Goede start voorjaarswerk
DLV
Landbouwvoorlichting
n
■fin
Help mee aan de bestrijding
van phytophthora infestans
In de eerste helft van maart zijn zomergranen en
plantuien gezaaid en geplant. Daarna is begonnen
met de zaai van erwtenvlas, zaai uien, b/auwmaan-
zaad, teunisbloem en wat later ook de bieten. Hoe
groot het areaal uien en aardappelen uiteindelijk zal
zijn is nu nog niet te zeggen. De inkomsten van
oogst 1992 vielen vaak zwaar tegen. De aanschaf
van duur poot- en zaaimateriaaI is daarom vaak niet
zo vanzelfsprekend. Steeds meer akkerbouwers drei
gen in financiële of liquiditeitsproblemen terecht te
komen. Overleg tijdig met de bank en de DLV, zodat
naar een oplossing gezocht kan worden.
VRIJDAG 26 MAART 1993
Wintertarwe
Er waren vorig najaar 3 zaaiperioden
nl. de maanden oktober (het groot
ste gedeelte), november en rond de
kerstdagen. Het tijdstip voor de
tweede stikstofgift zal als gevolg
daarvan eveneens verschillend zijn.
Let dus op het stadium waarin het
gewas verkeert. Normaal wordt de
tweede N-gift gegeven wanneer de
eerste knoop voelbaar is en de
tweede knoop zichtbaar. De N-
voorraden waren dit voorjaar
meestal laag. Als de eerste gift lager
was dan het advies (140 - Nmin),
dan kan een tussengift van ca. 30
kg/ha zinvol zijn.
Een CCC-bespuiting dient ter ver
steviging van de halmbasis. Als de
eerste knoop voelbaar is moet u de
ze bespuiting uitvoeren. Groeizaam
weer, met een temperatuur die bo
ven de 10 °C ligt, geeft het beste re
sultaat. Zie voor dosering en tijdstip
per ras tabel 1.
Stadium F5 is einde uitstoeling tot
begin stengelstrekking. In stadium
F6 is de eerste knoop van de hoofd
stengel voelbaar. Voor een bestrij
ding van eventueel aanwezige
oogvlekkenziekte is het dan nog te
vroeg.
Behalve bladseptoria komen er nog
weinig schimmelziekten voor. Wan
neer duist, windhalm of wilde haver
voorkomt kan, zelfs in deze maand,
in de later gezaaide tarwe nog een
bespuiting worden uitgevoerd met
1 liter Puma Super. Aan dit mid
del kan 1 liter Starane 200 (kleef
kruid, muur, varkensgras) en/of Ally
(kamille, muur, kruiskruid, her
derstasje, paarse dovenetel) worden
toegevoegd.
Zaaimachine met zomergerst
Starane Ally zijn uiteraard ook
goed te gebruiken wanneer geen
duistbestrijding nodig is. Ally mag
tot het tweede knoopstadium inge
zet worden. Inzaai van graszaad of
groenbemesters is bij gebruik van
Ally niet mogelijk. Reinig tank en lei
dingen zeer grondig en voorkom
overwaaien.
Bieten
Een deel van het bietenareaal is uit
gezaaid met de Gaucho-pil. Aan
tasting door insekten zal dan niet of
heel weinig voorkomen. Bij gebruik
van de Force-pil kunnen tripsen kort
na opkomst nog schade veroorza
ken. Bij standaardpillenzaad kunnen
ook bietekevertjes nog schade aan
richten.
De onkruidbestrijding gebeurt vrij al
gemeen volgens het lage-
doseringssysteem. Dus: weinig mid
del bij de zaai en bij de opkomst be
ginnen op klein onkruid met lage
hoeveelheden en deze behandeling
1 of 2 keer herhalen. Bij de na-
opkomstbespuiting kunt u kiezen uit
de volgende mogelijkheden:
2 liter fenmedifan/ethofumesaat
(Betanal Tandem) of 1,25 liter
Betanal Progress
Fenmedifan ethofumesaat
metamitron olie. Van elk mid
del 0,5 liter/kg. Bij bingelkruid
0,75 liter chloridazon in plaats
van metamitron
2 liter Betanal Trio OF of Goltix T
OF
0,5 liter Bolero (fenmedifan
olie) 0,5 liter ethofumesaat
0,5 kg metamitron 0,25 mine
rale olie
Tegen grasachtige onkruiden (met
uitzondering van kweek en straat
gras) kunt u 0,5 I Targa, 1,5 I Focus
Plus of 0,5 I Gallant aan het lage-
doseringssysteem toevoegen. Deze
middelen kunt u ook apart spuiten.
