Land- en tuinbouw moet gebruik
maken van "natuurlijk" imago
Ammoniakbeleid richten
op doel, niet op middelen
Spitsuur op zitdagen
"Kosten kinderopvang
aftrekbaar maken"
Afspraak is 50 procent emissiereductie in 2000
W. Meijer op Algemene Vergadering KNLC:
5
"Er valt in de akkerbouw nog veel te besparen op arbeid, a/s er meer wordt
samengewerkt. Maar wat gebeurt er met de overige uren?? Ik denk dat ik
het weet!!! Er is een tekort aan agrarische politici, zowel plaatselijk, provinci
aal a/s landelijk".
Jos de Regt, akkerbouwer te Kapelle (Ons Platteland, 19
maart 1993).
Het was druk tijdens de zitdag van de DBH in het Landbouwcentrum in Goes (Foto Anton Dingemanse).
Deze week zijn in Zeeland de zitda
gen gehouden voor het inleveren
van de aanvragen voor compensatie
in het kader van "MacSharry" (ak
kerbouwgewassen, stieren of zoog
koeien). Naar schatting heeft
ongeveer de helft van de Zeeuwse
boeren gebruik gemaakt van de mo
gelijkheid om de formulieren in te le
veren. Op sommige momenten was
het erg druk en liep de wachttijd
nogal op, ondanks het feit dat extra
personeel was opgeroepen.
Een aantal boeren moest onverrich-
terzake huiswaarts keren, omdat de
formulieren niet goed of onvolledig
waren ingevuld. Op de zitdagen
werd door de DBH-mensen volstaan
met een globale controle van de ge
gevens en de kaarten. Hulp bij het
invullen van de formulieren kon van
wege de grote toeloop als regel niet
worden gegeven.
Boeren die deskundige hulp willen
inroepen kunnen terecht bij de SEV.
De SEV van de ZLM houdt een aan
tal zitdagen voor leden, die vragen
hebben over de formulieren. Daar
naast kan men terecht bij de Ac
countantsunie ZLM en bij de DLV.
Zoals bekend dient uiterlijk 15 mei
a.s. aan de districtsbureauhouder de
oppervlakte met granen, snijmais,
oliehoudende zaden en eiwithou-
dende gewassen alsmede het voe
derareaal voor het vleesvee te
worden opgegeven. Qok in Brabant
organiseert de DBH zitdagen.
"De land- en tuinbouwproduktie
staan meer en meer in de etalage.
De consument kijkt mee over de
schouder van de agrariër", betoog
de W. Meijer op de Algemene Ver
gadering van het KNLC. Hierin ligt
een uitdaging voor de agrarische
sector en de agribusiness volgens
het lid van de Raad van Beheer van
de Rabobank Nederland. "De land
bouw kan gebruik maken van tiaar
natuurlijke imago".
Oud-Commissaris der Koningin van
Drente, W. Meijer, was gastspreker
op de Algemene Vergadering van
het KNLC in Den Haag. Meijer was
in 1990 betrokken bij de Commissie
van Goede Diensten. Die stelde een
advies aan de regering op over de
toekomstmogelijkheden van met
name de akkerbouw in ons land.
Meijer is sinds 1 januari lid van de
Raad van Beheer van de Rabobank
Nederland.
Meijer ziet dat de consumenten
steeds meer bepalen wat en hoe de
agrarische ondernemers produce
ren. De beeldvorming en het imago
van het produkt speelt hierbij een
belangrijke rol. "De land- en tuin
bouw bevinden zich meer en meer
in de etalage. De consument kijkt
mee over de schouder van de agra
riër en spreekt via zijn portemonnee
zijn oordeel uit", aldus Meijer.
Volgens hem ligt hierin de uitdaging
voor de agrarische sector en de
agrarische industrie. Als land- en
tuinbouw moeten we gebruik ma
ken van ons 'natuurlijke' imago. "De
land- en tuinbouw moet per defini
tie open zijn. Daartoe zouden ze
meer aan vermarkting en externe
betrekkingen kunnen doen".
Regelgeving
Net als de consument kijkt ook de
overheid mee in het produktiepro-
ces, weet Meijer. "Zij uit haar wen
sen en komt met regelgeving die
direct of indirect ingrijpen in de be
drijfsvoering". Meijer ziet het als
een probleem dat veel normen en
eisen ten aanzien van het milieu niet
zijn toegespitst op de individuele
agrarische ondernemer. "Er zijn
weinig stimulansen voor hem om
die normen en eisen voor zijn bedrijf
te interpreteren. De ondernemer
heeft behoefte aan normen waar
mee hij op zijn bedrijf aan de slag
kan".
