Verdere concentratie Brabantse
waterschappen op komst
Fraai boekje over het
werkend trekpaard
Boerenbelang door een
gekleurde bril bekeken
Nieuws
HET WERKEND JREKP
Bestrijding kleefkruid in
bermen is nu niet mogelijk
Dijkgraaf J. Geluk: "Lasten zullen f 25,— per ha stijgen"
Wildschade Biesbosch
Samenwerking
AHS Delft en
Haagse Hogeschool
Drie jaar na een ingrijpende reorga
nisatie staat het funktioneren van
de kwantiteitswaterschappen weer
ter diskussie. In opdracht van G.S.
en de Noordbrabantse water-
schapsbond heeft de Kommissie
Waterschapsbestel, onder voorzit
terschap van de heer L. de Bekker,
onlangs haar rapportage "De Bra
bantse Waterschappen voor nu en
later" gepresenteerd. In het rapport
staan voor de toekomst twee mo
dellen. Model A gaat uit van all-in
waterschappen waarbij kwaliteit en
kwantiteit onder één bestuur vallen.
Model B houdt het op een geschei
den beheer waarbij de bestaande
waterschappen moeten samengaan
tot eenheden van 40.000 ha.
Dijkgraaf Jan Geluk van de Vier-
linghpolders is niet direkt ingeno
men met wederom een wijziging.
"Het rapport is de politieke reali
teit", zegt hij. "De Brabantse water
schappen hebben na de
concentratie van 1988 amper tijd
gehad zich te installeren. Veel zaken
als o.a. peilbesluit, leggers en over
geven van wegen zijn nog niet afge
rond. Je komt niet tot rust. Een
geruststellende gedachte is echter
dat de 11 kwantiteitswaterschap
pen op één lijn liggen".
Binnen deze waterschappen is uit
voerig overleg gepleegd over de C-
lijn, handhaving van de bestaande
situatie. Deze stelling heeft men los
gelaten omdat anders de kans groot
is dat de provincie meteen voor mo
del A zal kiezen. De ingelanden zou
den er bij deze struktuur niet op
vooruitgaan. Toen provinciale staten
in 1969 besloten om tot aanmerke
lijk grotere eenheden te komen is
dat niet gedaan om ekonomische
redenen. Als argumentatie werd
toen gesteld dat dit bestuurlijk, ad
ministratief en maatschappelijk voor
de toekomst de juiste beslissing zou
zijn. Massale bezwaarschriften van
toen nog zo'n 120 waterschappen
hebben weinig uitgehaald.
Dijkgraaf Geluk snapt de opstelling
van de provincie wel. "Minder wa
terschappen betekent minder aan
spreekpunten zodat het geheel
overzichtelijker is. Op deze manier
ontstaat er meer politieke invloed.
Door steeds meer taken op de
schouder van de waterschappen te
leggen zwakt de draagkracht af.
De Stichting Het Werkend Trek
paard Zeeland heeft onlangs een
fraai boekje uitgegeven onder de ti
tel "Het Werkend Trekpaard toen en
nu". Het is geschreven door Cees
Cijsouw en Ad Phernambucq.
Het boekje beschrijft eerst de bloei
tijd van het trekpaard (tussen 1900
en 1940), vervolgens de periode
waarin de mechanisatie zijn intrede
deed en het trekpaard steeds meer
een zeldzame verschijning werd op
het Zeeuwse platteland. In 1988
werd de stichting Het Werkend
Trekpaard opgericht. Uit een inven
tarisatie in dat jaar bleek dat er op
ruim 80 landbouwbedrijven nog
trekpaarden werden gehouden,
hoofdzakelijk als hobby.
Dat het trekpaard niet alleen een
stukje nostalgie is, blijkt uit het
hoofdstuk over de funktie' van trek
dieren in de ontwikkelingslanden.
Paardentuig en paardenwerktuigen
zoals die in Nederland zijn ontwik
keld hebben hun waarde bewezen
voor projekten in de Derde Wereld.
Nederlandse studenten in tropische
landbouw- en kuituurtechniek doen
in Zeeland ervaring met trekpaarden
op om die ervaring elders in de we
reld te kunnen toepassen. Ook dat
is een reden waarom de Stichting
Het Werkend Trekpaard Zeeland be
drijven waar nog trekpaarden zijn, in
stand wil houden.
De brochure is verluchtigd met een
groot aantal fraaie zwart wit foto's.
Tevens is een samenvatting in de
Engelse taal opgenomen. Het boek
je is te verkrijgen voor f 5,— via het
sekretariaat van de stichting, Post
bus 14, 4440 AA Ovezande
Ook gaan zich meer organisaties
met het werk bemoeien. Dit vergt
op zijn beurt weer enorm veel arbeid
van technische diensten. Het inte
grale waterbeheer wat op ons af
komt en de perikelen die vaak
ontstaan rond slibsanering dwingen
ons tot verdere samenwerking. Via
het IWWB hebben we in West-
Brabant onder de waterschappen al
een verdergaande vorm van samen
werking. De Kommissie Water
schapsbestel stelt voor om
waterstaatkundige eenheden te ma
ken van 40.000 ha".
