Duurzaam Nederland in 2015
Berend Jan Warmelink, voorzitter van de afdeling Veehouderij van het KNLC, heeft
op persoonlijke titel zijn gedachten over de toekomst van Nederland eens op papier
gezet. Hij schetst een scenario van Nederland in 2015, waarbij veel van de dingen
die wij nu heel normaal vinden niet meer bestaan. Er zijn bijvoorbeeld geen auto's
meer. Ook de landbouw is totaal veranderd. De 'ik-persoon' is in de jaren negentig
vanwege de milieuproblemen uit Nederland geëmigreerd en keert nu in 2015 voor
een bezoek terug naar zijn oude vaderland, dat hij niet meer herkent.
De toekomst van Nederland
en zo'n ding heb je toch nog wel no
dig, die neem je niet even op je rug
mee.
We schrijven 2015 en na een roerig
decennium heeft Nederland zich als
eerste land ter wereld duurzaam
verklaard. Een knap staaltja Toen
wij in 1992 emigreerden - juist van
wege de grote milieuproblemen -
zag het er bepaald niet naar uit dat
het ooit nog goed zou komen in Ne
derland. Nu dat kennelijk toch ge
lukt is, is de nieuwsgierigheid naar
de veranderingen groot.
Ik wilde met eigen ogen zien wat er
met het landje aan de Noordzee
was gebeurd. Bij het boeken van de
reis werd al duidelijk dat er geen
zachte heelmeesters aan het werk
waren geweest. Dat een vliegreis
een stuk duurder was geworden,
wist ik. Duur bleek echter wel te
voorzichtig uitgedrukt. Onbetaal
baar dekte de lading beter. Daarom
was er maar één mogelijkheid, ik
kon alleen per schip terug naar dat
landje aan de Noordzee. Na wat
bakkeleien met de baas, kon ik meer
vrije dagen opnemen en stapte aan
boord van het zeilschil "De
Bruntland".
Eerste aanblik
Dat was tien weken geleden. Nu va
ren we de Nieuwe Waterweg op. De
entree van Nederland geeft al een
heel andere aanblik dan in mijn her
inneringen van 25 jaar geleden. In
Europoort zijn de meeste raffinade
rijen verdwenen. De destijds bijzon
der omstreden kolencentrale op de
Maasvlakte is blijkbaar toch niet ge
bouwd: wel staat er een enorm
windmolenpark. En ook de kunst-
mestfabrieken hebben zo te zien
een andere bestemming gekregen.
In de haven zelf lijkt er niet veel ver
anderd. De enorme bedrijvigheid
van door elkaar krioelende hef
trucks, vrachtwagentjes en mensen
onder enorme hijskranen, komt me
in ieder geval bekend voor.
In plaats van motorschepen doen
dagelijks tientallen zeilschepen, die
mensen uit de hele wereld brengen
de passagiershaven aan. Vanuit het
schip wandel ik een enorme stati
onshal binnen. De hal is opgetrok
ken uit hoge bogen. In het dak zijn
grote lichtkoepels aangebracht. Op
de begane grond bevinden zich win
kels, cafés, restaurants, vergaderza
len, kantoren, hotels en noem maar
op. Bij de informatiebalie wordt me
duidelijk dat dit station geen uitzon
dering is. Een netwerk van dergelij
ke multi-functionele complexen
bedekt Nederland.
Tussen deze centra rijden allerlei
vormen van openbaar vervoer, zelfs
de zeilschuit is weer terug. Een uit
stekend systeem, zo blijkt al snel,
waarmee je tot in bijna alle hoeken
van het land kunt komen.
Er zijn ook kantoorachtige rijtuigen
waar computers klaar staan voor
gebruik. Aan boord zijn telefoon en
fax. Zelfs postkantoor en bank ont
breken niet.
Omdat bijna iedereen een 'reisdocu
ment bij leven' heeft is de conduc
teur van ordinair kaartjes-knipper
een waar gastheer geworden. Hij
verkoopt kaartjes aan de enkeling^
die geen abonnementhouder is,
(buitenlanders) verstrekt hij informa
tie over vervolg vervoer, gaat met
koffie en kranten rond en deelt
rechts en links wat grappen uit.
Kabinet Brinkman
Ik ben tijdens mijn verblijf zolang te
gast bij mijn broer. Van hem heb ik
begrepen dat het Kabinet Lubbers-
Kok nog jarenlang doormodderde
met heffingen op brandstoffen om
dat de wegen te vol waren en de
lucht te vuil was. Maar in plaats van
minder autogebruik, leidde dat al
leen maar tot steeds meer irritatie
bij heel veel mensen, omdat ze of
niet meer thuis kwamen of niet op
het werk.
Om aan deze situatie een einde te
maken nam het toenmalige Kabinet
Brinkman I een heel drastisch
besluit. Er werden tientallen miljar
den geïnvesteerd in de uitbreiding
van het spoornet met duizenden ki
lometers rail, in de aanschaf van rij
tuigen, de verbouwing van stations
en verbetering van het streek- en
stadsvervoer.
