wurm rijdt h mvam urn? sm- BOT laAOTDOTIBTrWg. dczc'tfde realen, immers hij, die de bij de wet bepaalde personele belasting, uil onvermogen, niet kon betalen, bij, boe bereidwillig naders ook daartoe, en al heeft hij inct de betaling daarvan ook jaren lang volgehouden, is niet geregtigd tol bet slem-en kiesregtmaar bij of zijne zonen worden niet weggecijferd, wanneer er soldaten gevorderd, of wanneer er ten diensle van land en koning gevochten moet worden. De schulden van den simt worden als heilig en veibiu- dend beschouwd, omdat volksvertegenwoordigers die hebben goedgekeurd; de hemel vei hoededat eenmaal die stand der maatschappij welke zijne stom niet vermag uit te brenger, die schulden voor hem uicl als verbindend beginne te be schouwen 1 De goede en ais onder voogdij gestelde burgers inlusschen, welke lasten hunne meerderen hun ook opleggen, nog altijd dragen zij die gelaten, ofschoon zij, naar vei houding der inkomsten, daarbij meer betalen, dau hunne meeuhren. De hooge regering Wordt, volgens de grondwet, gekozen, uit de aan/ieolijkstcn en gegoedsten iti den landeweshalve groolé grondeigenaars en rijke elTeclcnhouders de belasting- wellen maken, Hoe gaat men bierbij te werk Voert men belast in gen in waarbij, gelijk regt en billijk was, de aanzienlijkste». de rijksten, of die de grootste inkomsten hebben ook het meest betalen Men legt zware belasting op de noo:!wendigsle levensbehoeften, men belast handel cu scheepvaart, neringen en hanteringen, aecijnsen en patent* wet terugstooleude middelen schijnt men verkieslijker te ncliten, om den slaat zijne inkomsten te bezoigen, dan belasting op de inkomsten te beffen. En daar bet juist de onontheerlijkste levensbehoeften zijn, die men zwaar be hest als; brood, vleesch zout, brandstof enz., zoo volgt, dat de rijke rcnteheffer aan aecijnsen betrekkelijk niets ineer betaalt, dan hij, voor wicn deze belasting zoo drukkend is. De rijke, die van zijn inkomen leeftzonder eenig bedrijf uit Ie oefenen, de lediglooper betaalt niet, waar de .nijvere burger, die aan bandcri werk en monden brood verschaft, al betaalt. Ilct is waar, de conservatieve partij zal eene belasting op dc inkomsten van den schukleischcr van dcu staat cene verkorting van diens regt, ccne beknibbeling van zijne, hem wettig toegekende renten noemen; maar, vragen wij, wordt dan de bedi ijvige burger ook niet in zijne regten bekort, en worden zijne inkomsten ook niet beknibbeld, als met) daarvan door de patentwet belasting beft? Of hebben dc mannen van volharding, toen zij dc natie met cieu enormen schuldenlast bezwaarden, er op gerekend, dat, met regt en billijkheid hooge lasten van de nijver beid mogen gevorderd worden terwijl diegene, voor wicn een minister van financiën met oenen aanhang van hoogcrc en lagere ambtenaren zorgvuldig in dc weer zijn, geheel vrij loopen? Met dat al, het getal hongerlijdende wordt allengs grooter, de gevangenissen zijn overbevolkt; de arbeidende klasse is te talrijk dan dat elk barer leden werk kan vinden, bij- kans ieder bedrijvige en neringdoende klaagt over het ver- 1 oo pen van zijn middel van bestaan en nog tan 3 heeft men, in dezen tijd van achteruitgang van den bedrijvigen mid delstand pogingen aangewendom de belastingen meer productief te maken, hij voorbeeld, de patentbelasting. Niettegenstaande er geschreven staat: Met den vreemde zult ff ij woekerenmaar niet met uwen naaste zult gij woekeren, Deut. 23 20, zijn er geene regten op den uit roer