Meijer denkt dat het huidige ondui
delijke beleid er voor zorgt dat de
ondernemer investeringsplannen
uitstelt. Hij kan namelijk geen lange
termijn strategieën maken. Omdat
de overheid onvoorspelbaar gedrag
vertoont, door onder meer voortdu
rend beleid en regelgeving (weer)
ter discussie te stellen.
Meijer pleitte voor ruimte en tijd
voor de mentaliteitsverandering bij
de agrarische ondernemer. "Het be
leid houdt er nu onvoldoende reke
ning mee dat de ondernemer moet
inspelen op de ontwikkelingen. Het
stimuleert de individuele onderne
mers te weinig, omdat hij niet uit de
voeten kan met het landelijke beleid.
Dit smoort de motivatie tot onder
nemen en creativiteit. Hierdoor is
minder van hem te verwachten dan
van een gemotiveerde ondernemer.
Agrarische ondernemers hebben
behoefte aan duidelijke kaders voor
hun eigen bedrijf, die zij vervolgens
zelf het beste kunnen invullen. Het
plan 'Mineraal Centraal' is een voor
beeld van een ondernemergerichte
aanpak van de milieuproblemen".
"Die dub (de ZLM - red.) heeft zelf het vuurtje aangewakkerd door voorzit
ter Maas te laten roepen dat het Landbouwschap niet deugt".
T. Meijer, vertegenwoordiger Voedingsbond FNV in het Land
bouwschap (Volkskrant, 5 maart 1993).
"De akkerbouw in Nederland is op sterven na dood. Korteweg laat zien dat
er nog iets aan te doen is. Als dit niet serieus wordt genomen, dan slaat
echt de vlam in de pan. ledereen denkt dat het wel losloopt, maar ik hou
mijn hart vast".
Bart Kik, aktievoerder tegen het Landbouwschap (Trouw, 20
maart 1993).
"Na de oorlog was het beleid er op gericht de produktie te verhogen om
zelfvoorzienend te worden. Begin jaren tachtig is dat punt bereikt. Toen had
er ingegrepen moeten worden. Maar daar waren de landbouworganisaties
niet op ingesteld. Die dachten alleen aan meer, meer, meer".
Jaap Kortewég, akkerbouwer in Langeweg (De Volkskrant, 20
maart 1993).
De Belastingcommissie van het
KNLC is van mening dat (een deel
van) de kosten van kinderopvang in
de winstsfeer aftrekbaar moet zijn.
Hier bestaat momenteel geen rege
ling voor. Werknemers krijgen een
deel van de kosten vergoed, of ze
kunnen deze kosten deels aftrekken
van hun belasting. Op grond van
het gelijkheidsbeginsel moet er voor
zelfstandigen ook een goede rege
ling komen, meent de Commissie.
Het Ministerie van Financiën zegt er
aan te werken.
Het gebeurt steeds vaker dat zo
wel vader als moeder werken. De
opvang van de kinderen hoeft geen
probleem meer te zijn, daarvoor
bestaan mogelijkheden genoeg. De
opvang kan echter behoorlijk in de
papieren gaan lopen, waardoor het
werken door beide partners niet al
tijd aantrekkelijk is. Onder andere de
emancipatie-gedachte leidde er toe
dat een groep werknemers in loon
dienst een vergoeding ontvangt
voor kinderopvang. De groep werk
nemers die geen tegemoetkoming
ontvangt kan een deel van de wer
kelijke kosten van kinderopvang bui
tenshuis aftrekken van de belasting.
Hoeveel aftrekbaar is, is met nor
men vastgelegd.
Voor zelfstandigen bestaat nog
geen (fiscale) regeling. De kosten
van de kinderopvang in de winst
sfeer is niet aftrekbaar. Ouders die
zelfstandig een (agrarische) onder
neming drijven of zelfstandig een
vrij beroep uitoefenen ontvangen
ook geen tegemoetkoming in de
kosten. "Een onterechte situatie",
vindt de Belastingcommissie van
het KNLC. "De zelfstandigen moe
ten dezelfde mogelijkheden hebben
als de werknemers".
In het jaar 2000 moet de ammoniak-
emissie 50 procent minder zijn dan
in 1980. Indien mogelijk moet de
vermindering zelfs richting 70 pro
cent. Dat is het doel van het ammo
niakbeleid en het bedrijfsleven richt
zich erop. De overheid verklaart alle
middelen heilig om het streven te
halen. De Afdeling Veehouderij en
de Commissie Grondgebruik van
het KNLC keuren dit middelenbeleid
af. "We moeten naar een doelstel-
lingenbeleid".
