1 1 1 i I 'Nieuw EG-beleid vergt uiterste van vakmanschap akkerbouwer' Rassenkeuze wintertarwe oogst 1993 i 12 Is Resultaten meerjarig rassenonderzoek belangrijk Publikatie PAGV sl 5 Secretaris Cees Moerman van Hoofdafdeling Akkerbouw VRIJDAG 25 SEPTEMBER 1992 Zaadopbrengsten in verhoudingsgetallen (gem. 1987 t/m 1992) Na veel reken- en cijferwerk staat bij de meeste boeren het areaal winter tarwe voor seizoen 1992/1993 vast. Rest nog het maken van de juiste rassenkeuze. Resultaten van meerjarig rassenonderzoek zijn het meest betrouwbaar om keuzes op te baseren. Een goed resultaat van één jaar is leuk voor de statistieken, maar kan en mag niet dienen om uw keuze aan op te hangen. Zo was er begin jaren tachtig het ras Marks man. Dit, toen nieuwe tarweras, kwam zeer sterk op maar ging nog sneller weer ten onder. De goede verwachtingen gebaseerd op de re sultaten van één enkel jaar kwam deze nieuwkomer niet na. Hieruit blijkt de betrekkelijke waarde van eenjarig onderzoek. Kwaliteit voor interventieprijs Ten opzichte van voorgaande jaren moet bij de rassenkeuze rekening worden gehouden met een gewij zigde situatie. Met ingang van het komende oogstjaar wordt de interventie-regeling voor voertarwe afgeschaft. Dit betekent, dat alleen tarwe die aan de interventie-normen voor baktarwe voldoet, voor inter ventie in aanmerking komt. De eisen voor interventiewaardige tarwe zijn: Hagberg valgetal 220 Hectoliter-gewicht 72 Zeleny-waarde 20 Voldoet een tarwe niet aan deze eisen, dan staat hier geen gegaran deerde prijs voor en bepaalt de we reldmarkt welke prijs voor deze tarwe wordt betaald. Kwaliteit, resistentie, kg-opbrengst Goede kwaliteitstarwe is dus be langrijk. Het biedt de teler de kans voor een extra premie in aanmer king te komen en het stelt de inter ventieprijs als bodem. Naast het telen van goede kwali teitstarwe zijn meer zaken belang rijk, zoals mate van ziekte-resistentie en kilogram opbrengst per hectara De mate van ziekte-resistentie is een graadmeter voor de spuitkosten die u gaat ma ken. Vooral nu, met de lage tarwe- prijzen is het nog belangrijker om de toegerekende kosten zo laag moge lijk te houden. Een tarwe moet de potentie hebben om veel kilogrammen per hectare te kunnen leveren. In combinatie met een gunstige waardering voor ziekte-resistentie en kwaliteit is dit uiteindelijk bepalend voor het finan ciële rendement van uw tarwe. Resultaten 1992 In tabel 1 staan de zaadopbrengsten in verhoudingsgetallen weergege ven. Tabel 2 is een overzicht van be langrijke raseigenschappen bij wintertarwe. In deze tabel beteke nen hoge cijfers een gunstige waar dering voor de betrokken eigenschap. Door nu de eigen schappen die voor uw eigen situatie het zwaarst gelden het zwaarst te laten wegen kunt u zelf bepalen welk ras voor u het meest in aan merking komt. Afhankelijk van de te zaaien opper vlakte is het verstandig om meerde re rassen te zaaien. Rassenspreiding verhoogt de oogstzekerheid. En door een verschil in vroegrijpheid spreidt u de oogstwerkzaamheden. Nieuwe hoog produktieve rassen zijn in het algemeen laat afrijpend. Samenvattend In dit artikel is gewezen op een aan tal belangrijke punten waar u als Onlangs verscheen bij het PAGV de publikatie 'Verspreiding van onkrui den en planteziekten met dierlijke mest'. Het bevat de resultaten van het onderzoek dat het PAGV samen met CABO en IPO in de periode 1986-1990 heeft verricht naar de overdracht van planteziekten en on kruiden via dierlijke organische boer op kunt letten bij het kiezen van een tarweras. De kilo's per hec tare zeggen veel, maar niet alles. Ziekte-resistentie en goede kwaliteit zijn evenzo belangrijk. Weten waaraan een kwaliteitstarwe moet voldoen is van belang voor de extra premie en een interventie waardige