Samenwerken in de varkenshouderij doorzicht Akkoord in Brabant over groen label voor stallen Perspectief voor aspirant geitenhouders in Brabant Ledenstop Amalthea opgeheven VRIJDAG 30 OKTOBER 1992 18 Piet Straatman bouwt een nieuwe stal voor 500 biggen. Vermeerderaar Piet Straatman: Een veearts begeleidt de gezondheid van de biggen hun leven lang. Piet Straatman heeft aan de rand van het vliegveld Volkel in Odiliapeel een varkensvermeerderingsbedrijf met 220 zeugen. Albert Rutten woont ook in Odiliapeel. Hij heeft een varkensmesterij. Piet Straatman fokt de biggen en Albert Rutten mest ze af. Beide bedrijven werken al vele jaren intensief samen. Nog maar goed en wel 20 jaar oud startten Piet en Jeanne Straatman 15 jaar geleden een eigen zeugen- houderijbedrijf met 90 vermeerde ringszeugen in Uden. Enige jaren later keerden zij terug naar de ge boorteplaats van Piet, Odiliapeel. Aan de Nieuwendijk verrees een nieuwe stal voor vermeerderings zeugen. Ongeveer gelijktijdig moest het ouderlijk bedrijf van de familie Straatman, de bebouwde kom van Odiliapeel verlaten. Bewust werden de twee nieuwe varkensbedrijven, dus dat van vader en dat van zoon Piet naast elkaar gebouwd. Piet specialiseerde zich in de zeugen- houderij, terwijl vader zich meer ging toeleggen op de mesterij. In 1984 werd de Interimwet een feit. De ontwikkelingen in de var kenshouderij werden aan banden gelegd. Toch wilde broer Herman ook varkenshouder worden. Er wa ren gerede twijfels of het ouderlijk bedrijf met 1100 mestvarkens groot genoeg was voor een maatschap van vader en zoon. Het was toen nog mogelijk om 300 mestvar- kensplaatsen om te zetten in 150 zeugenplaatsen. In goed overleg werd van het ouderlijk bedrijf een gesloten bedrijf gemaakt. Het bete kende echter wel dat Piet zijn big gen niet meer 'thuis' kon afzetten. Albert Rutten had destijds al enige keren biggen van Piet afgenomen. Toen deze van de gewijzigde bedrijfs- opzet hoorde werden nadere con tacten gelegd. Voortaan ging Piet al zijn biggen leveren aan het var- kensmestbedrijf van Albert Rbtten. Zes jaar werken beide bedrijven nu samen. De contacten zijn in de loop der jaren alleen maar verstevigd. Beider voordeel Een samenwerking komt niet tot stand als er geen voordelen mee te behalen zijn. Piet Straatman ziet zo wel voordelen voor de fokker als voor de mester. Voor zijn eigen be drijf ziet hij de volgende voordelen van de vaste fokker/mester relatie: - De insleep van dierziekten wordt tot een minimum beperkt omdat niet wekelijks een vreemde vee wagen op het bedrijf komt. De Provincie, gemeenten en landbouw bedrijfsleven in Noord-Brabant zijn het vrijwel eens geworden over de Leidraad Veehouderij en Milieu. Daarin staat dat boeren in Midden- en Oost-Brabant bij renovatie of nieuwbouw van stallen de uitstoot van ammoniak zullen terugdringen. Stallen die voldoende emissie-arm zijn krijgen een groen label uitgereikt van het Brabantse bureau voor Toe passing Emissie-arme Stalsystemen (TES), dat 1 november van start gaat. Met dit keurmerk in de hand krijgt de veehouder van de gemeen te een bouw- en hinderwetvergun ning. Tevens krijgt hij de garantie dat hij binnen 8 10 jaar niet opnieuw in die stallen hoeft te investeren, ook al zouden de milieuregels tus sentijds zijn aangescherpt. De leidraad brengt een koppeling aan tussen ruimtelijke ordening- en milieubeleid, zoals het streekplan aangeeft. De bedoeling is