I Vrijwilligheid staat voorop bij medewerking aan natuurbeleidsplan Beregeningsboog Deze week LAND- EN TUINBOUWBLAD VOOR ZEELAND EN NOORD-BRABANT Drs. A.A. Jaarsma benoemd tot algemeen secretaris KNLC Bukman accepteert mestaanpak Landbouwschap Zeeland als eerste gestart met voorlichting NBP Heffing Landbouwschap naar gewas en dier pag. 3 Hoofdbestuur ZLM positief-kritisch over tussenrapport fusie pag. 4 Verdeling per ha. en overdracht melkquotum pag. 5 KNLC bestuur wil volledige inkomstencompensatie pag. 6 7 en 9 Uit de praktijk pag. 8 Boetes voor bespuiten talud, uit vliegtuig gesignaleerd pag. 10 Teleurstellende behandeling streekplan VRIJDAG 5 JUNI 1992 80e JAARGANG No. 4122 Vrijwilligheid is een van de belang rijkste pijlers van de uitwerking van het Natuurbeleidsplan, zo bena drukten leden van de Provinciale Commissie Beheer Landbouwgron den (PCBL) tijdens de deze week gehouden voorlichtingsbijeen komsten over de Zeeuwse uitwer king van het NBP. Uit de gestelde vragen bleek echter dat de belang hebbende landbouwers er niet ge rust op zijn geen enkel nadeel van de natuurplannen te ondervinden. "Hoe ver gaat die vrijwilligheid als de buren wel meedoen en jij niet," zo vroeg een boerin zich af tijdens de bijeenkomst in Zierikzee dinsdag jl. Een natuurgebied heeft immers uitstralingseffecten naar de omlig gende gebieden. Invloed op de wa terhuishouding van het agrarisch gebied mag dit echter niet hebben, zo verzekerde ir. P.M. Bruijning, hoofd beheer landbouwgronden van de Provincie Zeeland. "Er kan niet tot peilverhoging worden overge gaan als dat tot overlast zou leiden bij de buren. We gaan uit van 'goed nabuurschap', en dat legt dus be perkingen op ten aanzien van de in richting van nieuwe natuurgebieden." De aanwezigen vroegen zich ook af hoe men ganzen ervan kan weer houden vanuit natuurgebieden op de -veelal malsere- landbouwgebie den te fourageren. "Die houden zich niet aan de grens van natuurge bieden, en bordjes kunnen ze ook niet lezen." In het NBP wordt voor Noord-Zeeland uitgegaan van 516 ha natuurontwikkeling -vooral langs de Oosterschelde-, voor Walcheren is dat 214 ha. Daarnaast is het de bedoeling dat via de Relatienota (beheersovereenkomsten en reser- vaatsgebieden) meer ruimte voor de natuur wordt gecreëerd. De provincie heeft de komende vier jaar f 31 mil joen beschikbaar om de natuurplan nen te realiseren. Naar verwachting is gemiddeld f 10.000, per ha no dig om landbouwgrond in te richten als natuurgebied. Overigens hangt het van de medewerking van de landbouw af in hoeverre de plannen gerealiseerd kunnen worden. De realiseringstermijn van het NBP is gesteld op 20 a 30 jaar. Grondverwerving De PCBL heeft in het plan alleen de grenzen aangegeven van het natuur ontwikkelingsgebied zelf, en nog niet de grenzen van de ruimere aan- koopgebieden. In deze gebieden kan BBL gronden aankopen ten behoeve van uitruil vanuit het eigenlijke na tuurontwikkelingsgebied. Als boe ren, in het natuurontwikkelingsgebied of in het ruimere aankoopgebied, hun grond willen verkopen mogen ze het aan iedere gewenste koper aanbieden. BBL heeft echter een koopplicht als het bureau 'de grond aangeboden wordt. Dit geldt ook voor gronden die aangeboden worden in reser- vaatsgebieden (niet in beheersge bieden). Het BBL betaalt de agrarische verkeerswaarde van de grond. Om bedrijven te stimuleren zich te hervestigen buiten de aangewezen gebieden is er een hervestigingsre geling in de maak. Boeren die hun bedrijf verkopen aan BBL en zich el ders vestigen krijgen dan een soort verhuispremie. Voor boeren die in of bij relatienota- of natuurontwikke lingsgebieden liggen komt er geen 'planologische schaduwwerking'. Dat wil zeggen dat er geen beper kingen worden opgelegd ten aan zien van het agrarisch gebruik, voorzover het bestemmingsplan dat althans toestaat. Pas als de grond te koop wordt aangeboden komt de nieuwe bestemming (natuur) op de grond te liggen. Ook van belang is dat de ecologische richtlijn los staat van natuurgebieden die na 1988 zijn ontstaan. Het begrenzingenplan natuuront wikkeling voor Noord-Zeeland ligt vanaf begin deze maand ter inzage. Tot 13 juli kunnen belanghebbenden schriftelijk bij GS hun bezwaren kenbaar maken. Het streven is erop gericht in de loop van volgend voor jaar het begrenzingenplan definitief vast te stellen. Het bestuur van het Koninklijk Ne derlands Lanbouw Comité (KNLC) neett op voorstel van het dagelijks bestuur drs. A.A. Jaarsma te Den Haag benoemd als algemeen secre taris. De heer Jaarsma volgt mr. ing. J. Brinkman op die in april een ande re functie aanvaardde. Dam Jaarsma werd in 1937 te St. Nicolaasga