Toen het nieuwe bouwwerk van
openbaar vervoer zo goed als ge
reed was, nam het kabinet weder
om een opmerkelijk besluit: woon-
en werkgebieden werden volledig
autovrij gemaakt. Voor iedereen -
ongeacht rang of stand en inkomen
werd het ineens bijzonder lastig om
nog een auto te bezitten. Het ver
voermiddel mocht niet meer aan de
deur komen en kon nergens meer
geparkeerd worden. In korte tijd
was het dan ook gebeurd met het
hardnekkige monstertje, ooit de hei
lige koe genoemd. En het openbaar
vervoer kon moeiteloos de extra
stroom passagiers (het zijn er vijf
keer zoveel geworden) verwerken.
Monumenten
Her en der in het landschap staan
nog viaducten en fly-overs. "Ja,
daar hebben we er een paar van la
ten staan, legt mijn broer desge
vraagd uit. Dat zijn nu monumenten
uit de cultuur die door de auto werd
beheerst. We onderhouden ze^niet,
zodat het over een tijdje mooie ver
brokkelde ruïnes worden. Een para
dijs voor vogels".
In het goederenvervoer blijkt de
auto nog wel te bestaan, zij het op
beperkte schaal. Alleen voor bestel
diensten wordt dit vervoermiddel af
en toe nog gebruikt. Want ja je zult
maar een bankstel hebben gekocht
Maar de grote vrachtwagens zijn
echt verdwenen. Een logistiek ma
nager van de Nederlandse Spoor
wegen vertelde dat dat het gevolg
was van het besluit van Oostenrijk.
Zwitserland en Duitsland om geen
vrachtvervoer over de weg meer toe
te staan. De milieubelasting was te
groot. Het bulk en containervervoer
dat over de weg ging is overgeno
men door de binnenscheepvaart.
Trams en bussen vervoeren nu de
kleine hoeveelheden vracht tussen
overslagstations en woon- en werk
gebieden. Ze rijden toch al op die
trajecten was de even logische als
wel simpele redenering, die tot dit
mede vervoer leidde.
Verhuizen
Nadat duidelijk was geworden wat
de regering met het verkeer voor
had, besloten veel mensen te ver
huizen naar gebieden die langs
openbaar vervoer lijnen lagen. Het
netwerk werd zodanig uitgebouwd
dat zo'n negentig procent van de
bevolking op korte afstand van het
openbaar vervoer zou wonen. De
mensen die juist afgelegen wilden
wonen, verhuisden in die jaren naar
afgelegen boerderijen op het platte
land. In het laatste kwart van de vo
rige eeuw verhuisden daardoor veel
huishoudens, met een gemiddelde
van eens- in de vijf jaar. Ondanks de
verdichting van de bewoning kwam
er rond de huizen toch meer ruimte.
Dat was te danken aan het verdwij
nen van de auto. Er waren immers
geen carports en parkeerplaatsen
meer nodig. Eveneens een groot
deel van de wegen kwam beschik
baar voor tuinen. De mensen moe
ten nu hun eigen groenten
verbouwen omdat de boeren erf
tuinders uit het landschap zijn ver
dwenen. Voor het overige zijn de
Berend-Jan Warmelink, die in bij
gaand artikel een scenario
schetst voor Nederland over 25
jaar.
wegen aan het openbaar groen toe
gevoegd.
Nieuwe wereld
Na twee uur comfortabel treinrei
zen, maakt de conducteur me erop
attent dat ik moet overstappen. Met
de tram vervolg ik mijn tocht naar
de wijk waar mijn broer woont. Als
ik uitstap openbaart zich weer een
nieuwe wereld voor me.
De woongebieden blijken behoorlijk
van karakter veranderd te zijn. En
niet alleen omdat er geen auto's
meer komen, waardoor de straten
het domein van wandelaars en fiet
sers zijn geworden. De wijken zijn
ook ontzettend groen. Bomen, strui
ken en vijvers bepalen het decor in
plaats van garages, carports en wat
dies meer zij. De straat is een prach
tig speelterrein voor kinderen ge
worden. Er zijn ook opvallend veel
volwassenen buiten; in mijn herin
nering zag je hen alleen maar als ze
van hun auto naar de voordeur gin
gen en vice versa.
De huizen staan niet meer in brave
saaie rijtjes. Ze lijken kriskras door
elkaar te staan. Toch is er een pa
troon te ontwaren. Aan de zuidzijde
zit veel glas, terwijl de noordzijde
vrijwel dichtgebouwd is. In de hui
zen zit verder opvallend veel leem
verwerkt. Bloeiende vruchtbomen
Railvervoer
In de trein - een dubbeldekker - kijk
ik mijn ogen uit. De rijtuigen ver
schillen sterk in comfort en, als ge
volg daarvan in prijs. Het comfort
varieert van heel eenvoudig in cou
pés, die kennelijk bedoeld zijn voor
de kortere trajecten, tot uiterst luxu
eus. Het aanbod moet kennelijk
aansluiten bij de verschillen in
leefstijlen, inkomen en doel van de
treinreis. Zoals je in de bioscoop
kunt kiezen tussen 'nekloge' en bal
kon of voor een maaltijd tussen fri
kadel uit de muur en een biefstuk in
een sterrenrestaurant.
De heilige koe van weleer bestaat niet meer in 2015. Alleen in het beroepsgoederenvervoer wordt nog -beperkt- gebruik gemaakt van
auto's.