Ondernemer moet nu zelf
borgstelling aanvragen
Een vroeg bietenjaar
v "vnVi^-
Landbouwschap waarschuwt
voor beperking jachtrecht
VanderHave komt met zeer vroeg maïsras
Veehouders maken kennis
met mineralenboekhouding
Barenbrugman: maïskuil met
900 VEM is straks slecht
Uil
Opbokken
postduiven
Zeeland
Ondernemers die in aanmerking
wensen te komen voor borgstelling
moeten zelf een verzoek hiertoe in
dienen. Tot voorheen deed de bank
deze aanvraag. Deze verandering
maakt deel uit van het Besluit
borgstellingsfonds, die 18 maart in
de Staatscourant is gepubliceerd.
De aanvrager kan wel besluiten een
derde, bijvoorbeeld een zaakge
lastigde of de bank, te machtigen
om voor hem de aanvraag in te die
nen. In dat geval dient bij de aan
vraag tevens een daartoe
vastgestelde schriftelijke machti
ging te zijn gevoegd.
Op het aanvraagformulier dient de
bank te verklaren dat zij bereid is de
lening te verstrekken waarover
borgstelling wordt gevraagd. De
bank dient tevens te verklaren dat
volgens normaal bankgebruik geen
financiering kan worden verstrekt
en dat aanvrager op alle hem toebe
horende goederen zekerheid heeft
verleend. De aanvraag moet bij de
districtsbureauhouder worden in
gediend.
Borgstelling kan worden verleend
voor de stichting of overname van
een landbouwbedrijf, of voor het fi
nancieren van vervangingsinveste
ringen. Ook investeringen die
gericht zijn op onder meer het ge
bied van milieu, arbeidsomstandig
heden en het dierenwelzijn komen
voor borgstelling in aanmerking.
Geen borgstelling wordt verleend in
dien de lening - mede - is gericht op
de herfinanciering van schulden of
de aankoop van melkquota. Ook
komt men niet in aanmerking voor
het borgstellingsfonds indien men
reeds verplichtingen heeft aange
gaan of als de bank al een lening
In het Zuidwesten zat afgelopen
maandag al bijna 80 procent van de
bieten in de grond, zo blijkt uit een
inventarisatie van de suikerindustrie.
Vorig jaar rond deze tijd was dat
nog maar zo'n vier procent.
Op 22 maart was in Zeeland 13.800
ha gezaaid (80 procent) en in West-
Brabant/Zuidhollandse eilanden
9.900 ha (78 procent). In heel Ne
derland zat op die datum ruim
41.000 ha (ca. eenderde) van het
bietenareaal in de grond. In het
Noorden zaait men liever wat min
der vroeg in verband met het nacht
vorstrisico, en ook omdat de grond
nog niet overal goed is. In het Zuid
westen is het nachtvorstrisico rela
tief klein, al kunnen de bieten ook
hier bevriezen. Het kwetsbaarst zijn
ze in het zgn. knikstadium.
Vroeg zaaien vergroot de opbrengst,
zo hebben proeven van het PAGV
uitgewezen. Een vuistregel is dat
het kwadraat van het aantal dagen
zaaien na 15 maart gelijk is aan het
verlies aan kilo's suiker per ha. Dus
bijvoorbeeld zaaien op 25 maart le-
- -
Op 23 april a.s. krijgen alle 7500
veehouders in West-Nederland die
zijn aangesloten bij de WLTO en
CBTB bij hun blad Oogst een een
voudige versie van de mineralen-
boekhouding toegestuurd. Ze
kunnen die dan zelf invullen of dat
door hun boekhouder laten doen.
Aan de hand van de resultaten van
de ingevulde en teruggestuurde
boekhoudingen worden in het na
jaar voorlichtingsbijeenkomsten ge
organiseerd in alle afdelingen van
WLTO en CBTB West-Nederland.
Naast WLTO en CBTB zijn de boek-
houdbureaus ABAP, WEA en CBTB,
de DLV teams Rundveehouderij
Gouda en Hoorn, het Hollands Agra
risch Jongeren Kontakt en de Ge
westelijke Raden van het
Landbouwschap nauw bij dit pro
ject betrokken. Door nu al kennis te
maken met de mineralenboekhou-
ding worden veehouders zich be
wust van de mineralenstromen op
hun bedrijf. Ze hebben dan meer tijd
om zich voor te bereiden op de si
tuatie in 1995. In dat jaar is het ge
bruik van de mineralenboekhouding
verplicht.
heeft verstrekt of toegezegd voor
dat over de aanvraag is beslist (be
halve als de directeur LNO hiervoor
toestemming heeft verleend).
