No. 640. 6e. Jfaarg'. Aan het Volk. Nieuwstijdingen. FRANKRIJK. Verscheidenheden. Het schip Holland zinkt. ZIË8IKZEESCHE NIEUWSBODE MEN ABONNEERT ZICH In Nederland, brj den Uilgever brj alle Boekhandelaren en Postdirecteuren. In Noord-Amerika, bij J. QUINTUS, le Albany, en bij C. de 11 EGT, »e Cleveland Staat Ohio. ABONNEMENTS-PRIJS voor beide uitgaven. Voor 3 maandenf 1 ,30. Franco per post in Nedeiland- 1,30. Voor Noord-Amerika. Franco New-York. Dollars 1,10, VERSCHIJNT Op Maandag en Donderdag, ADVERTENTIEN: 10 Cent voor eiken regel. Zc^elregt voor iedere plaatsing 33 cents. De inzending der Advertentien kan geschieden tot Maandag en Woensdag, voormiddag 11 ure. Toute erreur a sa logiquelogiquo funesteinexorable Het volk heeft zijne bijzondere manier, om de krant te lezen; aardigheden, grappen bevallen het meest; dit is een groot ongeluk, en een der redenen, dat er zoo weinig gebeurtdat alles den tragen slakkengang blijft gaan. De staatkundige gezigtspur.ten kunnen de dagbladschrijvers beoor- deelen; het volk paait zich met eenige magtspreuken en ongerijmdheid. Het is jammer en aller aandacht waardig. Waarvoor wordt er dan zooveel geschreven? Ik schrijf thans aan het volk over een dagblad, dat tot titel voert: nflet VolkHet is van belang het Volk te kennen, wil het in deszeifs waarde gekend wordenmet liet dagblad dat voor het volk geschreven Wordt, is dit niet minder het geval. Het Volk zal toch wel mcenenhet belang des volks voor te staan. Iels anders te denken te bedoelen zou dwaasheid wezen. Het Volk mag nim mer tegen de ware belangen des volks schrijven; deed het zulks, zoo zoude het gaarne elke teregt- wijzing moeten aannemen, wilde het voortgaan zijne roeping te vervullen. Het Volk mag dus geene billijke aanmerkingen van zich stootenhet moet zich gaarne belerenindien het aanspraak maakt, op verbetering van aller lot. Ik waag het dus, in dien geest, zonder ruwe kritiekaan het weekblad: Het Volk" een paar woorden te rigten, opdat het volk zelf oordeele. Ik bedoel de motto's waarmede dat volksblad prijkt. Laten wij ze dus ns in oogenschouw netnen ten dienste des volks en ten nutte der dagbladen en dagbladschrijvers. 1. Er staat (zien.0 9) «Vrijheid, Gelijkheid, Vaderland." Waarom geen BroederschapOf is het vaderland niet slechts een klein deel geworden van het groote vaderland, de wereld? Immers nllet Volk" zegt zelfs (zie 3de kolom) ndat de volkeren zeker eenmaal hunne meerdere stoffelijke en zede lijke magt zullen gevoelen en zich ondei ling zul len verbroederenzal bij die Broederschap, de be- krompene vaderlandsliefde van het Volk niet ver dwijnen? Wel zeker, zal het volk antwoorden! Waarom Behoudt dan het dagblad, het Volkdat onbeduidende woord nog tot leuze? 2... Er staat: «Afschaffing van zes-en-der tig vnilliocn renten, door den arbeid opgebragt." Wie zal dat niet wenschenindien het mogelijk is. nHct Volkopenc derhalve zijne kolommen, om die mogelijkheid te betogenten einde het volk een bloedgeld terug te geven waarvoor het ar beidt om het degenen in weelde te zien verteren, die er niet voor werken. Gaarne zal ik het mijne aan dat betoog toebrengenen alle dagbladschrij vers moeten dit doen. 3. Er staat: «Vermindering van belasting." Ver mindering is niet genoegde belastingen moeten in eene andere verhouding geheven worden, en meer ten laste komen van degenen, die bezitten. Zij .moeten geheven worden van de Inkomsten. k. Er staat: «Vermeerdering van loon." Uit een staathuishoudkundig oogpunt beschouwd is dit valschy want alle tijden hebben bewezendat het loon verminderde, naar mate de lasten en de le vensmiddelen daalden. En dit wil het volk tocli ook! 5. Er staat: «Gelijkheid voor allen." Niemand zal in redelijken zin de wenschelijkheid daarvan betwisten indien men binnen de palen der