ZÏERIKZEESCIIE
NIEUWSBODE.
Nieuwstijdingen
FRANKRIJK.
DUITSE IIL AND.
NEDERLAND.
V erscheidenheden
1V.° 257.
Tweede Jaargang.
184G.
DONDERDAG
9 JULIJ.
Dc ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE vonlt uitgegeven op
Mnaiulag en Domlerdag bij P. de Loozeen is verkrijgbaar
bij alle Boekhandelaren en Post direct en ren in dit rijk. De
prijs is voor driemaanden voor elke EDITIE afzonderlijk
binnen de Stad, ƒ0,50 en ƒ0,00 J'ranco door bet gcheele Itijk.
Donderdag 0
Vrijdag 10
Zalurdag 11
Zondag 12
Maandag 13
Dingsdag 14
Woensdag lö
Juljj.
SADPSDER.
Opgang der toa
uro min.
Oftdergaigf.
Bre min.
IS
Laatilo Kwartier.
De prijs der Adverleutien is Tien Cents do regel, behalve
35 Cents zegelregt voor elke plaatsing; dezelvo kunnen in
gezonden worden tot Maand, en Woensd. middag 12 ure; ua welk
tijdstip zij voor het eerst uitkomend N°* niet uiecr wor
den aangenomen. Brieven Franco
Parijs, 1 Jul ij. Te Toulon heeft een valsch al
arm alles in rep en roer gebragt. In den nacht
tnsschen den 2a""1 en 20"'" Junij werd men gewekt
door de kreten van brand en te wapen 1 Men ge
loofde, dat er brand in het arsenaal en opstand on
der de galeiboeven was ontstaan. Onmiddelijk be
gaven zich de burgerlijke en militaire autoriteiten
naar den Mourillon en trok ook de bezetting op;
doch ras ontdekte men, dat al dit geweld ontstaan
was, doordien een der gevangenendroomende
brand bad geroepen zijne makkers hierdoor ont
wakende, hadden dien kreet herhaald, welke door
hen, die tusschendeks lagen, gehooid werd, en deze,
bevreesd van te zullen verbranden, hadden alle po
gingen gedaan om los te raken en werkelijk de
staaf, waaraan zij geketend zijn, gebroken. Hierop
hadden de wachten te wapen geroepen en alzoo de
gansche stad in opschudding gebragt. Spoedig even
wel werd het misverstand ontdekt en keerde alles
tot de ordo terug.
De laatste bijzondere berigten uit Algéric zijn
van belang ontbloot, en vermelden, dat twee sol
daten in de nabijheid van Tlcmcen door ecnige
Arabieren zijn vermoord.
Terwijl de jury bij het hof van assises te Col-
mar beraadslaagde over het al of niet schuldig zijn
van zekeren Xavier Grobet, wist dezen de waakzaam
heid der gendarmes te ontsnappen en uit een ven
ster te springen, dat meer dan twintig voeten bo
ven de oppervlakte van den grond verheven was
de vrees ter dood veroordeeld te zullen worden
was oorzaak van deze wanhopige daad. Dc onge
lukkige werd bijna stervende in dc geregtszaal tc-
ruggebragt. Weinige oogenblikken later sprak do
jury het niet schuldig uit. Ofschoon nog niet aan
de gevolgen van zijnen val overleden bestaat or
weinig hoop hein in het leven te behouden.
