Akkerbouw
Nacontrole pootgoed "onevenwichtig"
ten aanzien van meerekenen bladrol
Bij keuze wintertarwe is
kwaliteit faktor van belang
Inspelen op milieutrend via
cursussen praktijkschool
Suikerindustrie: schuimaarde
is een schone kalkmeststof
Verschillende handelwijzen keuringsdiensten NAK
In Zuidwesten
5% afgekeurd
Commercieel directeur D. Mooijaart van Cebeco Zuidwest.
VRIJDAG 30 OKTOBER 1992
De vier keuringsdiensten van de
NAK houden er verschillende han
delwijzen op na ten aanzien van het
keuren op bladrolvirus in pootaard-
appelen. De keuringsgebieden
Noordzee polders en Groningen-
Friesland hebben van de zomer
besloten het gecertificeerd poot
goed (A, B, en C) in de nacontrole
niet te onderzoeken op bladrolvirus,
en het gebied Rivieren-Delta-
Nederland doet dat wel. "Hierdoor
zit er een stuk onevenwichtigheid in
de pootgoedkeuringen", zegt voor
zitter Jan Geluk van de ZLM-
akkerbouwcommissie.
De vaste commissie voor pootaard
appelen van de NAK stelt de
hoofdlijnen van het nacontrolebeleid
vast. Deze heeft onder andere be
paald dat elke afzonderlijke keu
ringsdienst autonoom is ten aanzien
van het onderzoek van gecertifi
ceerd pootgoed op bladrol. Voor ba-
sispootgoed (S, SE en E) is dat niet
zo: hiervoor geldt dat alle keurings
diensten op bladrol onderzoeken.
Geluk: "Het is dus volstrekt legaal
dat de ene keuringsdienst het ge
certificeerd pootgoed niet op bladrol
onderzoekt en de andere wel, maar
hierdoor worden de telers wel oné-
venredig benaderd. Bij de ene teler
wordt het pootgoed wel afgekeurd
en bij de andere niet. De pootgoed-
teler is de dupe".
"Bovendien worden ook de con
sumptietelers benadeeld, want zij
weten straks niet wat voor poot
goed ze kopen. Ze denken dat ze
hetzelfde pootgoed krijgen als voor
heen, terwijl ze het volgend seizoen
misschien een partij met een aan
tasting van bladrol in de grond stop
pen. Ook die partij heeft immers een
NAK-label. Die consumptieteler kan
zich volgend jaar met een bladrol-
aantasting geconfronteerd zien".
Volgens Geluk is het een slechte
zaak als niet duidelijk is of er in een
partij gecertificeerd pootgoed nu
wel of geen bladrolvirus voorkomt.
Hij meent daarom dat ook de keu
ringsdiensten in het Noorden het
bladrol erbij moeten rekenen. Zeker
in het afgelopen jaar, waarin zich
zware luizenaantastingen hebben
voorgedaan en er dus veel virus
overgebracht is, komen de gevolgen
van het niet onderzoeken op blad
rolvirus extra naar voren.
De kwestie over het wel of niet
meerekenen van het bladrolvirus
komt (vandaag vrijdag 30 oktober)
aan de orde in de pootgoedcommis-
sie van het Landbouwschap.
Keuringsresultaten
Overigens komt het Zuidwesten er
wat betreft de nacontrole van de
pootaardappelen een stuk beter af
dan het Noorden. Meestal is dat net
andersom. In het Noorden is rond
40 procent van het opgegeven are
aal in klasse verlaagd en nog eens
ca. 12 procent afgekeurd. In het
Zuidwesten bedragen de percenta
ges afkeuring en klasseverlaging
resp. ca. 5 en 17 procent. De grote
virusaantasting in het Noorden is
ontstaan doordat de (tweede) luizen
invasie zich voordeed toen het ge
was hier nog volop in de groei zat.
Deze luizenvlucht heeft in de noor
delijke provincies nogal wat primair
bont en bladrol veroorzaakt. In het
Zuidwesten en andere gebieden
Nieuwe technieken, nieuwe kansen.
Door te investeren in kennis en
vaardigheden kunnen boer en tuin
der inspelen op de 'milieutrend'. De
Praktijkschool voor Mechanisatie en
Open Teelten te Schoondijke en Em-
meloord biedt diverse cursussen
aan om de boer op dit vlak prak
tisch te scholen.