Geluk verwacht dat model B de
meeste kans van slagen heeft.
"Vrijwel alle waterschappen, inklu-
sief Hoogheemraadschap West-
Brabant, staan achter dit voorstel.
Hier zal de provincie niet onderuit
kunnen".
Kommissie De Bekker heeft binnen
model B een, naar hun mening,
noodzakelijke schaalvergroting ge
maakt. Gekozen is voor samengaan
van de waterschappen Vierlinghpol-
ders met De Ham, samen 33.000
ha. Waterschappen Zoomvliet, De
Agger en De Mark-Vlietlanden vor
men samen 48.000 ha. De Boven-
Mark, De Markgronden en De Aa of
Weerijs samen 56.000 ha. De Don-
gestroom blijft met 34.000 ha ge
handhaafd. Waterschappen De
Maaskant en De Maas- en Diezepol-
ders komen samen met 's-
Hertogenbosch tot een all-in water
schap van 80.000 ha. Het huidige
all-in waterschap De Aa blijft onver
anderd 84.000 ha. Bij De Dommel
komt waterschap De Zandley als
mede Tilburg, totale oppervlakte
184.000 ha. Het huidige Hoog
heemraadschap Alm en Biesbosch
(26.000 ha) wijzigt niet. Hoog
heemraadschap West Brabant blijft
als overliggend waterschap voor
165.000 ha de waterkering, boe-
zembeheer en waterkwaliteit ver
zorgen.
Ingelanden bezorgd
Vanuit de ingelanden is met be
zorgdheid gereageerd op de voor
stellen. De afstand tot de
bestuurders wordt weer groter en
de kosten zullen weer stijgen. Dat
laatste houdt ook Vierlinghpolders-
voorzitter Geluk bezig. "De kosten
zullen met een noodgang stijgen.
Men praat nu al over een stijging
van f 25,— per ha. Ambtenaren
stellen dat het voor de landbouw
niet zo'n vaart zal lopen omdat
kostentoediening een grotere rol
gaat spelen. Ik heb hier geen hoge
pet van op. Als bv. een waterloop
dieper moet om voor de vissers de
visstand te behouden verwacht ik
niet dat bejaarden en arbeidsonge
schikte burgers dit op gaan bren
gen. Ook het natuurbehoud zal de
landbouw geld gaan kosten. Als je
ziet wat baggeren nu al voor proble
men geeft. Het grootste gedeelte
van de vervuiling van kreken e.d. is
Het bestuur van de afdeling Bies-
bosch/Werkendam wil de leden er
op wijzen dat indien er sprake is van
wildschade in de nog jonge gewas
sen direct contact moet worden op
genomen met de jachthouder ten
einde er op te wijzen dat bestrijding
van de overlast noodzakelijk is. Ten
einde ook de Wild Beheer Eenheid
op de hoogte te stellen verzoeken
wij de leden in voorkomende geval
len ook onverwijld contact op te ne
men met de secretaris van de WBE,
de heer H. van Veen, telefoon
04169-2366. Mochten er zich ten
aanzien van wildschade problemen
voordoen dan kunt u altijd contact
opnemen met het bestuur.
J.C. Geluk.
een erfenis uit het verleden. Over-
storten van gemeenten hebben er
ook wezenlijk aan bijgedragen. Ver
dedig dat nu maar eens".
Wanneer verdere reorganisatie een
feit zal zijn weet Geluk nog niet pre
cies. "Iedere huidige hoofdingelan-
de zal zijn zittingsperiode wel vol
kunnen maken. Het zal dan nog wel
twee jaar duren. Totdat het zover is
zal de werksfeer binnen de water
schappen er niet op vooruit gaan.
Afvloeiingsregelingen zullen onver
mijdelijk zijn. Personeelsleden die de
bui al zien aankomen zullen probe
ren elders aan de slag te kunnen".
De Kommissie Waterschapsbestel
heeft bij haar besluitvorming vier
kriteria mee laten spelen: integraal
waterbeheer, ambtelijk en financieel
draagvlak, bestuurskracht en de af
stand bestuurders - bestuurden.
J.v.T.
De Haagse Hogeschool en de Agra
rische Hogeschool Delft gaan sa
menwerken. De beide colleges van
bestuur vinden dit wenselijk vanwe
ge de vele raakvlakken in het
onderwijs-aanbod van de beide ho
gescholen, als ook op grond van de
regionale nabijheid.
