9L> Tijdig inspelen op milieuregels Leverbot behandeling niet altijd nodig Schapenhouderij bundelt de krachten in één organisatie Landbouwschap vindt korting voor slachtkuikens haalbaar In dit artikel wordt dieper ingegaan op het inspelen op de milieumaatregelen en op de verschillende subsidievormen. De toekomstige milieumaatregelen kunnen bij een aantal bedrijven een flinke kostenpost gaan vormen. Denk daarbij aan heffingen op grote mineralenoverschottenkosten voor mestafzet enz. Het DLV-team Breda heeft de laatste jaren veel gerichte adviezen gegeven om het mineraienoverschot op het individuele bedrijf te verminderen. Daarbij blijkt dat een lager mineraienoverschot niet alleen gunstig is voor het milieu, maar ook vaak een verbetering van het inkomen geeft!! Pluimveehouders teleurgesteld over houding schap VRIJDAG 26 NOVEMBER 1993 Deelnemers aan het Bemestings Advies Programma kunnen tij dens het groeiseizoen extra begeleiding krijgen Mineralenactieplan Om een lagere mineraienoverschot te realiseren, beschikt de DLV over een aantal voorlichtingspakketten. U kunt uit de volgende onderwer pen kiezen: Bemestingsplan Graslandgebruik BAP-begeleiding Voerplan enz. Ook van deze regeling is een volle dig overzicht van de gesubsidieerde investeringen te verkrijgen bij de DBH's. De DLV kan deze aanvraag voor u verzorgen. Ook hier moet de aan vraag, vóórdat u verplichtingen aan gaat, ingediend zijn. Toelichting op de onderwerpen Met het bemestingsplan wordt uit gegaan van een optimale verdeling van de drijfmest, zodat zo weinig mogelijk kunstmest aangekocht hoeft te worden. Bij de berekening wordt uitgegaan van het "Verfijnde stikstofadvies" en de aangepaste werkingscoëfficiënten van de dierlij ke mest. Met goed graslandbeheer bespaart u op voerkosten in de zomer én in de winter. Tijdens het groeiseizoen beoordelen we twee keer het gras land en bekijken we het gebruik van de percelen. Deelnemers aan het Bemestings Advies Programma (BAP) kunnen tijdens het groeiseizoen extra bege leiding krijgen. Vooral het vertalen van de adviezen naar de praktijksi tuatie krijgt hierbij de nadruk. Met het voerplan wordt de voeding van de winter nader bekeken van de verschillende diergroepen: melk koeien, droge koeien en het jongvee. De mineralenvoorziening krijgt hier bij natuurlijk alle aandacht. Als u contact opneemt, bekijkt de DLV met u welke onderwerpen voor u interessant zijn. Bedenk: door tij dig werken aan het mineraienover schot op uw bedrijf, bent u voorbereid op de toekomst! Subsidie: nu aanvragen Voor rundveehouderijbedrijven zijn nog een beperkt aantal subsidies mogelijk. Zo is er subsidie te verkrij gen met de SVL (Structuur Verbete ring Landbouwbedrijven) en CRL (Complementaire Regeling Land bouw). Met de VAMIL kunt u ver vroegd afschrijven op een aantal milieu-investeringen. SVL (Structuur Verbetering Landbouw bedrijven) De volgende investeringen vallen hier o.a. onder: Mestinjecteur, zodebe- mester, bouwlandin- jecteur 20% Afdekking mestbassins 25% Krachtvoercomputer 25% Procescomputer op kunstmeststrooiers 20% Extra silo voor meerfa- sevoedering 25% Vloeistofdichte kuilvoer- platen met put en goten voor opvang van pers sappen 25% Vloeistofdichte platen voor opslag van vaste mestopslag met put en goten 25% Werktuigen voor mecha nische onkruid- bestrijding 20% Overige investeringen 7,5% enz. Een volledig overzicht is te verkrij gen bij de Bureauhouder. In deze brochure staan ook de voor waarden voor de aanvraag. De DLV kan deze aanvraag geheel voor u verzorgen. Bedenk wel dat de aanvraag vóórdat u verplichtin gen aangaat, ingediend moet zijn. CRL (Complementaire Regeling) Deze regeling geeft o.a. subsidie op: Afdekking mestopslag 25% Procescomputer op kunstmeststrooier 20% Vloeistofdichte platen voor opslag van vaste mest met put en goten 25% Werktuigen voor mecha nische onkruidbestrij- ding 20% VAMIL (Vervroegde afschrijving Milieu investeringen) Met deze regeling is het vervroegd afschrijven op een aantal investerin gen mogelijk. De volgende investe ringen zitten er o.a. in: Sleepvoet-ad-machine CFK-vrije warmtepomp (warmte- terugwinning) CFK-vrije koelsystemen; ook om- bouwpakketten Groenlabelstallen Kantstrooi-inrichting en proces computer bij kunstmeststrooier Machines mechanische onkruid- bestrijding Dubbelwandige tanks voor on dergronds opslaan van af valstoffen Geluidsarme pompen (watering- pomp, vacuümpomp met dempers) De aanvraag moet binnen 6 weken na het aangaan van de verplichtin gen gedaan worden bij bureau VA MIL. De accountant kan de aanvraag voor u verzorgen. Meer informatie? Wilt u meer informatie over de ver schillende subsidievormen, dan kunt u met de DLV contact opne men. Die