De consument hecht steeds meer
waarde aan de kwaliteit van de pro-
dukten, en hieronder valt ook de
manier waarop de produkten ge
teeld zijn. Dus staat de landbouw
voor de uitdaging op een natuur- en
milieuvriendelijke wijze voedsel te
produceren. Op korte termijn kan el
ke boer en tuinder hier zijn bijdrage
aan leveren door te investeren in
kennis, nieuwe technieken o.a. ten
aanzien van het aanwenden van
meststoffen en gewasbescher
mingsmiddelen en uiteraard door te
investeren in vaardigheden. De
Praktijkschool voor Mechanisatie en
Open Teelten te Schoondijke en Em-
meloord biedt diverse cursussen
aan om de boer praktisch te
scholen.
Te noemen zijn de instructieonder-
werpen:
- kunstmeststrooien met de aan
dachtspunten kantstrooien, strooi-
beelden, electronische
hoeveelheidsregelingen en het
testen van strooiers;
- spuitmachines met de aan
dachtspunten doppenkeuze, drup
pelgrootte, luchtondersteuning,
computergestuurde hoeveelheidsre
gelingen en testen conform
SKL-eisen;
- mechanisch onkruid bestrijden;
- automatisering;
- bewaartechniek t.b.v. aardappelen
en uien.
Een uitgebreid overzicht van het
cursusaanbod staat weergegeven in
een brochure. Belangstellenden
worden verzocht zich vóór 1 de
cember a.s. aan te melden.
Voor inlichtingen: Praktijkschool
Schoondijke, Prinses Beatrixstraat
66, Schoondijke, tel. 01173-1551,
contactpersoon: ir. Th.J.G. Vulink.
was het gewas al niet meer groen,
waardoor de luizen er veel minder
schade konden doen.
Landelijk was vorige week 28,6 pro
cent van het gekeurde pootgoed in
klasse teruggezet, waarvan 7,8%
was afgekeurd. Ca. tweederde van
alle pootgoed was toen de nacon
trole gepasseerd. Vanwege het (lan
delijk) hoge percentage pootgoed
dat afgekeurd of in klasse verlaagd
wordt heeft de vaste commissie
voor pootaardappelen van de NAK
voor 1993 besloten om de automa
tische klasseverlaging voor de klas
sen S en SE voor alle rassen op te
schorten. Mogelijk dat het 'afkap-
systeem' voor bepaalde rassen ook
voor de klassen E en A wordt opge
schort.
In het keuringsgebied van de NAK
Rivieren-Delta-Nederland was deze
week het resultaat van de keuring
van de pootaardappelen voor ruim
90 procent bekend. Goedgekeurd is
71 procent, gedegradeerd 17 pro
cent, afgekeurd 5 procent en in her
keuring 7 procent.
In deze cijfers zijn de resultaten van
een honderdtal herkeuringen nog
niet verwerkt. Van de 48 herkeurin
gen die al wel zijn verwerkt zijn er
17 (ongeveer eenderde) in een ho
gere klasse terechtgekomen. Of dit
ook zal gelden voor de overige her
keuringen is nog niet te zeggen. Vol
gens afdelingsdirecteur
binnendienst M. Puylaerd hebben
de gunstige nacontroleresultaten
vooral betrekking op het ba-
sispootgoed.
Het percentage afkeuring kan in het
slechtste geval oplopen tot maxi
maal tien procent. Dit is het geval
als de nog resterende ca. 100 her
keuringen niet leiden tot een verbe
tering van de oorspronkelijke
keuringsresultaten.
Laden van een vracht schuimaarde.
Schuimaarde staat samen met een aantal andere stoffen op de lijst van af
valstoffen die volgens de provincie Noord-Brabant niet meer in de landbouw
mogen worden gebruikt, aldus een recent persbericht van de Provincie
Noord-Brabant. De Nederlandse suikerindustrie komt daartegen in het ge
weer: "schuimaarde is een schone kalkmeststof".
De beide suikerindustrieën onderschrijven het motto 'met schone grond de
toekomst in'. Hierin past ook het gebruik van schuimaarde, ook al heeft een
woordvoerder van de provincie onlangs verkondigd dat er bij de ministers
Bukman (landbouw) en Alders (milieu) op is aangedrongen schuimaarde te
controleren op de concentraties zware metalen.
In het Besluit Overige Organische Meststoffen (BOOM) zijn reeds eisen
gesteld aan het gebruik van dierlijke mest en andere organische meststof
fen. Voor minerale meststoffen (NPK- en kalkmeststoffen) zijn nog geen
normen opgesteld. Vooruitlopend hierop zijn voorbarige conclusies gefor
muleerd voor het produkt schuimaarde, aldus de suikerindustrie.
De gehalten aan nevenbestanddelen in schuimaarde zijn bij de suikerin
dustrie bekend. In de hierna volgende tabel wordt een aantal van deze waar
den vergeleken met waarden zoals die in schone grond voorkomen (zgn.
A-referentiewaarden).
