Elke streek had vroeger
eigen maten en gewichten
Zuurkool als afscheid van de winter?
Eén gemet was een dagwerk ploegen
S
I
VRIJDAG 9 APRIL 1993
Zonder meer kan worden aangeno
men dat de mens reeds in een ver
verleden de behoefte heeft gehad
om bepaalde maten in eenheden uit
te drukken. Hiervoor werden maten
genomen die afgeleid waren van li
chaamsdelen. Dit waren: duim,
handpalm, voet, el, vadem en ver
der de roe of roede als meervoud
van voeten. Met roeden in het vier
kant werd een oppervlakte uitge
drukt. Meestentijds gold echter als
oppervlakte-eenheid het stuk land
dat in een bepaalde tijd (dag) ge
ploegd of gemaaid kon worden (ge-
met en mat). Op de zandgronden
bestond de landmaat naar de beno
digde hoeveelheid zaaigraan voor
een bepaald oppervlakte grond
(schepelland en muddeland).
Het geval wil dat de lengte van de
afzonderlijke maten van streek tot
streek verre van gelijk waren, soms
zelfs met veel verschil. Aan de an
dere kant was er ook wel sprake van
regel: meestal was 12 duim een
voet en 12 voet een roe. Verder be
stond een gemet (dagwerk ploegen)
uit 300 vierkante roeden. Daar
evenwel de grootte van de voet als
maat van streek tot streek niet gelijk
was, had dit tot gevolg dat de op
pervlakte van een gemet niet overal
gelijk was. Er waren ook gebieden
waar een roe 16 voeten telde. In het
museum te Dreischor zijn nog enke
le standaard roeden die oorspronke
lijk aan de gevel van een kerk
hebben gestaan. Daar kon men dan
de juiste roedenmaat van de betref
fende streek halen.
Warboel
Ook van de inhoudsmaten waren er
verschillen, evenals van het stan
daardgewicht. Elk gebied of stad
had zijn eigen maten. Het geheel er
van was niet te overzien. In zekere
zin was het een warboel. Het laat
zich begrijpen dat bij een toene
mend verkeer het nodig werd be
vonden om te komen tot een
éénvormig stelsel voor maten en ge
wichten. In 1791 is in Frankrijk een
metrisch stelsel voor maten en ge
wichten wettelijk voorgeschreven.
In 1821 is dit stelsel zoals we dit al
len kennen, wettelijk in Nederland
ingevoerd. Dit stelsel gaat uit van de
meter als standaard voor de lengte
en een kilogram als eenheid van het
gewicht. De meter is het
40.000.000ste deel van de grootste
omtrek van de aarde. Het kilogram
is het gewicht van een dm/3 (liter)
water bij 4°C. Dit stelsel is decimaal
(tiendelig), de onderdelen zijn dus
1/10, 1/100, enz. van de meter en de
veelvouden 10-voud, 100-voud, enz.
Dit éénvormig en eenvoudig stelsel
is zeer verbreid geworden. Het laat
zich begrijpen dat het lang geduurd
heeft voordat iedereen dit algemeen
is gaan gebruiken. Zelfs vandaag
aan de dag zijn er nog een aantal
benamingen van die oude maten
aanwezig in het spraakgebruik zo
als: ons, pond, roe, schepel en mud.
Dit zijn oude benamingen voor de
nieuwe maten en die komen niet
overeen met de maten zoals die
vroeger geweest zijn. Met het me
Gents 0,45; Brugs (Brugge) 0,44;
Puts (Putten) 0,49; Voornes 0,46 en
Steenbergen 0,42 hectare In de af
zonderlijke maten was wel een
vaste regel. Een Blooise (Walcherse)
roe is 3,60 meter. Dit is 12 voet van
30 cm en de voet is 12 duim van
2,5 cm. Een vierkante roe is 3,60 x
3,60 meter is 12,96 m2 en 300 vier
kante roeden is dan 3.888 m2 en af
gerond 0,39 hectare.
De Rijnlandse roe is in ons land de
meest gebruikte roede. Dit kwam
mede doordat de Staten-Generaal
vanaf de 16e eeuw voor haar wer
ken uitsluitend gebruik maakte van
deze roede. Globaal genomen werd
in West Zeeuws-Vlaanderen de
Brugse landmaat gebruikt en de
Gentse in Oost Zeeuws-Vlaanderen.
