eenige der alzoo gebetii-
ficeerde personen bekwamen die toelagen uit aan
merking der diensten, die ze óf het vaderland, óf
Willem li meer in 't bijzonder, bewezenanderen
erlangden die toelagen omdat zij, in het oog van
den ruilden vorst althans, te veel talent of genie
bezatendan dat ze verdienden in kommer en
ellende te moeten wegkwijnenweer anderen om
particuliere geheimen des konings, waarmede toeval
of list, een zamenloop van omstandigheden of fijne
sluwheid hen bekend bad gemaakt, te verzwijgen;
nog anderen, omdat ze onschuldig in de gevangenis
waren geworpen gewordenwaar een eeuwig vloek
waardig monsterproces ben, politieke schrijvers,
langer dan een jaarbij dieven en moordenaars
hield opgesloten; en eindelijk nog anderenomdat
ze zich tot eene verfoeilijke ondeugd hadden ga
leend waarvan wij iu de Oude Geschiedenis zoo
veel gewag vinden gemaaktdoch die latercn zelfs
voor honderd jaren nog dikwerf met den brandsta
pel werd gestraft.
Wij zouden van al zulke personen voorbeelden
kunnen opnoemende tijd echter is nog niet
daar, om den sluijer te verscheuren die het in
tieme leven van den overleden koning; die zijne
roemwaardigeedele karaktertrekken zoowel als
zijne-schrikkelijke gruwelen en geheime wandaden
bedekt houdt.
Toen koning Willem II te Tilburg den laatsten
adem uitblies, hielden eensklaps al die wachtgelden
en pensioenen waren ze dan ook voor levenslang
of vcor nog ettelijke jaren toegestaanop, uitbe
taald te worden. Hoe menigeen daardoor in onge
legenheid geraakte; welke rampen en ellende dit
in eenige huishoudingen die alléén van die gelden
leefden, te weeg bragt, laat zich gemakkelijker
beseffen dan beschrijven. Er waren er onder de
gebenificeerden van wijlen Willem II die, op zijn
verzoek, en om hem, zooals hij zich plagt uit te
drukken pleizier te doen, huil voormalig bestaan
en hun maatschappelijk standpunt hadden vaarwel
gezegd, ten einde zich geheel te kunnen wijden
aan de belangen, die de koning goedvond hen nu
en dan op te dragen. Er waren er onder die hun
naam, hun invloed, hunne betrekkingen opofferden
aan de begeerte des Vorstenen om hem ge
noegen te doenhet vaderland niet een vreemden
bodem verruilden.
Bij welk Nederlander zoude men zeggen moes
ten de bedenkingen en overwegingen van zulke
daadzaken niet gewigtig zijn geweest
Maar bij Oranje-Nassau erfgenaam van den ont
slapen koning, scheen dat alles niets te beteekenen.
Te vergeefsch werden brieven op brieven aan Wil
lem IIIaan prins Frederik en Hendrikaan de
koningin-moeder cn aan prinses Sophia geschri-
venvoor zoo ver wij weten is er niet één- enkele
derzelve beantwoord. Op den kreet der wanhoop
en vertwijfeling van hendie zich op het konink
lijk woord van Willem II en op zijne stelligste
beloften hadden gebaseerd er, zich steeds in hun
stoffelijk bestaan veilig waanden op die kreet
volgde een somber, een hardnekkig stilzwijgen van
den kant der erfgenamen des overleden mon'archs.
Wij willen hier in geenen deele ontkennen, dat
Willem II ook aan onderscheiden onwaardigen blij
ken zijner mildheid gaf; doch, welk mededeelzaam
monsch welk grootmoedig en schatrijk koning doet,
zulks, onwillekeurig, niet? En al was dat ook
zóómoesten dan nog de erfgenamen de eigen
kinderen de telgen van Willem II zulks niet heb
ben over het hoofd gezien cn het lot hun eersten,
tot hun heiligsten pligt hebben gerekend, de ko
ninklijke beloften en verbindtenissen na te komen
van hem, die Oranje-Nassau zoo gaarne den held
van Quatre-Bras noemt? En buitendien, was het
edel, was het regtvaardig, was het menschclijk
zelfs om hier der, goede het met den kwade te
doen ontgelden?
