Belgische melkveehouders volgen
milieubeleid met argusogen
"Durven stoppen is
ook ondernemen"
Legpluimveehouderij doet het
beter dan werd aangenomen
Boeren in België
Studie 'Visie op eierproduktie' van Rabobank
Plukon wint
pluimveetrofee
Vrijwel ieder melkveebedrijf in Bel
gië is met nieuwbouw bezig of
heeft juist een ingrijpende renovatie
achter de rug. Veehouders ver
wachten op korte termijn rigoureuze
beperkingen van de overheid. De
Belgische milieutrein heeft snelheid
gemaakt. Voor de landbouwbelan
genbehartigers is er geen halte
meer om in te stappen. Melkvee
houder Joseph van de Keybus uit
Kalmthout is er niet gerust op.
Twee jaar geleden heeft hij het be
drijf van zijn vader overgenomen. De
gebouwen met de veestapel (waar
onder 40 melkkoeien) in eigendom
en 27 ha land op pachtbasis met
een zekerheid van 18 jaar. Deze ze
kerheid was nodig om bij de bank
een kredietverstrekking te krijgen.
Van de Keybus viel nog juist onder
een rente-subsidieregeling van 5%.
"Momenteel verstrekt de pot van
het Landbouw Investerings Fonds
niet veel meer. De overheid heeft
fors de snoeischaar in tegemoetko
mingen gezet. Subsidie op nieuwe
werktuigen en traktoren is er niet
meer bij".
We vervolgen onze reeks
"Boeren in België" deze
week met een reportage
over een melkveehouder
uit Kalmthout. Het milieu
beleid is rap aan het veran
deren, zo constateert
deze. Veehouders ver
wachten op korte termijn
rigoureuze beperkingen
van de overheid. En: ook in
België is men bezig met re
gelgeving omtrent asbest
en tanks voor dieselolie.
Het milieubeleid gaat in België rap
veranderen, constateert Van de Key
bus. "Om deze reden heeft vrijwel
iedere veehouder versneld verbou
wingen uitgevoerd. Het gehele hui
dige beleid is gericht op
grondgebonden veehouderij. Als het
aan de Mestbank ligt krijgen bedrij
Pluimveehouder R. Evers te Etten-Leur:
Vorige week verlieten de laatste kip
pen het bedrijf van Ruud Evers te
Etten-Leur. Vijftien jaar geleden gold
de onderneming als de modernste
binnen de legpluimveehouderij. De
stal met gesloten mestputten, auto
matische voerinrichting en mecha
nisch eieren rapen trok toen vele
excursies uit binnen- en buitenland.
Een renovatie van f 750.000,— die
nu noodzakelijk is ziet Evers niet zit
ten. Het eerste koppel kippen lever
de hem een saldo op van f 10,80.
"Een legkippenhouder die nu op
f 3,50 uitkomt doet het niet ver
keerd", zegt hij. "Alleen bij stallen
die zijn afgeschreven valt nog een
rendement te behalen".
Niet het exploitatieresultaat heeft
Evers overigens doen besluiten de
stal te sluiten. In 15 jaar hebben de
kippen hem geen windeieren ge
legd. Hij noemt een aantal argumen
ten. "In 1978 bracht de mest nog
f 5.000,— op. Vorig jaar moest er
f 25.000,— bij. Een verschil van
f 30.000,—. Wil ik mijn bedrijf weer
up-to-date hebben dan kost dat
f 750.000,- aan nieuwe batterijen
en overschakeling naar droge mest.
Onzekere faktor vormt de mestwet
geving en de batterijwet. Geld stop
pen in het onzekere is
kapitaalsvernietiging. Uitbreiden kan
ik door de gehele wetgeving niet
meer. Door een ruimere huisvesting
was ik al gedwongen het aantal in
te krimpen van 30.000 naar
25.000".
ven zonder grond geen vergunning
meer".
Mestbank
De Mestbank is in België een over
heidslichaam waarin landbouworga
nisaties geen enkele inbreng
hebben. Belangenbehartigers krij
gen zelfs veel kritiek, merkt Van de
Keybus op. "Vooral de Boerenbond
wordt verweten dat zij sjoemelt met
het invullen van mestformulieren,
om zo leden een ingrijpende contro
le te besparen. Wij moeten de
stikstof uit drijfmest en kunstmest
optellen. Gaat mest naar elders dan
moet dat zwart op wit staan. Kom
je hoger dan 400 kg zuivere N, dan
hang je. Krijg je eenmaal bezoek en
er valt wat te vinden dan kun je het
beste een advocaat in de arm ne
men. De inspecteurs en milieugroe
peringen in de Mestbank kennen
geen pardon. De druk, om van de
ene op de andere dag het bedrijf te
moeten sluiten, hangt menig land
bouwer boven het hoofd".