Op Walcheren en de oude polders
op Zuid-Beveland was dit het Bloois
gemet. Welk gemet in de nieuwe
polders werd gebruikt was afhanke
lijk van de eigenaren. Zo is voor de
Wilhelminapolder, die in het begin
van de 19e eeuw tot stand kwam,
de Rijnlandse roede gebruikt. Het
waren Rotterdamse zakenlieden die
deze polder hebben ingedijkt.
Getallen
Het metrisch stelsel is tiendelig. Bij
de oude maten werd het getal 12
veelvuldig gehanteerd. Immers 12
duim is een voet en in de meeste
gevallen was 12 voeten een roede.
Vandaag de dag wordt dit getal nog
wel gehanteerd bij huishoudelijke
artikelen zoals serviezen e.a. We
kennen nog dat 12 een dozijn is en
12 dozijn (144) een gros is.
Niet geheel verdwenen
Door de invoering van het metrisch
stelsel van maten en gewichten is
een eind gekomen aan de grote ver
scheidenheid ervan. Het metrisch
stelsel is in de loop van de tijd in een
belangrijk deel van de wereld gang
baar geworden. In Groot-Brittannië
is dit stelsel pas enkele jaren gele
den wettelijk ingevoerd. Daar moet
men er nog aan gewend raken. In
ons land is sinds de wettelijke invoe
ring nu 175 jaar een hele tijd heen
gegaan voordat het gebruik ervan
algemeen was. Het is evenwel niet
geheel verdwenen. In het zuid
westen van ons land is het gemet
als oppervlaktemaat nog algemeen
bekend. Voorts worden de benamin
gen als pond en ons nog veelvuldig
gebruikt. Het pond geld thans in het
spraakgebruik voor 500 gram, ter
wijl het vroeger als naar de streek
zo ongeveer tussen de 400 500
gram was. Onder een ons verstaat
men thans 100 gram, terwijl dit
vroeger naar het Amsterdamse ge
wicht 30,88 gram was.
Wettelijk bestaan de oude maten en
gewichten als ook de namen ervan
niet meer. Ze zijn in de officiële han
del zelfs verboden.
J.H. Lantinga
Literatuur: "De oude Nederlandse
maten en gewichten" door J.M. Ver-
hoeff, publicatie van het Meertens
Instituut te Amsterdam en de Agra
rische Winkler Prins.
Oude gewichten in het museum voor Noord- en Zuid-Beveland te Goes, waar deze foto gemaakt is (foto:
Anton Dingemanse)
trisch stelsel kan de grootte van de
oude rekenmaten worden aangege
ven. We volstaan om van enkele
plaatsen de grootte van de oude
maten te vermelden.
Timmermansmaat
Duim. Dit is de oude timmer
mansmaat. De meetlat was in
duimstrepen verdeeld. Een duim
was in Middelburg en Goes 2,50 cm
en in Breda en Schouwen 2,58 cm.
In de tijd dat de centimetermaat al
lang algemeen in gebruik was, werd
deze meetlat nog een lange tijd als
duimstok aangeduid. Tot voor kort
zijn er maatlatten gemaakt met zo
wel een schaalverdeling in centime
ters als in duimen. De duim is dan
2,54 cm van het Engelse inch.
Voet. De voet is als regel 12 duim
groot. In Middelburg en Goes was
een voet 30 cm. Schouwen 31 cm,
Breda 28,4 cm en Zeeuws-
Vlaanderen 27,5 cm.
Roe of roede. De roe is een veel
voud van voeten. Meestal was een
roe 12 voeten. Maar er waren ook
streken waar dit 14, 16 of 20 voe
ten was. In Middelburg en Goes
was een roe 3,60 meter (12 x 0,30),
Schouwen 3,73 meter (12 x 0,31),
Zeeuws-Vlaanderen 3,85 meter (14
x 0,275), Breda 5,68 meter (20 x
0,284). De Rijnlandse roe die ook in
Zeeland is gebruikt was 3,77 meter
en bestond uit 12 voeten van 31,4
cm. Deze voet was 12 duim 2,61
cm.
El. Een el is de lengte van de vinger
toppen tot de schouder van een uit
gestrekte arm. Deze maat werd
gebruikt voor het afmeten van kle
dingstoffen. De lengte ervan was
0,69 meter in Zierikzee, Breda en op
de Bevelanden. In Middelburg was
dit 0,70 en in Tholen 0,72 meter.
Vadem. Een vadem is de afstand
tussen de vingertoppen van hori
zontaal uitgestrekte armen. Deze
maat werd gebruikt voor het afme
ten van een lengte touw. In Breda
was een vadem 1,89 meter.