bekijkt dan wat de meest interessante subsidie (SVL en/of CRL) voor u is en vraagt deze aan. De aanvraag van de VAMIL kan de accountant voor u verzorgen. Franka Vermeulen DLV-Rundveehouderij Breda 076-203190 In het algemeen is er weinig besmetting op het gewas aanwezig. De Werkgroep Leverbotprognose acht een behandeling tegen lever- bot bij runderen alleen nodig nadat, door middel van bloed- en/of mestonderzoek een leverbotinfectie is vastgesteld. Geadviseerd wordt schapen in het westen van Neder land, het veenweidegebied van Utrecht, tussen de grote rivieren, Twente en het dijkgebied Noord- Oost Groningen, eind november/be gin december te behandelen. De kring West-Nederland van de NOP (Nederlandse Organisatie van Pluimveehouders) blijft ervan over tuigd dat een korting van dertig pro cent op de fosfaatreferentie ook bij slachtkuikens onhaalbaar is. Dit geldt met name bij hogere aflever- gewichten. In een schriftelijke reactie erkent het Landbouwschap dat reeds in 1986 Een droog voorjaar, gevolgd door een natte zomer, resulteerde in een toename van de slakkenpopulatie. Op bedrijven waar vorig jaar lever botziekte is vastgesteld, is dit wei- deseizoen, vanaf juli een lichte besmetting op het gewas afgezet. Deze situatie heeft zich ook voorge daan op bedrijven in bovengenoem de gebieden. Ook op bedrijven met een uitzonderlijke waterhuishouding kan een leverbotinfectie worden verwacht. Het beeld van de geringe besmetting wordt bevestigd door bij de vaststelling van de forfaitaire normen ten onrechte geen rekening is gehouden met verschillen in afle- vergewichten van slachtkuikens, maar dat daaraan niets meer valt te doen. Met name West-Nederlandse pluimveehouders, die zware kuikens produceerden voor de Engelse markt, werden daar toen al door be nadeeld. Door de korting in 1995 gebeurt dat nog een keer. slachthuis-, sectie-, bloed- en mest- gegevens. Voor de behandeling van schapen dient men een leverbot- middel te gebruiken dat werkzaam is tegen jonge leverbotinfecties. Bij twijfel over het voorkomen van leverbotinfecties op uw bedrijf, kunt u bloed- en/of mestonderzoek laten verrichten door de Gezondheids dienst voor Dieren. Voor een goed onderzoek wordt aangeraden mini maal 5 monsters per diersoort te la ten onderzoeken op leverbotinfecties. Het Landbouwschap rekent voor dat ook bij hogere aflevergewichten dertig procent korting technisch haalbaar is. Het NOP-kringbestuur kan echter op basis van praktijkge- gevens aantonen dat dit niet klopt. Daarnaast zet het bestuur grote vraagtekens bij de bedrijfseconomi sche gevolgen. De NOP is bijzonder teleurgesteld over de reactie en de houding van het Landbouwschap. Sinds juni van dit jaar praten scha penstamboeken, verenigingen van schapenhouders en vliegwielprojek- ten over de oprichting van een Ne derlandse Schapenfokkerij Organisatie. Er zijn op dit moment zo'n 50-60 mensen van alle betrok ken organisaties aan het werk om te bepalen hoe de nieuwe organisatie opgezet moet worden en welke ta ken zij moet krijgen. De aanleiding van dit projekt is het rapport "visie op de schapenhouderij" dat door het I.K.C.-veehouderij in opdracht van Stichting O.B.I.S. is geschreven. Op de studiedag "Schapenhoude rij" van de Nederlands Zoötechni- sche Vereniging heeft de stuurgroep een tussenrapportage gepresen teerd. Volgens de tussenrapportage zullen de stamboeken en de vereni gingen opgaan in de nieuwe organi satie. Schapenhouders worden rechtstreeks lid van deze organisa tie. De huidige verenigingen van schapenhouders en de stamboeken verdwijnen echter niet volledig. Zij krijgen in de nieuwe opzet een plaats. De invulling hiervan wordt nog nader uitgewerkt. De nieuwe organisatie heeft twee hoofddoelstellingen. De belangrijk ste is de dienstverlening aan de schapenhouders en de andere is be langenbehartiging voor de schapen sector. De N.S.O. krijgt onder andere de volgende taken: registratie van diergegevens, automatisering, fok waardeschatting, reglementering van fokkerijzaken, voorlichting en mogelijk uitvoerende taken bij I- en R-regeling, in nauw overleg en sa menwerking met de Stichting Ge zondheidsdienst voor Dieren. Tevens heeft de N.S.O. i.o. volgens de tussenrapportage buitendienst medewerkers die tal van diensten verlenen op de bedrijven van de le den. Te denken valt aan exterieurbe- oordeling, classificatie, wegen, selektie, ondersteuning van fokkerij- aktiviteiten, bemiddeling bij aan- en verkoop van dieren, adviezen bij de bedrijfsvoering en promotie van de schapensector. Op 27 januari 1994 zal de stuur groep het eindrapport presenteren aan alle betrokken organisaties.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1993 | | pagina 10