Nieuwstijdingen. 11. (eerste jaargang.) i 841, ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE. Het abonnement is WOFNSD4G De uitgave geschiedt 2Cts. in de week. op maandag, woensd. Enkele nummers 2 av-OTVimti en vrijdagdes voor- Cents. 11 &EP1EMIS* middags. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. Westkapelle, (Walcheren) 4 Sept. In den namiddag van den 2. dezer waren eenige arbeiders, dijk- of kramwerkers alhier bezig een groot zinkstukbevo rens door hen vervaardigd, naar Domburg af te drijven waar men hetzelve, tot dekking van eene plek afgeweken gronds moest doen zinken. Des a- vonds in de nabijheid van Dom burg gekomen, toen het reeds duister werd, dreef de lelie wind het zinkstuk, waarop zich ne gen menschcn, meest allen huis vaders, bevonden, roet vreese- lijke snelheid naar zee, en zagen de ongelukkigen, ondanks hun angstgeschrei en alle mogelijke krachtinspanning, door stroom en wind, in het duister, zich zeewaarts gesleurd, waar de branding het buigzame zinkstuk met iedereu golfslag van een dreigde te scheuren. Dat men zich den aan wanhoop gren- zenden toestand voor oogen stelle den geheelen nachtzon der eenige menschelijke hulp op het waggelend broos van teenen en rijswerk gevlochten zinkstuk te midden der onstui- migezee met doodsangst wor stelende, hunne angstkreten, hunne gebeden de zielver- scheurende gedachten aan hunne vrouwen en kinderen bij den naderenden dood dat alles kan alleen hij beseffen die zich ooit in zulk eeuen gevaarlijken toe stand bevond. Eindelijk sloeg het reddiugsuur. Schipper A. Ocketvoerende het instructie-vaartuig van het Belgisch loodswezen, gevestigd te Vlissingen bevond zich op den 3den dezer des morgens ten 8 ure in zeebuiten den hoek van Westkappellemet. oosten wind en sterke koelte, en zag op zeer verren afstand iets in zee dobberen, dat naar het wrak van een schip geleek, derwaarts koers zetlende, en meer genaderd zijn de, ontdeklehij het gemelde zink stuk, waarop zich de arme kram werkers bevonden die hunne handen vol vertwijfeling naar hem uitstrekten. Ilun ter hulp te snellen en, daar zij genoegzaam van honger en dorst bezweken te spijzigen, en aan boord van zijn vaartuig te brengen en daar met kiesche menschlievendheid die zo'-g te betoonen, welke hun toestand vorderde dat alles was voor het hart van dien braven zeeman eene hoogst genoegelijke taak. Naauwelijks echter waren zij aan boord, of het zinkstuk werd dopr de branding van een gescheurd. Op dit gezigt dankten zij God met luider stem, die hun in het dringendste gevaar een' redder zond. Des morgens ten elf ure werden zij op hun ver zoek, allen behouden alhier aan land gezethunne erkentenis in vurige bewoordingen aan hunnen redder betuigende. INGEZONDEN STUKKEN. Als eene bijzonderheid kun nen wij melden, dat er in de ge meente van Oosterlaud een ap pel van een boom is gevallen, die de zwaarte had van drie en een half pond (oudgewigt). Voorleden week is er op het land van de wed. Verseput, on der Noordwelle, een Meekrop pitgedolven, waarvan de wortel de buitengewone zwaarte had, van twee ponden twee-one Neder- landsch gewigt

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1844 | | pagina 1