van slagtvec gesteld, terwijl de ingezetenen des lands daarvoor 22 pCt. betalen. Dan geen wonder, want nooit kan de buitenlander aan den landeigenaar meer door zijnen pachter doen betalen, dan wanneer de uitvoer van producten van landbouw en veeteelt geheel vrij is; en nooit kan de houder van effecten zekerder van zijne renten zijn, clan wanneer de onontbeerlijks te levensbehoeften zwaar Leiast worden. Dit is nu wel in het belang van den landeigenaar cu van den reutehefïer; maar het is tegen het belang van den middelstand en tegen het dadelijk belang van den werk man dat in ons Christenland op deze wijze ccne Joodsehc wet wordt verkracht. En wordt liet wei beier? Let op de leekerren des tijds. Is het alreeds niet zoo ver gekomen, dat, nog onlangs, liet ontzinde gemeen op klaar lichten dag roofde cn plunderde? tieren wonder de mindere stand kan niet spreken voor zijn brood, zoo als de rijke voor zijne routen, hij kan het land zijner vaderen verlaten om ;n vreemde gewesten te zoeken, wat hier niet te vinden is. De wereld is clan ook reeds Vol van liet geroep over de zoog.naamde Noord-Amerikaansehe vrijheid, maar ziet hel er in dat vrüe land wel beter uiten is daar geen strijd tusschen volksregering en aristocratie Men leze daarover een onlangs bij C. van dek Post, Jr. te Utrecht verschenen werkje, getiteld: Zevenjarige ondervinding in Noord-Mmerika. Hier dicne alleenlijk dithet congres der algeuieene bonds regering toen het voor vier jaren meerendeels uit wighs (aristocraten) bestond stelde een nieuw tarief vast, volgens hetwelk, vooralle ingevoerd wurdende goederen welke tot levensonderhoud onontbeerlijk zijn, eene belasting van 30 pCt. moest betaald worden, terwijl de artikelen van weelde tot het gebruik des rijkengeheel vrij waren van inkomen de regten. "Wij hopen, dat de gehechtheid aan het land zijner va deren liet volk zal terughouden van dat najagen eener her senschimmige gelijkheid in lasten en gelijkheid in baten, die toch immers zoo lang bij de aristocraten het eigen belang in de weegschaal der geregtigheid als geijkt gewigt gebruikt wordtdo mindere van zijurn meerdere niet te wachten heeft. Zoo lang onze tegenwoordige grondwet be staat, hebben de tnagtige in ons land dc gelegenheid, om cirkelden, zoo als speculanten, groove kooplieden cn rijke ledïgloopers te bevoordeeld! ten koste van duizenden. Te beklagen zijn dan die duizenden; maar handelen zij niet verkeerd dat zij van hun goed regt geen beter gebruik maken, dan er lot nog toe gedaan wordt? Immers dc grond wet staat nog altijd toe (art, 139), dat ieder ingezeten zijne verzoeken schriftelijk aan dc bevoegde magt indiene; die weg staat nog altijd open cn mcu kan dien inslaan met cene gegronde hoop op goede gevolgen wanneer slechts alle belanghebbenden als «én man lmn verzoek om een billijker en voor den middelstand dragelijker bclnslingslclsi 1 naar ver- cischlc inriglcu dat is, met behoorlijke bescheidenheid, gepaste vrijmoedigheid en met doorslaande blijken hunner over luiging, dat hetgeen zij vragen volkomen op billijkheid cn regtmatig- heid gegrond is. Wil men een voorbeeldwat zoodanige welingerigle en op goed regt steunende pogingen van een volk vermogen, men zie de geschiedenis der Joden ten tijde van Nelremia Nek, Een yoorstander van het toetsen van het grondwettige aan het natuurlijk monschenregt(S. C.j M: mmm, böeorimeb, en M.' ENSCHEDÉ AFGEVAARDIGDE. dat ons door de Grondwet gewaarborgd is, te kluis terenhet is niet