Zl
erbilteri aklustoiu der regering zoo-
eel te aan te jagen; zij dreigden
hunne vo et vernieuwde hevigheid te zul
len herva chtten openlijk op hunne po
pulariteit, en luide dat het slecht aan hen
stond het residentie te doen uitbarsten
Men hui - voelde zich van vrees bevan
gen men I htij in onderhandelingmen
kocht hen on, tien dagen te voren waren zij
doodarm, en Ineth-nzij oproerkraaiers, voor wion,
liet schavot nog to gied was, ja, reikhalsde men'
naar hunne veiWdeeting tot den kerker, naar
hunne eerloos-verVlaring
Thans waren zf, bemiddeld cn begunstigden des
Konings!
't Is waarde uitspraak des regters had de on
gerijmde en haatdragende aantijgingen des bestuurs,
ten hunnen laste, gewrKakt, maar die uitspraak ver
nietigde daarom niet de geschriften dier lieden in
tegendeel, zij berispte ze gestrenglijk en met grond.
Wij hebben die geschriften voor ons liggen; maar
wij achten liet beneden ons, door aanhalingen daar
uit te duen zien, hoe schaamteloos èn de regering
èn die schrijvers zichzelven hebben verloochend;
deze door zich aan den vorst, dien zij zoo dikwerf
vloekten en hoonden, te verkoopen; gene door hen
te koopen.
En men spreke ons hier niet van het berouw
van de boetvaardigheid welke die lieden zouden
hebben betoond; want wij zouden terstond wijzen;
op de herhaalde keeren dat Meetor, reeds vroeger,
een soortgelijk berouw betoonde, om goud te
erlangen en daarna met verdubbelde woede weder te
beginnen; en op do soortgelijke boetvaardigheid door
van Gorcum betoond toen li ij met eene door ko
ninklijk goud gevulde beurs naar Belgie vertrok
om spoedig daarop terug te keeren en om ook met
nieuwe uitspattingen nieuwe sommen te erlangen.
Neen, de vrees des oproers, en anders niet, was
de drijfveer tot de zwakgeestige houding, welke men
jegens die lieden aannam.
En eigenbaat, en anders niet, was iinmcr de drijf
veer der handelingen van E. Meetor en A. van
Gorcum.
De vrees des oproersja; die vrees was altijd
kennelijk in liet gemoed der Nassaus. Zoo held
haftig zij zicil betoonen in den strijd, zoo wankel
moedig waren zij steeds tegenover eener oproerige
volksmenigte. Willem V week voor den opstand.
Willem 1 durfde niet naar het oproerig Brussel
snellen, maar zond zijnen zoon derwaarts. De prins
van Oranje reed geheel alleen, met de grootste on
verschrokkenheid, den zetel des oproers binnen; zoo
lang hij orde en bedaardheid rondom zich zag heer-
schen, reed hij zorgeloos voorwaartsmaar, zoodra
bespeurde hij niet dat gemoederen aan het gisten
geraakten zpodra klonk niet in zijn oor het dof
gemor der menigte of hij gaf zijn paard
-porei' en holde, van daar, door en over alle
Lie Na-
ierij te beste,
op te ontvlieden
dat iiij zich in veiligheid
>-cn 1 mer jo
Ligt dil
.osiinctive-
in hunnen aard?
Liever dan de kans te loopen van een oproer
of
's eene volksbewegingte zien uitbarsten, Keft
dan willen transigeren met lieden di< men
>s even diep verachtte, als wij ze th;<is on
herroepelijk verachten.
Ongelukkige regering, die barer zvvakhfb zoo /.eer
bewust is, dat zij zelfs niet voor derge'JvC ié j U
ke hulpmiddelen terugdeinst, om lia' oi.mu0c j c
bestaan te rekken!
