SPREID DE RISICO'S
Gevolgen strengere AAW/WAO
groot voor zelfstandigen
KNLC
kommentaar
zaal naast de taatrijpe rassen
de vroegrijpe wintertarwe
■fin
Eén gemet in vijf kwartier
Varkenshouderij ziet nog geen lichtpuntjes
Remmende voorsprong
Commissie Sociale Zaken KNLC:
♦♦V
VU
l3.JL.JPik.L.i
VRIJDAG 15 OKTOBER 1993
De Wet Terugdringing Beroep Ar
beidsongeschiktheidsregeling heeft
tot gevolg dat werknemers, maar
ook zelfstandigen, minder snel voor
een uitkering in aanmerking komen
indien sprake is van gedeeltelijke ar
beidsongeschiktheid. Deze conclu
sie trekt de Commissie Sociale
Zaken van het KNLC.
In de vergadering van 8 oktober j.l.
besteedde de Commissie Sociale
Zaken van het KNLC aandacht aan
de gevolgen van de vele veranderin
gen op het terrein van de sociale ze
kerheid. De Commissie is van
mening dat de gevolgen van alle
wet- en regelgeving die in het kader
van onder andere het terugdringen
van het arbeidsongeschiktheidsvo
lume, de malusregeling en de terug
dringing ziekteverzuim veel
onduidelijkheid verschaffen.Het lijkt
wel een doolhof en het geeft veel
onzekerheid bij de leden, zo merkte
de Commissie op.
Berichten in de landelijke pers doen
vermoeden dat de gevolgen van het
zogenoemde Schattingsbesluit niet
in overeenstemming zijn met de be
doelingen van de nieuwe WAO. Doel
van de nieuwe wetgeving was min
der mensen een beroep te laten doen
op de AAW/WAO. Een van de uit
werkingen is nu dat voor zelfstandi
gen in plaats van 'passende arbeid'
gaat gelden het begrip 'algemeen
geaccepteerde arbeid' en het daar
mee te verdienen hoogste loon. Dit
criterium is het centrale element
van het nieuwe arbeidsongeschikt
heidscriterium. Het kan betekenen
dat een zelfstandige die gedeeltelijk
arbeidsongeschikt raakt, geacht
wordt in loondienst te gaan werken,
bijvoorbeeld in een kantoorbaan.
In bepaalde gevallen (bij een laag in
komen) kan het betekenen dat er
geen AAW-uitkering meer wordt
verstrekt. Wat de consequenties
voor zelfstandigen zullen zijn is op
dit moment moeilijk te zeggen. De
uitvoeringspraktijk moet gaan uit
wijzen wat de uiteindelijke effecten
zullen zijn. Staatssecretaris Wallage
van Sociale Zaken heeft toegezegd
met deze uitvoeringspraktijk reke
ning te houden en zonodig kunnen
nadere regels worden gesteld. In
dien blijkt dat ook voor zelfstandi
gen de nieuwe AAW/WAO negatief
uitwerkt, zal opnieuw naar de regels
gekeken moeten worden.
Nazorg
Naar aanleiding van het brede CLO-
overleg op 20 september j.l. en het
gevoerde gesprek met premier Lub
bers stelde de Commissie Sociale
Zaken dat ingespeeld moet worden
op mogelijke tegemoetkomingen
voor de agrarische sector. Het is nu
tijd om met alternatieve oplossingen
en goede ideeën te komen, zo werd
gesteld. De Commissie vraagt aan
dacht voor de perspectiefvolle be
drijven die in financiële
moeilijkheden zitten. Juist voor deze
bedrijven moeten de banken een
overbruggingsregeling kunnen
treffen.
Indien sprake is van gedwongen be
drijfsbeëindiging, is voor de land
bouworganisaties van belang ook
aandacht te besteden aan het ver
volgtraject: de nazorg. Vanuit de
Geldersche Mij werd gewezen op de
cursus 'Ondernemen en verande
ren', waarin aandacht besteed
wordt aan de mogelijkheden die er
zijn nadat blijkt dat voortzetting van
het huidige bedrijf niet mogelijk is.
Zomeronderbreking
Tot slot reageerde de Commissie in
stemmend op het openstellen van
de zogenoemde zomeronderbreking
door het GUO. Door het aanhouden
de slechte weer, met name in het
noorden van het land, is een noodsi
tuatie ontstaan die het rechtvaar
digt dat bedrijven met personeel,
waarvoor geen vervangende werk
zaamheden zijn, hun werknemers
gebruik kunnen laten maken van de
onderbrekingsregeling.
In de vergadering werd afscheid ge
nomen van de heer J.D. Wentink. Hij
vertegenwoordigde lange tijd de
Geldersche Mij in de Commissie So
ciale Zaken.
