Voor de vrouw Vrouw en Jongeren Over bijtjes en over bloemen Naamsverandering p.j Excursie naar de Floriade met de tuincommissie Arian Kamp herkozen onder redaktie van de Perskommissie Bond van Plattelandsvrouwen voor Zeeland en Noord-Brabant. Adres: C.J. de Jonge-Sto/s Brouwerijweg 2, 4424 CH Wemeldinge PJGN heeft nieuwe penningmeester Enkele weken geleden kwam mijn man op een avond thuis met de woorden: 'Zo, die kunnen hun werk weer gaan doen'. Hiermee doelde hij op de bijen. De fruitbomen stonden op het punt hun bloesemtooi te to nen. Het was dus de tijd om de bij enkasten dichterbij de bloemen te plaatsen. Bijen, maar natuurlijk ook andere insecten, zoals hommels, vliegen van bloem tot bloem om stuifmeel en nectar te verzamelen en vervolgens naar hun volk voor verdere bewerking te brengen. De bijenvolken hadden sinds sep tember in de bijenstal nabij ons huis gestaan. Dan hoeven we niet ver te gaan om ze in eind september, be gin oktober suikerwater te voeren, wat ze nodig hebben om de winter zonder al te veel problemen door te komen. Elk volk heeft ongeveer 10 kilo suiker nodig, het één wat meer dan het ander. Nu zult u waarschijn lijk denken: suiker? Die dieren heb ben toch honing? Nee, dat hebben ze niet. De honing hebben we uit de raten gehaald met een ho- ningslipper. Een aantal bijenvolken hebben we in de boomgaard geplaatst met de be doeling dat de bijen veel fruitbloe- men met een bezoekje zullen vereren. Dit teF bevordering van de vruchtzetting en voor ons de lekke re bijkomstigheid: honing. De koningin, moeder van het volk Een bijenvolk bestaat 's zomers uit: één koningin, zo'n 50 tot 60 dui zend werkbijen en vier- tot zeshon derd darren (mannetjes). De bijenhouder spreekt meestal over 'moer' als hij de koningin bedoelt. Eigenlijk is deze naam fout. Uit haar komen wel alle bijen voort maar als 'moeder' is zij totaal ongeschikt. Zij verzorgt haar kinderen niet, in te gendeel, zij moet met uitgekiend voedsel door haar kinderen verzorgd worden. De moer kan slechts eitjes leggen, 1200 1500 per dag! De werkbijen voeden en verzorgen het nageslacht. Zwermen Op Koninginnedag ging de bel. Kan uw man even komen, er is een zwerm bijen bij ons in de tuin. Hoe kan dat nu? De kasten waren net die morgen nagezien. Mijn man ging er naar toe met achterop zijn fiets een zwermkastje. Even later zag ik hem opnieuw rijden met een zwermkast je achterop. Zeker wat vergeten. Maar nee hoor, hij moest twee zwermen scheppen. Waar die van daan kwamen wist hij niet, want bij onze volken was alles rustig. Die avond werden er drie nieuwe volken opgehaald. Half mei tot juni is de zwermtijd. Dit zwermen is voor de bijen een na tuurdrift. Of een volk zal gaan zwer men is moeilijk te voorspellen. Het zwermen op zich is voor de imker niet gunstig. Een volk dat zwermt haalt minder honing binnen. Een zwerm bijen strijkt op een gegeven moment neer. Meèstal op een plaats waar wij ze nu juist niet wil len hebben. Natuurlijke plaatsen waar bijen zelf een 'nest' kunnen maken b.v. in een holle boom zijn er in ons gecultiveerde land niet veel meer. Als de imker zich niet over hen ontfermt overleven ze de winter niet. De koningin paart in de eerste twee weken van haar leven hoog in de lucht met enkele darren en legt daarna de eitjes waaruit alle leden van haar volk voortkomen. Tijdens haar bruidsvlucht geven de werkbij en de vliegplank een bepaalde geur om de koningin de weg terug te wijzen. Bijvriendelijk bestrijden Het is van groot belang dat agrariërs en tuinbezitters rekening houden met de bijen. Gebruik bijvriendelijke bestrijdingsmiddelen en spuit niet op de uren dat de bijen aktief zijn. Door hierop attent te zijn blijven de bijen in leven en helpen ze op hun beurt weer door de bestuiving mee om onze produktie op natuurlijke wijze te verhogen. E.J. de Jonge-Stols Bijenkasten in de boomgaard Het is in de PJGN gewoonte jezelf voor te stellen als je gekozen wordt in het dagelijks bestuur. Ik ben Die- derik Wismeijer, 26 jaar, en lid van de PJGU-afdeling Bunnik. Samen met mijn moeder en broer werk ik op onze boerderij in De Bilt. Op 1 mei zijn mijn moeder en ik een be drijf met melkkoeien begonnen in Nieuwegein. Als boerenzoon kwam ik al vroeg in contact met de PJGU. Na verloop van tijd werd ik agrarisch bestuurslid bij de afdeling Bunnik. Via het afdelingsbestuur kwam ik in het provinciaal bestuur en daarna in dagelijks bestuur van de PJGU. Sinds april ben ik daar voorzitter van. Als algemeen bestuurslid kreeg ik een jaar geleden ook de taak de belangen van de PJGU in het lande lijk bestuur van de PJGN te be hartigen. Toen ik drie maanden geleden bena derd werd om de functie van Alie Niemeijer als penningmeester van de PJGN over te nemen, heb ik wel enige tijd moeten nadenken. Uitein delijk heb ik toch positief gerea geerd. Het lijkt mij een enorme uitdaging om op landelijk niveau mee te werken aan een organisatie