Maar wee iiun die een Meeter
cum, na alles wat met die li<'en "as "ebt'"1
i in mir't en genade uoen
nog weder zoo openlijk in gu p
z nvoph^deliik betoonen ie-
onnemen en /icli onveru -> J
gens een van Hulst Zoo d ,atare g^curtemssen
deze grievende onbillijkheid llcze onzedehjke hun-
ten wreken er is een
deze grievende onbi 1 lijkhe
deling onverhoopt niet rus
God der regtvaardigheid wiens aanschijn ook
regeerders eenmaal 'va- '"'"no daden rekenschap zul
len afleggen aardigcn aangaat, die zich zon
der aarzelen door"!"'; onzedelijke aanbiedingen lieien
jlijkt nu overtuigend dat zij nun-
winnen schrijven met hun handelen,
mer iets met
eener zwakke, lal hartige regering
beoogden da
schrik im ia8en en sonln,en golds al' te persen;
I i bladen niets anders waren dan brand
brieven 1 ('at ZÜ het volk, welks belangen zij
v™' te dienen evenzeer verrieden als zij
do re<",n§ ®n t'en Ku,linS ''eeds herhaaldelijk ver-
riedtv^ en no° zl'"on verraden zoo zij slechts
1' urc'n*
v .aar dat zij althans hier niet meer een zoodanig
..landelijk verraad zullen plegen daarvoor zullen
wij waken want om dat te verhoeden hebben wij
de pen opgevatom hen voor altijd te schand
merken.
Neen, zij zullen de oppositie-pers hier niet we
der tot oneer strekken die perswelke zich een
oogenblik zoozeer door hunne huichelarij liet mis
leiden, dat zij hier en daar hare stem ter verdedi
ging van die wezens deed hooren.
Ouk wij behoorden tot de misleiden in zoo verre
dat wij meer dan cons onze verontwaardiging te
"kennen gaven over de nog altijd om wraak schrei-
jende dwingelandij waarmede inen die lieden mis
handelde eer men hen liefkoosde en streelde
maar dit toch kunnen wij in gemuede zeggen; luid
den wij vocraï geweten, dat zij et«e zoo ellendige
rol zouden spelen wij zouden nogtai^ hetzelfde
maar in koeler en meer afgemetene bewoordingen
hebben gezegd want wij hebben altijd bedoeld h,
hen de burgers en niet de men; •-» verdedigen.
Doch wij hoopten ernstig dat Ulo lange gevangen
schap, ja de mardeling, .die men hen zoo ("gendlin
ked j k deed ondergaan,, een fhéilzamen inv.oed op
hunne gezindheid zmideu uitoefenen; dat zij, door
een zoo langdurig lijden, gezuiverd en veredeld met
geestdrift en overtuiging de rol zouden liebbei aan
vaard, die liet bestuur zelf huil als het wire had
gegeven, door hen tot martelaren te verheihn
Wij hebben nog niet alles gezegd.
Men zegt dat in zeker land, hetwelk op hét punt
slaat van te verdrinken de schelmerij en At:et—
TEiilJ zulke reuzenschreden voorwaarts doendl die
'epidemisch geworden ziekten der grouten zich ook
al met rotkoortsige kwaadaardigheid in p.vLezen
openharen.
De Koning van dat land heeft de loffelijke ge
woonte aan duizenden jaarlijks te gratificcni
i.óg niet afgeschaft. Wat is hiervan tocli de redn
daar de burgers van dat land geen enkel voordel
mogen genieten? De zaak is dood eenvoudig: omat
de lieve raadgevers en organen der kroon er zeivn
groot belang hij hebben, dat de Sire van dat lad
maar opdekt en gekgeloovig genoeg blijft, om zijn
eigene zaken evenmin a's die van zijn rijk te col
troleren. Met andere woorden: omdat gelden voo
beliueftigen bestemd ouk al eene gedrukte conver
sie en reductie moeten ondergaan en onbarmhartig
getuind worden. Wij weten van zeer nabij dat
liet met de hofetiquette strijdt met breuken te
manoeuvreren. Koningen geven niet ligt maar als
zij geven dan komen zij ook vorstelijk over de brug
ten minste hunne gift moet roijaal zijn en wel
staanshalve uitblinken om de eer van het koning
schap op te houden. Maar wanneer nn personen,
dés gev.'WoM wavetv f 300, f 300 en minstens 130
in ééns te ontvangen Jonder genige reden door
den thesaurier worden terug gehragt-pp f 90, f 80,
40, f 39, 33 enz,, wat begin men düii te den
ken? Te meer'daar de begiftigden (daar is vPur
gezorgd) geene kvvitantiën van ontvangst meer mo
gen teekenen?.... Gesteldaan 10,000 begiftigden,
wordt slechts 10 per hoofd ontstolen zoo brengt
dit alleen reeds op de kapitale som van: honderd
duizend gulden Begrepen
[D- B.)