Volgens Van de Keybus zijn het
vooral de bedrijven met weinig
grond die ze moeten hebben. "Boe
ren zijn in de ogen van veel be
leidsmakers milieuvervuilers. Dat
imago krijgen ze in steeds sterkere
mate. Niet de industrie, die wordt
beschermd en krijgt voorrang".
De regelgeving inzake asbest en
olietanks begint op gang te komen.
Asbest gebruiken als opvulmiddel in
zandwegen mag niet meer. Zolang
er nog geen asbestvrije platen te
koop zijn, is gebruik toegestaan.
Menig landbouwer in België heeft
onlangs een hangar vernieuwd met
Nederlandse golfplaten. De plaats
waar een dieselolietank ligt moet
gemeld worden bij de gemeente.
Nederlands stempel
Nederland heeft een duidelijke
Melkveehouder J. van de Keybus uit Kalmthout: "In de ogen van veel
beleidsmakers zijn boeren milieuvervuilers
stempel gedrukt op de Belgische
veehouderij. Zij hebben de veehou
ders in De Kempen, Antwerpen en
Vlaanderen meegetrokken met de
nieuwste ontwikkelingen. Ook de
Belgische koe geeft nu gemiddeld
7000 liter melk. Iedere boer die
goed met zijn vak bezig is leest Ne
derlandse vakbladen. Weekblad De
Boerderij scoort hoog in de
grensstreek. Ook bij Van de Keybus
zit menig Hollands vakblad tussen
de tijdschriften. "Voor wetenschap
en kennis kijken wij naar Nederland.
Dit is o.a. de reden dat menig bedrijf
is overgemechaniseerd. Niet wat
boekhouding en administratie aan
gaat. Dat opgeblazen gedoe hoeft
voor mij niet".
Grondprijzen
Dat de forse investeringen en uit
breidingen in Noord-België geen
windeieren hebben gelegd is te zien
aan de grondprijzen. Beneden de
f 55.000,— per ha is geen wei- of
bouwland te koop. In Zuid-België is
voor minder dan de helft kwalitatief
betere grond te koop.
Josehp van de Keybus werkt sinds
ruim een jaar met een gloednieuwe
ligboxenstal. "Ik noem het een in
dustriële stal. De stal is belangrijker
dan het vee. De oude groepstal
vond ik beter. Minder uitval en
beengebreken. Maar ja, je moet
mee met de efficiëntie".
Van de Keybus is bestuurslid van de
plaatselijke Boerenbond en de mel-
kerij. Bestuurservaring heeft hij opge
daan bij de Groene Kring, de
jongerenorganisatie van de Boeren
bond. "Bij de Groene Kring steek je
als jonge ondernemer veel meer op
dan bij het bedrijfsgilde. Vooral de
problematiek van overname en
ruimtelijke ordening krijgt er meer
aandacht. In deze zijn we erg actief.
Misschien dat dit er voor gezorgd
heeft dat er in de regio haast geen
bedrijfsopvolgers zijn", voegt hij er
lachend aan toe. "De jongeren in
de streek hebben minder goesting
en drang om met koeien groot te
worden. Een vaste baan zien zij lie
ver. Beter knecht dan kleine baas".
Vakantie is er niet bij voor Joseph.
"Al mijn vrije tijd gaat naar
bestuurswerk. Vakantie is hier nog
niet gebruikelijk. Schoorvoetend is
zwemmen en tennis in opkomst.
Moderne veehouders gaan een dag
je naar zee".
J.v.T.
Evers verwijdert de inrichting uit de stal, in plaats van kippen ko
men er nu caravans en boten in
Mestrechten
Evers ontkent niet dat het warm van
de hand kunnen doen van de
mestrechten een rol heeft mee
gespeeld. Vijf jaar geleden zag hij
voor zijn bedrijf de bui al hangen en
begon er wat bij te doen. De neven
tak van reparatie en onderhoud in
de agrarische sector is nu hoofdtak.
Met verhuur van stallingruimte voor
caravans, boten e.d. verwacht de
Etten-Leurse ex-pluimveehouder
met zijn afgeschreven stal* nog een
aardig rendement te behalen.
Ondanks dat de voormalig NOP-
bestuurder stopt voorziet hij een
goede toekomst voor de legpluim
veehouderij. "Bedrijven zullen dan
minimaal over 50.000 kippen die
nen te beschikken. Automatiseren
begint bij die aantallen rendabel te
worden. Zeer veel kleine bedrijven
gaan op korte termijn afvallen. Bin
nen een straal van 3 km zijn hier de
laatste twee jaar acht bedrijven
gestopt met in totaal 120.000 leg
kippen".
