Nieuwstijdingen. 19 Februari ©©SÏ'SGSB P@8*0 Uit Krakau en uit Posen wordt weder van gisling en van gevangen nemingen in het koningrijk Polen geschreven. In laatstgemelcle stad is eene dievenbende ontdektdie lan ge jaren bestaan had, en hare veilig heid, onder andere, te danken schijnt gehad te hebben aan de zonder linge schuilplaats, welke zij gekozen bad. In verstandhouding met ze keren kerkbediende, verzamelden zich de dieven namelijk in de graf kelders onder het Bernardijner klooster nadat zij de kisten weg genomen deels tot brandhout stuk gehakt, endeels in slaapsteden om gevormd hadden. De gebeenten ge- bruikten zij voor een gedeelte tot kandelaars. Dit licht in de graf kelders hetgeen zij door lange straffeloosheid waarschijnlijk te stout geworden wat onvoorzigtig behandelden heeft hen eindelijk verradendaar het door eenen I voorbijganger gezien werd. Dantzig, 6 February. In den afgeloopenen nacht, omstreeks 12 ure, ontstond er brand in de behuizing van den koopman Pick in de Lang- gasse welke zoo hevig toenam dat •noch het huis, noch de goederen behouden kouden worden, en het den bewoners niet, dan met de uitei- sle moeite gelukte zich te redden. HeL schijnt dat de trappen het eerst in brand zijn geraakt, want den bewoners van de tweede ^verdieping, der weduwe van hoofdman W. en haren kinderen, bleef geen' uitweg, als over het dak van het belendende huis. De oudste dochter sprong in haren angst uit een venster, dat in den tuin uitkwam; deze wanhopige pogiug gelukte; doch in het ligtsle nachtgewaad door het brandende 1845» De uitgave geschiedt oi maandag, woensdag en vrij dag, des voormiddags. huis heen loopende brandde zij zich de voeten handen borst en gelaat dermate, dat men aan haar behoud wanhoopt. Weinige dagen geleden is er te Parijs weder eene vreesselijkc misdaad gepleegdwaarvan de bijzonderheden hier volgen: Zekere Duquay, 35 jaren oud, en van beroep schoenmaker, was negen maanden geleden, met een schoon jong meisje van 22 jaren in den echt getreden. Duquay was echter aan den drank verslaafd waardoor naauwelijks eene maand na zijn hu welijk reeds huisselijkeoncenigheden ontstonden, terwijl het ongelijk steeds van zijnen kant kwam. Eenigen tijd later, vier of vijf maan den na het huwelijkhad de jonge vrouw welke steeds haren pligten getrouw was geble ven, de slechtste behandeling van haren mau te verdurendaar deze telkenmale wanneet- hij beschonken was, hetgeen hem ongelukkig lijk zeer dikwerf overkwam, zijne vrouw schan delijk mishandelde. Deze gewelddadigheden maakten haar den echtelijken staat onverdra- gelijk zoodat zij haren man verliet, en hij hare moeder terugkeerde, Duquay was er echter weldra achtergekomen, waar zij de wijk geno men had, en liet duurde ook niet lang, of hij kwam haar smeeken tot hem terug tekeeren: zij weigerde zulks echter; doch op zijn aan dringen en de plegtige belofte van voor altijd den drank te zuilen laten varen, besloot zij eindelijk weder naar het echtelijke huis terug te keeren. Drie dagen daarna had zij echter weder de vorige mishandelingen te verduren zoouat zij zich op nieuw genoodzaakt vond, tot hare moeder de wijk te nemen, hij welke zij zich bevond, toen tegen zes ure in den avond haar man daar kwam. Bij het binnenkomen vroeg Duquay haar of zij met hem wilde terugkee- refrg. hij scheen vrij kalm, en men konde niet bespeuren, dat hij beschonken was. Op het. antwoord zijner vrouw, dat zij nooit meer bij hem wilde lerugkomen, haalde hij een ponjaard mes uit ziju' zak, en met hetzelve rondzwaai- jende zeide hijdat, als zulks het geval was, zij heiden moesten sterven. Naauwelijks had hij deze vreesselijke bedreiging geuit, of hij wierp zich op zijne ongelukkige vrouw smeet haar op den grond, en sneed haar den^hals af zoodat zij onmiddelijk den geest gaf. De moeder der ongelukkige kon niettegen staande al hate pogingen, den moordenaar niet

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1845 | | pagina 1