na tuurlijke Ongelijkheid en dor maatschappelijke Af hankelijkheid blijftzonder welke er geen ware Gelijkheid mogelijk is. Het Volk moet dit onder werp ook bespreken, want het is een punt, dat aanleiding geeft tot groot misverstand bij het volk. 6. Er staat: «Algemeene Verkiezingen." Hoe eer hoe liever! dan eerst zullen de reddende man nen uit het volk opstaan, die beter zullen door tasten, dan onze grijze staatslieden, welke in de Begerings/funst eene ondervinding van hun gchcele leven maakten en toch niets anders tot resultaten hunner levenslange bemoeijingen, achterlieten dan tijdens den avond van hun nietig leven1. een armuitgemergeld volk. 2. Devolutiondie nog het laatste glimpje van Geluk verwoestten; en eindelijk na hunnen dood3, Niets clan eenige ellendige stukjes metaalordelintjes genaamd, die eertijds hunne borst versierden. 7. Er staat: «Wat is de arbeider? Niets. Wat moet hij wezen? Alles. Wat is de kapitalist? Alles. Wat moet hij wezen Niets." Dit is te ongerijmd en bezijden de waarheid om er thans meer van te zeggen; indien Het Volk het goed keurt, kom ik gaarne op dit gewigtige punt terug. Ik houd zoowel als Het Volk, veel van het volk, maar ik wil geen ongerijmdheden opdisschen. 8. Er staat nog: Verdeeling der posten." Nu, geschiedt dit onder de bekwaamsten en welgezind- sten dan zal dit gevoelen van Het Volk door alle volkeren gevolgd wordenLeve de Bekwaamheid! Leve Het Volk I Cosmophilus II. Parijs, 7 Maart. Een zonderling geruclit is sedert eenige dagen in omloop gebragt. De pogin gen, om eene vereeniging der Orleanisten en Le gitimisten tot stand te brengen, mislukt zijnde, door de halslarrigheid van Lodewijk Philips, trachten nu eenige hoofden der Oileanistische partij de terugroeping te bewerken van den Orleanschen tak der Bourbons door middel eener vereeniging met de Bonapartisten. De graaf van Parijs zou tot Koning worden verklaard en Lodewijk Bonaparte, gedurende zijne minderjarigheid, met het regent schap worden bekleed. Amsterdam, 9 Maart. Extract uit een' brief, gedagteekend Jeruzalem, 31 Januarij 1850, geschre ven door iemand, behoorende tot het gevolg van H. K. H. Mevrouw de Prinses Marianne der Ne derlanden: Den 7den December 1S49 zette ik voet aan wal in eeri ander werelddeel; den Europe— sclien grond bad ik verlaten; op den Afrikaan— scheri stond ik. Den 12deri Dec. vertrokken wij van Alexandrie, den volgenden dag kwamen wij te Cairo aan; in Alexandrie en Cairo maakten wij allen uitstapjes per ezel; van Jaffa of Joppe echter tot Jeruzalem en de gansche verdere reis in Miil- den-Azie, moeten wij te paard reizen. In Cairo's omstreken hebben wij die trotsclie gedenkteekenen der oudheid, de pyramiden beklommen, en bezoch ten de plaats aan den Nijloever, waar men voor geeft dat Mozes door Pharo's dochter gevonden is. Bij de pyramiden, de Sphynx en de Catacomben der aloude Egyptenaars hebben wij afgodsbeeldjes opgedaan, lil Oud-Cairo wees men ons een zeer ouden boom aan, waarvan de legende zegt, <l<at Maria met het kind Jezus en haar man Jozef, al hier, op hunne vlugt in Egypte, zoude gerust heb ben alsmede eene kerk, waarin men de Maria's kapel vindt, bewerende men, dat de Maagd zich in deze grot voor hare vervolgers verborgen zoude hebben. Rotterdam, 9 Maart. Uit den door het pro vinciaal bestuur van Noord-Holland opgemaakt,en staat van de landverhuizingen uit die provincie in 1849, blijkt, dat 140 personen als landver huizers zijn vertrokken, waaronder 44 hoofden van huisgezinnen of vrijgezellen, 23 vrouwen en 73 kinderen; 128 begaven zich naar Noord-Ameiika, 10 vertrokken met eene onbepaalde bestem ming, één reisde naar do Kaap de Goede Hoop, waar hij als onderwijzer was geplaatst, terwijl één onze O. I. Bezittingen -tot nieuw vei blijf had gekozen. De vermoedelijke