Indien de aanvraag betrekking heeft
op een uitbreiding van een bestaan
de financiering door de bank wordt
voor ten hoogste tweederde van de
ze uitbreiding borgstelling verleend.
Voor de hoogte van de borgstelling
hanteert men als vuistregel dat de
door de bank te verstrekken finan
cieringen op basis van de beschik
bare zekerheden van de aanvrager,
tenminste 70 procent van de execu-
tiewaarde van onroerende zaken en
50 procent van die van roerende za
ken dienen te bedragen.
In tegenstelling tot het tot nog toe
gevoerde beleid wordt geen
borgstelling meer verleend ten be
hoeve van loonwerkbedrijven en be
drijven die agrarische produkten be
en verwerken. Deze bedrijven vallen
onder de Regeling Borgstelling MKB
kredieten 1988.
De bestaande goede relatie tussen
jachthouder en grondgebruiker
wordt verstoord als het jachtrecht
verder aan banden wordt gelegd.
Deze waarschuwing heeft het Land
bouwschap schriftelijk overge
bracht aan de Vaste
Kamercommissie voor Landbouw
en Natuurbeheer in een commen
taar op de nota Jacht en Wildbe-
heer van staatssecretaris Gabor. De
nota vormt de voorbereiding op de
ontwerp-Flora- en Faunawet waarin
ook de jacht wordt ondergebracht.
Volgens het Landbouwschap zal
een verdere beperking van de jacht
een jachthouder met meer plichten
dan rechten opzadelen. Dit maakt
het voor een jachthouder steeds on
aantrekkelijker om zich voor een re
delijke wildstand in een gebied in te
zetten. Het Landbouwschap wijst
erop dat boeren en tuinders geheel
op jachthouders zijn aangewezen
om wildschade aan gewassen te
gen te gaan en te bestrijden.
Een jachthouder is tegenwoordig
goed in staat om te bepalen wat kan
worden afgeschoten en wat niet,
beperking is daarom onnodig. Het is
in Nederland al lang niet meer mo
gelijk om door middel van zelfregu
latie in natuurgebieden een goede
wildstand te behouden, zo signa
leert het schap. In gebieden waar
dierên dreigen uit te sterven kan ook
worden gestuurd door verbetering
van de leefomgeving of door het uit
zetten van wild. Juist de jachthou
der kan daar als lid van een
wildbeheereenheid op basis van
door jachthouders, terreinbeheer
ders en grondgebruikers gezamen
lijk opgestelde wildbeheerplannen
een positieve rol in spelen.
vert 10 x 10 is 100 kg minder suiker
op per ha dan zaaien op 15 maart.
Walcheren
Opvallend is dat op 22 maart op
Walcheren nog maar 40 procent
van de bieten in de grond zat. Dit
komt doordat hier veel lage en zwa
re komgronden zijn gelegen, die in
het voorjaar later bewerkbaar zijn
dan de jonge zeekleigronden. "Er
zijn heel wat bedrijven die nog hele
maal geen bieten hebben gezaaid",
aldus desgevraagd C.J. Bierens me
dio deze week.
Volgens de akkerbouwer uit Grijps-
kerke zegt de wat latere zaai op de
ze gronden niets over de
uiteindelijke opbrengst. "De kom
gronden hebben 's zomers minder
dan andere gronden last van even
tuele droogte, het zijn opdrachtige,
of zoals we hier zeggen opgevende
gronden. Afhankelijk van het groei
seizoen kan dat de wat latere zaai
makkelijk compenseren. En je moet
maar zo rekenen, de grond ver
knoeien in het voorjaar kun je maar
één keer, maar daar heb je dan wel
het hele jaar last van".
Een maïsras dat vroeg is te oogsten
zonder dat dat ten koste gaat van
het drogestofgehalte. Met het nieu
we zeer vroege snijmaïsras Melody
scoorde VanderHave een 9 voor de
vroegheid van bloei op de rassen-
lijst. De veehouder hoeft zich dus
geen zorgen te maken als hij met
het zaaien aan de late kant is en hij
heeft een prima alternatief in han
den voor zijn koude, late en/of natte
gronden, aldus VanderHave.
Melody baarde vorig jaar al enig op
zien, toen het ras al vrij vroeg in het
seizoen in de Noordelijke provincies
een hoogte van twee meter bereik
te. Ten opzichte van de later afrij-
pende rassen was er sprake van een
voorsprong van meer dan twee we
ken. En die twee weken komen in
ons Nederlandse klimaat met zijn
wisselvallige nazomers goed van
pas. Er is veel aan gelegen dat de
maïs vroeg van het land is, al is het
alleen om onnodige oogstrisico's en
struktuurschade te vermijden.
Maandag jl zat 80 procent van de bieten in het zuidwesten al in de
grond.