tarwe. Ga uit van resulta ten van meerjarig onderzoek. Bij het doorrekenen welk areaal win tertarwe voor uw bedrijf het beste is of bij het maken van uw rassenkeu ze kunnen ook DLV- bedrijfsdeskundigen u behulpzaam zijn. ing. J. Hamming, bedrijfsdeskundige team akkerbouw Westmaas Ras Noordelijke Centrale Z.W. Rivierklei Zand Dal zeeklei zeeklei zeeklei löss grond grond Rassenlijst Accent (B)3» 89 94 94 94 - - Arminda 91 95 98 98 - - Fletum 99 100 99 100 97 96 Herzog (B) 96 97 98 96 - - Obelisk 98 99 98 99 97 100 Pagode 98 99 97 97 102 101 Ritmo (B) 115 110 110 110 103 105 Taurus 102 99 99 99 100 98 In onderzoek: Estica1' 107 103 106 108 106 103 Vivant1» 116 117 116 117 104 102 Hereward1)(B) 101 102 104 107 101 102 Cebeco 9331) 102 102 105 108 102 103 Toronto1»(B) 101 102 102 99 - - Tessa1» 100 105 105 109 102 100 Trawler2» 104 104 104 104 104 103 SE 3B3-72» 96 103 107 108 105 100 100=... kg/are 88.0 94.2 95.0 82.9 68.5 83.2 1> Nieuw opgenomen op de Rassenlijst van 1993. Bron: PAGV 2> 2 jaar in onderzoek. 3> B In de rassenlijst opgenomen in de catagorie 'Geschikt voor de broodbereiding". Overzicht van belangrijke raseigenschappen bij wintertarwe. Gemiddelden over de jaren 1988 t/m 1992. Resistentie tegen: O» c 3 P O 2 1 s i 9 5 2 B c "O JZ O» O) 1 O JC a C V, K 5 3 JC c '5 T3 <0 (0 O m 5 co li- c 2 o> c "a a i S o a5 O 2 Rassenlijst mest. Het onderzoek is uitgevoerd in een risico-analyse voor genoem de schadelijke organismen. De publikatie is verkrijgbaar door f 15,— te storten of over te maken op postrekening nr. 2249700 t.n.v. PAGV, postbus 430, 8200 AK Le lystad, onder vermelding van 'publi katie nr. 62'. Accent (B)®> 7 7 6 7 7 5 5 7 6 6 6® 7 7® 6 8 Arminda 7® 6 7® 5 8® 7® 9 7® 6 6 7 6® 5 5 4 Fletum 6 6 7 5® 7 6 6 6® 7® 6® 5® 5® 4 5 8 Herzog (B) 55 7 8 6 8® 7® 7® 4® 6 6 7® 6® 8 6® 8 Obelisk 8 75 7® 5® 7 7 8 4 7 5® 6 6 7 5 8 Pagode 8 7® 7 5 7 7 6 4 6® 5® 8 6 7 5 8 Ritmo (B) 7 7 7® 4® 9 6® 6 6 7 6® 5 5® 7 8 7 Taurus 55 6 7® 6 8 6 8 6 6 7 5® 5® 4 4 - In onderzoek: Estica3' 7 65 7 4® 9® 7® 7 9 7® 6® 6 6® 6 5 6 Vivant3» 6 7 7® 4® 9 6 9 8 7 6® 5® 5® 5 5 7 Hereward3' (B) Cebeco 933^ 65 7® 7® 3® 9 7 9 9 7® 6 5® 6 8 7® 8 8 65 6® 5 9® 6® 7 9 7® 6 6 6® 5 5 6 Toronto3' (B) 55 8 8 5® 7 7® 9 6 5® 7 6® 6 7 6® 8 Tessa3' 6® 7 7 3 8® 8 7® 8® 7® 5® 6 5® 4 5 7 Trawler4' 6S 6® 7® 4 9® 5 8 8® 7® 5® 5® 8 7 7 SE 383-741 6 6 7® 3® 9® 8 8® 6® 5® 6 5® 7 8 7 Deze cijfers zijn gebaseerd op vriesproeven (gem 1988 t/m 1992). Hoe hoger het cijfer hoe langer het ras. pahw 3> Nieuw opgenomen op de Rassenlijst 1993. 4> 2 jaar in onderzoek. S) B In de rassenlijst opgenomen in de catagorie 'Geschikt voor de broodbereiding'. Akkerbouwend Nederland is ander maal in beweging. Deze keer gaat het er om de bedrijven zo goed mo gelijk aan te passen aan het nieuwe EG-landbouwbeleid. Van een inko men uit de markt is steeds minder sprake. Inkomensondersteuning in ruil voor braaklegging in plaats van een boete op overproduktie, dwingt akkerbouwers ertoe in hoog tempo hun bedrijfsvoering aan te passen. De voorlichtingsbijeenkomsten over de nieuwe inkomenstoeslagen trek ken dan ook overvolle zalen. De be hoefte aan informatie is groot. Er wordt de komende tijd het uiter ste gevergd van het van het vak manschap van de akkerbouwer', stelt de nieuwe secretaris akker bouw van het Landbouwschap, ir. Cees Moerman, vast. 