JïilASTLNGEX, BEZUINIGINGEN.
i)it laatste is vooral de wensch, liet innige ver
langen der geheele natievermindeiing van eerstge
noemde niet minder, maar hoe en op wel Ito wijze
dit te vinden, en tocli op eene behoorlijke wijze in
's Lands behoeften en de ligtige waarneming der ver
schillende administratie:! en departementen van Al
gemeen bestuur te voorzien? Voorzeker indien mén
slechts alleen die vraag doet, is dit een cn ander
nóg al aan eenige zwarigheden onderworpen. Ech
ter zullen wij geenszins beweren, dat hét ongepast
zoude zijn de tractenienten der leden van de Eerste
en Tweede Kamer, maar vooral die der Eerste te
verminderen, of dat er verschillende takken van'ad
ministratis! voor geene aanmerkelijke bezuinigingen
vatbaar zijn, liet béste bewijs hiervan is hetgeen
wij in ons vorig nummer omtrent de Verificatien
der Comptabiliteit enz. aantoonden, maar dit alles
kan zoo dadelijk niet plaats vinden, zonder mis
schien thans zich in betrekking bevindende personen
waaronder vvelligt brave huisvaders, met zware
huisgezinnen belast, iu het ongeluk, ellende of ar
moede te stortenzulks kan toch of zal nimnier
Int verlangen der natie zijn; ja, zouden daardoor
de klagten oierzclfde natie nog niet meer vermeer
derd of liever vermenigvuldigd worden? Evenwel
bestaan er tot dat eiiide verschillende middelen
en wel dezulken die met vrucht kunnen aangewend
worden, zonder ongelukkigen te maken, en nog
trieer jatnmerklagteii te doen aanheffen en die mid
delen zijn vooreerst: namelijk hij de Departementen
van Algemeen Bestuur de ambtenaren van een ze-
keien leeftijd op pensioen te stellen en wel bijzon
der hen welke met geen te zwaar huisgezin beiast
en gegoede personen zijn, (zooals er zich een aantal
bevinden), dezelve wederom zooals vroeger, niet
dour anderen, te doen vervangen, maar hunne
werkzaamheden in te krampen, vervolgens hij even
tuele opvolging van tie door die pensionering, open
te vallene betrekkingen de tractenienten van de nieuw
te benoomene minder dan die hunner voorgangers
te stellen, de overblijvende ambtenaren zullen zich
ai/.oo in hun bestaan niet verkort zien, terwijl zij
bij eene eventuele veihooging of opklimming van
rang niet meer zullen kunnen of mogen erlangen,
dan hetgeen vooitaan aan dien rang zal toegekend
zijn, hetzelve ook op onderscheidene andere takken
der administiatie Provinciale Gouvernementen etc.,
toe te passenen voorzeker za! cr weldra eene
aanmerkelijke bezuiniging plaats vinden.
