Z1EHIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Tweede Editie.
1846.
]\T ieu wstijdingen
ENGELAND.
FRANKRIJK.
D HTS CII LAND.
BELGIE.
NEDERLAND.
Tweede Jaargang.
MAAKDAG
29 JÜMJ.
Ve ZlERlKZKhSCHK NIEUWSBODE v oull uitgegeven-op
Maanibrg eu Dumlerrlag bij I'. de Luoze eu is vei krijglianr
bij alle Boekhandelaren en Rusltlircclci-reu in ilil rijk. De
prijs is vair1 ilrie maanden door el ka EDITIE afzonderlijk.
binnen deSt.nl, f 0.50 eu /O,GO frauco door het gehcele Rijk
I
ijk.
De prijs der Advertentiën is Tien Cents de rej<el, belialve
35 Cents ïe^elrc^t voor elke plaatsing; dezelve kunnen in*
gezomleii worden lot Maand, en Woensd. middag 42 ure; na we^
stip zij voor liet eerst uitkomend N°. niet meer wo*"-
aangcuomen. Briepen Franco.
i t.jds
den
Ie.
dito.
Eene
Een®
uijzc.
Landd
en 4.
Londen, 22 Junij. In eene op den 18 alhier
gehouden vergadering, ter viering van den gedenk
waardigst slag bij Waterloo, werd een snaphaanko-
gel vertoond, die in den namiddag van 18 Junij
1815, een soldaat van het 73ste regent ent Engelselte
infanterie, gedurende een aanval der kurassiers van
den Maarschalk Ney, in het hoofd boven de linker
slaap was gedrongen. He man herstelde, doch bleef
geweldige smarten uitslaan, daar al de pogingen
om de kogel uit de wonde te halen, vruchteloos
waren gebleven. Laatstleden dingsdag echter kwam
de kogel na 31 jaren in James Brian's hoofd te
hebben gehuisvest, door den mond naar buiten. De
kogel is aan eene zijde plat. De man bevindt zich
thans veel beter.
De koning, uil eenige processtukken betrekking
hebbende op een regtsgeding, thans te Algiers aan
hangig, te weten gekomen zijnde, dat in die kolonie
menigvuldig gebruik wordt gemaakt van de baston
nade, om aan de inboorlingen bekentenissen af te
persen wegens begane misdaden, of zelfs ligte over
tredingen, heeft zijne afkeuring daarvan te kennen
gegeven, en aan de ministers van oorlog en justitie
gelast, om de noodige bevelen te geven, dat der
gelijke straffen of pijnigingen in Atgerie voortaan
niet meer plaats grijpen. De maarschalk Bugeattd
heeft in dien zin instructiéii ontvangen en overeen
komstig die voorschriften bevelen gegeven aan de
burgerlijke en militaire besturen.
Frankfort, 22 Juriij. De landverhuizing, welke
aan de Anterikaansche Staten jaarlijks zoo vele
nieuwe krachten uit Duitschland schenkt, schijnt
ook in dit jaar weder op eene buitengewone vvijz.e
steik te zullen toenemen. Langzamerhand ontslaat
daardoor eene soort van volksveihuizing eene nieuwe
Germaansche voortplanting. In liet vorige jaar telde
men in de Vereeiiigde Staten' alleen 62,000 Duit-
sclie landverhuizers, en maakte men eene globale
berekening, volgens welke zij, door elkander gerekend,
een kapitaal van 200 dollars per hoofd haar geld
medegebragt hadden. Zij ook deze laatste bereke
ning overdreven, zeker is het altoos, dat niet alleen
vele armen, voor den arbeid, maar ook aanzienlij
ke geldsommen, door eene zoo hoog geklommen
landverhuizing voor Duitschland verloren gaan, en
wel zonder weder terug te vloeijen. -Millioenen
over millioenen jaarlijks verdwijnen in de zakken
onzer landverhuizers.
Hachenburg, 17 Junij. Heden morgen heeft in
de groote ijzersmelterij van de Britsch-Nassausche
ijzersmelterij-maatschappij eene vreésselijke ontplof
fing plaats gehad, waarvan de oorzaak nog onbe
kend is. Hoewel daardoor de sclu ikbarendste ver
woestingen aan huizen en gebouwen zijn te weeg
gebragt, zijn, op eene wonderbaarlijke wijze, alle
werklieden ongedeerd uit de puinhoopen gekomen,
Als een zeldzaam bewijs van kracht van ontploffing,
verdient, onder anderen, bijzondere vermelding, dat
men de armen van een meer dan 3000 centenaars
wegend ijzeren scheprad, als speelballen meer dan
400 voet door en over het dak van het groote ge
bouw in de hoogte zag vliegen, die thans in brok
ken van eene zwaarte, welke slechts verscheidene
paarden in beweging zullen kunnen brengen, op
een afstand van 40 tot 00 voeten rondom liet ge
bouw liggen. De schade wordt op meer dan 50,000
th. berekend.
Ofschoon de onderhandelingen tusschen Nederland
en België ver zijn gevorderdblijven er tochzoo
het schijnt, zeer netelige punten ter beslissing over.