De dosering moet u dan wel verdub
belen. Bij rijenbespuiting moet de
strook 17-20 cm breed zijn en de
hoeveelheid middel 40% resp. 50%
van de volvelds dosering.
Uien
Naar verwachting zal Lironion voor
gebruik in de na-opkomstbestrijding
onvoldoende verkrijgbaar zijn. Sa
men met propachloor was dit een
goede combinatie. Een bespuiting
met een contactmiddel kort voor
opkomst is nu zeker noodzakelijk.
Houd rekening met soort en grootte
van het dan bovenstaande onkruid.
Een keuze kan gemaakt worden uit:
Tot aan de opkomst:
2-4 Diquat (alleen breedbladigen)
Tot 2 dagen voor opkomst:
2-4 Paraquat
2-4 Actor
3 Finale
2-4,5 Glyfosaat
Ook in dit gewas moet u tijdig met
de onkruidbestrijding beginnen.
Vanaf het kramstadium kunt u star
ten met 0,5 kg Lironion 2 Itr. pro
pachloor. Na 8-10 dagen herhalen.
Gebruik minimaal 400 Itr. water per
ha met een (middel)grove druppel.
In het "vlaggebladstadium" is het
gewas het meest gevoelig voor on
kruidbestrijdingsmiddelen. Als de Li
ronion uitverkocht is, zal gezocht
moeten worden naar andere combi
naties of enkelvoudige middelen.
Bentazon en ioxynil hebben in uien
een toelating. Dit geldt ook voor
chloorprofam. Dit middel kan door
de dampwerking gevaarlijk zijn voor
naburig graszaad, blauwmaanzaad,
vlas en boomgaarden. Zeer binnen
kort verschijnt een speciaal artikel
over de onkruidbestrijding in uien na
opkomst.
Aardappelen
De gewenste bewaartemperatuur is
6 tot 7°C. Benut de uren met koude
lucht en houd de cel zoveel mogelijk
gesloten.
Controleer het pootgoed direkt bij
aankomst op uw bedrijf. Knollen
met Phytophthora, ontvellingen en
verontreinigingen mogen niet voor
komen. Er mogen niet meer dan 2
fusariumknollen per zak pootgoed
voorkomen. Was een 20-tal knollen
om een goed beeld te krijgen van
een eventuele rhizoctoniabesmet-
ting. Aantasting door zilverschurft
kan wat uitdrogingsverschijnselen
geven, maar heeft nauwelijks in
vloed op de opbrengst.
Houdt het pootgoed koel bij vol
doende licht en lucht. Om op
zwaardere grond (H 30% slib)
18-20 stengels per m2 en op lichtere
grond 16-17 stengels per m2 te krij
gen kunt u in tabel 2 de pootafstand
voor de consumptieteelt aflezen.
Voor AM-rassen gelden meestal
nauwere pootafstanden in de tabel
genoemd.
Als 25% of minder van de knollen
slechts licht aangetast is door rhi-
zoctonia, kan een knolbehandeling
met Solacol achterwege blijven. Het
kan dan nl. de sortering verfijnen.
Zorg ervoor dat de rug na het frezen
een bruto doorsnede heeft van 850
cm/2. Dit is een rug met een omtrek
van ca. 1 meter, gemeten vanuit het
midden van de geul. Voor de chemi
sche onkruidbestrijding zijn er na de
laatste keer aanaarden diverse her
biciden beschikbaar. Houd rekening
met de onkruidsoorten, die u nog
verwacht. Voor middelen en dose
ringen verwijzen we u naar de
Handleiding 1993 en Kennen en
Kiezen nr. 36.
De pas toegelaten herbicide Boxer,
werkt ook tegen grasachtigen en
kleefkruid. Voor een voldoende bre
de werking, moet u 0.3 - 0.5 kg
Sencor of 1 I Patoran Flow aan 4 Itr.
Boxer toevoegen. Boxer kunt u tot
aan de opkomst spuiten. U hoeft de
AM-rassen niet meer bij de PD aan
te melden.
