it rip nrakti
ÜL
3i
Sombere stemming tijdens een prachtig zaai- en pootseizoen
Afslanken
om te
kunnen
overleven
Slecht weer om de
overschotten tegen te gaan
Tijd voor herbezinning
Han Wiskerke
Op SCHOUWEN EN DUIVELAND
zijn de werkzaamheden op het iand
in volie gang. De gerst, zomertarwe,
plantuien en bieten zijn allemaal aan
de grond toevertrouwd. Met aard
appelen worden voorzichtig een be
gin gemaakt. De vroege rassen zijn
gepoot, de late rassen begint op
gang te komen. Sommigen wach
ten op hogere temperaturen, ande
ren hebben de gok genomen en
gebruik gemaakt van de goede
struktuur van de grond. In septem
ber zullen we weten wat wijsheid
was. Mijns inziens is een goede
grondtemperatuur even belangrijk
als een goede struktuur!
Bodemherbiciden worden steeds
meer met minimale hoeveelheden
toegepast. Bij de overheid zal zo de
indruk kunnen bestaan dat het
MJPG werkt, echter de praktijk gaat
af op economische (weinig goed
koop) wetmatigheden gekoppeld
aan praktische ervaringen met min
der middel. En juist aan dat laatste
zal nog meer aandacht geschonken
moeten worden om het MJPG te la
ten slagen.
Afgaand op de ervaringen van de
laatste jaren houd ik mijn hart vast
over de financiële afloop van ko
mend seizoen. Komt er klimatolo
gisch in West Europa geen
calamiteit voor dan staan we weer
voor gemiddeld hoge opbrengsten
met als gevolg lage prijzen. Dan zal
blijken in hoeverre banken het on
dernemerschap hoger waarderen
dan zekerheden! Dan zullen over
heid en een aantal van onze voor
mannen misschien eindelijk tot de
conclusie moeten komen dat er in
de akker- en tuinbouw wezenlijk
sprake is van een crisis en ophou
den de ZLM van doemdenken te be
schuldigen.
In een veranderende maatschappij
kunnen we als landbouw niet blij
ven stilstaan, dus als de politiek ver
andert in zijn visies en opstelling
zullen ook wij mee moeten. De
groep die weigert de Landbouw
schapsheffing te betalen heeft in die
zin zeker het gelijk aan zijn kant.
Wanneer het kostenaspect ge
noemd wordt zullen daarbij ook de
kosten van PBO's, landbouworgani
saties en alles wat daarbij hoort op
een rij gezet moeten worden.
Om dan te zeggen dat we dat twee
jaar geleden d.m.v. Rijnconsult ge
daan hebben en vervolgens over te
gaan tot de waan van de dag en
niets te doen omdat we dan onze ei
gen identiteit verliezen, kan niet en
mag niet gebeuren. Er zullen keuzes
gemaakt moeten worden om ook
deze kosten op onze bedrijven te
verminderen. In crisistijd is afslan
ken nog steeds de enige mogelijk
heid om te kunnen overleven.
Toch zullen we verder moeten en
dat betekent toch steeds weer dat
er geïnvesteerd moet worden in de
toekomst. Om optimaal gebruik te
kunnen maken van onze produktie-
middelen zal aan onderwijs en on
derzoek voorrang gegeven moeten
worden. Daarbij hoort wellicht ook
landinrichting. Daarover zullen we
op Schouwen Duiveland de komen
de tijd zeker nog over van gedach
ten wisselen.
Onze bijdrage in deze rubriek uit
THOLEN EN ST. PHILIPSLAND
bracht bij ons de vraag naar voren
of we wel of niet bieten moeten
zaaien op dit vroege tijdstip. Die
vraag was voor vrijwel alle collega's
misschien wel aan de orde, maar
wij denken dat iedereen dit toch po
sitief heeft ingevuld. De loonwer
kers op Tholen waren vorige week
20 maart) vrijwel klaar met het
zaaien van bieten.
