Hoechst wil schade aardappel
telers goed afwikkelen
Sfeer van 'begrip voor elkaar' benutten
Van het KNLC
KNLC
Bij afsluiten beheersovereenkomsten
goedkeuring verpachter nodig
lllsis
Land- en tuinbouw
en consument
Middel Finale voorlopig niet gebruiken
Pachtnormen
snel evalueren
VRIJDAG 1 OKTOBER 1993
5
Het Loofdodingsmiddel Finale blijkt
wel degelijk de oorzaak te zijn van
rot in aardappelen. Fabrikant
Hoechst heeft dat zelf vastgesteld
in veldonderzoek, dat samen met de
Plantenziektekundige Dienst is uit
gevoerd, Het bedrijf adviseert voor
lopig geen Finale (SL 14) in te
zetten in de consumptièaardap-
pelteelt.
Hoechst heeft toegezegd de scha
de, die gebruikers van het middel
hebben opgelopen, op een goede
wijze af te wikkelen. Volgende week
zal daarover nader overleg plaatsvin
den. De problemen hebben zich
vooral in het zuidwesten voorge
daan. Ook bij de ZLM heeft zich een
aantal gedupeerde boeren gemeld.
Alle telers die betrokken zijn bij de
problemen met Finale hebben in
middels een brief ontvangen, waarin
de stand van zaken uit de doeken
wordt gedaan. Maandag 27 sep
tember j.l. heeft er een gesprek
plaatsgevonden tussen Hoechst en
de vertrouwenscommissie, die op
initiatief van de Westelijke Land en
Tuinbouw Organisatie (WLTO) is ge
vormd. Namens de ZLM zit de heer
W. van de Zande te Nieuwerkerk in
de vertrouwenscommissie.
Veldonderzoek
In dat gesprek heeft Hoechst mee
gedeeld dat zij veldonderzoek heeft
gedaan naar aanleiding van klach
ten over het loofdodingsmiddel. De
eerste resultaten van dit onderzoek
zijn voor Hoechst aanleiding de te
lers voorlopig te adviseren Finale dit
jaar niet meer te gebruiken. Dit in af
wachting van mogelijke aanpassin
gen van de etikettekst van het
produkt. Het is niet de bedoeling het
middel uit de handel te nemen.
Hoechst wijst er op dat de proble
men nadrukkelijk in een specifieke
regio (zuidwest-Nederland) zijn op
getreden. De achterliggende oorza
ken zijn nog niet bekend en worden
nader onderzocht. Er zijn aanwijzin
gen dat de extreme weersomstan
digheden van dit jaar een rol hebben
gespeeld.
Finale - een milieuvriendelijk loofdo
dingsmiddel - is in Nederland vanaf
1982 uitvoerig getest. De resultaten
over deze testperiode hebben nooit
aanleiding gegeven te twijfelen aan
de deugdelijkheid van het produkt,
aldus Hoechst.
Voor degenen die na gebruik van Fi
nale met rot in de aardappelen wer
den- geconfronteerd, is een
meldingsprocedure opgezet. Deze
bestaat uit vier stappen:
1. monstername door PD; 2. scha-
detaxatie door verzekeringsmaat
schappij; 3.
aansprakelijkheidsstelling Hoechst;
4. inzenden inventarisatieformulier
aan ZLM. Vragen hierover kunnen
worden beantwoord door het secre
tariaat van de ZLM (ir. G. van der
Schelde).
Het afsluiten van een beheersover
eenkomst moet de instemming be
houden van de verpachter van de
betrokken grond. Dit stelt de Com
missie Grondgebruik van het KNLC,
naar aanleiding van de evaluatie van
de Regeling Beheersovereenkomst.
De evaluatie dreigt er toe te leiden
dat het afsluiten van een beheerso
vereenkomst mogelijk is zonder dat
de verpachter zelfs ook maar op de
hoogte is. De Commissie Grondge
bruik pleit er voor dat de handteke
ning van de verpachter nodig moet
blijven.
Momenteel vindt een evaluatie
plaats van de regeling beheersover
eenkomst (RBO). Een erkgroep
van de Commissie Beheer Land:
bouwgronden is hiermee belast. De
werkgroep kijkt onder andere naar
de procedure en de inhoud van de
RBO. Bij de huidige regeling is voor
het afsluiten van een beheersover
eenkomst de handtekening van de
verpachter nodig. Weigert de ver
pachter/eigenaar te tekenen, dan
kan de pachter geen overeenkomst
aangaan.
De werkgroep stelt nu voor de voor
waarde van de verpachtershandte
kening te laten vervallen. In plaats
daarvan kan de pachter de verpach
ter inlichten dat hij een overeen
komst aangaat. De Commissie
Grondgebruik van het KNLC vindt
dit veel te vrijblijvend. "We willen
minimaal een meldingsplicht, waar
bij de pachter aan de verpachter
Beheergebied bij Zierikzee
meldt dat hij van plan is een over
eenkomst af te sluiten". Een belang
rijk argument voor het handhaven
van de instemming van de verpach
ter noemt de Commissie de mogelij
ke waardedaling van de grond als
gevolg van het afsluiten van een be
heersovereenkomst.