Deze samenwerking zal zich in eer
ste instantie richten op de nieuwe
studierichting Agrarische Accoun
tancy, die in augustus 1992 in Delft
van start gaat. Deze studierichting
wordt inhoud gegeven op grond van
overleg tussen docenten van de bei
de hogescholen. De samenwerking
zal zich ook op nog nader te bepa
len andere onderwerpen of studie
richtingen gaan richten.
Werkgroep leefbaarheid
platteland geïnstalleerd
Minister Alders heeft op 19 mei j.l.
de werkgroep Leefbaarheid platte
land geïnstalleerd. Deze werkgroep
is aangekondigd in de Vierde Nota
Ruimtelijke Ordening Extra.
De werkgroep zal speciale aandacht
besteden aan eerder aangewezen
aandachtsgebieden, waaronder
Zeeuws-Vlaanderen.
Voorzitter is drs. R. Zijlstra, lid van
de Eerste Kamer.
In de werkgroep zit verder onder an
dere mevr. T.E. Maris-Koster, oud
gedeputeerde in Zeeland.
Het Waterschap Schouwen-
Duiveland heeft laten weten op kor
te termijn niets te kunnen doen te
gen het kleefkruid in de
wegbermen. Dit naar aanleiding van
klachten daarover, die via de inge
landen bij het waterschap bin
nenkomen.
Kleefkruid kan niet met mechani
sche middelen worden bestreden.
Een handmatige bestrijding is even
min uitvoerbaar en brengt zeer hoge
kosten met zich mee. Begin dit jaar
heeft het waterschap een proef met
chemische bestrijding genomen.
Deze proef lijkt resultaat op te leve
ren. Toch kleven er volgens het wa
terschap bezwaren aan het
toepasen van chemische bestrij
dingsmiddelen op dit moment. Che
mische middelen die acceptabel zijn
dienen in de kiemfase te worden
aangewend, dus in de wintertijd.
Het dagelijks bestuur van het water
schap is tot de conclusie gekomen
dat de bestrijding van kleefkruid op
dit moment niet goed mogelijk is.
Men ziet meer in een oplossing op
langere termijn, waarbij de resulta
ten van de proefbestrijding over
1992 zullen worden meegenomen.
Het waterschap zal de problematiek
bespreken met de gewestelijke land
bouworganisaties.
Verder wijst het waterschap er op
dat het aan particulieren niet is toe
gestaan maatregelen te nemen in
bermen, die eigendom zijn van het
waterschap. In voorkomende geval
len zal het waterschap tegen over
treders op de daarvoor gebruikelijke
wijze optreden.
(PPR) omstreden Europarlementariër
schrikt er zelfs niet voor terug het
mislukken van de akkerb.ouwakties
toe te schrijven aan het falen, ja het
verraad van de standsorganisaties.
De priester-politicus Herman Ver
beek heeft na 'In boeren handen'
opnieuw een boek over en voor de
landbouw geschreven. Het is geti
teld 'Boerenbelang' en heeft als on
dertitel: voor een sociale en
ekologische organisatie van de land
bouw. Verbeek, lid van het Europe
se Parlement, werd geïnspireerd tot
het schrijven van dit boek door de
akkerbouwakties in het voorjaar van
1990. Hij bood dan ook het eerste
exemplaar aan Josje de Koning en
Aly Wisse aan.
Zoals gebruikelijk neemt Verbeek geen
blad voor de mond. Hij trekt scherp van
leer tegen het Europese en nationale
landbouwbeleid, maar ook tegen de
landbouworganisaties. Hij vindt dat de
top van de landbouworganisatiewe
reld de agro-industrie en de wereldpo
litiek te veel naar de ogen ziet. 'De hoge
heren spelen het grote spel en de boe
ren zien zij niet meer staan. Van belan
genbehartigers zijn zo de standsorga
nisaties verworden tot belangenbe-
dreigers', aldus het niet malse oordeel
van Verbeek. De in zijn eigen partij
Gelukkig schrijft Verbeek zelf in zijn
boek dat hij een subjectief, gekleurd
verhaal vertelt. Cijfers en tabellen
komt de lezer niet tegen. Het gaat
Verbeek over de mensen, die voor
ons eten en drinken zorgen, de boe
ren en boerinnen dus.
Oud EG-commissaris Mansholt
constateert in zijn voorwoord dat
Verbeek geen wetenschappelijk
werk heeft geschreven. Wel geeft
de auteur er blijkt van een scherp
oog voor misstanden te hebben,
voor onvermoede verbindingen in
het ingewikkelde web tussen produ
cent en consument, aldus Mans
holt, die de lezer waarschuwt het
boek door een kritische bril te lezen.
'Boerenbelang' is uitgegeven bij Kok
Agora in Kampen en telt ca. 300
pagina's.