reden van het vertiek der meesten was gebrek aan weik, teruggang van zaken of armoede. Enkelen verlieten liet vader land wegens godsdienstige redenen of familie betrekkingen. GEMEj\GUE ItEIUGTEiV'. Thorbecke heeft een hoop knollen rondgezonden vande Uliuco-plantten einde de teelt daarvan bier te lande te beproeven. Waar blijven de staatkundige citroenen zoo lang. De laatst overleden Dominé van Ooltgensnlaat had aldaar bijna 28 jaren geslaan en ongeveer G jaar gezeten. De lir. Kochussen wil volstrekt niet langer Gouverneui-Generaal van Ned. Indie blijven; hij beeft reeds geld genoeg verdiend De Engel- schen noemen Prins Albertde echtgenoot hunner Koningin, the king in the night (de Koning inden nacht ij Er zijn oók bij ons wel meer zulke nacht koningen te vinden, die bij dag bitter weinig te vertellen hebben. Een onder-baas van de Groote weg bezit thans de plaats van den Ambachts-heer in de kerk te Nieuvvenhoorn. Och! de gekken zijn overal op hun plaats! De Hullandscho Vlag le Middelburg, waait in geen erg zuivere lucht; bij allerwege aangeplakte biljetten is het publiek er voor gewaarschuwd. Men kan er geld en gezondheid verliezen. Gevonden te Biervliet, een pot Spaan- sche Pistolen en Piasters. De al te eerlijke arbei ders zijn oogenblikkelijk naar hunnen baas ge- loopen om hem het gevondene ter hand te stellen, en zijn afgescheept met een zak Rogge en Dertien Mutsaards. Edelmoedige Boer kondt gij het van uw hart verkrijgen om zóó maar in eens eer» stalt Rogge weg le geven Maar neen onnoozele arbeiders, zeggen wij liever, die zich zoo lieten behandelenzij zullen het niet geweten hebben dat van de schat in uwen akker verborgen één derde gedeelte aan den vinder toekomt.*) Ook in een stadje, dat een uur van Biervliet verwij derd is, schijnt er een put ontdekt te zijn, waarin zich de gemetamorphoseerde dubbeltjes van Anno 1830, 31 ,32 enz. bevinden. Niemand durft denzelven echter naderen, omdat zich in de nabij heid een Dolphijn met zijn Jong ophoudt. Behalve Limburg, telde bet Koningrijk der Nederl. op 19 November II. 2,859,746 inwoners. In den loop dezer maand zullen eenige officieren van gezondheid der 2de klassetot de 1ste klasse worden toegelaten. Met de nalatenschap van wijlen Zijne Koninklijke Majesteit Willem II is het thans zóó gunstig gesteld dat alle schuld vorderingen tot den laatsten cent zuilen betaald worden. De gewone audiëntie van Zijne Esc. den Minister van Justitie is acht dagen uitgesteld. Zijne Majesteit onzen gieerbiedigden Koning heeft op nieuw weder bevonden dat de grena diers en jagers geoefende suldaten zijn. lu den Haag zal weder een dozijn nieuwe agenten van policte worden aangesteld, om het baldadig onte vreden volk aan hunnen pligt te herinneren. Ook het afschaffen van den sterken drank brengt vele verbetering aan het noodlijdende mcnschdom aan. De benoemde Wethouders der stad Am sterdam de heeren Jonkh. Mr. J. van lddekinge en Jonkh. Mr. J. Berg van Dassen Muilkerk, heb ben in handen des Burgemeesters den gewonen eed reeds afgelegd. In Noorwegen zijn reeds ganzeneijeren gevonden, dat als een vooiteeken van een vruchtbaar jaar wordt aangezien, Te Deventer hebben de muzijknnten der dragonders een concert gegeven ten voordcclc der algemeene armen, dat ruim opgebragt heeft de somma van f 200,00.Ook le Zierikzee belooft liet te geven concert reeds op te l.rengen ongeveer f 700,00. Door dat in de wekelijksclie collecte per week meer gecollecteerd wordt, ontvangen de bedeelden in 'talgemeen 20 ct. meerder dan in de eerste week van die nuttige inrigting. De tubulaire brug Volgens bet allergrootsteI onvergelijkelijkeI een, gel correspondentrijliealtoos welonderrigte1 fameuze en miraculeuze Zondagsblad van den door- luchligen. overlre/felijkcn, onvergelijkelijken kwak zalver