om de ammoniak-uitstoot op regionaal ni veau terug te dringen. Een apart ge meentelijk ammoniak-plafond, zoals dat wordt gehanteerd door de 13 meest verzuurde gemeenten in Ne derland (gelegen rond de Peel en in het gebied Uden-Veghel) is daarmee van de baan. De leidraad verdeelt het mestover- schotgebied in twee aparte regio's: Midden-Brabant, de Kempen en de Meijerij en Oost-Brabant. Verplaat sing van mestrechten tussen beide regio's is verboden. Een veehouder mag wel een mestquotum overne men van een ander bedrijf binnen zijn regio. Peelregio Overigens zullen technische maat regelen als stalaanpassing en scho ne mestopslag voor de Peelregio niet voldoende zijn om de provincia le streefnorm voor verzuring in 1994 te halen. Dat concluderen ge deputeerde staten in hun Milieupro gramma 1993 - 1996. Volgens het provinciebestuur zullen in de Peelregio ook structurele maatregelen nodig zijn, waarbij de verplaatsing van bedrijven en in krimping van de veestapel niet wor den uitgesloten. Volgens GS is met name de grote uitstoot van ammo niak er de oorzaak van dat het doel in de Peelregio (4700 zuurequiva- lenten per hectare per jaar) niet wordt gehaald. Het uiteindelijke doel is overigens 400 - 700 zuurequivalenten, te be halen in het midden van de volgen de eeuw. Pas bij dat getal treedt er geen schade meer op voor de natuur. mester haalt immers op gezette tijden zelf de biggen op. Er zijn daardoor geen extra transport kosten. De biggen blijven in de buurt. Je bent minder gevoelig voor ver voersproblemen bij uitbraken van dierziekten. Piet wijst op de ver voersproblemen als gevolg van de in Italië vastgestelde Blaasjes ziekte onder Nederlandse varkens. - Tussen ons als fokker en mester is alles bespreekbaar. De mestre- sultaten van de biggen worden gevolgd. - Mede dankzij deze goede relatie krijg ik een goede prijs voor mijn biggen. - Wederzijds vertrouwen is geba seerd op duidelijke afspraken. Voordelen mester Piet ziet voor de mester ook voordelen. - De mester betrekt zijn biggen van een en hetzelfde bedrijf en vervoert de biggen zelf naar zijn bedrijf. Daardoor is er weinig kans op insleep van besmettelij ke dierziekten. - Sinds Rutten zijn biggen nog maar van één vermeerderingsbe- drijf afneemt, zijn de mestresul- taten duidelijk verbeterd. Beide bedrijven hebben ook dezelf de dierenarts. Deze volgt de gang van zaken en haalt regelmatig pun ten naar voren welke op dat mo ment de nodige aandacht vragen. Nieuwe biggenstal Tijdens het bezoek aan het bedrijf van Piet Straatman bouwen metse laars een nieuwe stal voor 500 big gen. Piet licht zijn besluit daartoe als volgt toe: "De ruimte voor de zeu gen en de biggen wordt steeds In een artikelenreeks, die door samenwerking van NCB, ZLM, CBTB en het Consulentschap Landbouw tot stand komt, wordt de strategie van de Bra bantse landbouwontwikke lingsnota "Doorzicht op Inzicht" uitgedragen. De artikelen hebben een voor beeldfunctie. Het betreft on derwerpen op bedrijven die bewust een keuze maken voor de toekomst en die op een po sitieve wijze inspelen op de mogelijkheden in hun situatie. Voor reacties: Landbouwcen trum, mevr. M. Commandeur, tel. (013)645511. krapper. Het komt nogal eens voor dat twee halve afdelingen noodge dwongen bij elkaar moeten worden gedaan. Bovendien moet een leeg gekomen afdeling meestal nog de zelfde dag schoon worden ge maakt. De volgende dag ligt deze dan weer vol biggen. Met