geboren. Zijn opleiding volgde hij vaan de Universiteit van Amsterdam, in 1962 deed hij docto raal examen sociale geografie. Vanaf zijn afstuderen werkte hij bij de Frie se Mij van Landbouw, eerst als agrarisch sociaal voorlichter, later als hoofd sociaal economische voorlichting. In 1980 volgde zijn be noeming tot hoofd sociaal- economische voorlichting en secre taris bedrijfsontwikkeling van het KNLC. In 1988 volgde zijn benoe ming tot plaatsvervangend alge meen secretaris. Tijdens de mooi-weer-periode in de vorige maand hebben de regeninstallaties goede diensten kunnen bewijzen. Mo menteel staan de regenhaspels weer in de schuur, het water valt immers vanzelf en in overvloedige mate uit de hemel. Zware buien vielen er deze week in onder meer West-Brabant (omgeving Wouw/Roosendaal) en in Zeeuws- Vlaanderen. Tot hoeveel schade aan de gewassen dat uiteindelijk zal leiden is nog niet te zeggen. Op de foto: David de Feyter uit Axel beregende op 19 en 20 mei zijn twee hektare Bintje pootgoed. Hij pompt het water uit een 10 meter diepe bron. Plaatsvervangend algemeen secretaris Eveneens op voorstel van het dage lijks bestuur benoemde het KNLC- bestuur ir. W. Koops tot plaatsver vangend algemeen secretaris. W. Koops werd in 1958 te Noordwolde (Fr.) geboren. Na zijn atheneumo pleiding studeerde hij aan de Agrari sche Universiteit te Wageningen, in 1983 deed hij daar doctoraal exa men Algemene Agrarische Econo mie. In september 1984 kwam de heer Koops in dienst van het KNLC, in 1990 werd hij secretaris van het KNLC. De afgelopen jaren was hij secretaris akkerbouw," veehouderij en veredelingslandbouw. Zie ook pag. 5: KNLC commentaar. Het Landbouwschap gaat vanaf 1993 de zogenaamde algemene heffing baseren op gewas of dier soort. Het nieuwe heffingssysteem is verfijnder dan het bestaande om dat iedere ondernemer precies wordt aangeslagen volgens het aan tal standaardbedrijfseenheden (sbe's) van zijn bedrijf. Om techni sche redenen bestaat deze moge lijkheid nog niet in 1992. Het bestuur van het Landbouwschap besloot woensdag om, vooruitlo pend op de nieuwe situatie, al een herindeling van groepen te maken waardoor de overgang straks soe peler verloopt. Tot nog toe is de aanslag voor de al gemene heffing van het Landbouw schap gebaseerd op heffingsgroepen. Binnen die groe pen kunnen grote verschillen bestaan wat betreft de sbe's. Daar door is het mogelijk dat in één en dezelfde heffingsgroep gewassen of diersoorten voorkomen met hoge en met lage sbe's, terwijl alle onderne mers voor die heffingsgroep hetzelf de bedrag betalen. Het is dus mogelijk dat de ondernemer met ge wassen of diersoorten met een ho ge standaardbedrijfseenheid relatief weinig heffing betaalt en de boer of tuinder met een lage sbe relatief veel. Het nieuwe systeem sluit deze verschillen uit. Minister Bukman wil de komende jaren maximaal gebruik maken van de plannen die het landbouwbe drijfsleven op tafel heeft gelegd om het mestprobleem op te lossen. Wel wil hij tegelijkertijd doorgaan met het voorbereiden van wettelijke maatregelen die het de overheid mogelijk moeten maken om in te grijpen in de grondgebonden mest- produktierechten en de latente ruimte op zogenaamde overschot- bedrijven. De minister zei deze maatregelen te beschouwen als een "slaperdijk", die pas in werking treedt in onvoorziene noodsituaties. Met "Mineraal Centraal" en de mestafzetplannen heeft de georga niseerde landbouw een goed pro- dukt op tafel gelegd, zo betoogde de bewindsman woensdag in zijn maandelijkse gesprek met het Land bouwschap. Wel moeten een aantal zaken nader worden uitgewerkt, zo als de stikstofproblematiek op rund veehouderijbedrijven en de industriële mestverwerking. Land bouwschapsvoorzitter Mares zei zich daarvan bewust te zijn. Zowel minister Bukman als de bij het ge sprek aanwezige vertegenwoordiger van minister Alders verklaarden zich bereid bij de verdere invulling van de plannen mee te willen denken. Het bestuur van het Landbouw schap heeft besloten per 1 oktober aanstaande een bestemmingshef fing in te stellen voor het stimuleren van een verantwoorde afzet en ver werking van mest. De heffing gaat gelden voor veehouders die op hun bedrijf meer mest produceren dan 125 kg fosfaat per hektare, maar kan per regio verschillen. Dit laatste is gedaan omdat de kosten van mestafzet en -verwerking niet overal hetzelfde zijn. Aan de heffing is een maximum gesteld van 2,40 gulden per kilo fosfaat. Verwacht wordt dat de heffing in 1992 rond de dertig (regio Oost) zestig (regio Zuid) cent per kilogram fosfaat zal komen te liggen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1992 | | pagina 1