voor alle plattelandsjongeren, waar in zowel de agrarische als de alge mene belangen worden belicht. Redaktie Henk Tegels Op het platteland wonen alleen maar boeren. En bij de plattelands jongerenorganisaties komen alleen maar boerenjongens om samen over koeien te praten. Ik weet het, het is een vooroordeel. Maar het blijkt dat sommige afdelingen van de plattelandsjongerenorganisaties moeten opboksen tegen dit voor oordeel. Soms gat dat zelfs zover dat ze hun naam veranderen; het 'plattelands' uit hun naam laten om te laten blijken dat de vereniging 'voor iedereen' is. Maar hoever wil je en moet je gaan. Jongerenvereniging Een afdeling van de pjo verandert haar naam van 'plattelandsjonge renvereniging' in jongerenvereni ging. Om meer nieuwe leden te trekken, ook uit het dorp, luidt de motivatie van het bestuur van die afdeling. De activiteiten blijven de zelfde, het is alleen de naam die ver andert, beweert de verslaggever van de regionale krant. Ik vind het een veeg teken, want waar ben je als club mee bezig als je je afkomst ver- De binnententoonstelling 'Lenteparade' Na een klein rondje Zeeland, langs enkele opstapplaatsen, reden we op 14 april met twee bussen naar Zoe- termeer. En ja hoor, onderweg kon den we weer eens kennismaken met de Randstad: overvolle wegen en files. Wat later dan gepland kwamen we op de Floriade aan. We kregen een rondleiding, die ons een beeld gaf van de indeling van de themagebie den: Handel, Transport en Distribu tie, Produktie en Energie, Consument, Milieu, Toekomst en Wetenschap, de Wereld en Re creatie. We bezochten o.a. Aart's Paradijs, een gezamenlijke presentatie van een aantal ministeries. Vele tuin vrouwen vonden dit donkere hol van kabaal en slechte tekst iets waarvan ze zich afvroegen: moet dit nou zo? Kan dat niet anders?' Zij voelden zich beter thuis in de rust van de Wereldtuinen of in de grote plantenkas met z'n geweldig assor timent bloemen en planten. Na de twee uur durende rondleiding mocht ieder haar eigen gang gaan. Terug naar de schitterend aangeleg de Engelse tuin, of zo maar dwalend langs de vasteplantenborders met verrassende waterpartijen en beel den. De plantenborders begonnen aarzelend te bloeien, maar de spe ciale binnententoonstelling 'lentepa rade' was al wel in volle bloei met alle nieuwe tulpen, narcissen en hy acinten. De schitterende arrange menten in alle tinten van paars tot roze, van tulp tot hyacint, deden je zwijgend stilstaan bij dit stukje oer- hollands produkt en lieten je genie ten van kleur en geur. Vele Azaleasoorten en de Alstroemeria- schikkingen maakten deze ten toonstelling tot één der grootste trekpleisters van de floriade op dit moment. Om half vijf vertrokken we: moe maar voldaan. Menigeen dacht: 'We gaan nog eens terug om de vasteplantenborders te zien bloeien en naar het Rosarium en de Wereldtuinen. Op z'n Hollands Maar een volgende keer gaan we echt op z'n Hollands, want de restauratieve voorzieningen waren volstrekt niet berekend op de grote aantallen bezoekers (een kinderziek te?). Lang wachten op een kopje koffie of broodje is jammer van je ei gen tijd. De auto kan ook beter thuisblijven want de trein of bus brengt je er vlug en tot bij de ingang. D. Sybenga-Botje, tuincommissie loochent. Natuurlijk zijn er vooroor delen ten opzichte van een plattelandsjongerenvereniging. Er zijn zeker mensen die denken dat al leen boeren lid kunnen worden van zo'n club. En dan bedoel ik boeren met alle negatieve klanken die dat woord kan dragen. Want veel men sen denken bij het woord boer niet aan iemand die werkzaam is in de landbouw, maar eerder aan een lomperd, een onbenul of een oprisping. Maar juist die mensen moet je dui delijk maken, dat het platteland meer biedt dan alleen grasland en koeien. Samen knokken voor de leefbaarheid op het platteland, bij voorbeeld. En dat doe je niet door je naam te veranderen. Nee, je moet juist die 'grote boze buitenwereld' duidelijk maken dat je een club vormt met leuke activiteiten voor iedereen die zich thuisvoelt op dat platteland, je imago vijzel je op door je eigen club te promoten. Daarin schuilt je kracht en niet in je naam. Henriët Fokkink Dwalend langs de vasteplantenborders Arian Kamp, sinds mei 1990 voor zitter van het NAJK, is op 29 april unaniem herkozen voor een nieuwe periode van twee jaar. Het NAJK- bestuur heeft grote waardering voor de inzet van de voorzitter. Arian blijft nu tot 1994 aan. Hij is nu 28 jaar en oefent in Raamsdonk in maatschap met z'n vader een melk veehouderijbedrijf uit. Vice-voorzitter Wilfried Siemes ver woordde de gevoelens van het bestuur als volgt: 'Je bent er snel en voortreffelijk in geslaagd het gezicht van onze organisatie te worden. Je Arjan Kamp gedrevenheid je in te zetten voor je kollega's is een karaktereigenschap die uitstekend past bij ons NAJK'.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1992 | | pagina 19