minder waar, dat ons vaderland nog trotsch kan zijn op cenige onafhankelijke man nen, die de regten van het donken, de bron waar uit de industrie, die dat denken moet terug geven, opwelt, weten terug te eischen. Eere zij dus den achtenswaafdigen afgevaardigde Schooneveld, die de stemming aangedrongen heeft, om eene petilie van boekhandelaars cn drukkers uit Gelderland, welker doel eene levensvraag uitmaakt, niet alleen voor het .schrijven van dagbladen maar voor dc drukkerij voor den boekhandel in het algemeen, naar den minister van jusiiiij te verzenden. iïere den veertigen die de meerderheid hebben uit gemaakt, en elf leden die waarschijnlijk dit terrein te glibberig vonden, inde schaduw gelalen hebben! Terug koerende tot het karakter dezerzonder twijfel in meer dan een opzigt achtenswaardige mannen, is liet echter smartelijk, daarbij eenen in de jaarboeken der drukkunst achtenswaardige kruin te zien, het is Md. Enschedé. Hoe kan men het zich verklaren dat, na aan do moederborst eene kunst ingezogen te hebben die door zijne voorzaten opgeluisterd was, hoe kan men het zich verklaren, dat, na opgegroeid te zijn in de stad, die de eer terug eischt vau het levenslicht aan Laurens Koster te hebben gegeven, hoe kan men het zich verklarendatnog met eer in ons land de drukkunst en lettergieterijdie met de vreemde kan wedijverenuitoefenende, hoe kan men het zich verklaren, zeggen wij, dat Md En schedé eene dergelijke tegenstrijdigheid heeft kunnen begaan Gij hebt, Md Enschedé, in 1837, het honderdjarig bestaan van de uitgave van uw dagblad (de Haar- lémsche Courant) feestelijk herdacht. Gij hebt, Md Enschedé, op den i Januarij 1844 het honderdjarig bestaan van uwe gieterij gevierd. Gij hebt in 1824 de gedenkschriften wegens het vierde eeuwfeest der boekdrukkunst, te Haarlem gevierd, den 10 Ju lij 1823, uitgegeven, cn in Julij 1847 verloochent gij door eene dergelijke stem al die sclioone daden van het voorledene.' Gij drukt, wel is waar voor rekening van den slaat, alles wat de uitgave van openbare effecten betreft, gij hebt ook die recepissen voor de vrij wil lige leerling gedrukt, gij drukt nog de lijsten, van de in omloop zijnde papieren munt. Zijn die kleinigheden niet te verwerpen uit een stoffelijk oog punt, wolken grooteren roem zou niet op uwen naam van drukker zijn nedergedaald indien gij ook in deze omstandigheid eene strekking had weten in te druk ken die in het daglicht steldedat gij deze groote vraag tevens uit het moreel eu indistmëel oogpunt, begrijpt. Een boekdrukker, (Asmodée.) EiTGr^ZOlTBUlT^ OTUXEBÏT. is liet (waar, dat in het ontwerp van het thans behandeld wordende strafwetboek alle middelen in liet Het is eenige dagon geleden dat wij op ons Observatorium zittende gij weet immers lezers dat wij hier een zoodanig hebben met aan dacht onzen Nieuwsbode zagen rijden, wel te ver slaan niet in persoon, langs dezen of genen klei- of wel langs den uitmuntend goed aangelegden straat-weg van Schoondijke naar IJzendijke, maar in figuur aan het hoofd van een nommer dezes blads. Ook gij, lezer, zult -dit wel onderscheidene malen gezien hebben, doch hebt gij daarbij wel ooit opge merkt dat de Nieuwsbode links rijdt, en deed gij u zelve daarbij wel immer de vraag: waarom? Wij wel, en wij zullen het genoegen hebben u het antwoord daarop mede te deelen. Geloof echter niet dat dit zoo gemakkelijk voor ons to verkrijgen was, want, daar onze Bode stom is, en in zijne jeugd, daar zijne ouders arme