Waar moet je nog van inleveren
Meningen gebruik GFT-compost verdeeld
De beste wensen
Een avondje Noord-Beveland
8
VRIJDAG 17 DECEMBER 1993
it Ho i
nral/tii
il/
PJKIml
Het zal de oplettende lezer niet zijn
ontgaan dat met het fuseren van de
GMvL, het ULG en de ZLM, de
ZLM-krant in haar huidige vorm met
ingang van 1994 niet meer zal ver
schijnen. Wanneer dit nummer in de
bus valt, zal het de één na laatste
keer zijn. Daarna wordt het een
ZMO-blad of hoe het blad ook mag
gaan heten. Maar wel met een dui
delijke ZLM-achtergrond en dat be
tekent dat de rubriek "Uit de
Praktijk" zal blijven. Een goede tra
ditie wordt zodoende op zijn waarde
getoetst. Maar het betekent ook dat
als gevolg van de opschaling van
kringen het aantal praktijkschrijvers
vanuit Zeeuws-Vlaanderen van drie
naar één zal gaan. We krijgen im
mers één kring Zeeuws-Vlaanderen.
En dat betekent ook dat dit de laat
ste bijdrage is vanuit de kringstoel
of zoals dat jarenlang in deze ru
briek verwoord is geweest "HET
LAND VAN AXEL".
Het is een goede zaak dat de rubriek
blijft bestaan, zoals eerder aangege
ven. Immers, vanuit de praktijk kun
nen signalen en frustraties maar
ook positieve geluiden via deze weg
het bestuur en funktionarissen be
reiken. Maar niet alleen intern in de
organisatie, ook daarbuiten kan een
groot aantal mensen kennis nemen
van de problemen en de wensen en
van de zienswijze en de gedachten
zoals die in de praktijk, op het be
drijf leven. Of daar wat mee gedaan
wordt, zullen we moeten af
wachten.
De laatste jaren zijn we er in ieder
geval niet beter van geworden. Inte
gendeel zelfs, de realiteit is dat er
volgens berichten elke dag zo'n tien
agrariërs hun bedrijf moeten beëin
digen. De media besteden er de
laatste tijd ruime aandacht aan. Het
lijkt er nu toch op dat het hier en
daar begint door te dringen dat het
fout gaat. Niet alleen met de agra
riërs zelf, maar met het platteland
zelf ook. Wanneer we enkele jaren
terug kijken, zien we hoeveel colle
ga's er al zijn afgehaakt of een baan
erbij hebben, en daarnaast het be
drijf er nog wat bijdoen. Wanneer je
enkele jaren vooruit probeert te kij
ken, dan realiseer je je hoeveel be
drijven er staan waar geen opvolger
voor is. Dan zie je verpauperde en
verpauperende boerderijen. Voor
onderhoud is geen geld meer of het
heeft geen zin meer. En dan vraag je
je af, wanneer het beleid niet veran
dert, is dit dan het toekomstbeeld
van het Zeeuwse platteland. Helaas
is dat beeld in andere landen zoals
in Frankrijk en Duitsland al vele jaren
aan de gang. Dus wat dat betreft is
de toekomst inderdaad niet zo
hoopvol.
De GATT-onderhandelingen zitten
op dit ogenblik in de eindfase. Ovër
enkele dagen moet het er op of er
onder gaan. Wanneer u dit leest
moet er een overeenkomst zijn.
Dankzij het stugge standpunt van
Frankrijk heeft Amerika water bij de
wijn moeten doen. Zelfs gesteund
door onze minister-president en dat
wordt vlak voor de verkiezingen dan
ook breed uitgemeten. Landbouw
akkoord pakt gunstig uit voor de
Europese boeren, stond er met een
grote kop in een krant. Ja, het pakt
zo uit, dat we minder in moeten le
veren dan vorig jaar was overeenge
komen. Maar het blijft inleveren en
dat kan ik maar moeilijk gunstig
noemen. En waar moet je op den
duur nog van inleveren. Toch zeker
in ons land, waar we in feite op een
duurte-eiland wonen en onze con
currentiepositie steeds ongunstiger
wordt. En dit dankzij de collectieve
lastendruk en de overdreven milieu-
eisen. Maar ook dit besef begint
toch langzaam in het Haagse door
te dringen. Dat de moeilijke concur
rentiepositie niet alleen onze sektor
parten speelt is duidelijk, het hele
bedrijfsleven zit ermee.
