September de maand van opstallen van jonger jongvee Gezondheidsdienst pluimvee in nieuwe structuur Kwaliteit ruwvoer hangt niet af van soort afdekplastic Ophalen kadavers gaat geld kosten Symposium over samenwerking met Poolse veebedrijven Flinke toename varkens en kippen, minder rundvee Fabriek investeert in beter varkensvoer Plan voor mestfabriek in Nederweert Stichting gezondheidsdienst voor dieren in Noord-Brabant Landbouwtelling 1992: Op het einde van de weidetijd en aan het begin van de stalperiode is het goed het jongvee extra aan dacht en verzorging te geven. Kijken we naar het uiterlijk van de kalveren en pinken dan is over het algemeen opvallend, dat de pinken die nu de tweede maal een weideseizoen hebben meegemaakt, een beter en fraaier haarkleed vertonen dan de kalveren die voor het eerst naar de weide zijn gegaan. Afhankelijk van de lengte van het weideseizoen en de infectiedruk van de wormlarven in het gras zullen de gevolgen bij de kalveren te zien zijn aan de conditie van de dieren en aan het uiterlijk van het aanwezige haarkleed. Door preventieve maatregelen, zoals omweiden op etgroen of toediening van de paraflexbolus, kan de nadeli ge invloed van de infectieuze worm larven in het gras beperkt blijven. Een lang, ruw, dor en stekelig haar kleed bij kalveren in de weide kan de uitdrukking zijn van een flinke wormbesmetting. Deze ernstige worminfectie gaat ook vaak ge paard met diarreeverschijnselen, die nog zichtbaar zijn aan de ingedroog de mestrestanten aan de achter hand en de staart. Hebt u deze dieren de laatste maand niet behan deld met ontwormingsmiddelen, dan is het nemen van een aantal mestmonsters zinvol om na te gaan of een worminfectie in het spel is (de ernst van de worminfectie kan men echter niet uit het onderzoek van de mestmonsters afleiden; wel Sinds begin 1991 wordt gewerkt aan een reorganisatie van de twee delijns pluimveegezondheidszorg in Nederland. Een belangrijk onderdeel daarvan vormt het onderbrengen van de taken van de huidige Gezond heidsdienst voor Pluimvee (GvP) te Doorn bij de GD West- en Midden Nederland te Gouda. De voorne mens zijn uitgewerkt in een 'Statuut van Overdracht', dat recent de goedkeuring heeft gekregen van de besturen van de beide betrokken gezondheidsdiensten en waarover de ondernemingsraden geadviseerd hebben. Met de vakbonden is een sociaal plan afgesproken, geldend voor alle betrokkenen bij de reorganisatie pluimveegezondheidszorg. Gedwon gen ontslagen worden niet verwacht. De kerntaken van de GvP zullen worden voortgezet in een herken baar pluimveecentrum. De on dersteunende afdelingen en de laboratoria zullen worden geïnte greerd. De geïntegreerde dienst W -& M- Nederland blijft vooreerst vanaf bei de lokaties, Gouda en Doorn, opere ren. Op termijn zullen de aktiviteiten vanuit één nieuw dienstgebouw verricht worden. Dit zal worden ge bouwd naast het terrein van de Fa culteit der Diergeneeskunde in de Uithof te Utrecht. kan men nagaan of eierleggende wormen aanwezig zijn). Het toedie nen van een ontwormingsmiddel na het opstallen is noodzakelijk als bij het uitscharen in het voorjaar of tij dens het weideseizoen geen ont- wormingsprogramma in overleg met uw dierenarts is uitgevoerd. Scheren Het is raadzaam om dieren die op- gestald zijn volledig over het hele li chaam te scheren. Door alle lange haren weg te scheren bij het rund vee krijgen deze dieren als het ware weer een droge jas aan. Lange ha ren betekenen voor de dieren vaak een natte jas. Bij het scheren is de ernst van de aanwezigheid van huidparasieten op te merken. Na het scheren is de conditie en de groei beter te beoordelen, ofschoon voor een juiste beoordeling van de groei het meten van de borstomvang of het wegen van de dieren gewenst is. Tabellen van meetcijfers en ge wichten zijn voor ras en leeftijd be schikbaar bij de Gezondheidsdienst. Zijn de meetcijfers met de gemid delden in de normtabellen vergele ken, dan kan een juist voederschema worden opgesteld en kan aan de dieren een juist voeder rantsoen worden aangeboden. In het kader van de bedrijfsbegeleiding kan worden nagegaan wat de effec ten en resultaten zijn van het ge bruikte ontwormingsmiddel tijdens het weideseizoen. Het succes van de toegediende