BOEKVEMOOPING No. WAT TE DOEM? Oranje boven m&mzompm'Mm STOBzaiii:. Paling vangerij. Correspondentie. ook iiiet krijgen. Men besloot dus Thorbecke te vragen, maar tegelijk alles te doen, wat hem belemmeren kon in liet vormen van een ministerie. in plaats dat men de Koning regtstreeks dien last laat opdragenwordt die last door lusschen- komst van twee makelaars zonder crediet aange- lioden. Hier achter lag blijkbaar een-dubbel doel. Vooreerst, gaf men liet den schijn, alsof de Ko ning persoonlijk niets met Thorbecke ingenomen was en mankte daardoor menigeen huiverig, om zich aan Thorbecke te verbinden. Wie toch willen gaarne in een ministerie treden, waartegen een vermoeden bestaat.dat het 's Kmiings opregto me dewerking zal missen? Het tweede, meer onder geschikte doel was', dat, wanneer de ministers els door Donker Curlius en Ligthenvcldt zouden worden aangesteld zij door de inpopulariteit van deze zouden lijden. Misschien had inen reeds dadelijk nog een ander doel, misschien heeft men later eerst die sclmone manoeuvre gepracliseerd die den heer Thorbecke moest doen terugtrekken. De lieeren Thorbecke en Ntdermeijer van Roscn- 1hal hebben volgons de Rotterdammer Courant, begrepen, dat zij over het oiiheusctie, onaangename van den vorm waaronder hun het daarstellen van een ministerie was opgedragen moesten heenstap pen. Welligt dat zij te weinig vertrouwen hekben gehad op het gezond verstand derNalieen gevreesd, dat ecne weigering, om op die wijze den last op zicii te nemen, aan een gevoel van onvermogen, om iets tot stand te brengen, zou worden toege schreven. En gewis, het is wel niet twijfelach tig, of zekere partij zou getracht hebbener dien schijn aan te geven. Zij namen dus den last op zicli en waren weldra in staat, een zeker perso neel den Koning voor te dragen. Men zou dus tneeiien dat de crisis ten einde was en de Koningindien er bij hem geene be denking van gewigtigen aard tegen een der voor gedragen personen bestond, het nieuwe ministerie zou benoemenmaar neen I Tot algemeene ver wondering hoorde men, dat de Koning een pro gramma had gevraagd, en de nieuwe Kotterdamsche Courant licht ons nader in, dat men de aanstaande ministers een ondervraging over verschillende on derdeden van hunne departementen gevraagd heeft. in een No. van de vorige week zeiden wij reeds niet te begrijpen waartoe een programma aan den Koning zou moeten dienen. Welke zienswijze toch de heeren Thorbecke en Nedermeijer in het staat kundige leiden, is uit hun publiek leven en van den eersten in het bijzonder, uit zijne geschriften hij ieder bekend. Wat zouhun programma anders kunnen behelzen dan diezelfde overtuiging die zij jaren lang bij iedere gelegenheid hadden ver kondigd Doch men vordert zelfs geen programma, maar beproefd eene ondervraging over détails, even onmogelijk te beantwoorden als vernederend voor hen aan wien men ze rigteene ondervraging die daarheen zou leiden, dat de nieuwe ministers reeds vooraf aan banden werden gelegd cn verhin derd werden tot heil des lands vrijelijk hunne jnzigten te doen gelden. Gloeijende van verontwaardiging over eene Cama rilla die langs zulke wegen den Koning belem mert, een ministerie te benoemen, dat aan den wensch der Natie en hare vertegenwoordigers zou beantwoorden, zoude wij geene woorden te. hard vinden om deze handelingen te qualificeren. De intrigue zal echter