Landbouwschap wil actieplan voor aanpak malaise land- en tuinbouw Alders opent nieuwbouw Agrarische Hogeschool "Moot zandgebieden geen aanscherping ammoniakeisen" Kritiek op reorganisaties LNV GFT en zuiveringsslib KNLC: kwaliteit geen remedie tegen alle kwalen Pachtnormen Het bestuur van het Landbouw schap wil op korte termijn een ac tieplan opstellen om de malaise in de land- en tuinbouw aan te pak ken. Het plan moet een vervolg worden op de analyse die het schap heeft gemaakt van de sociaal- economische moeilijkheden in de agrarische sector. Uit dit onderzoek is gebleken dat vrijwel alle sectoren te maken hebben met sterk teruglo pende bedrijfsinkomsten, een analy se die woensdag jl. door alle bestuursleden werd onderschreven. Volgens het bestuur moeten nu snel sectorplannen worden gemaakt om te kunnen komen tot kostenbespa ring en kwaliteitsverbetering. In sa menwerking met het overig bedrijfsleven zal ook worden beke ken hoe de afzet en vermarkting van agrarische produkten kan worden verbeterd. Verschillende bestuursleden spra ken hun bezorgdheid uit over de te rughoudende opstelling van de overheid tot nu toe bij de erkenning van de problemen. "De voorwaar den voor een goed functioneren van de land- en tuinbouw moeten maxi maal zijn. Het ministerie van Land bouw moet daarom niet teveel bezig zijn met alleen het opstellen van regels. Het is geen kwestie meer van een opgestoken vinger, maar van een uitgestoken hand", zo sprak voorzitter Varekamp. Naar aanleiding van het overleg met premier Lubbers woensdagochtend zei Varekamp overigens de indruk te hebben dat de overheid de proble men steeds meer erkent. KNLC: kwaliteit geen remedie In de bestuursvergadering van het KNLC op 5 oktober kwam de zeer slechte situatie in de land- en tuin bouw uitgebreid aan de orde. Het ministerie met minister Bukman voorop legt enorm de nadruk op kwaliteit. Als de Nederlandse boe ren en tuinders maar kwaliteit leve ren zijn alle problemen opgelost, maar dat is volgens het KNLC- bestuur niet waar. De overproduktie, de hoge brutoloonkosten, het mi lieubeleid en de monetaire crisis dra gen hun steentjes bij aan de huidige crisissituatie Het bestuur van het KNLC vindt het dan zeer schrijnend dat de land- en tuinbouw in de begroting '94 van het ministerie van Landbouw, Na tuurbeheer en Visserij met 20% ge kort wordt. Het Landbouwschap moet proberen die korting ongedaan te maken. Daarbij moet het schap er op wijzen dat Nederland veel geld in Europa laat liggen door maar mond jesmaat gebruik te maken van Euro pese regelingen. Wil er nog extra geld voor de landbouw komen, dan moet dat bij de financiële beschou wingen aangekaart worden. De behandeling van de begroting van LNV kan alleen tot een herschik king van middelen binnen het ministe rie zelf leiden, maar dan komen er geen extra gelden meer los. Agribusiness Opvallend is dat de netto toege voegde waarde voor de sectoren akkerbouw, glastuinbouw, intensie ve veehouderij en rundveehouderij in het begrotingsjaar 92/93 met 15% gezakt is ten opzichte van het jaar 91/92. Het KNLC-bestuur vindt het zeer belangrijk dat in gesprek ken met de politiek en het kabinet de brede sociaal-economische bete kenis van de land- en tuinbouw be nadrukt wordt. Het bestuur betoogde dat'de huidige crisissitua tie kan leiden tot ineenstorting van het totale agribusiness-complex. Er staan in een aantal sectoren al veel bedrijven te koop. Ook vallen er ont slagen, niet alleen bij de agrarische bedrijven zelf (in de tuinbouw dit jaar al 1500 meer dan vorig jaar), maar ook bij de toeleverende en ver werkende industrie. Het aantal ont slagen in totaal kan dat van DAF ver overtreffen. Er zijn zware beleidsaanpassingen nodig zowel in Brussel als in Den Haag. Die aanpassingen moeten verder gaan dan symptoombestrij ding, zoals verruiming BF-beleid en verhoging maximale BZ-lening. Be langrijk, maar daar worden de pro blemen niet mee opgelost. De realiteit gebiedt te zeggen dat er misschien niet voor alle land- en tuinbouwbedrijven in de toekomst meer plaats zal zijn. De sanering zal misschien harder gaan dan de huidi ge 2 tot 3 procent per jaar. Diege nen die blijven moeten echter voldoende ontwikkelingsmogelijk heden hebben om met een lager kostprijsniveau verder te gaan. De problemen van de land- en tuinbouw kunnen niet opgelost wor den door het leveren van "kwaliteit", aldus het KNLC, ook al laat de minister niet af dat te beweren. De buitengewoon zware ammoniak eisen in de zandgebieden zullen een groot deel van