Onlangs kwam een commissie van
drie wijze mannen tot de conclusie
dat de strokorst als afdekking goed
te controleren is. De strokorst is vol
gens de commissie aanzienlijk
goedkoper dan vaste afdekkingen,
maar de korst zou niet voldoen aan
de norm van 75 procent reductie.
Slechts 60 tot 75 procent is
haalbaar.
Afgelopen week is het advies
besproken binnen het ministerie van
LNV, maar minister Bukman heeft
nog geen besluit genomen. Dat zal
hij pas doen na overleg met zijn
collega Alders van VROM. Vanuit de
landbouworganisaties is al langere
tijd erop aangedrongen de strokorst
als afdekking toe te staan. Maan
denlang duurde de discussie over de
strokorst. Zowel de Afdeling Vee
houderij als de Commissie Grondge
bruik van het KNLC wijzen deze
werkwijze af. Beide stellen dat de
overheid teveel naar de middelen
kijkt en het algemene doel vergeet.
Groen Label stallen
Hetzelfde dreigt te gebeuren met de
Groen Label stallen. Die dragen ook'
bij om de emissie te beperken. Met
behulp van de Noodwet ('Interim-
wet ammoniak en veehouderij') pro
beert de overheid de Groen Label
stallen meer in beeld te brengen.
Veehouders zonder Hinderwetver
gunning moeten de emissie op het
bedrijf in vijf jaar tijd reduceren met
het hoogste percentage dat tech
nisch haalbaar is. Met andere woor
den: een Groen Label stal in gebruik
nemen. (Dit geldt alleen als de emis
sie de waarde van 15 mol over
schrijdt). De overheid wil hierbij
overigens de afschrijvingstermijn
van de huidige stallen niet uit het
oog verliezen.
De Commissie Grondgebruik vreest
dat de overheid met de Noodwet te
veel de nadruk legt op de huis
vesting. "Bijvoorbeeld bij de
rundveehouderij realiseren we de
meeste reductie buiten het bedrijf.
Met name met het emissie-arm uit
rijden van de mest. De nadrukkelijke
koppeling van de Ecologische Richt
lijn aan de huisvesting wijzen we
ten zeerste af". De Commissie heeft
het idee dat de Ministeries van
VROM en van LNV deze koppeling
juist wel willen leggen.
Verantwoord
De Afdeling Veehouderij ziet in de
Noodwet een stukje sanering ver
borgen en vermoedt dat deze wet
nog lang niet het eind van het ver
haal zal zijn. "Straks wil de overheid
dat ook bedrijven die wel een Hin
derwetvergunning hebben, Groen
Label stallen moeten gaan bou
wen". De Afdeling ziet daarin een
grote dreiging, ook omdat de over
heid stallen aandraagt die econo
misch niet verantwoord zijn. "In het
Groen Label convenant gaven we
aan dat een Groen Label-stal zowel
technisch als economisch verant
woord moet zijn. Het terugdringen
van de ammoniakemissie moet eco
nomisch verantwoord blijven".
Het Groen Label is desondanks nog
steeds een goed initiatief, meent de
Afdeling. "In een aantal gebieden
zit de ontwikkeling zo muurvast, dat
een Groen Label stal daar uitkomst
kan bieden". Maar de Afdeling vindt
niet dat dit soort stallen per definitie
door de dierlijke sectoren gebruikt
moeten gaan worden.
De Afdeling Veehouderij gaf nog
een voorbeeld van het middelenbe
leid van de overheid. "Het gebruik
van de sleepvoetenmachine mag al
leen op bepaalde grondsoorten.
Veehouders die bijvoorbeeld zowel
zand- als veengrond hebben, lopen
tegen het probleem aan dat ze de
machine slechts op een deel van
het bedrijf kunnen inzetten".
Om eindeloze discussies over on
derdelen van het beleid te voorko
men wil de Afdeling dat de overheid
overschakelt op een doelstellingen-
beleid. "De afspraak is dat we in de
periode tot 2000 de ammoniak
emissie met 50 procent reduceren.
Indien mogelijk kijken we zelfs naar
70 procent. Hoe we dat halen doet
er in feite niet toe. Iedere boer moet
dat zelf kunnen invullen", aldus de
Afdeling.
Geert Pinxterhuis