De hele materie, de hele malaise in
de landbouw leidt er toe dat steeds
minder leden van onze organisatie
ook werkelijk nog geïnteresseerd
zijn in de problematiek. Veel voorna
melijk jongere leden hebben elders
een job. De behoefte om nog verga
deringen of andere aktiviteiten bij te
wonen is klein. Hun belangen liggen
dikwijls ergens anders of men komt
alleen doelgericht naar een bijeen
komst van bijvoorbeeld de cichorei-
telersvereniging of van de
aardappeltelersgroeperingen. En zo
zien we in de vergaderingen van on
ze afdelingen de vergrijzing enorm
toenemen. Het invullen van
bestuursvacatures lukt dan nog
enigszins, maar moeilijk, dikwijls
ontbreekt de tijd of de motivatie.
Vandaar dat ook onze drie afdelin
gen toewerken naar één grote afde
ling. Degenen die zich daarvoor als
bestuurders willen inzetten zullen
dan mijns inziens ook recht hebben
op een acceptabele vergoeding. De
tijd van erebaantjes is voorbij. Wat
niet wil zeggen dat het geen eer is
om door de achterban goed genoeg
bevonden te worden om in een
bestuursfunktie gekozen te worden.
Dat gegeven blijft nog steeds over
eind. Het opheffen van de oude ei
gen vertrouwde afdeling kan
gevoelig liggen. Er zullen wellicht
emotionele gevoelens opwellen bij
de wat oudere leden. Toch denk ik
dat we dat gevoel moeten overwin
nen. Ik herinner me nog hoe men
vroeger toeleefde naar de "polder
rekening", éénmaal per jaar. Uit so
ciale oogpunten een goede en
gezellige bijeenkomst, maar als we
nu nagaan hoe na de polderconcen
tratie de wegen zijn verbeterd, de
waterhuishouding is en wordt geop
timaliseerd dan wil ook niemand te
rug naar de oude situatie. Hoewel
niet helemaal vergelijkbaar, denk ik
toch dat we ook de fusie van onze
afdelingen in het kader zo moeten
zien. Alle lezers alvast prettige
kerstdagen en een voorspoedig
1994 toegewenst.
Vervallen boerderij in de omgeving van Hoek.
Niet iedere land- en tuinbouwer in
WEST BRABANT ZUID is ermee in
genomen dat groente-, fruit- en tuin
afval als compost op land
bouwgronden wordt afgezet.
Ondanks dat GFT, als structuurver
beteraar, met succes te gebruiken
is, vinden verschillende landbou
wers enige gereserveerdheid op zijn
plaats.
Aan de ene kant komen er steeds
meer beperkingen richting land
bouw die de nodige centen gaan
kosten. Vooral de afzet van mest,
sorteerafval, planteresten uit sloten
en kroos gaat in de papieren lopen.
In plaats van als natuurlijke organi
sche mest gaat de overheid rest- en
afvalprodukten steeds meer zien als
chemisch afval dat met zorg afge
voerd en verwerkt moet worden.
Landbouworganisaties en water
schappen voeren al jaren strijd met
beleidsmakers om het tegendeel te
bewijzen.
Wat doet de overheid zelf? Om de
stroom huishoudelijk afval in te per
ken is gekozen voor een gescheiden
inzameling. Groente-, fruit- en tuin
afval apart in de container. Deze
steeds maar groeiende afvalhoop
moet een bestemming hebben,
want opslagruimte of verbranden
kost teveel. Onderzoek heeft uitge
wezen dat compostering van dit
soort produkten goed mogelijk is en
dat er een hoogwaardige meststof
als structuurverbeteraar overschiet.
Een produkt dat geen onkruidzaden,
ziektekiemen of aaltjes bevat. De
meningen hierover zijn overigens
verdeeld. Over het al of niet bevat
ten van residuen van zware metalen
is de berichtgeving vaag.
