Uit de praktijk Een kwaliteitsmerk van Noord-Beveland! Over muizen en kleuters Boeren in een leren broek aan de Bergsche Maas? Boer spuit minder 1 8 i VRIJDAG 16 APRIL 1993 Pasen op NOORD-BEVELAND. Het weer is groeizaam. Het vroeg ge zaaide komt boven, sommige bieten kan men rijen en de plantuien staan er mooi voor. De aardappelen liggen prachtig in vochtige grond en heb ben al verschillende kiemen. Afgelo pen week is er al behoorlijk wat cichorei gezaaid en ook sommige percelen witlof zijn van zaad voor zien. Voor de broccoli en de radichio die vorige week zijn geplant is het prachtig weer, niet te koud en zo nu en dan een bui. Voor de asperges is de temperatuur nog iets te laag om goed door te groeien. DLV organiseert op Noord-Beveland weer negen veldbijeenkomsten bij drie verschillende boeren. Het is al tijd leerzaam om deze avonden eens op de akker van een ander te kijken, produkten te zien welke je zelf niet teelt. De besturen van de afdelingen van de ZLM willen samen een nieuwe afdeling Noord-Beveland oprichten en alle huidige afdelingen opheffen. Per 1 juli zal de nieuwe afdeling van start gaan met een interim bestuur. In 1843 werd ook al de afdeling Noord-Beveland van de maatschap pij ter bevordering van de landbouw en veeteelt in Zeeland opgericht. Toen was Noord-Beveland een eiland met gemengde bedrijven, grotendeels zelfvoorzienend. Meer en meer zie je dat beeld weer terug keren. Runderen, varkens, schapen en kippen, groentes, Zeeuwse vle gel tarwe, nu nog een Zeeuws kwa liteitsmerk eraan. Korte lijnen, van producent naar consument. De con sument laten zien wat we voor kwaliteit telen. Het kringbestuur werkt eraan mee om zoveel moge lijk openheid naar de consument toe te betrachten. Zo wordt er op de landelijke fietsdag een bedrijf open gesteld en deze zomer zullen er voor de toeristen enkele dagen bussen rijden welke de mensen naar onze bedrijven brengen. Daar kan de con sument horen en zien hoe het toe gaat op onze bedrijven. We hebben hier op Noord-Beveland nog steeds een prachtig aardappel- sorteerbedrijf te koop staan. Zouden we dat met een paar miljoen her structureringsgeld (het zou mooi zijn als van die herstructureringsgel den ook eens een paar miljoen naar ons gebied zou komen, gepro testeerd hebben de boeren hier wel om dat geld los te krijgen) niet kun nen kopen, en er een groente-, fruit en aardappelsorteer-, verpakkings- en vermarktingseenheid van kunnen maken? Natuurlijk met kwali teitsmerk. En verpakt zoals de con sument dat wenst. Dus bijvoorbeeld zakjes van driehonderd gram ge schilde aardappelen vacuüm ver pakt, en zakjes groente gewassen en gesneden, maar wel supervers en gegroeid met zoute zeelucht. De EG heeft vast ook nog wel een paar miljoen. En misschien het ministerie van VROM. We dienen tenslotte het milieu door de korte lijnen van pro ducent naar consument. Wat betreft de Landbouwschaps heffing: mocht u hem toch willen gaan betalen, controleer hem dan goed. Is uw ZLM-contributie wel af getrokken? MacSharry heeft voor nogal wat commotie gezorgd, leder moest maar kaarten kopen, daar moest dan weer uit worden gekopieerd, en dan bleek het zo klein dat het bijna niet viel in te tekenen. Allemaal kosten die nergens op slaan. Boze tongen beweren dat de uitvoerings kosten van MacSharry wel 60 mil joen gulden bedragen. Daarbovenop komt dan nog het bedrag van uw gedeeltelijke compensatie. Boven dien dient u een nieuw bureau aan te schaffen, want u moet weer een berg papieren extra bewaren. En binnen enkele jaren komen daar nog de mineralen boekhouding en de gewasbeschermingsboekhouding bij. U werkt dan minimaal 20 uur per week aan uw bureau, om alles in de juiste boekhouding te ver werken. Griekenland of Italië lijken me wat dat betreft landen waar het beter toeven is. Veel zon en weinig rompslomp van papieren en toch meeprofiteren van alle gulle EG- gaven. Maar hof en haard op Noord- Beveland zijn me zo dierbaar, dat ik het maar bij klagen laat. Het bedrijf is nog niet te koop. In WEST ZEEUWS-VLAANDEREN zijn ook bosmuizen waargenomen op enkele bieten percelen. Bosmui zen ruiken het felgekleurde omhul sel van het pillenzaad. Bij alle drukke voorjaarshandelingen komt er dan een rondje "dakpannen met gif leg gen" bij. Het vroege zaaien is hier wellicht de oorzaak van. Het zaad hoeft niet zo diep de grond in omdat het bovenlaagje vochtig genoeg is. Laten we hopen dat de schade be perkt mag blijven. Na de vroege zaaiperiode komt het windstille weer ook goed van pas. Het sproeien kan op tijd gebeuren. Het is iedere keer goed opletten: het juiste middel, de windrichting, de windkracht en de naderende