de nieuwe stal komt er wat meer ruimte bij het plannen. Bovendien kunnen gespeende biggen voortaan meteen van de kraamhokken naar de biggen-afdeling. De biggen krijgen meer ruimte hetgeen hun welzijn bepaald ten goede zal komen". Samenwerken Piet Straatman is zeer tevreden met zijn vaste fokker/mester relatie. Het is een vorm van samenwerken die mijn ondernemerschap prikkelt en die me uitnodigt om over de schut ting van het eigen bedrijf te kijken. Cor Rops. Het gaat geitenhouderijvereniging Amalthea voor de wind. Voor 1993 vreest de coöperatie zelfs een drastisch tekort aan melk. Om deze reden is voor het eerst in haar zesja rig bestaan de ledenstop opgehe ven. De maximaal te leveren hoeveelheid melk per lid is opge schroefd naar 500.000 liter. "On danks een kritisch koopgedrag is de consument vertrouwd geraakt met onze produkten", laat coördinator Harry Kil enthousiast weten. "Een vorig jaar gelanceerde nieuwe kaas is bij het publiek aangeslagen. Volgend jaar komt daar een schim melkaas bij. Yoghurt is uitgepro beerd en er blijkt een markt voor te zijn. Zowel de Nederlandse als de buitenlandse markt laten een flinke groei zien. In verhouding gaan ons omringende landen meer afnemen". Dat geitenhouderijprodukten in de lift zitten is te zien aan de uitbeta- lingsprijs van Amalthea. Voor dit jaar verwacht Kil dat de eindprijs voor melk met 3,8% vet en 3,2% eiwit op 78 cent zal uitkomen. De basisprijs bedroeg 75 cent. "Voor 1993 zijn we eigenlijk al uitver kocht. Het basisbedrag is door deze goede vooruitzichten op de onlangs gehouden algemene vergadering verhoogd tot 80 cent. Nieuwe leden moeten er voor zorgen dat we vol doende aanvoer van melk zullen krij gen. De mestwet werkt voor ons wat problematisch. Toch kan de gei- tenhouderij voor menig bedrijf een gezond alternatief bieden. Jarenlan ge promotie (Jaat vruchten afwer pen. Wij leveren nu een duidelijk herkenbaar produkt dat door de consument gericht gekocht wordt". Vleesafzet De tak vleesafzet van Amalthea viel in 1991 nog negatief uit. Leden moesten f 50.000,— bijbetalen. Voor 1992 zit er een positief resul taat in. Enerzijds is dat de danken aan de gelijkmatige aanvoer van jonge bokken. Door te werken met toeslagen van 40 cent en kortingen van 35 cent is de melkaanvoer vrij Harry Kil constant. Hierdoor kan ook de geza menlijke mesterij stabiel draaien. Het gros van de slachtlammeren gaat naar Frankrijk en Italië. Coördinator Kil denkt dat door een vastere prijs de selectie bij de leden1 meer aandacht gaat krijgen. "De selectie heeft een tijd stil gestaan. Leden wisten niet goed waar ze aan toe waren. Nu hun tak meer perspectief biedt is het rendabel om toekomstgericht investeringen te doen in fokmateriaal. In samenwer king met de gezondheidsdienst heb ben we strakke programma's. De gemiddelde melkproduktie ligt nu op 770 liter. Een jaar terug nog op 730. In 1986 lag de melkplas van een geit op 650 liter. Van een spec taculaire stijging is dus geen sprake". Wat bij Amalthea wel fors gestegen is, is de totale hoeveelheid melk. In 1986 700.000 liter. Volgend jaar verwacht men 7 miljoen liter in eindprodukten om te zetten. Ver werking van de melk vindt plaats in de Campina-Melkunie vestiging te Asten en bij Bastiaansen te Molen schot. Amalthea kent 39 leveran ciers en is gevestigd in het NCB kantoor te Tilburg. J.v.T.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1992 | | pagina 18