de agrarische ondernemers dwingen hun bedrijf te verplaatsen of te beëindigen. Die eisen moeten daarom geschrapt worden. Bedrijfsverplaatsing dient een positieve actie te zijn en geen afstraffing. Dit zegt het bestuur van het Landbouwschap in een reactie op de kabinetsbesluiten over het Structuurschema Groene Ruimte. Het kabinet wil dat agrarische be drijven op 500-1000 meter afstand van bossen, natuurgebieden en re servaten voldoen aan een aange scherpte ammoniaknorm. Het Landbouwschap wil dat de Tweede Kamer ervoor zorgt dat de financie ring van de ambitieuze plannen uit het Structuurschema in over eenstemming wordt gebracht met de uitvoering. Het schap stelt voor alsnog vraagtekens bij een aantal mogelijke financieringsbronnen. Draagvlak Het instrument landinrichting is vol gens het schap bezig zijn draagvlak binnen de landbouw te verliezen. De aandacht van de overheid gaat te veel uit naar natuur en landschap. In zijn reactie op de nota "Landinrich ting in de jaren negentig" verzoekt het schap de minimale bedrijfseis van 190 standaardbedrijfseenheden te schrappen. Landinrichting zou juist een instrument moeten zijn om gebieden met een problematische bedrijfsstructuur weer toekomst te bieden. Het Landbouwschap wil dat ruim telijke ingrepen in bos-, natuur- of recreatiegebieden in het vervolg worden gecompenseerd met een fi nanciële storting in het zogenaamde Groenfonds (fonds van grondaan koop ten behoeve van landinrichting en natuuronmtwikkeling) in plaats van uitruil van grond. Soms maakt een zwaarwegend maatschappelijk belang zo'n ingreep noodzakelijk. Door het Groenfonds op deze ma nier te financieren kunnen plannen voor grondaankoop sneller worden gerealiseerd, zo verwacht het schap. Het Landbouwschap vindt dat on dernemers onbeperkt moeten kun nen omschakelen van de ene agrarische sector op de andere. Het structuurschema moet flexibiliteit mogelijk maken, zodat agrariërs kunnen inspelen op nieuwe moge lijkheden. Het bestuur van het KNLC is tegen het gebruik van landbouwvreemde stoffen (zoals zuiveringsslib en GFT- compost) voor de bemesting van het land. Deze stoffen zouden alleen gebruikt mogen worden, wanneer uit een analyse van de af te leveren partij blijkt dat er geen gevaarlijke stoffen, zoals zware metalen inzit ten. Daarbij is het belangrijk dat de boer een schone-grond-verklaring heeft, om in geval van foutieve ana lyse de leverancier aansprakelijk te kunnen stellen. Anders ligt de aan sprakelijkheid bij de boer zelf. Het gebruik van landbouwvreemde meststoffen, die niet geanalyseerd zijn, schaadt niet alleen de gebruiker ervan, maar de hele sector kan daar door in een kwaad daglicht ko men te staan. Een ander probleem is dat met zuiveringsslib vervuilde grond ook problemen oplevert bij de uitruil van gronden bij landinrichting. Binnen het bestuur deed zich de vraag voor of de voorgestelde ana lyses niet ook voor dierlijke mest zou moeten gelden. Deze vraag wordt bij de diverse sectoren besproken. Minister Alders van Milieu opende op 1 oktober de nieuwbouw van de Agrarische Hogeschool Delft offi cieel door een schep zand in een trechter te gieten. Met deze hande ling stelde hij een nieuwe zuiverings installatie voor verontreinigde grond in werking. De nieuwbouw bestaat uit twee torens, die een aula/congreszaal, collegezalen, een bibliotheek en een techniekhal be vatten. Voorafgaand aan de ope ningshandeling had de Agrarische Hogeschool een symposium geor ganiseerd over Milieu en Handel. Minister Alders ging in zijn toespraak nog even in op het on derwerp van het symposium. Hij be toogde dat het spanningsveld tussen milieu en handel ligt in het feit dat relevante instrumenten van milieubeleid, zoals subsidies en hef fingen dezelfde zijn als de instru menten die we in het kader van verdergaande liberalisatie juist wil len afschaffen. Alders vindt dat er in principe geen strijdigheid hoeft te zijn tussen een open handels systeem en een verantwoord milieu beleid. Hij kiest mede uit het oogpunt van milieubeleid in principe zelfs voor handelsliberalisatia Een vooruitstrevend milieubeleid hoeft volgens Alders niet verstorend te zijn voor de handel als alle landen maar dezelfde gecoördineerde mi lieudoelstellingen hanteren. Een open multilateraal handelssysteem kan doelmatig gebruik van natuurlij ke hulpbronnen bevorderen en zo verspilling te voorkomen. Hij voegde er wel aan toe dat de mi lieukosten ten volle in de prijzen moeten worden doorberekend en dat uitputting van grondstoffen moet worden