Weimar. Thans negen jaren geleden is eene bezending
van Turksch goudgeld aan ren Hamburgsch huis vermist
geraakt. Het vat, waarin eene waaide van f 51,000, was
door een Wecner koopman aan zijnen expediteur te Weenen
gezonden met last om hetzelve verder naar Hamburg te
bezorgen, deze laatste had het aan eeneri vertrouwden voer
man overgegeven, die het in ecuo baal wol verborgen verder
voerde. Ongeveer eene dagreize vhii Praag, verdween het
vat van den wagen. Kort ilaaiop werden door twee broe
der# Bergneruit dc nabijheid van Eisenbergin het her
togdom Altenburg, geboortig, iusgelijks voerlieden, die op
hetzelfde tijdstip op den zelfden weg geweest waren te
Leipzig ecnige Turksche goudstukken verwisseld daar zij
echter, tot verantwoording geroepen, bij hunne verklaring
dezelve op hunnen wagen le hebben gevonden, bleven vol
harden, werden zij weder los gelaten; toen zij echter eenige
jaren later le Altenburg wederom eeuige goudstukken wis
selden, werd er wederom een onder/.ock aangevangen en de
reglbank veroordeelde ben, niettegenstaande zij huune vroe
gere verklaring vol hielden, tot eene zesjarige tuchthuisstraf;
welk vonnis echter door het hof van appél te Jena, wegens
gebrek aau voldoend bewijs, vernietigd werd, Yan toen af
stonden zij, als zeer verdacht, onder toezigt der polieie; en
in het bijzonder bragt een gendarme, die de belooning van
1000 Th. op de ontdekking van den dief gesteld hoopte
ie winnen, verscheidene nachten in de nabijheid van het
huis der broeders door, om hen op hunDen gang naar den
waarschijnlijk begraven mammon te betrappen; deze echter
waren op hunne hoede en waagden het niet van het goud
ineer uit te geven. Weldra echter deden zich de gevolgen
der vermoedens, die op hen drukten gevoelen, men ver
trouwde -hun geene vrachtgoederen meer toe. zoodat zij
gedwongen waren wagen en paarden te verkoopen, en wildeu
zij bij hunne doode schatten niet van honger omkomen
spade en houweel op te nemen om arbeid te zoeken aan
de spoorwegen.
Oulangs kwamen eindelijk weder eenige van deze goud
stukken, door hamerslagen onkenbaar gemaaktte voorschijn.
Een derde persoon bragt deze bijeenen goudsmid, te Eisen
berg, die dadelijk kwaad vermoeden krijgende, tot verwis
seling van meer stukken aanspoorde en de polieie er heime
lijk van verwittigde, die hem eene sornme geltls verschafte
om, dezen handel voort te zetten. Yan tijd tot tijd kwam
de onderhandelaar weder, doch altijd met slechls weinige
en onkenbaar gemaakte goudstukken. Om oudertusschen
met de gebroeders Bergner zelf in onderhandeling te treden,
gaf de goudsmid, die alle netten spande om de 1000 th.
te verdienen, den overbrenger eenen verzegelden brief,
waarin hij dezen bij de bezitters der goudstukken in kwaad
vermoeden zocht te brengen en hen aanspoorde om zelve
met hem le komen haudelen. De Bergners liepen in den strik,
en verzilverden zonder achterdocht hunne goudstukken,
daar zij van den heler geen verraad vreesden. Het aantal
ingewisselde evenwel was echter nog gering in vergelijk van
de gestolcne som, en het gelukte de polieie niet de verbor
gen schat te vinden. Om nu de zaak zoo spoedig mogelijk
ten eiude te brongen gaf do 6liuimen goudsmid voor, da*
hij naar Amerika verhuizen wilde, en de beide broeders
overtuigden zich weldra dat er ook voor hen niets beter te
doen viel, wilden zy tan hun geld ongestoord genot hebben.
Doch er waren twee zware hinderpalen wie zou de tot de
reis benootligde gelden voor hen inwisselen cn hoe konden
zij die onder zoo zwaar vermoeden lagen, hopen een pas te
bekomen? Doch hun goede vriend wist raad, zij bragten
hem een pond goud, waarvoor hij hun 200 th. uitbetaalde,
die hem door de polieie verstrekt waren ook verschafte
hij hun eenen naar zijn zeggen valschen pas, welke echter
door de polieie afgegeven was en waarop Raumburg 11a 11e
cn Bremen als reisroute aangegeven waren. In ieder dezer
plaatsen werden polieie bedienden vooruitgezonden om zich
in alle gevallen van de landverhuizers meester te kunnen
maken. De broeders braken in stilte hunne woonplaats op,
en begaven zich overeenkomstig hunnen pas naar Raumburg,
waar de goudsmid ben in een bepaald logement opwachtte
om gezamenlijk verder te reizen. Daar zij echter van dezen
weusehten ontslagen te zijn, kozen zij een ander logement,
hij ongeluk hetzelfde, waar de policic-bedicnde met ongeduld
op hen zat te wachten. Yol verlangen stond bij door een der
ramen van bet logement de 6traat in le kijken, tol er twee
mannen aankwamen, met een zwaren reiskofler op een
schuifwagen neliter hen aan. Weldra verscheen een commis
saris van polieie in tie kamer, die hunne passen vroeg en
hen daarna voor zijne arrestanten verklaarde, terwijl opeen
gegeven teeken vier zijner agenten binnentraden. De beide
broeders stonden eerst ala van den doucler getroffen en
barstten dan in vcrweuschingeu uit tegen den goudsmid, die
zulk een valsch spel met heil gespeeld haih In dc koffer
voud men nog 28,000 th. nan goud.