Er werd wel eens beweerd, dat eenige, in 't ver
borgen schuilende raadslieden der kroon, den thans
regerenden vorst tot het inhouden dier wachtgelden
en pensioenen aanspoorden, in de hoop en in de
verwachting, dat de gevaarlijkste der gebenificeer-
den dat zij, die met de meeste geheimen van
Willem II bekend, en iri staat waren de pen te
voeren dan door die plotselijko inhouding der
geldenwaarvan ze gewoon waren te leventer
neer geslagen en verplet, bun moed, 'hun ziels
kracht verliezen en hun iiocfd bij dat ongeval ne-
derleggen zouden, als wanneer er niets van hen,
wier werk-ader men daarenboven rekende gespron
gen te zijn, meer te vreezen viel. En bij dnt
beweren wordt eene andere verzekering gevoegd
eene verzekering, die, indien zewaaraan wij voor
ons niet in 't allerminst kunnen twijfelen, waarheid
bevat, geen gunstig denkbeeld van die in 't duister
Werkende orgeltrappers van 't palcis in het Haagsche
Noord-einde kunnen doen opvatten. Zij is deze
Toen de vroeger door Willem II gebeniGcioerdo
schrijvers, die meestal te 's Hage connectiën e:i
vrienden hadden achtergelaten, daar ter plaatse
terugkeerden om in hun oogenblikkelijken noodde
welwillende hulp hunner hekenden in le roepen,
toen waren die morele sluipmoordenaars volijverig
om een iegelijk, door het verspreiden van allerlei
soort van laagharlige leugens en lasteringentegen
hen in te nemen, die, zeker niet door hunne
schuld op 't onverwachts van de geldelijke inkom
Sten, hun dooreen koning toegelegd, waren ver
stoken geworden. Handen vol gouds werden e
besteed om die uilbraakselen ingang en geloof t
doen vinden, 't Scheen of die snoode raadslieden
de vroeger door Willem II beloonde ofschadelou;
gestelde schrijvers en andere, den koning dienst
bewezen hebbende personen, wilden dwingen om,
van alle hulp ontblooteen toevlugt te zoeken in
de koloniën van weldadigheidof, wat voor een
man meer waarschijnlijker was, om zich in wan
hoop en razernij voor den kop te schieten.
Gelukkigerwijze, van dat alles gebeurde niets.
Wél hebben ze geledende slagtoffers van goed
vertrouwen op 't koninklijk woord van Willem 1L
wèl is die .smart, die angst getreden in de huizen
van de schrijvers, dichters en anderedier lieden
die hen bij dat willekeurig inhouden der ban ver
zekerde pensioenen noodwendigerwijz.e treffen moest,
maar geen enkele bezweek er onder; 't grootste
gedeelte hunner- zelfs konde doen blijkendat bet.
ook na zoo veel teleurstelling cn laagheidnog
onafhankelijk, nog vrij, nog in staat was op den-
zelfden. en op een misschien grooteren voet te leven,
dan vroeger het geval was.
Neen! de ellendelingen, de Machiavellistische sto
kers en toonaangevers in de Hoflmuding eens derden
Willems hebben, tot nog toe, geen eere van liuri
werk; zij hebben er, tot nog toe, geene vruchten
van ingcoogst.
En dat zalwat althans lieden betreft, die niet
onder de lubriek Petrus Jansen kunnen worden
gerangschiktnooit gebeuren. Wij hebben er d>'
innerlijke convictie vat).
In 't eerstvolgend n.° zullen wij na dit als
inleiding van de processen tegen de erfgenamen
van wijlen koning Willem II te hebben gegeven
in 't bijzonder spreken over de zaak van don heer
B. Leon die den 18 dezer voor het eerst voor
den IIoogen Uaad der Nederlanden heeft gediend.
JFraw&tiilL
Parijs 9 23 October. Dezer dagen is oen der
aanzienlijkste geneesheeren van Parijs, de heer de
Guise, de vader, eene droevige ramp overkomen,
daar hij zijn besten vriend onwillens om hot leven
heeft gebragt. Voor ecnigen tijd werd dc heer de
Guise bij een oud vriend den rijken fabrijkant, den
heer Labbé, geroepenwelke klaagde over pijn in
den onderbuiken hem een middel hiertegen verzocht,
char hij eonigen lijd opzijn builen wilde doorbren
gen. Het is niets zegt de heer Guise, zes droppels
laudanum en binnen een uur zal de pijn verdwenen
zijn. De ongelukkige zegt zes droppelen maar schrijft
bij vergissing op zijn recept zes grammen. Zijn
Het schijnt of cr tegen Petrus of Peter Jansen
(!c;v;r dagen eene soort van Steek brief is uitge
schreven.