verhinderd. Helaas wordt hieraan op dit moment nog nauwelijks voldaan. De GATT en de EG-regels vormen geen belemme ring voor een goed milieubeleid. Een land mag ter bescherming van het eigen milieu hoge normen stellen aan de eigen produkten en produk- tieprocessen, maar er mag niet ge discrimineerd worden tussen binnenlandse en buitenlandse pro dukten. Op het symposium sprak dr. H. Ver- bruggen, plv directeur van het Insti tuut voor Milieuvraagstukken, over de kansen van Nederland als han- delsland, prof. G. van Dijk, directeur van de Nationaal Coöperatieve Raad belichtte de milieucoöperaties. De voorzitter van het KNLC en van de Agrarische Hogeschool Delft, M. Varekamp opende het symposium en fungeerde als forumvoorzitter. KNLC betreurt decentralisatie Landinrichting Het interprovinciaal overleg (IPO) en het ministerie van LNV zijn overeen gekomen om de bevoegdheden van de provincie ten aanzien van de in richting en beheer van het landelijk gebied aanzienlijk te vergroten. In de nieuwe constructie zijn de belan gengroepen, zoals landbouw, na tuurbeheer en recreatie wat op afstand geplaatst. Het bestuur van het KNLC, dat op 8 oktober verga derde, betreurt dit in hoge mate en vindt dat er alles aan gedaan moet worden om dit ten goede te laten keren. Als de plannen van het Ministerie van Landbouw doorgaan worden de Landinrichtingsdienst en de Directie Beheer Landbouwgronden samen gevoegd en verzelfstandigd. De maatschappelijke organisaties zoals de CLO krijgen geen directe verte genwoordiging in de Raad van Bestuur van deze Gemeenschappe lijke uitvoeringsdienst. Verder komt er een Groenfonds, dat een centrale rol krijgt bij de financiering en wor den de Centrale Landinrichtings commissie en de Commissie Beheer Landbouwgronden opgehe ven. De inbreng van de CLO moet dan gaan via een op te richten Lan delijk Overlegplatform. In dit landelijk overlegplatform zal het Rijk ten behoeve van beleidsvor ming en uitwerking nota's en pro gramma's inbrengen. Verder komen er ook in de provincie gremia die de inrichting en het beheer van het lan delijk gebied ter plekke zullen regelen. Het KNLC vindt het zeer belangrijk dat het landelijk overlegplatform voldoende zwaar wordt. Samen met Natuurmonumenten, de Stichting Natuur en Milieu en de Stichting Re creatie hebben de CLO hier overleg over met het IPO en het ministerie van Landbouw. Het bestuur is van mening dat de zaken eerst landelijk goed geregeld moeten worden, voordat er provinciaal zaken kunnen worden gedaan. De CLO moeten hier aan vast houden. Voorkomen moet worden dat de inrichtingen en het beheer van het landelijk gebied afhankelijk wordt van de 'kleur' van de provinciale staten. De belangen groepen moeten een zeer belangrij ke inbreng kunnen blijven hebben bij de inrichting en het beheer van het landelijk gebied. LNO Er bestaan zeer ver gevorderde plan nen om de provinciale directies LNO op te laten gaan in een groter regio naal geheel. Het bestuur van het KNLC vindt het een pluspunt dat door deze reorganisatie de beleids vorming meer in de regio zal gaan plaats vinden, dat er meer macht in de regio komt en dat de regio dich ter bij het Haags gebeuren komt te staan. Er bëstaat echter een gevaar dat de vaak goede contacten met de achterban die er nu zijn, zullen verdwijnen. Het bestuur zal dit be treuren. Daarbij worden de provincies be leidsmatig steeds belangrijker een LNV-apparaat op afstand kan dan slecht werken, vooral omdat er veel op de sector afkomt. Mochten de plannen doorgang vinden, dan vindt het bestuur het zeer belangrijk dat huidige netwerken in stand blijven. Het ministerie mag in de provincie het contact met de achterban niet verliezen. Het is nu wel zeker dat minister Bukman het pachtnormenbesluit dit jaar niet terugdraait. Hij heeft voor volgend jaar een evaluatie aange kondigd, waarbij hopelijk het huidi ge besluit teruggedraaid wordt. Het bestuur van het KNLC, op 5 oktober in vergadering bijeen betreurt dit in hoge mate. Er zijn veel problemen met de verhoging van de pachtprijs. Het blijkt dat het ministerie het besluit niet wil terugdraaien omdat het geld, dat men door de hogere pacht denkt binnen te krijgen, al is uitgegeven. De ZLM gaat door met de voorge nomen juridische procedure tegen het besluit. Veel landbouworganisa ties raden hun boeren aan om niet te tekenen of in ieder geval onder protest te tekenen. Vooral in de Fle- vopolders wordt hier massaal ge hoor aan gegeven.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1993 | | pagina 5