Luit Rietema.
deze hakselaar gaat het misschien
niet zo snel, maar het is wel moge
lijk om zonder loonwerker de maïs in
de kuil te krijgen. Voor ons is dat
voordeliger en de buurman verdient
er met zijn hakselaar een leuk centje
bij. We betalen voor het hakselen
een bedrag per ha. Doordat je elkaar
zo goed kent brengt burenhulp ook
altijd veel gezelligheid mee, en dat is
ook belangrijk".
De trekker met hakselaar rijdt ach
teruit. Voor de chauffeur is het ech
ter net of de trekker vooruit rijdt,
want hij zit achterstevoren in de ca
bine, en alle besturings- en bedie
ningsinstrumenten zijn achter op de
trekker gebouwd.
Met deze tweerijïge hakselaar ach
terop de trekker gebouwd oogsten
de gebroeders Poppe uit Oostkapel-
le ongeveer een gemet maïs in vijf
kwartier, oftewel een ha in drie uur.
Ze hakselen er de maïs van drie of
vier boeren in hun omgeving mee,
waaronder de acht ha voor de ca 80
stieren van José en Addie de Buck.
"We zijn vorige week donderdag
begonnen en zaterdagavond zat al
les in de kuil", vertelt Addie. "Het
was wel drie dagen hard werken,
maar het ging prima. Het perceel is
goed gedraineerd, waardoor het niet
te nat was, en het bleef gelukkig
een paar dagen droog. Enkele buren
helpen ons altijd met de oogst. Met
Steeds meer varkenshouders kun
nen niet meer voldoen aan hun af
lossingsverplichtingen. "Er spelen
zich drama's af aan de keukenta
fels', weet de Afdeling Verede-
lingslandbouw van het KNLC. Pas
nu ook de toeleverende en verwer
kende industrie in problemen ko
men, lijkt de overheid ervan
overtuigd dat er sprake is van een
crisis. De markten van biggen en
varkensvlees blijven overvoerd, zo
dat het eind van de malaise nog niet
in zicht is.
De slechte financiële situatie in de
varkenshouderij begint helaas een
vast agendapunt te worden voor de
Afdeling Veredelingslandbouw van
het KNLC. Ook op haar vergadering
van 8 oktober 1993 kon de Afdeling
weinig tot geen positieve ontwikke
lingen bespeuren. Zowel voor big
gen als voor varkensvlees blijft de
markt in de EG overvoerd. De lage
prijzen duren onverminderd voort en
lijken eerder te gaan dalen dan te
stijgen.
De Afdeling vindt de prijsaanpas
sing om de afzet van lichtere biggen
te bevorderen een klein pluspuntje.
In de gewichtsklasse van 76 tot 81
kilogram wordt nu ook de classifica
tie betaald. "Dit levert een dubbeltje
prijsverhoging op en leidt tot een
toename van twee procent bij het
aantal opgezette biggen", verwacht
de Afdeling. Ze vreest dat het
pluspuntje snel weer teniet gaat.
Vanwege het slechte rendement zijn
er namelijk veel varkensmesters die
terughoudend zijn bij het opleggen
van biggen. ("Een slechte zaak,
maar moeilijk te doorbreken"). Ook
bij de zeugenhouders is er sprake
van terughoudendheid. De vervan
ging van zeugen is teruggelopen
van 40 naar 35 procent. Tevens vin
den vijf tien procent meer zeu
genslachtingen plaats in Nederland.
Crisis
De Afdeling blijft er op hameren dat
de bestaande middelen, die de var
kenshouders in deze tijd kunnen
bijstaan, maximaal moeten worden
opgerekt. De Afdeling wendt zich
daarbij tot de ministeries van LNV,
Financiën en Sociale Zaken en
Werkgelegenheid. "Bij de zeugen
houders kan momenteel één op de
drie niet voldoen aan de aflos
singsverplichtingen, bij de vlees
varkenhouders is dat één op de vijf.
We mogen het woord crisis dan
toch duidelijk in de mond nemen. Er
spelen zich drama's af aan de keu
kentafel".
"Die 'paar boeren' die afvallen lijken
niet zo zwaar te tellen. Pas nu ook in
de verwerkende en toeleverende in
dustrie zware klappen vallen bij de
werkgelegenheid, lijkt de overheid
enigszins onder de indruk".
Nederland heeft jarenlang als
klein land achter de Verenigde
Staten de tweede plaats ingeno
men a/s exporteur van agrari
sche produkten. Sinds twee jaar
is Nederland van die plaats ver
drongen door het 17 keer zo gro
te Frankrijk. Op zich is het
misschien niet zo verwonderlijk
dat Nederland niet langer in staat
is om de tweede plaats vast te
houden. Een groter land heeft
immers in principe meer potentie
om agrarische produkten voort
te brengen.