Handel en coöperaties bieden het
hun klanten/leden aan. Afhankelijk
van de analyse krijgt de afnemer en
kele guldens per ton toe. Dit is mis
schien wel de strategie achter het
verhaal. Een meststof ontvangen en
geld toe krijgen spreekt veel land
bouwers aan. Dat zij aan de andere
kant een veelvoud moeten betalen
voor waterschapslasten en heffin
gen komt op dat moment niet in
hen op. Het is juist deze handelwijze
die bij veel boeren in het verkeerde
keelgat is geschoten. Waarom stel
len handelshuizen en vooral coöpe
raties zich ook niet solidair op met
de landbouwbelangenbehartigers
en waterschappen? Zolang overheid
afval van land- en tuinbouw als
schadelijk blijft zien en huishoudelijk
afval niet, moet de landbouw een
eensgezind standpunt innemen, vin
den velen. Overigens worden er
vraagtekens gezet bij het zoge
naamde zuivere produkt. Om bier
dopjes, plastic en harde stukjes in
de gemalen massa te vinden hoef je
niet lang te zoeken. De veehouderij
is niet gelukkig met GFT-compost.
Het is voor hen een regelrechte con
current. De door wederverkopers
alom geprezen structuurverbeteraar
valt onder het Besluit Overige Orga
nische Meststoffen. Fosfaat en
stikstof tellen mee voor de mestre-
gelgeving. Tijdens de ledenraadsver
gadering in de Prins van Oranje te
Goes stond de klok stil op een mi
nuut over twaalf. "Een voorteken",
merkte een ledenraadslid op. "De
juridische fusie is een feit". Dat de
klok even over twaalf stond heeft
wellicht betrekking op de Prins van
Oranje. Dit gebouw staat op de no
minatie om een andere bestemming
te krijgen. Deze bijdrage voor Uit de
Praktijk is de laatste in ZLM-
verband. Een kleine 10 jaar is het
wel en wee uit West-Brabant Zuid
met regelmaat verschenen. Met de
ze laatste weergave wens ik alle trou
we lezers een voorspoedig 1994 toe.
Nu het jaar 1993 bijna ten einde is,
is er ook in het land van ALTEN A EN
BIESBOSCH tijd voor een beetje be
zinning op de totale landbouw. Te
rugkijkend op het afgelopen jaar
vallen vooral de extremen op. Het
weertype was in het voorjaar al
meteen goed, veel zon en weinig
neerslag. Er kon vroeg gezaaid en
gepoot worden. Het gras inkuilen in
mei ging ook vrij goed.
Maar toen kwam de zomer, weinig
zon en veel neerslag, waardoor de
graanoogst moeizaam is verlopen.
De maïs ontwikkelde zich erg goed,
maar achteraf is de maïsoogst te
gengevallen. Niet de kwantiteit
maar de kwaliteit, de tegenvallende
VEM-gehaltes in de snijmaïs, die be
duidend lager zijn dan de afgelopen
jaren. De oogst van de aardappelen
is moeizaam verlopen, niet alleen de
tijdsduur, maar ook de struktuur-
schade aan het land en de rooischa-
de van de aardappelen. Het was
eigenlijk te koud om te rooien, waar
door toch veel aardappelen blauw
zijn geworden. Ook het drogen van
de aardappelen met vrij veel grond
in de schuren geeft nogal wat pro
blemen. De suikerbieten is helemaal
een verhaal apart. In het begin van
de campagne een hoog suikergehal
te, later veel grondtarra. Maar vooral
door het vroege vriezen in novem
ber, is het bietenrooien maar ge
deeltelijk gelukt. Het onderdekken
van de bieten is vrij goed gedaan,
daar is de vorstschade meegevallen,
maar van de bieten die nu half de
cember nog in de grond staan, is
een goede afloop tochjtwijfelachtig.
De nieuwe landbouworganisatie
ZMO krijgt geleidelijk meer gestalte.
Dat moet ook, want het is bijna 1
januari 1994. Er wordt nu overal in
het ZLM-gebied afscheid genomen
van boerenbestuurders. Dat af
scheid nemen valt op sommige
plaatsen vrij zwaar. Niet alleen in de
leeftijdsgrens dan wel in het krijgen
van een andere funktie in de ZMO-
organisatie zit de keerzijde van de
medaille. Vooral als de bestuuren uit
verschillende kringen tegen elkaar
worden uitgewisseld. De beste
wensen voor de ZMO en voor de
landbouw in 1994.