Blauwmaanzaad
Dit jaar is het areaal weer wat toe
genomen. Zodra u tripsschade
waarneemt moet u een bespuiting
uitvoeren met 1,5 liter parathion of
een pyretroïde. Na vlas, erwten en
granen is de kans op tripsschade
het grootst. Bij 5 cm gewaslengte
kunt u nogmaals Asulox inzetten.
Dit kan niet als er roodzwenkglas is
ondergezaaid. Melden en ganzevoe-
ten worden niet bestreden. 1-1,25
Itr. Dicuran 500 SC bestrijdt deze
onkruiden wel. Er is wel veel kans
op gewasschade. Spuit dit middel
bij droog, niet te warm en bewolkt
weer. In een later stadium (bij 6-10
cm gewaslengte) is er dan nog de
mogelijkheid om 0,75 I bentazon te
spuiten. Ook met dit middel is er
kans op schade.
Vlas
Dit is een goede dekvrucht voor
roodzwenk en veldbeemd. Let bij de
opkomst op aanwezigheid van aard-
vlooien en vroege akkertrips. Spuit
op tijd met parathion of bijvoorbeeld
Decis. Spuit geen Venzar of Linuron
vlak voor opkomst. Vanaf 2 cm ge
waslengte kunt u het lage-
doseringssysteem met Basagran
minerale olie in vezelvlas toepassen.
De dosering is dan 1,5 Basagran
1,5 miperale olie.
Algemeen
Voorkom overwaaien van herbiciden
naar andere gewassen of percelen.
Aardappelafvalhopen moeten vanaf
1 april j.l. zijn afgedekt met zwart
plastic. Uien van afvalhopen, die op
nieuw uitlopen, kunnen schimmel
ziekten overbrengen naar percelen
plant- en zaaiuien. Bestrijdt aardap
pelopslag tijdig in verband met over
dracht van virus door luizen naar
pootaardappelpercelen. Versprei
ding van Phytophthorasporen moet
eveneens voorkomen worden. Spuit
niet uit gewoonte, maar controleer
vooraf het gewas op aanwezigheid
van ziekten en plagen.
In de loop van april kunt u ook weer
het "telefoonbandje" bellen. U krijgt
dan de meest actuele akkerbouwin-
formatie te horen. Het telefoonnum
mer is: 01864-1866.
Elke werkdag kunt u met uw vragen
en problemen terecht bij het DLV
kantoor bij u in de regio. Telefoon
nummer kantoor Goes:
01100-33711. Telefoonnummer kan
toor Westmaasi 01864-3011.
Cees Govers, DLV Goes
Controleer het pootgoed bij aankomst op het bedrijf
Tabel 7.
Ras Dosering/ha/ltr Tijdstip
Arminda, Urban, Herzog, Ritmo, Hereward 1 F5 (F6)
Apollo, Minaret, Fletum, Accent, Vivant 1,5 F5 (F6)
Obelisk, Rektor, Pagode 1,5 (1e besp.) F5 en
Tombola, Kraka, Okapi 1 (2e besp.) na 10 dg
Tabel 2.
Grondsoort Footgoedmaat Pootafstand
lichtere grond en grond met 28-35 mm 32 cm
een zeer goede structuur 35-45 mm 40-42 cm
zwaardere grond of grond met 35-45 mm 38 cm
een minder goede structuur
Denk aan het onschadelijk maken
van de afvalhopen, restanten en uit
schot van aardappelen waardoor
deze niet meer als primaire besmet
tingsbron kunnen fungeren voor de
aardappelgewassen in de om
geving.
In Noord-Brabant en Zeeland is se
dert 1 maart 1986 een Verordening
van kracht, inhoudende dat onder
nemers in hun onderneming verbo
den is na 15 april van elk jaar niet
uitgeplante aardappelen of afval van
aardappelen voorhanden en in voor
raad te hebben, waarop stengels
met blad voorkomen. Het verbod
geldt niet ten aanzien van aardappe
len die bestemd zijn om te worden
uitgeplant.
Voorts wordt de ondernemer die
zich van aardappelen ontdoet voor
afvoer naaf een buiten zijn onderne
ming gelegen plaats verplicht, vóór
deze afvoer zodanige maatregelen
te treffen, dat zich aan deze aard
appelen of afval van aardappelen
geen stengels met blad kunnen ont
wikkelen.