luidjes waren, en hij geene de minste protectie van de grooteu genoot, nimmer op een doofstommen instituut heeft kunnen geraken, zoo kan hij zich in het geheel niet doen verstaan, of het is door middel van diegenen welke van jongs af met hem omgegaan hebben, doch die vrienden wonen in Zierikzee en dat is ons wat te ver af om daarvoor opzettelijk derwaarts te reizen, schrijven is ook maar zoo wat, daar het lastig is en langwijlig gaat en op den koop toe nog veel geld van brief port kost, en een lelegraaph hebben wij op onzen toren nog nietdoch hopen er met den tijd mis schien nog wel eens een te krijgenenfin het was voor ons aan alle kanten moeijelijk. Doch wat hebben wij dau gedaan om dat antwoord te verkrijgen? Wij hebben do redeneerkunde te baat genomen, o! dat is eene heerlijke wetenschap, en die ze (en passant gezegd) in den Haag perfect kennen, en uit de om standigheden trachten op te maken, waarom onze Bode dus reed. Zie hier hoe wij dit overlegden. Wij redeneerden aldus: De Bode rijdt; cnmet dat rijden heeft hij een doel, want, (tusschen twee haakjes gezegd hij is een arme slokker die het niet voor zijn plaizier doen kan. Welk doel is dat? Het nieuws te verspreiden dat hij hij zich heeft. Om dit met gunstig gevolg te doen moet men onder de menschen zijn. Hij doet dit met gunstig gevolg; bewijs dat hij onder de menschen komt.Om bij de menschen tc komen moet men zich daar heen begeven waar zij zich bevinden. Daarheen begeeft zich onze Bode cn onze Bode gaat links, ergo zijn de menschen iinks, en daarom is het dat onze Bode zijn koers aldus rigten moet. Holla, wat, gij gelooft daar al zeer netjes betoogd te hebben dat de menschen links zijn en links te vinden zijn. dewijl uw Bode links rijdt, maar wie zegt u dat de Bode goed rijdt, dat hij den weg weet, geef ons onwederlegbare bewijzen dat hij goed het lieve menschen; doch om u nu wiskunstig te betoo- gen dat de Bode goed rijdt, dat moeten wij nederig erkennen, neen, dat kunnen wij niet, en wel om twee zeer gewigtige en geldige redenen. 1°. Omdat de zaak voor geen wiskunstig betoog vatbaar is, 2." en, dit is ruim zoo eg, dewijl wij de wiskunde niet kennen, maar enfin, wij zullen het nog eens met onze redeneerkunde beproeven. De Bode rijdt links. Rijdt de Bode goed? Ja. Waarom? 1." Ware de Bode eerst van daag of giste ren begonnen, wij zouden denken de man kan mis zijn, dat hij de weg nog niet kent; maar hij rijdt nu al bijna drie volle jaren er fris op los, en zal dus nu den weg wel kennen, daar hij 2°., niettegen staande zijn gebrek alles bchalven gek is, en zijne afzenders en, die zijn mcè niet zot hem telken reize fiks de les oplezen, en de adressen opgeven waar hij zijn moeten die komen nooit weder terug, een afdoend bewijs dat zij goed bezorgd worden. ten 3.» Reedt dc Bode niet goeddan ware reeds lang het paard op stal gezet en de afzenders op kosten van onzen menschlievenden en weldadigen staat, naar het aardsche paradijs Ommerschans ge stuurd of wel als ze niet tegen de buitenlucht kondentot conservatie van hunne gezondheid in een of ander schoon kasteel tc Hoorn of elders anders geplakt even als confrère van Hulst en de gansche historie ware geëindigd geweest. Nu keeren wij de redenering om en zeggen: de Bode rijdt goed, dit is drieledig bewezen; de Bode rijdt linksdat zien wij de Bode rijdt dus goed linksen bereikt zijn doel door de menschen te vinden summa summarum zijn de menschen op de linkerzijde, links, onhandig. Maar lezer, het