De vraag is echter of de ver
schuiving die zich de laatste ja
ren voordoet veroorzaakt wordt
door de grotere mogelijkheden
van Frankrijk, of door verande
ring in beleid. Ik denk dat dit
laatste het geval is. Nederland
heeft zijn toppositie in het verle
den bereikt door goed onderne
merschap en door een goed
georganiseerde toelevering, ver
werking en afzet van de produk
ten. De ligging van Nederland
ten opzichte van de grote bevol
kingscentra binnen Europa is
daarbij goed benut om tot een
grote afzet te komen. Eerlijk
heidshalve moet daarbij ook
worden gezegd dat het EG-
beleid van de laatste 30 jaar ook
de mogelijkheid gaf aan de on
dernemers om goed op de
Europese- en wereldmarkt in te
spelen. De mogelijkheden van
een gedeeltelijk door heffingen
beschermde EG-markt, de vrije
import van sommige vervangen
de produkten en de exportresti
tuties zijn door ondernemend
Nederland goed benut. Het goed
inspelen op de markt en de re
gelgeving valt niemand te verwij
ten, integendeel, daar moet men
gebruik van maken.
Bakens verzetten
Nu het EG-landbouwbeleid de
laatste jaren sterk gewijzigd is,
zullen zowel de primaire sector
a/s de sector van verwerking en
afzet de bakens moeten verzet
ten. Het is een bekend verschijn
sel dat een sector van het
bedrijfsleven dat in het verleden
een voorsprong had, zich moei
lijk aan nieuwe situaties aanpast.
Deze wet van de remmende
voorsprong heeft nu ook zijn uit
werking op het agrarische be
drijfsleven in Nederland. Het is
noodzakelijk om op een gepaste
manier op de veranderende
markt en regelgeving in te spe
len. Andere landen die vanuit
een achterstandssituatie werken
hebben daar minder moeite mee
en kunnen dat ook gemakkelijker
doen.
In ons land zijn de laatste jaren
veel investeringen gedaan. De
lasten daarvan zijn nog niet afge
schreven. Het bedrijfsleven in an
dere landen is nu bezig te
investeren, en kan dus beter in
spelen op de gewijzigde situatie.
Dit geldt niet alleen voor verwer
king en afzet, maar ook voor de
primaire sector. Met name in de
primaire sector geldt, dat subsi
dieregelingen die wij in het verle
den gekend hebben, nu pas
worden toegepast in andere EG-
landen. Met name in Frankrijk
gaat veel EG- en nationale subsi
die naar de bedrijfsontwikkeling.
Hetzelfde geldt voor Duitsland.
De inhaalslag die in die landen
nu plaatsvindt wordt door onze
boeren en tuinders terecht als
concurrentievervalsend onder
vonden. In ons land zijn we im
mers al weer toe aan de tweede
ronde van bedrijfsaanpassing,
die mede een gevolg is van de
scherpe milieueisen die ons land
toepast.
Radicale vernieuwing
Bij de constatering dat subsidies
concurrentieverstorend werken
moeten we wel bedenken dat
deze in feite maar een geringe in
vloed hebben op de be
drijfslasten in zijn totaliteit. Dat
geldt zowel voor het buitenland
als hier. Het uiteindelijke bedrijfs
resultaat en de mogelijkheden
om te overleven zijn maar in be
perkte mate afhankelijk van het
al of niet krijgen van subsidies.
Het uiteindelijke bedrijfsresultaat
is veel meer afhankelijk van on
dernemerschap en de doelmatig
heid van toelevering en afzet van
de produkten, en de efficiency
van de dienstverlening ten op
zichte van het primaire bedrijf.
Hoewel wij in Nederland op deze
gebieden al jarenlang een voor
sprong hebben, dreigt ook hier
een achterstand te ontstaan uit
de voorsprong die we hadden.
Oude structuren werken hier
remmend op vernieuwing en
kostenbesparing. De tot nu toe
vrij conservatieve zuivelorganisa-
ties zijn in NZO-verband tot een
radicale vernieuwing gekomen,
waarbij in principe alle oude
structuren verdwijnen. Een nieu
we organisatie wordt opge
bouwd om die zaken te doen die
nu nodig zijn.
Het lijkt me in het belang van de
primaire producenten in land- en
tuinbouw dat deze veranderings-
aanpak zowel bij toelevering,
verwerking, afzet en belangen
behartiging breed wordt doorge
zet. Maar ook de ondernemer op
zijn eigen bedrijf zal gevolgtrek
kingen moeten maken ten be
hoeve van zijn bedrijfsvoering en
produktie, omdat markt en be
leid snel veranderen. In deze vi
sie kan niet elke coöperatie,
organisatie en elk land- en tuin
bouwbedrijf blijven bestaan. Om
de wet van de remmende voor
sprong te overwinnen en zoveel
mogelijk gezonde bedrijven in
land- en tuinbouw te behouden
is deze operatie wel noodza
kelijk.
Dam Jaarsma
algemeen secretaris KNLC
EUREKA
CERES NEDERLAND BV
076-601556