Bouilewijn, heeft dit voorval te Breskens plaats gegrepen; hoe jammer voor den Kwast, dat iiij zoo deerlijk naast de plank is. BUREAU: Zicrik-j.ecHoot van de SchnitliaveiiLelt. B, No. 94. Brieven en Ingezonden stukken franco. voor spoortreinen over de straat Menaitusschen Noord-Wallis en het eiland Anglesey, is den oden dezer plegtig geopend geworden. Te Brussel zal eene nieuwe Gereformeerde kerk. worden gebouwd. Dominé Maasman heeft een orgel ingewijd te Vollenhoven. Prinses Marianne heeft f 1000 over gemaakt voor de ondergespoelden. Icli weis nichtwas soils bedcutcn Das iel: so trnuricli bin Fin Matchen aus alten Zeilen Das kpuUNit mir nicht aus dein Siun. Nog altijd herinner ik. mij eene plaat, die ik als kind in handen kreeg en die eenen indruk op mij maakte, die later nooit is uitgewischt. Hij stelde eene episode voor van (of liever na) den slag van Doggersbarik: het zinken van het schip Holland. Het schip Holland had zich in den strijd dapper gekweten en zijnen naam met eere gehand haafd. Na den slag bemerkte men, dat het in zin kenden toestand was; het had zoo vele grond schoten bekomen, dat het met de ijverigste inspan ningen, niet meer boven water te houden was. Men was genoodzaakt het schip te ontruimen; de gekwetsten die men vervoeren kon, werden medegenomen, eenige zwaar gewonden moest men aan hun lot overlaten. Hét was dien dag broei- jend heet geweest; tegen den nacht kwam een zwaar onweder opzetten en te twee ure, toen het onweder op zijn hevigst was, zonk het schip Hol land in de diepte. Dit oogenblik had de teckenaar voor zijne schets gekozen. Of liet opzet was of toeval, dewijl het onderwerp onder de bewerking van de teekening hem zoozeer aangreep, dan wel of het eenvoudig het spel eener opgewekte verbeelding was, maai er lag over het geheele tafereel iets onbeschrijfelijk treffends en weemoedigs. De zee is voorgesteld kalm, maar het is de kalmte van onderdrukte beroering de zee zwoegt onder den druk eener loodzware hroeijende lucht. Op den achtergrond ziet men het onweér woeden; men ziet het schip zinken, terwijl de laatste boot het verlaat. Het schip is voorgesteld, nog ten halven bourn water, maar toch reeds zooverre gedaald, dat alle redding onmogelijk is. Langzaam en statig gaat liet zijnen onvermij- delijken ondergang te gernoet, de aan darden ge - schotene zeilen en doorboorde, slap neilerhangende vlag, toonen, dat het met eere te gronde gaat. Achter op den spiegel verheft zich de Hollandsche leeuw nog juist boven de golven. Onder de plaat staan de eenvoudige woorden: Het schip Holland zinkt. Een zinkond schip hooft, vooral voor ons Hol landers, altijd iets treffends. Wij verliezen ons nog zoo gaarne in de droomerijen van vroegere dagen, toen de Hollanders de meest geliefkoosde zonen der zee waren. Wij vleijen ons nog zoo gaarne met do gedachte, dat het ras der ruciiiel adriaak's niet uitgestorven is onder ons. Een oud schip, dat zijne vlag met eere geboerd heeft, ten laatste, in den nacht na eenen boeten strijd, on- verwonnen en met roem bedekt, onder zijne lag, te gronde te zien gaan, is tuffend, maar niet stuitend. Wat kon liet oude schip beter wenschen, dan eenen eervollen dood, na eenen eervolleu strijd? dan te vergaan met de vlag, onder welke het zoo dik wei f gezegevierd had "f is a consummation devoutly to be ivish'd. Maar er Jag iets meer onheilspellends in dat ta fereel. Die schels, en dat ondeischrift: Hel schip Holland zinkt, waren als eene sombere profetie. Ondanks zichzelven kon mc.i niet nalaten, in het oude zinkende schip liet beeld te zien van dat eens zoo krachtig gemeenebest, welks naam en wapen het voerde, en men vermogt liet bijgeloovig denk beeld niet te weren, dat het eenzaam en verlaten

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1850 | | pagina 1