Element
Nevenbestanddelen
in schone grond in
mg per kg droge stof
Gehaltes schuimaarde
in mg per kg droge
stof
Cadmium
0,8
0,5
Chroom
100
10
Koper
36
20
Kwik
0,3
0,1
Nikkel
35
2
Lood
85
10
Zink
140
60
Arseen
29
2,5
Toetsing van schuimaarde aan de zgn. schone grond waarden toont aan dat
de gehalten in schuimaarde lager zijn.
Schuimaarde is een nevenprodukt van de suikerindustrie en in het meststof-
fenbesluit gedefinieerd als kalkmeststof. De suikerindustrie kwalificeert de
kalkmeststof schuimaarde als een gecontroleerd kwaliteitsprodukt waar
mee de bodemvruchtbaarheid en de kwaliteit van de grond duurzaam in
stand wordt gehouden.
"Graantelers doen er goed aan te
kiezen voor een tarweras dat inte
ressant is voor de meelindustrie.
Een baktarwe heeft namelijk ruime
re afzetmogelijkheden dan een
voertarwe. De kans op een hogere
prijs is daardoor bij baktarwe eerder
aanwezig dan bij voertarwe". Dat
zegt commercieel directeur D.
Mooyaart van coöperatie Cebeco-
Zuidwest in Zierikzee.
Ondanks de hoge opbrengst van
sommige voertarwes staan de voor
delen van een baktarwe voor Moy-
aart vast. Zeker als de kwaliteit
gecombineerd kan worden met een
hoge opbrengst. Want dat is voor
de teler toch nog vaak een belang
rijk argument om een ras te kiezen.
"De combinatie van kwaliteit en op
brengst zoals die bij Ritmo samen
gaan levert aanzienlijke voordelen
voor zowel de teler als de afnemer",
is Moyaart van mening.
Kwaliteit neemt toe
De bakkwaliteit van de in Nederland
geteelde wintertarwe neemt de
laatste jaren toe. Belangrijke oorzaak
hiervan is de toenemende kwaliteit
van de rassen. Dit blijkt uit onder
zoek van het instituut TNO-Voeding.
Aan de hand van monsters van ver
schillende nieuwe- en bestaande
wintertarwerassen bepalen onder
zoekers van TNO regelmatig de ge
schiktheid van de verschillende
rassen voor broodbereiding.
Naast de maalkwaliteit en de deeg
eigenschappen speelt hierbij vooral
de geschiktheid om kwalitatief goe
de broden te bakken een belangrijke
rol. TNO onderzoekt dat aan de
hand van bakproeven waarbij ze een
vergelijkbare bereidingswijze als de
bakkers toepassen. Bij de uiteindelij
ke beoordeling van de broden speelt
het broodvolume een zeer belangrij
ke rol. Het blijkt namelijk dat de
kwaliteit van het brood het beste te
beoordelen is aan de hand van dit
broodvoluma Kortom, broden met
een hoog volume zijn kwalitatief
vaak het besta
De laatste jaren was Obelisk het
grootste tarweras. Hoewel Obelisk
geen echte baktarwe was, kon de
meelindustrie wel goed met dit ras
overweg. Het is bovendien een ras
dat tot op heden veel geteeld werd
en in grote hoeveelheden tot brood
werd verwerkt, in een vergelijking
tussen de rassen geldt Obelisk dan
ook vaak als standaard. Onderzoek
toont aan dat Ritmo wat betreft
broodvolume niet onder doet voor
Obelisk. Dat betekent dat Obelisk
goed vervangen kan worden door
Ritmo. Ook vanuit de meelindustrie
komen die geluiden. Andere winter
tarwerassen die zich qua opbrengst
met Ritmo kunnen meten, liggen
wat betreft broodvolume zeer laag
en zijn zelfs ongeschikt voor de
broodbereiding.
Graanverkoper P. de Hart van Agrari
sche Unie Vulcaan in Deventer
hoopt dat veel telers dit jaar zullen
kiezen voor Ritmo. Dat is volgens
hem een ras waar de industrie echt
wat mee kan. "Arminda is een be
kende voertarwe dat de maalderijen
mondjesmaat verwerken. En dat
geldt volgens mij ook voor de nieu
we voertarwes. Alleen van de aller
beste partijen is een geringe
bijmenging mogelijk. Maar dat zet
voor de afzet van tarwe beslist geen
zoden aan de dijk", aldus De Hart.
Een andere belangrijke reden om
voor Ritmo te kiezen zijn de aange
scherpte interventievoorwaarden.
Tarwe dat aan de interventie wordt
aangeboden moet van bakkwaliteit
zijn. Voertarwe die niet aan die nor
men voldoen kunnen niet in de in
terventie en komen op de
voermarkt. Op dat moment is het
de handel die bepaalt wat ze er voor
wil betalen.