Men zou van België niet slechts de opoffering van
zijnen koffijhardel vergenhetwelk eene besliste
zaak is, doch daarenboven zijnen handel in tabak.
Het Belgische Gouvernement zou, zonder de krach
tige pogingen der commerciële en industriële Ver-
eeniging van Antwerpen, er na aan toe geweest
zijn om toe te geven. Volgens berigt van lieden,
die volkomen op de hoogte der onderhandelingen
zijn, hangen de voordeelen waarop Belgie kan ho
pen, hoofdzakelijk van de fermitpit af, welke zijn
Gouvernement zal toonen. Het is te betwijfelen of
het traktaat voor de sluiting der zitting, welke men
denkt tegen den 7 Julij te zullen plaats hebben
zal geteekend zijn, doch men verwacht eene bui
tengewone zitting in Augustus.
Het rapport over het verdrag met Frankrijk,
zal tegen het eind dezer week worden ingediend
en de discussie er over zal waarschijnlijk aanstaan
den maandag een aanvang nemen.
Arnhem, 25 Junij. Heden stond Maria Jans. huis
vrouw van L. Hopoud 71 jarenwonende te
Hierden, onder Harderwijk, voor het hof alhier te
regt wegens kindermoord. De stiefdochter van de
beklaagde, welke haren zwangeren staat bedekt had
gehouden, beviel in de maand Maart II. ten huize
van de beklaagde, welke het kind al dadelijk, niet
tegenstaande zij hetzelve had zien leven en hooren
kreunen, onverzorgd in eene geitenstal had neder-
gelegd en daarna onder den grond bedolven. Zulks
werd door de beklaagde, nadat zij de moeder in
eenen bewusteloozen slaat naar het bed had gehol
pen. geheel alleen verrigt, terwijl zij de deur barer
woning zorgvuldig gesloten hield; nadat er ongeveer
acht dagen waren verloopen. werd deze gruweldaad
ontdekt, als wanneer dan ook spoedig het lijkje on
der den grond werd gevonden, aan hetwelk bij ge-
regtelijke beschouwing niet alleen verschillende
blaauwe vlakken op het ligchaam maar ook aan de
keel werden bevonden, terwijl het regler oor en
de neus plat gedrukt en de tong van het wichtje
verre uit den mond hing, uit welke kenteekenen de
geneesheeren meenden te moeten besluiten, djt liet
kind, hetwelk volkomen ontwikkeld en voor leven
vatbaar geweest was, door verstikking, ten gevolge
van toedrukking der luchtpijp, was overleden. De
moeder van het kind was aanvankelijk mede van
deze misdaad verdacht, doch is later te dezer zake
buiten vervolg gesteld. De beklaagde zegt, dat
groote armoede en geldgebrek tot het aankoopen
van kleederen voor bet kind. tot die verschrikke
lijke daad heeft gebragt. Tegen haar is de dood
straf door middel van verworging gevraagd. Het
hof zal in deze zaak heden over 8 dagen uitspraak
doen.
l)e heer advocaat-generaal Dijkmeesler
heeft op «rond, dat uit de verklaringen der
deskundigen bleek, dat het kind geleefd en
geademd had, dat het kind geen natuurlij
ken dood was gestorven, dat de dood door
gewelddadige verstikking had plaats gehad,
blijkbaar uit de lijkschouwing, de blaauwe
loodkleurige vlakken aan den hals, eu de ge
zwollen uit den mond stekende; long, alsmede
uit de bekenletiissen van de beklaagde en de
ten processe bekende omstandigheden, d it dit
geweld door niemand als de beklaagde kon
gepleegd zijn. hare schuldigverklaring eu ver-
oordeeling tot de straf des doods door ver
worging gevorderd.
De heer advocaat mr. P. G. A. C. Reigers
man, ambtshalve als verdediger voor de be
klaagde optredende, begon met bel bof te
doen opmerken dat de beklaagde thans 71
jaar oud. eu op wie nimmer eenige verden
king gerust had, die sleeds met eere dien
Imogen ouderdom bereikt had, op eenmaal
tot misstappen vervallen was, en zich van
misdaden betigt zag. welke ieders afschuw in
hooge mate opwekten. Dut niemand met dit
schrikkelijk voorbeeld zich meer, zells aan den
rand des gruis beroemen kon, den levensweg
met eere le hebben afgewandeld, want dat
het geen onzer gegeven was, le beslissen, wel
ke beproevingen ons aan het einde van de-
zelveu wachtten. Hij heelT daarop getracht
aan te toonen, dat al nam men aan, dat het
kind bij de geboorte geleefd en geademd had,
het wettig bewijs niet was geleverd, dat het
zelve aan oorzaken buiten hetzelve gelegen,
den dood had gevouden, als hebbende des
kundigen verzuimd, belangrijke levens orgt-
nen, het ruggemerg, de ruggestreng en andere
deelen te onderzoeken; dat hier evenmin
bleek van een gewelddadigen dood, door ver- j
stikking, en wel door het toeknijpen der j
luchtpijp, dewijl de deskuudigen verzuimd j
hadden alle de kenteekenen aan te wijzen of
te onderzoeken, die daarvan als bewijzen aan
de geregtelijke geneeskunde worden opgegeven
cn /iet meerendeel daarvan, niet bewezen
waar te bestaan of ontbraken; dat zoo men
den dood aan verzuim of nalatigheid toeschreef
de beklaagde aan dat verzuim niet schuldig
koude geacht woiden; dat bij al het aanne
melijke dut het kind reeds had opgehouden
te lev en, bij het begraven in den geitenstal,
zelfs de daden van geweld die men ten laste
van de beklaagde wilde brengen, geene ge
welddadige berooving van het leven koude
daarslellen, daar die misdaad, op een lijk
niet. denkbaar was, op grond van dit een en
ander tot ontheffing van de tegen haar in -
gebragle beschuldiging concluderende. Het
hof heeft de uitspraak in deze belangrijke
zaak bepaald op donderdag e. k., 2 Julij, des
namiddags 2 ure.