Afgelopen dinsdag werd tijdens
een studiedag het startsein ge
geven voor het CLO-jaarthema
'Klantgericht? Allicht!' De dins
dag ervoor werd tijdens een an
dere happening (Prinsjesdag)
door de minister van Landbouw
ook aandacht besteed aan de re
latie consument-producent. De
minister vindt dat de Nederland
se land- en tuinbouw meer
markt- en consumentgericht
moet produceren.
Verzadigde markten
Ik kan me heel goed voorstellen
dat vele boeren en tuinders van
mening zijn dat ze al markt- en
consumentgericht produceren
en ook de titel van het CJO-
jaarthema wel erg vanzelfspre
kend vinden. De meeste boeren
hebben gelijk. A/s wij in Neder
land niet zouden inspelen op de
markt, dan houden we bij lange
na niet die hoeveelheid produce
ren, die wij nu produceren. Ech
ter de markten raken steeds
meer verzadigd. En zo gauw er
overschotten zijn, dalen de prij
zen. Alleen via kunstmatige in
grepen, zoals quotering, valt te
ontkomen aan deze prijsdalin
gen, zie de superheffing op
melk. Echter een quotering
maakt de desbetreffende sector
nog meer afhankelijk van de
overheid. Immers gaat het teveel
kosten dan worden de quota
weer iets verlaagd. Ook gaan er
afzetmogelijkheden verloren
door de relatief hogere prijzen.
Dit laatste zal op de langere ter
mijn onvermijdelijk negatieve
consequenties hebben. Daarom
ben ik van mening dat de land
en tuinbouw zich meer moet
richten op de markt en de con
sument dan op de politiek.
Dit is echter gemakkelijker ge
zegd dat gedaan. Nu wordt er
ook al rekening gehouden met
de wensen van de consument.
Daarnaast komen deze wensen
veelal via een omweg bij de boer
en tuinder terecht. Immers
slechts een zeer beperkt aantal
boeren en tuinders levert direct
aan de consument. De meeste
produkten komen pas na verdere
verwerking bij de consument op
tafel.
Waarom ben ik dan toch van
mening dat de land- en tuin
bouw in het algemeen meer re
kening moet houden met de
wensen van de consument? In
de EG wonen zo'n 325 miljoen
consumenten tegen zo'n 10 mil
joen boeren en tuinders. Deze
aantallen vind ik op zich al een
reden. Vele van deze consumen
ten hebben helaas vaak geen
flauw idee hoe de verschillende
levensmiddelen worden gepro
duceerd. Bekend voorbeeld is de
consument, die zich afvraagt
waarom de boer aardappelen
aan het rooien is. Waarom al die
moeite a/s je ze gewoon kunt ko
pen in de winkel? Als land- en
tuinbouw moeten we in ieder
geval weer proberen om deze
vergrote afstand tussen produ
cent en consument te verklei
nen. Wellicht komt er dan ook
weer meer waardering voor het
relatief goedkope en kwalitatief
goede levensmiddelenpakket
waar de land- en tuinbouw voor
zorgt.
Om deze afstand te verkleinen is
het ook belangrijk dat wij reke
ning houden met de veranderen
de wensen van de consument.
Dit betekent dat we in toene
mende mate rekening moeten
houden met de 'emotionele'
eisen, die de consument stelt
aan het produkt zoals 'natuurlijk',
welzijnsvriendelijk en milieu. Dit
is mijn mening. Veel belangrijker
is wat de boeren en tuinders er
zelf van vinden. Zij moeten zelf
oordelen in hoeverre ze in hun
bedrijfsvoering rekening houden
met de wensen van de consu
ment en of dit wel of niet aanlei
ding geeft de bedrijfsvoering aan
te passen. Daarom hoop ik dat
zoveel mogelijk leden meedoen
aan het CLO-jaarthema 'Klantge
richt? Allicht!'
Willem Koops
plv. algemeen secretaris KNLC
•I-:-:-;-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:-:
Gedeelde smart is halve smart, is
het gezegde. Daardoor leeft op dit
moment binnen de akkerbouw de
gedachte dat, nu het ook in andere
sektoren slecht gaat, de problemen
misschien wat meer aandacht krij
gen. Zo is toch eigenlijk ook de
brandbrief van de drie Centrale
Landbouw Organisaties tot stand
gekomen, in de hoop dat akker- en
tuinbouw nu eens de aandacht krij
gen die ze verdienen.