In Zeeland geldt van 5 april t/m 21
mei dagelijks tussen 10.00 en 17.00
uur een ophokgebod voor postdui
ven. De ophokverplichting is niet
van toepassing op het trainen van
jonge duiven (deze blijven dicht bij
het hok), en ook niet op zaterdagen
en zondagen. Op doordeweekse da
gen zullen jachthouders in versterk
te mate jacht maken op wilde en
verwilderde duiven. Dit om de wild
schade binnen redelijke grenzen te
houden. De schade kan slechts ten
dele worden voorkomen door af
schrikken en verjagen. Afschieten
heeft meestal meer effect.
Aan vermindering van het aantal
verwilderde duiven kunt u zelf mee
werken door vanuit uw afdeling van
de landbouworganisatie, of samen
met andere afdelingen, de in uw ge
bied werkende jagers, jagerscombi
natie of wildbeheereenheid te
benaderen en hen te wijzen op het
belang dat de land- en tuinbouw
heeft bij een gering aantal verwil
derde duiven en de mogelijkheden
voor de jagers om juist in deze pe
riode daaraan iets te doen. Het zal
duidelijk zijn dat een georganiseerde
aanpak tot afschot van verwilderde
duiven des te meer effekt heeft
wanneer in een groter aaneengeslo
ten gebied jagers hieraan
deelnemen.
Snelle begingroei
De "9" en "8.5" die Melody
respektievelijk voor de beginontwik-
keling en stevigheid meekreeg, ma
ken het ras uitermate interessant
voor de zogenaamde koude, natte
en/of lage gronden in ons land. Op
deze percelen komt het immers aan
op een snelle begingroei en is een
"normale" afrijping vanwege de
vaak noodgedwongen late zaai
gewenst.
Kweker Frans de Wolff van Vander
Have is zeer te spreken over zijn
nieuwste aanwinst. "Met Melody
erbij kunnen we nu in elke vroeg-
heidsklasse een aantal rassen aan
bieden, zodat de teler een ruime
keuze heeft. Het ras past goed in
het rijtje met Allegro en Scana. Het
is namelijk ook een ras dat intensief
beproefd is in het eigen land. Dat
wil zeggen dat Melody vertrouwd is
De maïsgids van VanderHave
met ons onvoorspelbare klimaat. Ik
wil nog wel eens zien hoe het met
de andere rassen vergaat in een
slecht maïsseizoen. Zo'n seizoen
hebben we al een aantal jaren niet
meer gekend, maar je zult er in je
achterhoofd toch wel degelijk reke
ning mee moeten houden".
Nieuwe maïsgids
Meer informatie treft u in de net ver
schenen maïsgids. Een leuk en han
dig naslagwerkje van 16 pagina's
met veel aandacht voor de prakti
sche kant van de rassenkeuze. In de
overzichtelijke beschrijving herkent
u uw eigen bedrijfssituatie en weet
u waar u zoal rekening mee moet
houden bij de rassenkeuze. De maïs
gids is geheel gratis verkrijgbaar bij
de afdeling Publiciteit van Vander
Have, postbus 1, 4420 AA Kapelle,
tel. 01102-47911.
Een maïskuil met 900 VEM zal bin
nen enkele jaren als slecht worden
beoordeeld. Dit voorspelt A. Geerts
van Barenbrug. Hij ging op een bij
eenkomst voor maïstelers nader in
op het toenemende belang van
1000-VEM kuilen bij snijmaïs.
De komende jaren zal de melkgift
per koe sterk moeten stijgen om de
boer in staat te stellen aan de
milieu-eisen te voldoen. "Om zulke
koeien te kunnen voeren hebben we
krachtvoermatig ruwvoer nodig.
Maïskuilen met 1000 VEM passen
hierin heel goed", aldus de Baren
brugman. Hij verwacht dat het aan
tal van deze kuilen de komende
jaren sterk zal stijgen.
In een wedstrijd die het kweekbe-
drijf voor maïstelers had uitgeschre
ven bleek dat de meeste
prijswinnaars hun maïs op ge
scheurd grasland hadden geteeld.
Vruchtwisseling is gunstig voor de
kolfontwikkeling. Bij continuteelt
blijft wel de massa behouden, maar
boet de kwaliteit in, aldus Geerts.
Een van de andere faktoren die van
invloed is op het resultaat is van
zelfsprekend de rassenkeus. Ook de
wijze van inkuilen is volgens Geerts
van invloed op de voederwaarde.
Belangrijk is dat de loonwerker de
maïs niet te laag maait. Het on
derste stuk van de maïsstengel
heeft een lage voederwaarde en is
vaak verontreinigd met opgespatte
aarde. Belangrijk is ook het gelijkma
tig en goed aandrukken van de kuil.