Vaarwel
Het heeft lang geduurd voordat
Evers definitief de eieren vaarwel
zei. "Het is en blijft een rigoreuze
beslissing die niet na één nacht sla
pen genomen is. Liever zo dan dat ik
mijn bedrijf straks gedwongen moet
sluiten. Met 25.000 dieren zijn de
investeringskosten er niet uit te ha
len. Veel rekenwerk is er aan vooraf
gegaan. Durven stoppen is ook on
dernemen". J.v.T.
Volgens berekeningen van de Rabo
bank is de gemiddelde voerwinst in
de legpluimveehouderij hoger dan
tot nu toe werd aangenomen. De
laatste jaren bedraagt deze voer
winst (bruto-opbrengst na aftrek
van kosten voor aankoop van voer
en hennen) bijna zes gulden per hen
per jaar. Dit staat in de studie 'Visie
op eierproduktie', die de Rabo on
langs presenteerde op de algemene
vergadering van de NOP.
Momenteel is de rentabiliteit in de
legpluimveesector matig, maar de
Rabobank verwacht de komende
periode een redelijke winstgevend
heid. Zowel de consumptie als het
aanbod van eieren lijkt zich te stabi
liseren. Tevens zullen de voerprijzen
(als gevolg van het prijsdrukkende
EG-graanbeleid) blijven dalen en
naar schatting over twee jaar zelfs
15 procent lager uitkomen dan in
1992. Vanaf 1995 voorspelt der
bank weer magere jaren. De oor
zaak hiervan ligt vooral in de ver
wachte uitbreiding van de
legpluimveehouderij in het oosten
van Duitsland. Op langere termijn
kan de concurrentie op de eiermarkt
verder toenemen door een eventue
le toetreding tot de EG van Oost-
Europese landen als Polen, Tsjechië
en Hongarije en een vrijere wereld
markt als gevolg van een GATT-
akkoord.
Consumptiedaling voorbij
Tussen de 1986 en 1993 is de con
sumptie van eieren in de EG sterk
teruggelopen van 234 stuks per
hoofd naar 219. Oorzaak van deze
daling lijkt vooral een negatief ge
zondheidsimago vanwege het hoge
cholesterolgehalte in de dooier en
door een aantal salmonella-affaires.
Ondertussen komen er steeds meer
aanwijzingen, dat het cholesterolge
halte in levensmiddelen geen of wei
nig invloed heeft op het
cholesterolgehalte in het bloed. Het
zal nog wel enige tijd duren voordat
de consument zich deze verande
rende kijk heeft eigen gemaakt, al
dus de Rabobank.
Een positieve invloed op de con
sumptie vormt de toenemende ver
werking van eieren in
gemaksvoeding, kant en klaarpro-
dukten en snacks. Daarmee kan de
huidige inkrimpende afzet de ko
mende jaren worden omgebogen in
een stabilisering.
Tweedeling door milieu-eisen
De studie constateert een door
gaande tweedeling en sanering in
de legpluimveehouderij. Voor de
middenbedrijven zijn milieu
investeringen voor het vervangen
van bedrijfsgebouwen en inrichting
niet altijd meer op te brengen. Met
name de bedrijven met minder dan
20.000 hennen kunnen voor de
keus komen te staan om op alterna
tieve milieuvriendelijke produktiewij-
zen over de schakelen, of te
stoppen met het bedrijf en hun
mestrechten aan wat grotere bedrij
ven te verkopen. Die grotere bedrij
ven kunnen zo voldoende omvang
krijgen voor de benodigde milieu
investeringen in mestbandbeluch-
ting en mestafzet. Qua techniek is
in de legpluimveehouderij de milieu
problematiek al volledig te onder
vangen.
Met de mestbandbeluchting bij leg
batterijen kan de ammoniakuitstoot
vrijwel geheel worden gereduceerd.
Tevens wordt de mest daarmee zo
danig ingedroogd dat ze eventueel
na nadroging zonder al te hoge
transportkosten kan worden afgezet
of geëxporteerd. De sector heeft
met dit systeem in de afgelopen ja
ren de milieubelasting al aanzienlijk
teruggebracht.
Pluimveeslachterij Plukon b.v. is win
naar geworden van de eerste Pluim
veetrofee, een jaarlijkse prijs van
het Produktschap voor Pluimvee en
Eieren. De voorzitter van de jury, ir.
A. de Zeeuw, oud-directeur-
generaal van het ministerie van
Landbouw, overhandigde de trofee
samen met een geldbedrag van
f 5.000,- aan een drietal vertegen
woordigers van Plukon. De jury mo
tiveerde de keus voor Plukon onder
andere door te wijzen op de gerich
te wijze, waarop de onderneming de
laatste jaren bezig is geweest met
het verbeteren van pluimveevlees.
Tijdens de uitreiking van de onder
scheiding maakte Plukon-directeur
Oosterhoff bekend, dat hij de
f 5.000,- wil aanwenden voor prak
tijkonderzoek naar milieuvriendelijke
stallen voor het houden van kal
koenen.