Gezamenlijk
Wat kan en mag je nu verwachten
van de overheid in een periode van
hervorming van het beleid. Ik moet
u zeggen zeer pessimistisch
gestemd te zijn. Nationale verkiezin
gen, GATT-akkoord en onrust in
oost-Europa staan bij politici veel
hoger op het lijstje dan land- en
tuinbouw. En wij krijgen het verwijt
veel te veel te leunen op de overheid
en te weinig zelf te doen. Eén ding
is zeker, we kunnen onze belangen
alleen goed dienen in gezamenlijk
heid door een krachtige gezamenlij
ke opstelling en daar mankeert nog
veel aan. Maar ik bespeur de laatste
tijd toch een sfeer waarin veel meer
begrip is voor eikaars problemen, la
ten we die situatie goed benutten.
Wat kunnen we dan van de politiek
verwachten! Mijn zorgen daarom
trent zijn groot. Wat moeten we be
ginnen met de opstelling en
uitspraken van minister Bukman van
de laatste tijd. Ook wij zouden
graag veel meer op eigen kracht
zonder politiek willen doen. Maar zo
lang er elke dag meer regels en
voorschriften en beperkingen in on
ze bedrijfsvoering vanuit de over
heid komen, dan kunnen we niet
anders dan ons daar indringend mee
bezig te houden.
Nu is al wel duidelijk dat Den Haag
veel te hoog inzet, hun wensen
gaan veel te ver en zijn ook niet in re
gels uitvoerbaar te maken. Bij de
mestregels ligt er nu al een rechter
lijke uitspraak die grote gevolgen
kan hebben bij de uitvoering van
één en ander. Een zelfde situatie
voorzie ik bij een mineralenboek-
houding in de akkerbouw, we lopen
nu in de voorbereiding al aan tegen
onoplosbare problemen.
Ik kan nog steeds niet begrijpen
waarom wij als Nederland steeds
meer willen als wat Europees ge
vraagd wordt. Want is er echt nog
wel sprake van Europese samen
werking? Ik heb grote twijfels. Zo er
nog sprake is van samenwerking
staat die momenteel wel op een
zeer laag pitje en stelt weinig meer
voor. En ondertussen wordt de land
en tuinbouw er nog volledig van af
hankelijk gesteld.
Uitgeleverd
Ik heb me mateloos geërgerd aan de
opstelling van mevr. Van Rooy in het
GATT-gebeuren. Niet gehinderd
door kennis en met alleen maar poli
tieke ambitie wordt beslist over het
voortbestaan van land- en tuinbouw
in ons land. Haar beweringen wor
den kracht bijgezet door cijfers te
noemen wat het Europese land
bouwbeleid de consument wel niet
allemaal kost. In de eerste plaats-
weten we niet wat het gekost zou
hebben onder Europees beleid,
maar in elk geval vele keren meer
dan nu, want het gevoerde beleid
heeft gezorgd voor voldoende voed
sel vcor een constante prijs. Overi
gens is er geen enkele relatie tussen
producentenprijs en consumptie
prijs. Wij als boeren weten hoeveel
onze prijzen zijn gedaald, maar als
consument heeft iemand daar ook
maar iets van vernomen. Door deze
mensen en die onzin moeten wij uit
geleverd worden aan de Amerika
nen in het GATT-akkoord, pure
demagogie.
Laten we in gezamenlijkheid via de
organisaties dit aan de orde stellen
en hierin verbetering aanbrengen.
Dat begint bij een produktieregule-
ring om weer rendement op be
drijfsniveau te krijgen en zal nooit
gestalte krijgen via regelgeving die
de overheid nu nastreeft, want dat
kost echt handen vol geld wat niet
terecht komt bij boer en tuinder. Via
fraudes zal het verkeerd terecht ko
men. Dus nog veel te doen in het
komende vergaderseizoen!
Jans Leeuwma voorzitter
Afdeling Akkerbouw KNLC
Er moet zo snel mogelijk een evalua
tie komen ten aanzien van het
Pachtnormenbesluit en de doorbe
rekening van de waterschapslasten.
"De politiek moet wat dit betreft de
hete adem in de nek houden",
meent de Commissie Grondgebruik
van het KNLC. "We moeten richting
een versnelde evaluatie en dat goed
voorbereiden".
Een aantal organisaties, waaronder
de ZLM, gaat ondertussen verder
met de voorbereiding van een pro
cedure tegen de doorberekening
van de waterschapslasten bovenop
de basispacht. Rond de jaarwisse
ling kan de uitspraak in deze proce
dure worden verwacht. De
Commissie Grondgebruik is nog af
wachtend over het al dan niet (lan
delijk) steunen van de procedure.
Vooral de rechtsvraag van de proce
dure bepaalt of de Commissie haar
steun betuigt. De procedure is na
melijk niet geheel vrij van risico's
voor de gewenste wijziging van het
Pachtnormenbesluit. Het maakt
overigens juridisch niet uit hoeveel
organisaties de procedure steunen.