Toen kwam eigenlijk dezelfde vraag
boven ten aanzien van de late aard
appelen: wel of niet planten op dit
voor Bintjes en dergelijke toch nog
wel vroege moment, ledereen dacht
daar blijkbaar verschillend over
want grofweg de helft van onze col
lega's heeft thans zijn aardappels
geplant, anderen gaan aanstaande
maandag van start en een klein ge
deelte vindt het nog steeds wat
vroeg. Wij hangen de stelling aan
dat het erg vroeg planten van Bint
jes dikwijls wat vroeger versleten
gewassen oplevert met minder bon
ken. In hoeverre deze stelling juist
blijkt te zijn zal in de maand augus
tus duidelijk worden. Het weerbeeld
in die maand zal bepalend zijn of de
later gepote aardappels dan nog wel
een paar weken extra groeien.
Velen zuchten onder de hoge poot-
goedprijzen van Bintjes. Weliswaar
zijn ze de laatste weken wel gezakt
tot ongeveer 2 kwartjes voor Bintje
35/45 klasse A, maar afgezet tegen
de huidige consumptieprijs blijft ook
dat toch een hoge prijs. Om poot-
aardappelen voor 1 hectare van de
ze prijs te kunnen betalen moeten
we ongeveer een halve hectare Bint
jes leveren. Velen hebben meer be
taald dan de huidige 50 cent dus
daar is het beeld nog ongunstiger.
Het is dan ook best te begrijpen dat
de akkerbouwers in een sombere
stemming verkeren. Ondanks dit
prachtige voorjaar want met een
dergelijke kosten- en opbrengst
plaatje kunnen wij alleen maar in
een zodanig dal terecht komen,
waar nauwelijks valt uit te komen.
Dit te meer omdat nog steeds geen
enkel ander akkerbouwprodukt ons
enige reden tot tevredenheid geeft.
De uienprijs trok een paar weken te
rug even aan, maar daar zit nu weer
flink de klad in.
Als we dit alles zo overzien dan
komt dit vroege voorjaar helemaal
niet als geroepen, want hoewel het
nog veel te vroeg is om nu al over
toekomstige opbrengsten te filoso
feren, toch zijn de mogelijheden van
weer een grote kg-opbrengst reëel
aanwezig. En wij denken dat de
agrarische sector in zijn totaliteit he
lemaal niet op grote oogsten zit te
wachten.
Tot nu toe is het prachtig weer, wel
iswaar zijn de nachten heel erg
koud, maar de structuur van de
grond is optimaal dus ziet alles er
goed uit.
MacSharry heeft de gemoederen in
ons gebied flink bezig gehouden.
Velen hebben hun opgaven toch op
de zitdag ingeleverd. Wij vonden het
een moeilijke klus en met ons heb
ben velen toch wel enkele vragen
Bieten zaaien op Walcheren, afgelopen zaterdag. Maandag jl zat in
het Zuidwesten 95 procent van de bieten in de grond. Landelijk was
die datum 55% gezaaid 66.600 ha), zo blijkt uit een overzicht van
het IRS.
In het LAND VAN HULST waren de
omstandigheden zeer goed om te
zaaien en te poten. De meeste ge
wassen zijn daarom reeds gezaaid.
Zelfs consumptieaardappelen zijn al
voor een deel geplant. Ook al zegt
bijna iedereen dat alles nog te vroeg
is, nu de grond zo droog is, is het
moeilijk om nog niet te zaaien en te
poten. Later kan men het alleen
maar minder doen, voor op de
zwaardere gronden.
Nu alles zo vroeg en onder goede
omstandigheden aan de grond is
toevertrouwd is de basis gelegd
voor een goede oogst!!!! Toch zijn er
nogal wat percelen waar men iets te
vroeg in begon. De opkomst van de
hierin gezaaide uien en bieten zal
niet zonder regen gebeuren. De in
ons gebied gezaaide zomertarwe
begint uit te komen of staat reeds
uit. Zomergerst is er weinig. Maïs is
er veel meer en behoorlijk wat ha
ver. Olievlas weinig en gewoon vlas
mondjesmaat.