is waar ook, de Nieuwsbode komt ook bij ons en verduiveld dan zijn wij ook linksdat is toch een te harde noot voor ons om te kraken, ten minste do schrijver wil wel bekennen dat er zijne tanden zeer van doen, en hij wenschta wel al die fraaijo redeneringen te kunnen wegnemen, doch het is nu te laat, het staat er, en bewezen, blijlt bewezen. Maar het is dan toch wat al te erg, de lezers links, do schrijver links, kortom alle menschen links, dat kan er waarlijk niet mede door. Doch wacht, daar schiet ons nog iets te binnen het gebeurt wel eens meer dat iets extra fraai beredeneerd wordt en echter in de wereld toch in het geheel niet of wel zeer schaarsch alzoo gevonden wordt; bijv: vrijheid en volksgeluk, echtelijke liefde, ware vriendschap, en duizend andere mooije dingen meeren dit kou met het linksche betoog der algemeene mcnschelijlie linksheid ook wel eens het geval zijn; wij willen de zaak in het werkelijk leven eens onderzoeken, en de vraag beantwoorden: Maar zijn dan waarlijk alle menschen links Doch dit, lezers! eerst Maandag. Groede. Satijricus. Dl* ïetterkuudige lezer zal oos wel vergeven dat wij van eene logica zonder wiskunde gewagen zoo ook de mis schien ecuigziuts gewaagde woordspeling: linkerzijde, links. De Schiijver. qORRBS?0:iIPBMTSB. De Redactie van den Zierikzeeschen Nieuwsbode be dankt den heer A. van Bevervoorde, Bedacteur der Weekbladen Asmodée en de Burger te 's Gravenbagc, voor zijne aan den dag gelegde, ijvervolle belang stelling, iu de vrijheid der drukpers, en zou ware zij niet door de kortheid des tijds teruggehouden, reeds met ZEd. daarover in correspondentie zijn ge treden voor het oogenblik echter refereert zij zich aan hetgene de Redactie ran den Kaleidoskoopdes- aangaande geplaatst heeft in haar N.° van 24 Julij II. geboren: 21 Julij. Eene dochter van J. C. Kaiitz en H. Paalman. 23 dito Een zoon van M. J, Ver brugge on A. J. Erkes. Eene dochter van C. Mak en E. A, Mulder. 26 dito Eene dochter van j. van der Ploeg en N. J. Overbeeke. - Een zoon van J. van der Velde en J. M. Hammer. 27 dito Eene dochter van D. Simmer en M. Abelse. Een zoon van C. van Schaik en M. J. van den Bliek. overleden 24 Julij N. van Zutphen, oud 6 jaren (dochter.) J. Slierendregt oud 7 maanden (dochter.) Zierikzee, 28 Julij, Men verueemt dat gisteren namiddag te Haamstede een zeer droevig ongeluk heeft plaats gehad; een der zoons van den landman J. de Glopper een algemeen bemind en bloeijend 17jarig jongeling had het ongeluk om, met eenen, met twee paarden bespannen wagen op hol, en daar door van den wég in eene sloot te geraken met het treurig gevolg, dat hij eenige oogeublikken later, bijna levenloos uit zijnen verschrikkelijken toestand verlost werden huis-, waarls gevoerd wordende, reeds den geest gaf, zoodat slechts zijn akelig misvormd ea zielloos overschot bij zijne diep bedroefde betrekkingen werd te huis gebragt. De Notaris D. Q. de JONGE van der HALEN zal, ten verzoeke van de ge- magtigde der Erfgenamen van M. PAD MOS cn Ad.» BAKKER, op Vrijdag den 30 Julij 1847, des namiddags ten half twee ure, aan de re spective Blokken, publiek presenteren te verkoopen: 3 B. 73 R. 81 E. Tarwe te Yelde, gel. onder Bruinisse, 1 24 93 s Zorncr-Gerst o o 1b 93 62 Haver b d b b Id 06 d 01 Erwten 1 d 83 14 b Paardebooncn o o Alles breeder hij biljetten)omschreven. g/Tgs- Terstond eene DIENSTMEID bcnoodigd bij L. BEIJE, te Burgh.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1847 | | pagina 2