ontwormingsmidde len kan worden beoordeeld aan de hand van de ontwikkeling van de dieren en aan de behaalde groei cijfers. Longwormbesmetting Een hoofdstuk apart is het nagaan of de dieren een longwormbesmet ting hebben opgelopen. Op bedrij ven, waar in het voorjaar op stal 2x wordt gevaccineerd om longworm ziekte te voorkomen zal dit geen probleem zijn. Met vaccinatie zijn al jaren lang goede resultaten behaald. Sectie-uitslagen van gestorven die ren hebben verschillende malen op de Gezondheidsdienst de diagnose longwormziekte opgeleverd. Zowel bij melkvee als bij vleesvee. Dit is eveneens te melden uit het meston- derzoek. Dieren die via het gras besmet raken met longwormlarven beginnen te hoesten. Vaak blijven deze dieren, als de groep als geheel gaat grazen, nog even liggen. Zij staan dan later op en beginnen dan te hoesten. De ernst van een ziekte is vaak afhankelijk van de hoeveel heid longwormlarven die via het gras zijn opgenomen en in de lon gen verstoppingen en afsluitingen geven van het longweefsel. Adem nood treedt dan op. Een snelle be handeling kan levensreddend zijn. Indien een gedeelte van de longen blijvend beschadigd blijft, zal het dier later als vaars bij de melkcon- trole opvallen door een lagere melk- produktie. Is eenmaal de diagnose longworm op een bedrijf vast gesteld, dan is de volgende jaren vaccineren van het jongvee dat voor het eerst naar de weide gaat dé oplossing. Zijn in de directe omge ving bij het jongvee of de koeien longwormproblemen voorgekomen dan is het verstandig het besluit te nemen om ook longworm vaccina tie bij het jongvee te gaan toe passen. P.S. Hebben één of enkele dieren ronde schimmelplekken (trichophy- tie of ringworm) of is het scheerap- paraat niet schoon of ontsmet voor het gebruik, dan kan ringworm wor den overgebracht op andere dieren en op de man/vrouw die het sche ren uitvoert. Hiervan acte. Drs. A. Wertenbroek Volgens de nieuwe destructiewet, die volgend jaar in werking treedt, gaat het laten ophalen van kadavers de boer geld gaan kosten. Boven dien hoeven slachthuizen hun slach tafval vanaf 1993 niet meer persé aan de destructor te leveren. De destructiebedrijven zullen onge veer tien cent per kilo gaan vragen voor de kadavers die ze gaan opha len. Het geld wordt niet recht streeks van de boer geïnd, maar komt indirect via het produktschap waar de boer bij is aangesloten, bij de destructiebedrijven terecht. Volgens directeur D. Teune van destructor Ceneson in Son en Breu- gel, dat Zuid-Nederland bedient, is het bittere noodzaak om geld te vra gen voor het ophalen van kadavers. Door de nieuwe wet komt er minder hoogwaardig slachtafval binnen; bovendien hebben de destructors de afgelopen jaren veel moeten in vesteren in milieumaatregelen. Welke soort plastic wordt gebruikt als afdekking van de snijmaiskuil heeft nauwelijks enige invloed op de kwaliteit van het produkt. Dit blijkt uit onderzoek van het Proefstation voor de Rundveehouderij. Het PR heeft bij zes graskuilen en drie snijmaiskuilen het effect van verschillende afdekkingen op tem peratuur, verliezen, kuilkwaliteit, voederwaarde en broeigevoeligheid van de bovenlaag van de kuil onder zocht. De kuilen werden strooksge- wijs afgedekt met zwart- of wit plastic, met en zonder gronddek, beschermzeil of autobanden. Ook werd een combinatie van zwart en wit plastic onderzocht. De verschillende manieren van kuil- afdekking hadden een duidelijk ef fect op de maximum temperaturen en daarmee de temperatuurschom meling direct onder het plastic. De maximumtemperaturen die onder wit plastic en onder plastic gronddek werden gemeten lagen op ca. 70% van die onder zwart plastic. De temperatuurschomme ling werd in het kuilvoer sterk ge dempt. Op ca. 20 cm diepte was deze minimaal. De temperatuurschommelingen ga ven condensvorming onder het plastic en een donkere verkleuring van een dunne bovenlaag (kleiner dan 1 cm). Dit trad het sterkst op onder zwart plastic en plastic met een donker beschermzeil, terwijl on der wit plastic de kleur van de bo venlaag zelfs wat lichter was dan van het onderliggende voer. Bij plastic met een gronddek trad deze vekleuring niet op. De verschillen in condensvocht ds-gehalte van de bovenlaag) leidden niet tot