weers omstandigheden. Het is en blijft een hele verantwoording het nieuwe zaai- en sproeiplan goed op tijd uit te voeren. Voor- en nadeel is dan "Jan en alleman" ons kritisch be kijkt, in schema's en nota's vastge legd en vaak niet ziet dat er onwerkbare situaties overblijven. Door de gewone werkzaamheden waren we de druk van de papieren rompslomp even vergeten. Het is een moeilijk te beschrijven blij ge voel bezig zijn in de "grote tuin". Even waren we bevrijd van blauwe enveloppen, formulieren invullen en het op nota's reageren via goed op gestelde bezwaarschriften. Een dof fe plof in de brievenbus deed ons echter het ergste vermoeden. Ja wel, weer één, maar ditmaal was-ie door één van de huisgenoten aan gevraagd. Het betrof het intentie programma bodembeschermingsgebied Zeeland. Ook de mei-tellingspapieren zijn voor Pasen binnen. Bij minder mooi Paasweer de bureaustoel maar weer opzoeken. De vele studie-uren zul len we ook nooit ergens kunnen de poneren. Misschien een aftrekpost op het belastingformulier. Op één van de kleuterscholen in on ze regio is het "in" om een boer on der je kennissenkring te hebben. Regelmatig komt een moeder met kleuter de aardappelvoorraad bijvul len en wordt ook het boerderij- gebeuren op kleuterniveau bijge werkt. Ze heeft regelmatig de echte boer gesproken en ditmaal had ze pech. De echte boer was bezig een perceel grond te besproeien. "Waar is de echte boer, waar kan ik hem zien werken? Op school werken we over: voorjaar op een boerderij. Ge lukkig hebben alle kinderen van mijn klasje een andere boer. Anders wordt het voor de juf zo saai. Ik ver tel ailes aan de juf. Jullie hebben schapen en kippen. Ik wil er ook lammetjes bij, koeien vind ik niet zo leuk". Haar ouders zijn zo gelukkig dat ze vanuit de Randstad hier huis en werk heeft gevonden. Ze hopen dat ook vrienden uit hun vorige woon- Ook in de LANGSTRAAT zijn de Paasdagen weer voorbij en gaat het leven weer z'n gewone gang. Of misschien juist niet, nu we in ons gebied sinds 1 april j.l. er een aantal bergboeren bij hebben? Wie weet lopen straks de koeien met een bel om de nek en de boeren in een leren broek naast de "Bergsche Maas". Of de hierboven bedoelde bergboe- renregeling echt alleen maar een vergoeding is, die mooi meegeno men is, of dat er misschien nog een addertje onder het (bergboeren)gras blijkt te zitten, de toekomst zal het leren. De voorlichtingsavond, die we er over hebben gehad was in elk ge val zeer geslaagd, zeker wat de op komst betreft. Hopelijk wordt de jaarvergadering van de afdeling Langstraat, die op 22 april a.s. in Zidewinde gehouden wordt net zo goed als de vorige kringvergadering bezocht. Het on derwerp is in elk geval net zo be langrijk. Mineraal Centraal zal er namelijk centraal staan. Misschien denkt u dat hoeft voor mij niet zo nodig. Toch zullen we er aan moe ten wennen, dat we waarschijnlijk al over twee jaar, dus in 1995, ver plicht een mineralenboekhouding bij moeten houden. De voorzitter van de veehouderijcommissie van de ZLM, dhr. W. van Veldhuizen, zal er z'n mening over komen geven. De technische voorlichting zal van de heer V. Boeren van de D.I.V. uit Bre da komen. Zorg dat u, met uw be- drijfsgenoten, aanwezig bent. Een ander voorwerp dat veel stof doet op waaien, is de gemeentelijke herindeling in Midden-Brabant. Ons kringbestuur heeft zich over deze zaak bewust niet uitgesproken. Die plaats hier werk en een huis vinden om de fijne ontspannen sfeer te le ren kennen. Maar waar is dat werk hier? Ze wensen vurig dat Winsemi- us het zijn kinderen kan uitleggen waarom er steeds subsidie voor de boeren moet blijven. Later krijgt opa Winsemius wellicht de vraag voor gelegd van zijn kleinkinderen: "Opa, is er veel natuur in Nederland, maar hele bevolkingsgroepen hebben honger geleden in de wereld". Zal hij dat wel kunnen uitleggen? boeren en tuinders die door deze herindelingsplannen in de proble men dreigen te komen kunnen altijd bij de SEV en eventueel Gropatax terecht. Waar we eventueel wel aan zouden kunnen gaan denken is bestuurlijk overleg met de NCB en de CBTB als de plannen rond de nieuw te vormen gemeente Sprang- Capelle doorgaan, want als we straks met drie organisaties met één gemeente te doen hebben, zou het toch.al te zot zijn als er vanuit de ge meente 3 keer overleg met een land- en tuinbouworganisatie ge voerd moet gaan worden. Ook hier blijkt weer dat het toch jammer is, dat er nog steeds niet één Centrale Landbouw Organisatie is, waarbij al le boeren en tuinders vertegenwoor digd zijn. In plaats van die eenheid na te streven, steunt zelfs onze ei gen ZLM het oprichten van