De afgelopen weken waren druk,
maar door het aanhoudende droge
weer kon alles rustig gebeuren. Een
mooie tijd voor de boeren: een
mooie tijd om alle problemen te
vergeten.
We konden nu ook weer meer ren
dabele uren maken om de Mc Shar-
ry formulieren in te vullen en naar
de "zitdagen" te gaan. Van het Mc.
Sharry geld gaat er eerst een "grote
hap" naar de arbeidsvoorzieningen
voor de ambtenaren, de rest wordt
verdeeld onder de uitkeringsgerech
tigden, wanneer je tenminste je for
mulieren correct hebt ingevuld. Een
Belg die een perceel in Nederland
beboert zei op de zitdag terwijl hij
een pint voor ons bestelde: "Da ver-
stoan ik nie ammaol zulle, dor moei
nen Ollander voor zijn om da alle-
moal te verzinnen". Ik was het roe
rend met hem eens, en we dronken
onze pint op.
Zal het er nog van komen dat we op
recept moeten zaaien, kunstmest
strooien en spuiten? Ik denk het
wel, of dit rendabel is is een tweede.
Hoe zal het met de aardappel- en ui-
enprijzen gaan?? De import van
"Nederlandse Bintjes" uit België en
Frankrijk verloopt prima.
Een slecht jaar is nog geen slecht le
ven. Als je de politieke partijen mag
geloven blijft het bij een jaar. De
voorliggende jaren zullen we dan
maar snel vergeten. Gelukkig is het
nu mooi weer en is het genieten van
je werk en onze natuur.
niet helemaal juist of volledig beant
woord. De mensen van de D.B.H.
die de formulieren innamen, toon
den daarvoor begrip en waren be
hulpzaam om de fouten te
herstellen. Toch vroegen velen zich
af of deze wijze van registreren in al
le EG-landen wel zo stipt zal ge
beuren.
Nederland doet dit soort zaken altijd
nogal grondig, als anderen dat niet
zo serieus doen, waar blijven wij
dan als Nederlandse boeren? Bij ons
is het zo dat als men het niet goed
doet, men niet voor steunmaatrege
len in aanmerking komt. Als men
aan deze lijn in de totale EEG strikt
de hand houdt dan kunnen wij vre
de hebben met deze Nederlandse
striktheid.
De laatste decennia is het land
bouwbeleid in sterke mate ge
richt geweest op
produktieverhoging en opper
vlaktevergroting. Boeren die in
staat waren om hun bedrijf sterk
te vergroten en hun produktie
sterk te verhogen werden geka
rakteriseerd als koplopers. Dat
velen gevolg konden geven aan
de hoekstenen van dit land
bouwbeleid was mede een ge
volg van het feit dat voorlichting,
belangenbehartiging, onderzoek,
technologie-ontwikkeling en
subsidiëring, in sterke mate ge
richt waren op dit koplopermo
del. Inmiddels worden de
grenzen van dit homogene en
smalle landbouwbeleid voelbaar:
de grond is te duur in verhouding
tot de prijzen van de akkerbouw-
produkten, er is sprake van over
schotten en de draagkracht van
het milieu blijkt ook niet tot in
het oneindige te reiken.
De tijd lijkt rijp voor herbezin
ning. In Zeeland worden de ba
kens nu voor een deel verzet
naar de vollegrondsgroenteteelt.