'Naast kennis van het bedrijf, de technologie en de economie moet de boer nu ook de weg weten te vinden in het oer woud van nieuwe regeltjes die de EG heeft uitgedacht. Inspelen op de wensen van de markt én gebruik maken van het beleid, daar gaat het de komende tijd om'. De koers die EG- landbouwcommissaris MacSharry heeft ingeslagen is allerminst de keus geweest van het Landbouw schap. Het inkomen van de boer moet uit de markt komen en niet uit een toeslag van de overheid, zo re deneert het schap. Doordat een meerderheid binnen de EG er anders over dacht moest ook de Neder landse landbouw noodgedwongen overstag. Moerman: 'Wij wilden veel liever een marktbeheersingsbij- drage voor gewassen waar over schotten van bestaan. Zie het maar als een aanpassing van het huidige principe van de medeverantwoorde lijkheidsheffing. En volgens ons hadden bij de invoering van Mac Sharry de prijzen voor granen in ruil voor compensatie ten hoogste 20 procent mogen dalen. MacSharry gaat daar nu 35 procent van maken. Er moet dan nog meer gecompen seerd worden met alle risico's daar van voor het EG-budget'. Omslag Moerman verwacht binnen de ak kerbouw een verschuiving naar niet- marktordeningsgewassen. 'De meeste boeren zijn inmidels aan het rekenen geslagen en dan blijkt al gauw dat een goede teler met een graanopbrengst van 8 ton of meer per hectare er in 1995 zo'n 1200 tot 1500 gulden per bunder op achter uit gaat, terwijl ten hoogste 851 gulden wordt gecompenseerd. Met name grote telers worden door de braakverplichting gedupeerd. Je kunt dan ook gerust stellen dat de compensatie onvolledig is. Dit systeem van inkomensondersteu ning biedt de Europese Commissie misschien meer grip op het budget maar de rekening gaat naar de te lers. Die moeten met toenemende kosten en dalende opbrengsten zien te overleven. We hadden verwacht dat de inkomensdaling in de akker bouw met het plan MacSharry tot stilstand zou worden gebracht. Dat is ijdele hoop gebleken, de dalende lijn wordt de komende jaren gewoon doorgetrokken'. Het Landbouwschap heeft zich steeds kritisch uitgelaten over de beheersbaarheid en de uitvoerings kosten van het nieuwe landbouw systeem. Maar ook andere ontwikkelingen wekken de zorgen op van Moerman. Interne concur rentie tussen akkerbouwers en tuin ders ligt op de loer en ook internationaal dreigt de situatie moeilijker te worden. 'Ik weet dat bijvoorbeeld het areaal aardappelen in België en Noord-Frankrijk snel groeit. Als je rekent dat de Neder landse akkerbouwer voor minstens de helft van zijn inkomen afhankelijk is van de aardappel dan geeft dat te denken. Daarnaast hebben we net de superheffingskwestie met Italië De heer Moerman (rj, vorig jaar tijdens een voorlichtingsbijeenkomst voor aardappeltelers in Goes. gehad. Het is niet te hopen dat ons zoiets op akkerbouwgebied ook te wachten staat'. Advies Moerman raadt akkerbouwers des gevraagd aan om de efficiency zo veel mogelijk te verbeteren. 'Werk als het kan wat de mechanisatie be treft met andere bedrijven samen en leg je toe op de verhoging van de toegevoegde waarde en de produk- tie van 'nieuwe' gewassen. Zoek de marktmogelijkheden op en teel kwaliteit', zo luidt zijn advies. Van de nu veel genoemde non- foodproduktie mogen voorlopig geen wonderen worden verwacht. 'Het zijn bulkprodukten. Daarvoor is ons areaal met circa 25.000 hectare braakland in 1995 te klein. Om inte ressant te zijn voor verwerkende in dustrieën zal de toegevoegde waarde van deze bulkprodukten be perkt zijn. Ik zie meer mogelijkheden in arbeidsintensievere gewassen met een hoog kwaliteitsniveau: (poot)aardappelen en uitgangsma teriaal als bijvoorbeeld graszaad, om maar iets te noemen. De kwaliteit van de Nederlandse aardappel was en is nog superieur. Dat moeten we zo houden. Verder moeten we den ken aan produktie voor de conser- venindustrie, de versmarkt of een produkt als droogbloemen. Daar ligt volgens mij een toekomst'. Wel blijft de akkerbouwer graan no dig houden, al was het maar voor de vruchtwisseling. 'Maar dan moe ten we de braak vakkundig invullen, er creatief mee omspringen'. (uit: Standpunten)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1992 | | pagina 16