Wij voegen ten overvloede hier nog hij, dat het
niet te wenschen is, noch ook onze bedoelingdezen
maatregel omtrent de subalterne of mindere ambte
naren bij de Departementen van Algemeen Bestuur
en andere administralieii toe te passen, daar zij,
die toch geen tijdelijk vermogen bezitten, en hun
nen rang en stand in de Maatschappij moéten huil
den, niet in hun inkomen kunnen vermindeid wór
den, zonder hen daardoor in schulden te doen ver
vallen, waardoor de neringdoende burger, die ge-
deeltelijk ook van hen moet bestaan, natuurlijker
wijze mede zoude benadeeld worden en zijne lasten
daardoor uoe ti
Voor ditmaal eindigen wij hiermede ons vooi
nemen, ons verlangen is eenig en alléén wij jlet
halen het de regering met bescheidenheid Je niic
delen tut bezuiniging aan de band te gevtn
welzijn liet geluk en natuurlijk gevolg van dien
namelijk de vermindering der belastingen tal ?i(
weldra deen kenmerken, en wij daardoor nog ééi
maal beleven dat riie algemeeno klagên, zoo nj
geheel en al, dan tocli aanmerkelijk zullenvcrmii
deren. q
IlTSESOlTBElfE STTXZZEIT.
Ik wensch den IJelu van Waterloo
Zoo veel vérstand als Salomo
Niet zoo hij t in zijn grijsheid had,
Maarzoo Hij 't van den hemel bad,
Om in den naam des Ileercn
Verstandig te regeren.
■ÖJvSÉ*
Ook wensch ik dat hij 't goud vergaard,'
Dat Croesus eertijds'had bespaard
j Voor Cyrus; doch, niet zoo als IIe:
Maar t leven van Methuzalem,
Daarbij een zachlen Henoch's dood,
En niet zoo Caesar d'uard ontvlood.
.rfèrvtH#-
Oo'k wensch ik dat papa van Hall
Tot zoo lang blijven leven zal,
Dan kan hij mogelijk op den dok
Gewikkeld iu zijn gouden rok,
Meè rijden, - - niet marcheren,
Van hier naar honger spheren.
volk van 't anne Nederland,
iy -nsch ik lamineren versland1
j met taai
-,v wordt
Mei openslaan-.k ;l
Wat» Moris ze uit
En he den oogst ook tegen slaat
■En t 'uenschdoin van gebrek vergaat,
Als hm de druil' maar welig groeit,
Eu roosje in paleizen bloeit,
Wordt "och de ecrsle wensch vervuld,
Va u IK ,en die de natie kult
IleZIERI]
[aanen
ij alle Bot
rijs is voor
inuea tieSl
geduld,
gekult,
Zierik»e, t Januarij.
G.
Zieiikzce. 4 Januarij. D' Hoog Wclgeb. 1
Marquis de Tütjahs, wis Ik den middag ten 4
nog niet aangekénen.
OORRSSBONDEUTIE.
Het stuk 'ai i
Keulen3
pjee (laj/blad
lijken moord
nleesd zij"
waren riat il
jj„g le lil oei
gebeur len is v
zich echter 1
nadere omsta
gebeurtenis n
wordt. Men
aens vroeg
sing ongeveer
een haak op}
diepe wonde
zonder eenig
ren 7.eer scl
delijk onder/
in banden t(
jileegd heb he
slagthuis, en
moord edie
van 500 tlal
waar hij dooi
andere kleed'
verre reeds a
den aars was
Men is de o
■Duren die
waarop de
bijgaande, ei
vei laten, i*r0
volgd d„o <?e'
.'lij had 1
vertel f n /'oen
M'adselat/''ge
Zie i'«r v.o(
M/i 1 J
wanili/l oven
dit
Rpn schrij
5d(0 Öezer
W. B. Wi
Kigen, waar
au het plat
geboden een
werkt zilvt
1Bewijs van
ien edelen
ützing op tl
door eenige i
's Gravenh
Tan 's konini
»fi
Men meld
kil voornen
gedenkpennin
liening van
Mitionairs I
Ie doen steil
'sGravenh;
tond op 1 'J
brikschepen
waarvan de
kooienwijd
smakscliepen
behalve
is; alzoo kar
'loot thans g
net eenen it
Gravenh
bak van de
-öslen dezer
'aken, zal w
'ie zaak bei
lelden en d
Waargenomen
Gravenh;
and heefl
'eroep, inges
lier, hoofdlii
'cn offleier 1
'onuis derzei'
e twee eersl
an den dop
igheid en i
*ne gevangei
in de kos
aide beroept
rrolvanl