Want, wordt er geredeneerd, ar
beidsintensieve wintergroentes
zijn goed te combineren met een
traditioneel bouwplan. Ik zal de
laatste zijn om dit argument te
bestrijden, maar inmiddels doet
ook op de groentemarkt het ver
dringingseffect zijn intrede. Veel
boeren, die ik in het kader van
mijn onderzoek in Zeeland sprak,
zijn dan ook niet blij met deze
overdreven belangstelling voor
de vollegrondsgroenteteelt. Ik ci
teer hierbij één van deze boeren:
"We concurreren elkaar gewoon
kapot. Een paar boeren beginnen
met een nieuwe teelt en de rest
van de collega's volgt zo'n initia
tief argwanend. Als ze na een
jaar zien dat zo'n nieuwe teelt
veel geld oplevert, springt men
er massaal op in met als gevolg
dat de prijs daalt en het voor nie
mand meer aantrekkelijk is om er
mee door te gaan". Een andere
boer omschreef deze problema
tiek nog veel kernachtiger: "Als
de vollegrondsgroenteteelt de
redding van de Zeeuwse land
bouw moet worden, zoals ge
propageerd door de ZLM en de
DLV, dan wordt dat de versnelde
ondergang van de Zeeuwse
landbouw".
De boodschap van deze boeren
lijkt duidelijk. Laten we niet weer
dezelfde fout maken als in het
verleden en alle troeven op één
ontwikkelingsmodel zetten. Is
het niet veel zinvoller om eens
daadwerkelijk de moeite voor
herbezinning te nemen door te
kijken naar de vele ontwikke
lingsperspectieven - let wel:
perspectieven en niet perspec
tief - die besloten liggen in de
Zeeuwse verscheidenheid in
landbouwbeoefening. Dat er een
enorme verscheidenheid in Zee
land is, moet een ieder duidelijk
zijn; verschillen in schaal, inten
siteit, teelten, produktietakken,
zowel binnen de regio's als tus
sen de regio's.
Want, en dat is opmerkelijk, on
danks dat homogene landbouw
beleid zijn de verschillen tussen
landbouwbedrijven in Zeeland
De ZLM-krant start deze week
de rubriek "bedrijfsstijlen", waar
in columns zullen verschijnen
geschreven door Han Wiskerke.
Hij is afgestudeerd aan de Land
bouwhogeschool Wageningen,
en doet a/s vervolg daarop een
promotie-onderzoek naar ver
schillende bedrijfsstijlen in de
Zeeuwse akkerbouw. Het doel
hiervan is te achterhalen of de
visie en aanpak van de ene boer
meer toekomstperspectief heeft
dan die van diens collega.
Han Wiskerke heeft zijn wortels
in de Zeeuwse landbouw. Hij is
geboren en opgegroeid op het
akkerbouwbedrijf "Land- en Zee
zicht" te Kamperland, over welk
bedrijf hij de scriptie "Voortrek
kers op kwaeie grond" heeft ge
schreven. Dit bedrijf wordt al
meer dan 70 jaar door familiele
den van de onderzoeker beboerd
(red.).
sinds de jaren zestig niet kleiner
geworden. Integendeel, de ver
schillen lijken eerder groter te
zijn geworden. Dat betekent dat
boeren voor ontwikkelingspatro
nen hebben gekozen die afwe
ken van het koplopermodel. En
dat terwijl voorlichting, belan
genbehartiging, onderzoek,
technologie-ontwikkeling en
subsidiëring veel minder toege
sneden waren op deze "afwij
kende" ontwikkelingspatronen.
Alleen al het feit dat zij zich, on
danks dit uniforme koplopermo
del, hebben kunnen handhaven,
toont hun kracht. Is het dus in
tijden van herbezinning niet veel
beter om te kijken nar de vele
mogelijkheden die er in deze uit
eenlopende ontwikkelingspatro
nen besloten liggen in plaats van
het koplopermodel dood te knuf
felen met een stronk spruiten die
geen cent meer waard is? En is
het niet veel eerlijker om alle
boeren een stukje van de
voorlichtings-,
belangenbehartigings-,
onderzoeks- en subsidietaart te
gunnen?
Het is slechts een suggestie,
maar is het in tijden van herbe
zinning niet zinvol om de woor
den van deze boer ter harte te
nemen: De oplossing voor de
Zeeuwse landbouw bestaat niet.
Het zullen vele kleine deeloplos
singen zijn?"
Han Wiskerke