den aanleggers niet baten want na deze handeling vooral wordt elk ander ministerieeen ministerie zonder Thorbecke eene onmogelijkheid-. Welke andere ministers men ook zoude willen voordragenzij zullen den schijn hebben van hunne benoeming aan eene verachte- ijke Camarilla hebben te danken cn niemand die leenige achting voor zichzelven heeft, zal alzoo de plaats van een minister wel innemen. Het wordt tijd, dat de Tweede Kamar zamen- kome cn door ecne krachtige manifestatie een einde make aan het schandelijk geknoei en den Koning de oogen opene voor het gevaar, waaraan zij, die zich meester hebben gemaakt van zijn oor, liet Vaderland blootstellen. W.d. U. Onze tegenwoordige inwendige staatkundige ge steldheid wekt tot ernstig nadenken, ja, tut be zorgdheid. Het is een verschijnselvoorbeeldeloos in de parlementaire geschiedenis van eenig land die toestand van genoegzame regeringloosheid ■weken lang achtereen. Dat die onbegrijpelijke ver traging allernoodlottlgsto gevolgen heeft en hebben moet wie zal het betwijfelen of verwonderen? Er is zooveelen zooveel gewigtigs en dringend poodzakelijks te doen en niets wordt er gedaan, of kangedurende dezen onzekeren toestand, gedaan worden. De gevolgen kunnen niet uilblijven. De hand tusschen volk en regering wordt meer en meer losgemaakt; honderde belangen worden ge kwetst; menigvuldige gebreken blijven onhersteld, en vreten in; eene onzekerheid omtrent de toe passing van wettenmet de beginselen der onuit gevoerde nieuwe grondwet in strijd, vestigt zich meer en meer; ondermijnt het gezag der wet en der regtspraaken leidt moeren meer tot willekeur of straffeloosheid. Wij willen ons niet verdiepen in een onderzoek naar de oorzaken van dien onverklaarbare» toe stand; zij schijnen van verschillenden aard te zijn; maar transactie- cn reactie-geest, kleingeestige ijverzucht, en persoonlijk belang en hartstogt schijnt daarbij niet te miskennen. 't ls echter ijdcl daarover klagtcn aan té h ■ffeu inaar een einde moet er aan komenhet is meer dan tijd. Het komt er slechts op aan de middelen te vinden om, langs wettigen weg. het doel ie bereiken. Daartoe behoort de natie zich de zqak aan te trekken, door zich bij eerbiedige-adressen te wen den tot den Koning e.t tot de Tweede Kamer. Van den Koning moet de zaak ditgaan. Zijn praerogatief is het ministers te benoemen tiaar zijn welgevallen. Hem behoort de natie tins nederig te verzoeken dot het hem behagen moge een einde aan de crisis te makendoor de benoeming van één enkel geschikt man, in den geest der natie, en dien belast mét de taak om een ministerie zanten te stelb-n. Wij willen liefst geen namen noemen; wij mogen dan zoo arm zijn als men wil aan gesehikte personenéén enkel zal er toclt nog wel te vinden zijn, waarmede men kunne aannemen dat de natie symphatiseert. Zulk een tnan moet men dc handen volkomen vrij laten om zich te omringen met mannen in zijnen geest, met wien een waarlijk homogeen ministerie mogelijk zij. Maar ook van do kamer moet die wensch uit gaan. Zij moet gebruik maken van baar regt om een eerbiedig adres tot hetzelfde einde den koning aait te bieden. In haar adres van antwoord op de troonrede beeft zij reeds in algemeene bewoordin gen haren wensch den koning te kennen te geven; dat geeft haar gepaste aanleiding om thans, na al het gebeurde of liever, niet gebeurde, daarop terug te komen en