Alen leest in do JVcser Ztg.
Noorwccgsche dagbladen deelen een bcri'gt van
kapt. Ci. Gjertzen mede, voerende do brik. Bet lij
uit Thjomoc, geteekend AIoss, den 7 Junij, cn lui
dende als volgt: Op mijne retourreis van Calais,
werd ik op den eersten pinksterdag, des voormid
dags, op ö3° Br. en 3° L. van Greenwich twee Hol-
landsche barcassen gewaar, van welke do eene mij
volgde cn inhaalde. Na mij bereikt te hebben, kwamen
zes man aan boord cn vroegen om brood en water, waar
mede ik hen ook voorzag; zoodra zij echter bekomen
hadden zooveel ik missen kon, begonnen zij onder
liet uiten van scheldwoorden en bedreigingen spek
to cischcn; doch daar ik niet verkoos mij te laten
dwingen, weigerde ik aan hunnen cisch te voldoen
en ging, om verdere onaangenaamheden te vermij
den, naar de kajuit, waar ik mijne afgebroken be
zigheden voortzette. Aldra echter vertoonden zich
twee van die personen aan de deur der kajuit, en
herhaalden hunne bedreigingen; doch daar ik hunne
begeerte nogmaals afsloeg, riepen zij met luider
stem: «entertl" en keerden op het dek terug, den
sleutel van de kajuitdeur medenemende, denkende,
dat ik nu opgesloten was. Het 6lot was echter zoo
ingerigt, dat ik de deur van binnen kon openen
en op het dek komen, waar ik vernam dat terskond
naar den uitroep «entert," nog 5 man uit de bar-
cas waren te voorschijn gekomen, in welke zij zich
verborgen gehouden hadden. Sommigen waren met
grootc messen gewapend en maakten zich gereed
tot eenen formeelen aanval, dien wij moesten trach
ten te ontwijken, want de roovers waren alle groote
kerels en sterker dan mijne equipage, die boven
dien geene wapens bezat, en onder welke zich twee
knapen bevonden. Onderwijl sommigen der 11 mij
en dc klocksten mijner manschap bestendig met
blanke messen bewaakten, moest ik dulden, dat de
overigen mijn schip doorzochten; en daar het hun
niet gelukte den in de kajuit verborgen liggenden
proviand te vinden, begonnen zij het touwwerk te
plunderen, sneden een tros af, en beroofden mij van
de geheele fokschoof, waarop wij eindelijk na t1/*
uur van dit onaangenaam bezoek bevrijd werden.
Het is waarschijnlijk, dat de 11 man tot de beide
barcassen behoorden en zich vereenigd hadden, om
des te meer buit tc bekomen.
Sneck, 8 Julij. Heden heeft in het huis van
arrest alhier een gevangene, die, naar wij vernemen,
ter take van gekwalificecrden diefstal, op zich zelf
echter van weinig belang, op morgen naar Leeuwar
den moest worden getransporteerd, een einde aan
zijn leven gemaakt, door zich aan rijnen zakdoek op
te hangen. Toevalligerwijze is dit ontdekt, al spoe
dig nadat zulks heeft kunnen gebeuren, cn met don
moesten spoed is alle geneeskundige hulp aangewend
geworden, doch te vergeefs, hy was reeds overleden.
Maastricht, 4 Julij. Zekere Johanna Conix, rond-
venster, die door het provinciaal geregtshof onlangs
wegens diefstal tot zes jaren dwangarbeid en tepronk-
steliing was veroordeeld, werd heden morgen tusschen
11 en 12 ure, ter uitvoering van dat arrest, aan
do kaak gesteld. De vrouw, die met eenen ijzeren
band om den hals aan eenen paai wasjvastgemaakt,
verloor haar bewustzijn, door de brandeude zon af
gemat. Vruchteloos trachtte meu haar weder by te
brengen; zij moest op eeno kar naar de gevangenis
teruggebragt worden. Het ware te wenschen, dat
dergelijke publieke strafoefeningen 's morgens vroeg
en niet op het heetste van den dag geschieden, en
dat in liet algemeen met meer menschlievendheid
jegens de veroordeelden gehandeld werd. Zoo werd
onder anderen, onlangs een' veroordeelden tot levens
langen dwangarbeid, daag9 nadat hij gebrandmerkt
was geworden, te voet van hier naar Holland ver
zonden, om zijne verdere straf to ondergaan, het
geen hem blootstelde om het koudvuur in zijne nog
openo wondo te krygeu, en voor den man doodelyk
had kunnen zijn.