een be langenorganisatie voor slechts één sector, namelijk de akkerbouw, mid dels het zogenaamde plan- Korteweg. Nogmaals, jammer dat we, zeker nu het in vrijwel alle sectoren slecht gaat, niet kunnen komen tot die aan de basis en ook in onze kring zo vaak voorgestelde ene organisatie Eén lichtpuntje in deze is dan mis schien de officiële oprichting van de Z.M.O. Is die tijdelijke naam dan toch definitief geworden? Immers niets blijkt in de praktijk zo definitief te zijn als iets tijdelijks. Maar te ho pen is dat ook de ZMO snel weer zal op gaan in die ene Centrale Land bouw Organisatie, die wel geleid zal moeten gaan worden door een on afhankelijk bestuur dat slechts één pet op heeft, namelijk die van de land- en tuinbouw. De afgelopen maanden heb ik met veel boeren en boerinnen gesproken over hun bedrijf dan wel over de verschillende manie ren van bedrijfsvoering in hun re gio. Eén van de vaste onderwerpen op mijn vragenlijst was het bestrijdingsmiddelenge- bruik. Toen een aantal jaren gele den de contouren van het Meerjarenplan Gewasbescher ming zich begonnen af te teke nen, was de schrik in landbouwkringen groot. Dit be leid zou leiden tot een verzwak king van de concurrentiepositie van de Nederlandse landbouw. Inmiddels zijn we een aantal ja ren verder en is de doelstelling van het Meerjarenplan Gewas bescherming duidelijk omschre ven. In Nederland dient het bestrijdingsmiddelengebruik met 50% te zijn teruggedrongen in het jaar 2000. Daar Zeeland een relatief schoon producerende boerenstand kent, dient het bestrijdingsmiddelengebruik in deze provincie met 35-40% te worden gereduceerd. Alsnog geen geringe opgave, zo was mijn eerste reactie, daarbij de anti-geluiden uit de landbouw in het achterhoofd houdend. Groot was mijn verbazing, toen ik in de gesprekken met boeren en boerinnen tot de ontdekking kwam dat het merendeel de in het Meerjarenplan Gewasbe scherming geformuleerde doelstelling haalbaar achtte. De praktijk bleek verder te zijn dan sommigen dachten. De manier waarop men in de praktijk de re- duktie wil bewerkstelligen is echter verre van uniform. De één probeert het door geavanceerde spuittechnologie te kopen. Voor de ander past een dergelijke dure investering niet en wordt de oplossing voor een deel gezocht in het opvoeren van de hoeveel heid handwerk. Weer anderen zijn omgeschakeld van preven tief spuiten naar curatief spuiten gekoppeld aan een intensieve controle van de gewassen. En ik ben ook boeren tegengekomen die hun rassen zeer selectief se lecteren op ziekteresistentie en onkruidonderdrukkend vermo gen. Er is kortom een veelvor migheid aan experimenten op praktijkniveau waarneembaar; op uiteenlopende wijzen wordt het bestrijdingsmiddelengebruik gereduceerd. Een dergelijke veel vormigheid impliceert ook een variatie aan wensen van boeren en boerinnen ten aanzien van onderzoek en voorlichting. Dat vraagt een andere instelling van onderzoekers en voorlichters dan voorheen het geval was. Men zal weer meer naar de prak tijk moeten kijken. Praktijkoplos singen dienen serieus te worden bekeken en niet af te worden ge daan als "terug naar af". De voorlichter dient zijn functie uit te gaan oefenen op een wijze zo als deze, reeds gepensioneerde boer voor ogen heeft: "Een goede voorlichter is iemand die bij boer A op bezoek komt en kijkt op welke manier hij een oplossing voor bepaalde proble men probeert te vinden. Samen kijken ze op welke manier ze die problemen het beste, dat wil zeggen op een manier die het beste bij die boer A past, kunnen verhelpen. Wanneer die voorlich ter bij een andere boer, boer B, komt dan moet hij met die boer praten over de oplossing die hij met boer A heeft bedacht om te kijken of die oplossing ook ge schikt is voor die boer. Zo niet, dan moeten de voorlichter en boer B samen gaan kijken wat dan de beste oplossing is. Deze taak van een voorlichter is be langrijker dan het doorgeven van informatie van de onderzoeks instituten aan de boeren. Een voorlichter moet meer tussen de boeren staan dan tussen de on derzoeksinstituten en de boer". Aan het serieus reduceren van het bestrijdingsmiddelengebruik wordt niet alleen gewerkt op on derzoeksinstellingen, het is voor al de praktijk die daar op uiteenlopende wijze mee bezig is. Dus, dames en heren voor lichters en onderzoekers, geef uw oren en ogen de kost en leei de praktijk waarnemen zoals hij daar in al zijn veelvormigheid is. U kunt er veel van leren. Han Wiskerke Elke boer werkt op zijn eigen manier aan het terugdringen van het gebruik van bestrijdingsmiddelen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1993 | | pagina 8