bovengemeldmeer bepaald, verzoek aan den koning te doen. Maar de natie zelve behoort haar bij dezen ge wigtigen stap ter zijde te staan. Dit zal den zedelijken indruk van dien maatregel verhoogen enin de gevolgeneen steun zijn voor koning en ministerie. Daarom moeten de ingezetenen zich niet enkel wenden tot den koning, maar ook tot de kamer; opdat deze, zich beroepende op den, aldus ge bleken aandrang der natie zelve, van Z. M. verkrijge de zoo geivenschte heilzame uitoefening van liet koninklijk praerogatief. Wij twijfeleu niet, of die maatregel zal vruchten dragen; want, een krachtdadig tusschen beiden treden des koniiigs is alleen bij magte den onzeg- baren staat van zaken te doen ophouden. T. W, Treden wij het sombere slot Loevenstein binnen, gij aanschouwt er, ais gevangenen, Boogerbeels de grootste Staatsman en den geleerden Hugo de Groot. Zij zijn onschuldig en Prins Maurits kan hen de vrijheid wedergeven; bloedverwanten, vrienden en bekendenuit de voornaamste des lands, hebben om hunne vrijheid gebeden maar Prins Maurits heeft die niet gewild. Oranje bovenl Maar al rookte dan ouk het schavot van blo^ 1 toch mogt het Maurits niet gelukken met hetzelve de herinnering aan van Oldenbarncveld uit te wis— schen. Altijd, waar. hij ging 0f stond, zag hij dat grijze. ;eci waardige hoofd, tutdat de dood een einde maakte aan /iju leven, en hij stierf, door niemand beweend, dan misschien door zijne bas taards, Welken liij schatten naliet. Komaan nul Maurits behoorde immers ook tot In t vergode en onmisbare huis van Oranje? voor hein dan de hoeden afgenomen gejubeld en ge juicht: Oranje bovenl maar waar? aan het strand van Nieiiwpourt? in tien kerker van de Groot? of onder het schavot van van Oidenbarneveld Hgdta. IVille'n 1 loot 7. ij tl vermogen besteed en zelfs schulden gemaakt om legen 'Spanje le stlijderl en Mau- fits liet 7.ijoe bastaards schallen nn. Oranje heeft altijd geloond, dal bet do knust vcrsluild geld ie verzamelen. Ruim drie jaren later lag voor dien Maurits eene vrouw geknield, wier kleeding en voorkomen haren hoogen rang deden kennen. Die vrouw was bejaard, maar zij zag er ouder uit dan zij was; want de hevigste smart verteerde haar en hare dagen vlodeit vreugdeloos voortaltijd denkende aan hemdien zij zoo bemind haden wiens uiteinde zoo verschrikkelijk was geweest; want die vrouw, die daar geknield lag aan de voeten van den Prins, die niet waard was, dat men voor hem knielde, was de weduwe vau Joan van Oi denbarneveld. Hare beide zonen hadden den dood huns vaders willen wreken op hemin wien zij de oorzaak van dien doud meenden te zienen misschien niet ten onregte. Eenigen dien den Prins haatten, en hun getal was niet gering, hadden zich met de beide broeders vereenigddoch de aanslag was ontdekt geworden. De jongste der beide broeders, Willem van OidenbarneveldHeer van Stoutenburg, ontkwan door de vlugt; maar Reinier, Heer van Groenevëld werd gevangen genomen en ter dood veroordeeld; en nu lag die weduwe voor Prins Maurits geknield om genade voor haren zoon te smeeken. Zonder met het leed der vrouw bewo gen te worden-zonder zich getroffen te gevoelen door dc tranendie uit hare van droefheid bijna blind geschreide oogen te voorschijn drongen, vroeg hijkoelkoud en onmededoogend als hij. was: «Mevrouw! gij vraagt vergiffenis voor uwen zoon -en deedt zulks niet voor uwen echtgenoot." Maar