betrouw bare verschillen in kuilkwaliteit. Het gebruik van het duurdere, milieu-onvriendelijker, witte plastic kan daarom (zeker in combinatie met- gronddek of beschermzeil) worden afgeraden. Voor het gebruik van een gronddek, beschermzeilen of auto banden bepalen andere factoren zo als kuilgrootte, kuiltype (rijkuil, sleufsilo), risico van beschadiging, arbeid, beschikbaarheid van grond en kosten de keuze. Het opstallen van het jongvee is een mooie gelegenheid om de dieren te controleren op in fecties. Bij de Landbouwtelling 1992 wer den in Nederland aanzienlijk meer varkens en kippen geteld dan in 1992; beide namen in aantal met circa 7% toe. De rundveestapel nam echter met ruim 138.000 stuks af (-3%) tot een totaal aantal van ruim 4,9 min dieren. Dit blijkt uit voorlopige uitkomsten van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De groei van de varkensstapel had met name betrekking op de toena me van het aantal biggen tot 20 kg, waar een stijging werd waargeno men van 18%. Bij de overige cate gorieën werden zowel toenemingen als dalingen in aantallen gere gistreerd. In 1992 werden meer dan 15 min varkens geteld, waarmee de grote uitval in 1991 ruim werd gecom penseerd. Opvallend was verder de sterke groei van de kippenstapel. Vooral de sterke toename met ruim 12% van het aantal slachtkuikens sprint in het oog. Met uitzondering van de oudere leghennen is er ook bij de overige categorieën sprake van toe genomen aantallen. Spectaculair is de stijging met bijna 30% van de jonge moederdieren van slachtrassen. In totaal werden in 1992 meer dan 100 min kippen geteld. Runderen De afname van het aantal runderen vond met name plaats bij de melk en kalfkoeien waarvan er 76.000 minder (-4%) werden geteld dan in 1991. Hiermee zette zich de daling van vorig jaar voort. Ook de afname van het mest- en weidevee zette zich in 1992, zij het in beperkte ma te, voort. Het jongvee dat niet bestemd is voor de mesterij, nam met 3% af; met name het jongvee jonger dan 1 jaar liet zowel bij de mannelijke als bij de vrouwelijke dieren behoorlijke dalingen in aantal zien, namelijk respectievelijk 5 en 7%. Het aantal zoogkoeien nam minder fors (+6%) toe dan in 1991. Op woensdagmiddag 16 september a.s. houden de Produktschappen Vee en Vlees (PVV) en Pluimvee en Eieren (PPE) een mini symposium over Polen. Bij die gelegenheid wor den de bevindingen gepresenteerd van PVV/PPE-missies naar Polen en Tsjecho Slowakije. Doel van deze missies was de intensieve veehou derijsector in deze landen in kaart te brengen. Tijdens het symposium zal aandacht besteed worden aan de algemene economische situatie in Polen. Het mini-symposium is bedoeld voor Nederlandse bedrijven uit de produktiekolom van intensieve vee- houderijprodukten en toeleveran ciers. Het wordt gehouden in hotel De Boerenbond Deurne is van plan fors te investeren in zijn mengvoe derfabriek aan de Ringdijk in Hel mond. Met een injectie van één miljoen gulden moet deze fabriek geschikt worden gemaakt voor de produktie van milieuvriendelijker varkensvoer. Met als resultaat dat er 30% minder milieubelastend fos faat in de mest terecht komt. In het nieuwe procédé wordt het enzym fytase aan het varkensvoer toe gevoegd. 't Speulderbos te Garderen. Deelne mers kunnen een aanmeldingsfor mulier aanvragen bij het Produktschap voor Pluimvee en Eie ren in Zeist (tel. 03404-67233). Per fax kan ook. Het nummer is 03404-57628. De kosten van deel neming bedragen f 250,— per persoon. Het bedrijf Scarabee Waste Conver sion heeft plannen om in Neder weert een mestverwerkingsfabriek te bouwen voor een wijde regio in Midden-Limburg en Zuidoost- Brabant. Gemikt wordt vooral op de mest uit Someren, Maarheeze, Bu- del en Weert. De capaciteit zou 250.000 ton op jaarbasis moeten bedragen. Op de diverse gemeentehuizen ligt momenteel een milieu effectenrapportage ter inzage, waar op men tot 10 september kan rea geren. De gemeenteraad van Nederweert is eerder dit jaar al ak koord gegaan met de bouw van een mestverwerkingsfabriek bij Brug 14 langs de Zuid-Willemsvaart, dicht bij de Brabantse grens. Daarvoor moet eerst het bestemmingsplan buiten gebied worden gewijzigd.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1992 | | pagina 10