Donderdagavond 9 december jl. was het zo ver: de laatste algemene
vergadering van de kring Noord-Beveland van de ZLM. Deze avond
stond in het teken van de 149-jarige geschiedenis van de kring. In zijn
openingstoespraak keek kringvoorzitter F.A. Dees in vogelvlucht te
rug op 149 jaar Noord-Beveland. Later op de avond waren er toespra
ken van een drietal oud-bestuursleden alsmede van de huidige
kringvoorzitter over "hun periode". Daarna volgde de presentatie van
het gedenkboekje over de kring Noord-Beveland, samengesteld door
S.J. van Langeraad en geschreven door ondergetekende.
Alhoewel er in de na-oorlogse periode vaak geklaagd werd over de
Nederlandse en Europese prijspolitiek, concludeerden de eerste drie
inleiders dat het, achteraf bekeken, tijdens hun periode allemaal nog
wel mee viel. Kringvoorzitter Dees, die in zijn slotwoord nog even
stilstond bij de onzekere toekomst, hield echter een somberder be
toog. Een zelfde teneur viel te bespeuren in de gesprekken na afloop
van de vergadering onder het genot van menig glas bier. Het is echter
niet geheel verwonderlijk dat de Noord-Bevelandse boereh teleur
gesteld en kwaad zijn. Decennialang, hebben zij gehoor gegeven aan
de vier peilers van het landbouwbeleid - intensivering, schaalvergro
ting, specialisatie en mechanisatie - en dachten daardoor over de be
drijven van de toekomst te beschikken. Noord-Beveland, met zijn
grote bedrijven en goede verkaveling, werd jarenlang gezien als hét
voorbeeld op akkerbouwgebied in Zeeland.
Het tegendeel lijkt momenteel waar te zijn, want het zijn juist deze
gespecialiseerde en grootschalige bedrijven die de hardste klappen
krijgen. Door de complexe en vaak tegenstrijdige regelgeving zien de
Noord-Bevelandse boeren door de bomen het bos niet meer. "Je kan
tegenwoordig niet meer fatsoenlijk plannen; wat je vandaag goed
doet, doe je morgen weer fout", zo vertelde één van de aanwezigen.
Vanuit beleid en wetenschap wordt er zeer regelmatig geopperd dat
men de bedrijfsvoering en bedrijfsontwikkeling over een andere boeg
moet gooien. Er zal inderdaad iets moeten veranderen, maar be
leidsmakers en wetenschappers gaan nogal eens gemakkelijk voorbij
aan het feit dat een ontwikkeling die 40 jaar terug in gang is gezet,
niet van het ene op het andere jaar gewijzigd kan worden.
De Noord-Bevelandse boeren hebben geen duidelijk toekomstbeeld
en hebben het gevoel dat, alle demonstraties van de afgelopen jaren
ten spijt, de politiek niet alleen niet naar hen luistert maar bovenal
hun problemen niet serieus neemt. Dit heeft tot gevolg dat er een ge
laten stemming onder de Noord-Bevelandse boeren heerst. En gela
tenheid is in crisistijden gevaarlijk. Juist nu is het noodzakelijk om de
eigen organisatie kritisch te volgen. Het belang van een gezonde do
sis kritiek werd onderstreept door kringvoorzitter Dees in zijn slot
toespraak.
Noord-Beveland wordt met ingang van 1 januari een afdeling van de
kring Midden-Zeeland van de Landbouwmaatschappij ZMO. Deze
nieuwe kring zal een aanmerkelijk heterogener landbouwgebied
bestrijken dan de kring Noord-Beveland. Verscheidenheid hoeft een
adequate belangenbehartiging echter niet in de weg te staan, zolang
de bestuurders zich terdege bewust zijn van het feit dat er tussen en
binnen de verschillende regio's aanmerkelijke verschillen in bedrijfs
voering en bedrijfsontwikkeling bestaan.
Langs deze, enigszins onpersoonlijke weg wil ik het kringbestuur
Noord-Beveland bedanken voor het geschenk - het woordenboek der
Zeeuwse dialecten - dat ik kreeg als blijk van waardering voor het
schrijven van het gedenkboekje over de kring Noord-Beveland. Ik
henote van 'n aevendje Noord-Beveland. En ok a weun ik a 'n êle tied
nie mi op Noord-Beveland, ik voe/e m'n d'r nog altied thuus.
Han Wiskerke