edel was het antwoord, dat die moeder gaf, toen zij zeide: «Mijn echtgenoot was onschuldig, en voor hem kon ik dus geene genade smeeken!" Hoe groot was in dien oogenblik die vrouw, hoe nietig cn klein die Maurits van Oranje. Weinige, dagen later dronk hetzelfde schavot, dat het bloed des vaders gedronken had ook dat des zoons. Oranje bovenl Vroeger werd er, gedurende eene reeks van jaren, door de Ingelanden der poldeis, die hunne uit watering in den SteenbergSchen Vliet' hebben, bitter geklaagd omdat liet kostelijk Sas niet meer aan zijne bestemming beantwoordde en de lande rijen jaarlijks al meer en. meer sciiade begonnen te lijden van het overtollige water. Men zocht met belangstelling naar de oorzaak en riten meende er onderscheidene te vinden waaronder het paling- vangen aan het beneden-sas voor de voornaamste gehouden werd. Men beweerdedat men door dit bedrijf, of liever misdrijf, het geschiktste oogenblik voor het tappen voorbij lint gaan, Het geen wanneer er latc-r eenigen tegenwind kwam en de regen aanhieldde overstroomingen ten ge volge had. Of men dit wel voor had zal ik niet beslissen. Wat ik echter met zekerheid vernielden kan is het volgende: Dat zelfde gemor, diezelfde kreten vim veront waardiging, die in vroegere tijden onder Steen bergen over dat palingvangen gehoord werden zijn in den herfst van dit jaar hernieuwd: Men ver haalt, dat er met dezen herfst, in den herfst van 1849 toen het water door het aanhoudend re genen in de polders vrij hoog kwam, weinig of niets werd gelost, en dat'men in de Steenbergsche kermisweek te Steenbergen ruimschoots' van dikke vette malsche paling ivoorzien was. Vroeg men waar die lekkere paling te bekomen was dan kreeg men ten antwoord: aan het beneden-sas. Dit alles wordt aldus verhaald. Ik moet echter ronduit verklaren, dat ik aan dit verhaal geen onbeperkt geloof kan hechten, en dat wel op grond der twee volgende redenvoor eerst kan ik niet veronderstellendat men wezens zou aantreffen, die zoozeer door een' der laagste hartstogten door de hebzuchtkunnen beheerscht wordendat zij om een klein gewin hunnen even- men5ch duizende guldens schade zouden willen berokkenen. Ten anderen, daar het duidelijk te besj-ïïen is, dat thans veler oogen op die zaken ge vestigd zijnen de tijdsomstandigheden welligt spoe dig een gewigtigen invloed op dezelve zullen uit oefenenzoo kan ik zoo veel dwaasheid, zoo veel hersenloosheid niet vooronderstellen bij hendie zulks het meest aangaat dat zij zich door zulke handelingen in gevaar zouden willen stellen om eens eene treurige teleurstelling te ondervinden 1 Steenbergen IC October 1849. Dixl. Eenige Rotterdammers wenschten do aandacht der Policie te vestigen op de hoogst onbetamelijke 1 en zedekwetsende houding, die zekere Jan H zich op de publieke straat en wel bijzonder op de Vlasmaikt, onder de lantaarn, durft veroorloven. Zij meenen dat het beestachtig schandaal dat de aandacht der Policie niet mogt ontgaan zijn, reeds al te lang geduurd heeft en eene gestrenge tuch tiging verdient. ;s,^(trhfrprij3cn t><x yïja'fmt.p te I&ettcrdam, van den 29 October 1849. TEELT 1849. Twee en een eerste kwaliteit rood J 20,00 f 21,00 Twee en een middelbare dito. - 18,50 - 19,00 Twee en een mindere dito - 17,00 a - 18,00 Een en een, eerste kwaliteit. - 20,00 k - 21,00 Een en een middelbare dito. - 18,00 a - 19,00 Een en een mindere dito. - 16,00 - 17,00 Oubcroofdc eerste kwaliteit. - 21,00 k - 22,00 Onberoofde, middelbare dito - 19,00 a - 20,00 Ou beroofde mindere dito. - 17,00 a - 18,00 Mullen 2,00 a - 2,50 Middelbare dito - 1.00 a - 1,50 §toomboot-IMex!st DAGEN EN UREN VAN VERTREK IN DE MAAND November Van 252eriSiz.ee: Honderd. 