Inhoudsmaten
In het Zuidwesten van ons land was
zak de meest voorkomende graan
maat. De inhoud ervan liep nogal
uiteen. In Middelburg was een zak
72,50 liter; in Goes 79,80; Zierikzee
79,94; Tholen 80,20 en in Zeeuws-
Vlaanderen 107,50.
De achel was in Middelburg en
Goes een halve zak, dus respectie
velijk 36,2 en 39,9 liter inhoud. In
Zierikzee was een achel een 1/4 zak
en was 19,98 liter.
Kleinere inhoudsmaten waren in
Middelburg: maat 18,1 liter is halve
zak; spint 9,05 I is halve maat;
stoop 2,25 I is halve spint; kan 1,12
I is halve stoop en pint 0,56 I is een
halve kan. In Zierikzee: spint 4,99 I
is 1/4 achel; kannemaat 1,25 I is 1/4
spint en pint 0,62 I is een halve
kannemaat. Er is dus veel verschil
en dit nog maar van twee plaatsen.
Gewicht
De eenheid voor het gewicht was
het pond. In Breda was een pond
468,9 gram; Goes 437,2; Middel
burg en Zierikzee 467,7 en in Ber
gen op Zoom 469,4 gram.
Oppervlaktematen
Van oppervlaktematen was in ons
land een grote verscheidenheid. Al
naar het gebied of streek waren dit:
gemet, bunder, morgen, mat, mud
deland, deimt, pondenmaat, juk,
hond, loperse aa. In het zuidwesten
van ons land was het gemet de al
gemene oppervlaktemat. Gemet is
gemeten, de oppervlakte land van
een dagwerk ploegen. Er waren
echter diverse gemeten van een ver
schillende oppervlakte Een vast ge
geven is dat een gemet bestaat uit
300 vierkante roeden. De grootte
van de roede bepaalt dus de opper
vlakte van een gemet.
De oppervlakte van verschillende
gemeten omgerekend naar hectare
zijn afgerond als volgt: Bloois 0,39;
Schouws 0,42; Rijnlands 0,43;
j:j: Een produkt van witte en savooie-
kool, gezouten, gekruid met je-
jiji neverbessen en peperkorrels, tot
gisting gebracht door middel van
jjij melkzuurbacteriën wat aan de
jjij kool die specifieke zachtzure
jjij frisse smaak meegeeft. Zo
■jij wordt de zuurkool fabrieksmatig
jjij bereid, maar ze kan ook heel
jij: goed door de doe-het-zelvers
jij: worden ingelegd. Een gebruik
jij: dat vroeger vrij veel werd ge-
:iji daan met o.a. snijsperziebonen
jjij en andijvie. Niet alleen door zijn
■jij fijne smaak, maar meer nog door
jjij de hoge concentratie van vitami-
jjij ne C is de zuurkool een zeer ge-
jij: waardeerde wintergroente
jiji geworden. Overigens is zuurkool
Si praktisch het hele jaar door ver
krijgbaar, een verschijnsel dat
voor vele wintergroentes geldt.
Gaat u de kool zelf inleggen,
zorg dan voor een vrij koele
plaats en controleer ze regelma
tig. De gekochte zuurkool echter
kunt u enkele dagen in de koe
ling bewaren.
De toepassing van zuurkool is in
't algemeen onbegrensd. Vooral
in combinatie met o.a. wild,
worst, spek, ananas, ham, var
kensvlees, in salades en soepen.
Wij hebben voor u voor zuurkool
in combinatie met vis gekozen
(voor 4 personen).
Dit is er voor nodig:
500 gram zuurkool (goed uit
gelekt)
4 kabeljauw- of schelvisfilets
a 200 gram
4 grote geschilde en geraspte
aardappels
100 gram fijngesneden
champignons
1 klein ragfijn gesneden uitje
1 eet/, ketjap-manis (so
jasaus)
1 eetl. bruine suiker
Z2 thee/, sambal-oelek
2 a 3 dl. water of bouil
lon/tablet)
iets zout en wat boter en vers
gemalen peper
En zo gaat de bereiding:
leg de vis in een goed met
boter ingesmeerde ruime
vuurvaste schaal;
vermeng vervolgens de zuur
kool goed met de champig
nons, het uitje, de geraspte
aardappelen, de soja, bruine
suiker, iets zout en verse
peper;
bedekt met dit mengsel de
visfilets en giet er de bouillon
of water bij plus hier en daar
een kluitje boter;
zet de schotel in het midden
van een op 225° C voorver
warmde oven;
en laat de vis-zuurkool scho
tel in 25 a 30 minuten gaar
worden;
serveer ze goed warm.
M.A. van der Vliet.
S