's Hertogenbosch, 24 Junij. Naar wij uit goede
bronnen vernemen, heeft er den 19 dezer tusschen
de ingezetenen van Vlijmen en die der belendende
gemeente Nieuwkuik eene schermutseling plaats ge
had, ontstaan door dat de inwoners der eene gemeente
hunne koebeesten lieten grazen op eene weide, waar
op de andere gemeente alleen vermeende regt te
hebben; waarom de.e dan ook die koebeesten wilden
schutten, terwijl re anderen zich daartegen hevig
verzetten. De officier van justitie van dit voorval
bewust, begaf zich onverwijld naar die plaats, gevolgd
door een detachement Maréohaussées.
De officier, op bovengezegd grondgebied gekomen,
vond daar een aantal gewapende bouwlieden, uit
de gezegde twee dorpen, welk als het ware krijg
tegen elkander voerden. De weide waarop deze
schermutseling plaats greep, was omzet met wachtprs
die insgelijks met wapenen toegerust, den heer offi
cier belelteden voort te gaan, en zich onder de oproe
rige landlieden te begeven.
Dadelijk echter schoot hierop een luitenant der
maréchausseés toe, en het gelukte dan ook den heer
officier van justitie, na bekendmaking zijner kwali
teit, de te zamen gekomene menigte te bereiken.
De Ed. Achtb. Heer officier van justitie trachtte
hen met bedaardheid tot stilstand te brengen; zeg
gende dat dit geschil eene territoriale kwestie is, en
de beslissing daarvan aan den regter alleen moet
worden overgelaten, die hun welke regt hebben,
regt zoude geven, waarin Z. E. A. dan ook na
eenige oogenblikken heeft mogen slagen. De volks
menigte heeft zich verwijderd en is tot heden, voor
zoo ver wij hebben vernomen, rustig gebleven,
Dank zij hiervoor de waakzame justitie, die thans
weder een nieuw blijk van haren onvermoeiden ijver
heeft aan den dag gelegd, en aldus een oproer
voorgekomen, hetwelk zeer noodlottige gevolgen zou
de kunnen gehad hebben.
'sGravenhag-, 27 Juuij. Het Prov. Hof iu Zuid-Holland
beeft heijeu uitspraak gedaan in de zaak van
Franzina van de Meer voormalig schoonmaakster in de
lokalen van liet kabinet des Kouiugs. Zij is schuldig ver
klaard aan diefstal van papier uit een huis, waarin zij ge
woon was, voor loon te werken en te dier zake veroordeeld
lot een half uur tcproukstelliug eu vijf jaren confinement.
De feestplegtigheden in Utrecht zijn feestplegtig
afgeloopen. De bewondering van de duizenden
Utrechtenaars en van elders toegestrooinden Nederlan
ders en vreemdelingen, is ten top gestegen over de
dragt der costumes en de smaakvolle zamenstelling
van den optogt, die dan ook duizende guldens uit
de zakken van vele ouders in die der Utrechtsche
winkeliers, kleedermakers, naaisters, enz. hebben
doen overgaan, behalve nog in die der koffijhuis-
houders, wijnkoopers, restaurateurs, enz. enz. Bij een
uitgebreid feestgenot moet het dan ook in dezen
winstgevenden tijd niet aan geld ontbreken; zoo
hebben Botterdam en Amsterdam mede feestgevierd;
de eerste stad met eene groote jacht-club, de tweede
met eene groote w(p)impel-partij. Zeker predikant,
haalde, van die eerste feestviering gewagende, in zijne
kernachtige leerrede van 14 Junij, aan, dat de tijd
geest zich kenmeikt door feestelijke beozelingen,
bestemd om de menschen meer en meer af te leiden
van het nadenken over godsdienstige onderwerpen;
hij had er kunnen bijvoegen, en om ze meer en
meer van het beoefenen der noodige zuinigheid te
ontwennen. Nu heeft er te Apeldoorn den 23, 24
en 25 dezer eene Engelsche wedrennerij plaats gehad.
Het prospectus daarvan behelsde onder anderen, dat