1 s'morg. I14/aijre. Wijdag 2, 's morg. 5 ur.e Zondag 4. a 4 a Dingsd. 6, a 8 a Donderd. S, Vrijdag 0, a 9 a Zondag 11, 9 a Dingsd. 13, a 4 a Donderd. 15, a 11 Vrijdag 16, s 4 V 2 Zondag 18, 'smid. 12 Dingsd. 20, a 6*4 B Donderd.22, 'smorg. 4I/2 a Vrijdag 23, a 8 a Zondag 25, o 7 Dingsd. 27, a 4 a Donderd,29, a 10 a Vrijdag 30, a 4 a Van I&ofóerdami geboren: 26 Oef. Een zoon van Pieternella Knijpers. 27 dito Ecu zoon van D.Elscot en J. van Beek, 28 dito. Eea zoon van H. Schulink en E. Verton. gehuwd: 31 Ocl. J. Giocueudncls cd A. Fcijen. overleden 2G Oct. E, Kamermaus, oud 73 jaren, huisv. van P. Vogel. A. Ango. oud 26 jaren, huisv. van P. van Ellen. 30 dilo. J. S. Phalf, oud 3 maanden (dochter.] E. de Roo, oud 64 j'aren, weduwe van M. Smit. ADVERTENTIES. V Op den 30 Ju 1 ij 1849 is, op de reis van Clteribon naar Samarangin den ouderdom van ruim 31 jaren, overleden, ADRIANA CAROLINA JASPERS, beminde Echtgenoot van D. OCHTYIAN, Gezagvoerder van het Barkschip Stad Ziebikz.ee. PS. Familie en Vrienden gelieven deze algemeene als bijzondere kennisgeving aan te nemen De Notaris J. M. BOUV1N zal, op Dingsdag den CJcn gtmM&É November 1849's morgens ten 10 ureop de markt te Oosterlandpubliek presenteren te vef- koopen PAARDEN KÖÈHES VAAR ZEN en ander zoo vet als mager Vee. Eeiae zware wonde door de pillen cn zalf van Holloway genezen. Geoige Marris, eert werktuigkundige te Newport woonachtig, was sedert maanden geheel builen staat om te werken of zelfs zijn buis te verlaten ten gevolge van een verschrikkelijk ettergezwel, hetwelk in de dij was ontstaanen dat reeds door onderscheidene heelmeesters was behandeld geworden. Eindelijk werd hij in het gasthuis opgenomenwaaruit hij na langdurige heelkundige behandeling, als ongeneesbaar werd terugge zonden. Maar tot verbazing van een ieder, werd ver volgens deze zware wonde genezen door het gebruik der zalf en pillen van Hollowaydie hem welwillend door den geestelijke zijner parochie werden verschaft. Door het vermeerderd Debiet zijn de PRIJZEN van heden af de volgende DoosjesPillen van ƒ0,90 ƒ2,10 ƒ3,30ƒ7,75 ƒ15.30 ƒ23,50, Potjes Zalf van - 0,90 - 2,10 -3,30 - 8,15 - 15,90 - 23,90, Zijn op franco aanvragen 2» Comptant te bekomen bij J. H. OCHTMAN, J O Il'z. te Z ierikzeey alsmede te LondenStrand 244 Holloway's Etablis sement. De Boekverkooper C. E. CHIVAT, Bhet voornemen hebbende, binnen kort een te houden noodigt al diegene uit welke hiertoe hetzij KOEKEN, RARITEITEN etc. zouden willen bijbrengen zich ten dien einde bij hem te vervoegenkunnende men op eene accurate uitvoering staat maken. Tevens adverteert hij, dat bij hem te bekomen zijn alle soorten van Zierikzee, 31 October 1849. SSS? Men vraagt tegen 1 Mei IS SO, een bekwame RROOB- en BESCïïïJITJIAK- KERS-KNECHT, van de Gerefurmeerde Gods dienst die bewijzen van goed gedrag en zacht humeur kan overleggen; vervoege zich in persoon bij M. J. G. KUIJPliR Brood- en Koekbakker, te Poortvliet. TE ZIERIKZEE, TER DRUKKERIJ VAN P. on LOOZE*

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1849 | | pagina 2