Goes, 4 July. Heden had alhier eert droevig on
geluk plaats. Een arm daglooner verliet gisteren
avond zijno woning, zeggende tot zijne kinderen,
dat iiij uitging om een stuk gereedschap te halen
daar zij den geheelcn nacht te vergeefsch gewacht
hadden zonder iiij was wedergekomen, gingen zij
uit om to zien waar hij zich bevinden mogt; spoe
dig ontdekte mendoor het op de kant leggen
zijner pet, dat hij in de haven even buiten de brug ver
dronken was; eenigen tyd daarna is het lijk opgevischt.
De zucht tot landverhuizing begint meer en meer
ook in Zuid-Beveland toe te nemen, zoodat men
daar een aanzienlijk getal vindt, niet alleen arme.
maar ook meer gegoeden, welke toebereidselen ma
ken om het land hunner geboorte te verlaten.
GEMENGDE BERIGTEN.
De Spcievaardcrs naar Goes hebben in de terug
reis bijna schipbreuk geleden de verdienstelijke
van Akkerlaken, zou hierbij in de Zeeuwsclio wa
teren, al spoedig zijnen dood gevonden hebben.
De vermiste huisvader, waarvan wij in den Bode van
maandag melding maakten, is dienzelfden avond le
venloos gevonden; die de aanleidende oorzaak tot
dien zelfmoord is; heeft ook geene kleinigheid op
zijn kerfstok. Do inzameling voor de gewapende magt
gaat jaarlijks als do kreeften vooruit. In Parijs
heeft men in de heete Julij-dagen in den tijd van
15 minuten ijs vervaardigd; dagelijk worden cr
300.000 kilogrammen verbruikt. De erfgenamen
van Marinus van der Lee, die 50 centen heeft
nagelaten, zijn in de Staats-Courant opgeroepen. -
Het kraakseheepje de Vriendschap is lek geworden
en gezonken. Gepasscerden Zondag i9 te Middel
burg een jongeling van 20 jaren, ai badende ver
dronken. Z. M. de koning vertrekt eerstdaags
naar Vriesland. In 's Gravenhagc zijn eenige
manden in beslag genomen, die voor «ardappelen-
maat dienden doch die verre na de maat niet
hadden, mogten alle kuiperyen aldaar eens geweerd
worden, cn een einde vinden. Te Donjon (Frankr.)
zijn 6 hoeren door den bliksem gedood. Bij de
Russ. armée in Kaukasie staan thans honden op
Schildwachtzijnde de soldaten te veel onderhevig
aan doodschieten. (HB.) Te Bergen in Henegouwen
i9 een jonge vryster geguillotineerd. Men berekent
dat met de som waarmede 't nuttelooze Journ. de
ia Haye wordt in 6tand gehouden100 Vinderen van
staatswege konde worden opgevoed.
VERVOLGING DER DRUKPERS.
De Hoogo Raad heeft de cassatie van het vonnis
van het hof van Gelderland in de zaak der Arn-
hemsche Courant uitgesproken, en die zaak verwezen
naar het Hof van Zuid-Holland. Dc Hooge Raad
heeft daarenboven beslist, dat het niet genoeg is om
te zeggen er is gelasterd, cr moeten grouden voor
dat zeggen worden aangevoerd. Onze Ministers zullen
nu het genoegen hebben, om in hunne nabijheid
deze zoo veel gerucht makende zaak zeker wel voor
eene talrijke 6chaar te kunnen hooren behandelen.
Of zij daarmede echter wel zeer gediend zyn be
twijfelen wij.
Voor zoo \er wij ons het beklaagde stuk in de
Arnliemscho Courant herinneren, dan vertrouwen wij,
dat het Hof van Holland niet we! in staat zal zijn,
om aan ts tooncn dat de Koning boosaardig gelasterd
is geworden. Kan dit nu niet aangetoond worden,
dan moet de beklaagde worden vrijgesproken, en dan
betaalt de Staat de kosten der procedure.
I» zulk een geval zou men kunnen denken, dat
de inwoners des lands zich niet te beklagen hebben,
en dat de vrijheid van drukpers gewaarborgd is,
dewyl de Staat de kosten betaalt. Men moet echter
altoos bedenken, dat alles, wat door den Staat betaalt
wordt, uit do opbrengst» der burgers gevonden
